Eindejaarslijstjes: De mooiste zege van Mathieu van der Poel van 2021
Eindejaarslijstjes In de maand december blikt WielerFlits traditioneel terug op het afgelopen wielerseizoen met de reeks Eindejaarslijstjes. Wat waren de hoogte- en dieptepunten van het afgelopen jaar en welke renners verdienen nog een eervolle vermelding voor 2021? Elke werkdag is er een nieuwe lijst met bijbehorende poll. Vandaag staat centraal: de mooiste zege van Mathieu van der Poel.
Wil je de tussenstand of uitslag van de Eindejaarslijstjes-poll bekijken? Check dan elke dag de Instagram Stories van @WielerFlits!
UAE Tour – Etappe 1
Na het crossseizoen, afgesloten in Oostende met een vierde wereldtitel, reed Van der Poel in de UAE Tour voor het eerst in het nieuwe jaar weer op de weg. Voorafgaand aan de koers temperde de Nederlands kampioen nog de verwachtingen. “Ik ben hier vooral om het team te helpen. Zelf heb ik geen doelen”, klonk het. De eerste etappe draaide echter uit op een waaierspektakel met Van der Poel in de hoofdrol.
Hij maakte in de finale deel uit van een elitegroepje en bleek aan de finish in Al Mirfa over de beste benen te beschikken. “Het was een zware wedstrijd en ik weet dat ik het dan kan afmaken in een sprint. Het is heel mooi om met een zege aan mijn wegseizoen te beginnen.” Zijn optreden in de Emiraten was echter van korte duur, want door een coronageval in de ploeg verlieten Alpecin-Fenix en Van der Poel de ronde al na een dag.
Lees hier het wedstrijdverslag terug
Strade Bianche
Na de UAE Tour reisde Van der Poel terug naar Europa, waar hij zich in Kuurne-Brussel-Kuurne en Le Samyn alweer toonde. Het was de opmaat voor Strade Bianche, waar de Nederlander een jaar eerder debuteerde. “Of ik ermee akkoord ga dat ik genoemd word als een van de favorieten? Ik denk het wel, al is het parcours misschien net iets meer op maat van echte klimmers.” De echte klimmers piepten en kraakten echter in zijn wiel.
Op de gravelstrook van Le Tolfe plaatste Van der Poel een venijnige demarrage en alleen Egan Bernal en Julian Alaphilippe konden weer aanhaken. Uiteindelijk kwam het aan op de steile slotkilometer naar het Piazza del Campo in Siena. Van der Poel had nog een verschroeiende demarrage in huis, waarmee hij allebei zijn concurrenten wist te breken. “Ik voelde dat ik op het slotklimmetje nog iets over had in mijn benen. Om het zo af te maken is waanzinnig.”
Lees hier het wedstrijdverslag terug
Tirreno-Adriatico – Etappe 3
Zijn overwinning in Strade Bianche moest het begin zijn van een mooie voorjaarscampagne, die met Tirreno-Adriatico verder ging. In de Koers van de twee zeeën had Van der Poel zijn zinnen gezet op etappezeges en was op de tweede dag al dicht bij de overwinning. In Chiusdino moest hij alleen Julian Alaphilippe voor zich dulden in het sprintje heuvelop. “Op het einde was ik niet goed gepositioneerd. Dit is een gemiste kans”, baalde hij.
Een dag later al nam hij revanche. In Gualdo Tadino was de Nederlands kampioen zijn eeuwige rivaal Wout van Aert en Davide Ballerini te snel af op de oplopende finish. “Ik was echt blij toen ik over de streep kwam. Na mijn fout van gisteren was ik een beetje gefrustreerd. Vandaag wilde ik dat rechtzetten.”
Lees hier het wedstrijdverslag terug
Tirreno-Adriatico – Etappe 5
Maar het bleef niet bij die ene zege in Tirreno-Adriatico. In de vierde rit, met aankomst bergop in Prati di Tivo, liet Van der Poel het lopen, maar een dag later ging hij er weer voor. Het werd een typische Van der Poel-etappe, een overwinning met een uitroepteken. De numero uno van Alpecin-Fenix liet zich niet afschrikken door de ‘Tappa dei Muri’ met de finish in Castelfidardo.
Hij opende op 65 kilometer van de streep de debatten. De grote namen reageerden, maar in een afdaling met nog 51 kilometer te rijden, met een gelletje in zijn mond, probeerde hij het nog een keer. In de natte weersomstandigheden reed hij vervolgens drie minuten voorsprong bij elkaar. Het was echter nog niet gedaan, want in de finale was Tadej Pogačar hard op weg om de Nederlander bij te halen.
Die moest zijn laatste krachten aanspreken om de Sloveen van zich af te houden, wat lukte. Uitgeteld kwam Van der Poel over de finish – met Pogačar slechts tien seconden na zich. “Ik viel aan omdat ik het koud had”, zou ‘MVDP’ na de finish zeggen. “Tot twintig kilometer te gaan voelde ik mij nog goed, maar vanaf dan had ik het extreem koud. Dit was een van mijn zwaarste dagen ooit op de fiets.”
Lees hier het wedstrijdverslag terug
Ronde van Zwitserland – Etappe 2
Zijn zeges in Tirreno-Adriatico hadden de opmaat moeten zijn voor Milaan-San Remo, maar in La Primavera moest Van der Poel zich tevreden stellen met de vijfde plaats. Hij reed vervolgens de E3 Saxo Bank Classic, Dwars door Vlaanderen en de Ronde van Vlaanderen, om daarna even gas terug te nemen voor zijn campagne op de mountainbike in Albstadt en Nové Město. In juni keerde hij terug in koers in de Ronde van Zwitserland.
De Alpenronde moest veel duidelijk maken over zijn vorm in aanloop naar de Tour de France. In de openingstijdrit eindigde Van der Poel 25e, maar een dag later lachte de etappe naar Lachen hem toe: na een late aanval beschikte hij duidelijk over snellere benen dan Maximilian Schachmann. “Het was een leuke etappe door de regen. Het deed me denken aan de klassiekers. Ik ben heel blij dat ik het heb weten af te maken.”
Lees hier het wedstrijdverslag terug
Ronde van Zwitserland – Etappe 3
Van der Poel had de smaak te pakken in Zwitserland, want een dag later was het opnieuw raak. Op een van de hellingen op de lokale omloop, met nog zo’n 25 kilometer te koersen, ging hij op de pedalen staan en opende zo de debatten. Uiteindelijk draaide de etappe uit op een sprint, waarin de Nederlander vanuit het wiel van Julian Alaphilippe verschroeiend hard aanging. Het was vervolgens een koud kunstje voor de Nederlands kampioen om het karwei af te maken.
Dankzij de bonificatieseconden werd hij ook de nieuwe leider in de etappekoers. “Ik had opnieuw een goede dag. Ik wilde de koers hard maken, maar de groep was te groot”, analyseerde Van der Poel de etappe naar Pfaffnau. “Bij de eerste finishpassage vond ik dat de aankomst me goed zou moeten liggen, dus heb ik gegokt op de sprint.”
Lees hier het wedstrijdverslag terug
Tour de France – Etappe 2
Van der Poel zou de Ronde van Zwitserland vanwege een lichte verkoudheid niet uitrijden en had een week later geen topdag tijdens het Nederlands kampioenschap wielrennen op de VAM-berg, waar hij zijn rood-wit-blauwe trui moest afstaan aan Timo Roosen. Toch reisde hij zonder zorgen af naar de Tour de France. “De conditie van de Ronde van Zwitserland kan niet opeens weg zijn”, zei de allrounder, die in de kleuren van de Mercier-ploeg – een eerbetoon aan zijn opa Raymond Poulidor – op de ploegpresentatie verscheen.
Van der Poel kon zich in de openingsetappe niet in de strijd om de overwinning mengen, maar kreeg een dag later een herkansing in de rit naar Mûr de Bretagne. De manier waarop Van der Poel deze rit aanvloog, was weer eens weergaloos. Al op de eerste beklimming van Mûr de Bretagne, op zeventien kilometer van de aankomst, roerde hij zich en pakte op de top acht bonificatieseconden. De Nederlander werd weer ingelopen en het peloton maakte zich op voor de slotsprint. Nairo Quintana opende de debatten en Van der Poel ging achter hem aan.
Sonny Colbrelli was de volgende die aanviel en weer zat MVDP op het achterwiel geplakt. Vervolgens was het de Nederlander zelf die zijn duivels ontbond. Met zijn grootvader in het achterhoofd stormde hij af op de aankomst, de overwinning én de gele trui. Wijzend naar de hemel kwam de kopman van Alpecin-Fenix over de finishlijn, waarna hij van alle kanten werd gefeliciteerd. “Ik heb er geen woorden voor. Deze is voor mijn opa”, stamelde Van der Poel na afloop van de etappe. “Ik gokte een beetje, want ik had alles op de eerste beklimming gezet. Ik had die bonificatieseconden nodig als ik het geel wilde hebben. Het was ook mijn laatste kans op de trui. Ongelooflijk.”
Lees hier het wedstrijdverslag terug
Antwerp Port Epic
Van der Poel verliet de Tour de France vroegtijdig om zich voor te bereiden op de Olympische Spelen van Tokio, waar hij een gooi wilde doen naar de gouden medaille in het mountainbiken. Hoe dat afliep, heeft iedereen kunnen zien. Na zijn ongelukkige valpartij kwamen geen breuken aan het licht, wel bleef hij last houden van zijn rug waardoor hij een hoogtestage eerder dan gepland moest afbreken en de Benelux Tour moest laten schieten. In de Antwerp Port Epic was Van der Poel weer van de partij.
Daar maakte hij als vanouds mee de koers en al ver voor de aankomst belandde hij in een serieuze kopgroep met drie van zijn ploeggenoten. Met nog 25 kilometer te gaan, opende Van der Poel de finale. Op een van de onverharde stroken sloeg hij een gaatje, dat alleen door Taco van der Hoorn kon worden gedicht. De twee Nederlanders waren gevlogen en mochten gaan strijden om de overwinning. Van der Hoorn probeerde in de laatste twee kilometer weg te rijden bij Van der Poel, maar die was alert.
De kopman van Alpecin-Fenix maakte vervolgens het karwei af in de sprint. “De voorbije maanden waren belangrijke doelen voor mij en die heb ik gemist, maar toch ben ik wel heel blij om dit nu te kunnen.” Van der Poel bleek voldoende fit om later in het seizoen ook het wereldkampioenschap in Vlaanderen te rijden, maar daar moest hij zich tevreden stellen met de achtste plaats. Uiteindelijk was Parijs-Roubaix zijn laatste wegkoers. In een heroïsche editie van de Hel van het Noorden was hij dicht bij winst, maar moest hij in de sprint op de beroemde wielerbaan Sonny Colbrelli en Florian Vermeersch voor zich dulden.
Lees hier het wedstrijdverslag terug
Mooiste overwinning zonder twijfel de Strade, gisteren nog even gezien in het jaaroverzicht, fenomenale koers.
Het jaar liep wel met een sisser af, die Epic toestand tegen Mieke en Janneke had van mij niet gehoeven in dit lijstje.
Indien enkel overwinningen op de weg tellen, dan Strade Bianche. Prachtige kopgroep. Fenomenale klim.
In die zin
1. PR tegen Colbrelli, Vermeersch en Moscon
2. RvV tegen Asgreen
Zonder meer zijn beste koersen van het jaar
en dan pas op 3, tegelijk eindigend:
TA-etappe als spartelend Pogi-voer en in de Strade Flip eraf poefend, die tour-etappe vond ik een beetje doorstoken en het PouPou! 'deze is voor jou!'-sausje dat er aan alle kanten overheen gegoten werd stond me eerder tegen dan aan.
Ik denk dat Pogacar inderdaad de etappe had kunnen winnen als hij echt nog alles op alles gezet had om de rit te pakken.
Maar ik weet zeker dat hij niet met VdP heeft gespeeld. Als je ziet dat de mannen daarachter lekker in het wiel hebben gehangen van hun knechten met windkracht 7 en flinke buien op hun snuit, en als je ziet welk een slagveld het was aan het eind van de rit, dan zegt dat alles over hoe hard en zwaar die dag was.
Jouw betoog past voor mij een beetje in het rijtje van "hij won niet, maar reed wel de snelste sprint". De finish ligt op de finish. VdP heeft hard moeten rijden om een gat van 3 minuten te pakken, Pogi heeft hard moeten rijden om dat gat weer (bijna) te dichten...
Ik ben heel benieuwd naar komend seizoen. Hier wordt vaak gesproken over Grote 3 of Big 5, maar de anderen stonden afgelopen jaar toch zwaar in de schaduw bij Pogacar. Dat was Grote 1 en dan een hele tijd niks eigenlijk.
Nu was het bij Roglic wel zo dat er (weer) veel pech bij kwam kijken en Flip nam de regenboogtrui, maar ik vraag me af hoe de waardeverhoudingen volgend jaar gaan liggen. Was het dat ene superjaar of is dit, Grote zoveel ten spijt, gewoon het tijdperk Pogacar?
Daarbij zal het voor Matje en Wout overigens zaak zijn om niet enkel voor spektakel te zorgen, maar ook te oogsten in de grote koersen.
Het valt mij inderdaad ook op hoe goed de groten met elkaar om gaan. En hoe ze eigenlijk bijna allemaal elkaar iets lijken te gunnen terwijl ze allemaal winnaars zijn. Kijk naar Roglic en Pogacar in de Vuelta 2 jaar terug, maar ook de reacties van Flip en Pogi na afloop van de tour-etappe die VdP won. "What goes around, comes around" zullen ze waarschijnlijk denken.
Maar dat het Pogacar is en dan een hele tijd niets ben ik niet met je eens als je iets verder kijkt dan het scorebord. Want ik denk dat Roglic daar echt heel dicht bij zit. In mijn ogen was dit jaar het grootste verschil tussen die 2 dat Pogi op de fiets is blijven zitten, en Roglic er te vaak naast lag op cruciale momenten.
Verder wint Pogacar 2 monumenten, maar met name in Luik was het met een banddikte. Niet minder knap, maar 1 of 2 monumenten maakt een wereld van verschil. Had Flip hem daar gewonnen, dan had ook die "gewoon" een monument en de regenboogtrui, en hadden we niet meer gesproken over een gigantisch verschil.
Dat pogi DE renner was van 2021 daar is geen discussie over, maar niet met de straatlengte voorsprong die jij beschrijft...
Jij spreekt hier over de 2 monumenten, maar dat doet hij naast een verschrikkelijk slopende koers als de Tour die hij volledig naar zijn hand heeft gezet, en nog een handvol andere kleinere rondes. Zet het palmares van Pogi bv. naast dat van MvdP dit jaar en het is van een andere planeet.
Akkoord dat Roglic op papier niet zo ver van Pogi’s niveau zit. Maar zijn hoofddoel heeft hij nu al voor het derde jaar op rij gemist. Dat kan je niet enkel toeschrijven aan brute pech of spreken van scorebordjournalistiek.
Vond het overigens geen dominantie die enkel in de resultaten bestond. Roglic bv. op grote afspraken als Luik en Lombardije er gewoon zuiver afgereden.
Zoals gezegd kan dit wel eens hét wonderjaar geweest zijn van Pogi. Maar ik vind dat je dit seizoen echt niet van Grote 3 of Big Five kan spreken. Benieuwd wat het volgend jaar wordt.
Voor mij staan Pogacar en Roglic echt wel samen "op eenzame hoogte", met dit jaar absoluut het voordeel voor Pogacar. Ik hoop vooral dat ze komend seizoen wat vaker de degens kruisen in de kleinere rondjes: de strijd in Baskenland was gewoon genieten, maar vaak ontlopen ze elkaar. De dominantie van Roglic in Parijs Nice was minstens net zo imposant als wat Pogacar in TA liet zien. Maar ja, je moet wel op je fiets blijven zitten... net als in de TdF.
En in de klassiekers: Pogacar mist de Waalse pijl door coronagevallen. Ook daar had ik graag een duel gezien tussen Flip, Roglic en Pogacar. En het Italiaanse najaar, daar was Roglic imposant tot Lombardije... Misschien toch ook het gevolg van de seizoensopbouw (Roglic vol gas na de TdF met de OS en de Vuelta, Pogacar een relatieve rustperiode na de TdF).
Hoe dan ook allebei giganten. Die overigens niet nog op de CX en/of MTB zitten in de winter..
Strade in een sterk veld zelf de schifting gemaakt en dan een Flipje gedaan bij Flip. Toen dachten velen dat hij vertrokken was voor een wonderjaar.
Tirreno-solo in de regen en de met rasse schreden naderende Pogi op de hielen terwijl het veld erachter uiteen lag, ga ik ook niet snel vergeten.
En dan de dubbele Mur de Bretagne met een mooi saluut aan Opi Poupou waar hij alsnog het geel grijpt.
De andere zeges zijn kleiner maar pakte hij niettemin vaak met dominantie.
Net zoals bij Romans zijn het ook zeker zijn prestaties in de kasseimonumenten die me gaan bijblijven, 2 keer geweldig gereden maar uitgeperst aan het einde.
Na ‘19 en ‘20 weer een goed jaar, 3x op rij genomineerd voor de Vélo d’or. Alleen mist die echt grote overwinning dit seizoen, hoewel hij er 2 keer heel dicht bij was.
Qua fietsprestatie, afzien, op z'n Mathieus koersen, heroiek: de etappe in TA. Zeker als je kijkt naar de weersomstandigheden, dat was toen bar en boos.
Qua indrukwekkende poef: Strade. Eigenlijk was het op de laatste gravelstrook al duidelijk, maar hij had nog een klein poefje over in Siena zelf.
Qua emotie en kippenvel: TdF, en het eerbetoon aan zijn opa. Maar voor de rest was het niet echt een boeiende rit.
Ik kies voor de TA.
Waarbij ik ergens wel begrip heb voor de opmerking van Vainsteins hierboven, je zou ook zo een lijstje van mooie VdP momenten kunnen maken waar hij net niet won maar wel de koers heeft gemaakt (KBK, RVV, PR)...
Iedereen praat zo hard over die solo in de tirreno rit, maar daar 'mag' hij gewoonweg weg rijden omdat hij niet voor het AK gaat. Al die mannen hebben de dag ervoor al aan 100% moeten klimmen. Tevens is het gewoon 40km VdPoel vs Formolo (die vervolgens nog 6de wordt, dus niet alles heeft gegeven in de achtervolging)
Het blijft natuurlijk knap staaltje wielrennen, maar geeft een gelijkaardig gevoel wanneer een 'aanvaller' de etappe wint, mist net het heroische van de toppers (voor het AK dan).
TdF was idd beetje emotioneel moment, maar hij wint gewoon op een terrein die hem ook het beste ligt. Nog altijd knap om tegen de beste te winnen in de tour, maar niet zo'n verrassing.
Mooiste moment vind ik eigenlijk nog de duo-achtervolging met Van Aert op Asgreen in de E3. Van Aert counteren (en achterlaten) op de Tiegem en zich toch nog in de luren laten leggen door de DQS boys.
Machtig stukje hardrijden en koerstactiek op het zelfde moment.
heb niet zoveel met die tourrit, vooral omdat het allemaal iets te geregisseerd over kwam (op zijn amerikaans). dan heb ik het niet over mathieu zelf, maar over aso dat alles in het werk heeft gesteld om een emotionele meerwaarde door een toevallige samenloop van omstandigheden te forceren. dat had echt iets van "en dan nu spontane emotie in 3... 2... 1.... en go!"
2. T-A rit 5. Een van de meest beklijvende solo's van het jaar, vooral omdat het nog bijna misging. Sowieso was die Tirreno echt smullen en was het niveau belachelijk hoog.
3. Mur de Bretagne. Het eerbetoon was prachtig, maar de manier waarop nog mooier, door 2x weg te rijden en zo alles of niets te spelen.
Als individuele prestaties, SA, Ala op eigen specialisme uit het wiel knallen en TA E5, wat een monsterlijk zware overwinning.
Op de mur de bretagne lieten ze'm de eerste keer rijden natuurlijk. En de tweede keer eigenlijk ook natuurlijk omdat iedereen met primoz en poga bezig was.
Maar de mens is een vreemd wezen: voor mij blijft het Strade Bianche.
Wat mezelf heel erg bijgebleven is zijn de prachtige overmacht wins in de Ronde van Zwitserland. Mur de Bretagne schitterend. Gekozen voor de Strade Bianche maar het was heel lastig kiezen. Die wins in de Tirreno mochten er ook zijn namelijk. Maar ik denk toch dat t wegknallen bij Wout en Alaphilippe in de Strade t meest beklijft.