Voorbeschouwing: Clásica San Sebastián 2023 – Wie klopt Remco?
Een kleine maand na het Grand Départ van de Tour de France strijkt opnieuw een WorldTour-peloton neer in het Baskenland. Nu wacht de renners geen drieweekse ronde, maar een eendaagse klassieker: de Clásica San Sebastián. Bij zijn vorige twee deelnames aan deze koers ging Remco Evenepoel met de zege lopen. Staat hij zaterdag weer met een txapela te stralen op het podium? WielerFlits blikt vooruit!
Historie
De allereerste editie van de Clásica San Sebastián – gewonnen door Marino Lejarreta – werd verreden op dinsdag 11 augustus 1981. Die datum verrast wellicht wat, want het voelt als een eeuwenoude traditie dat de Baskische eendaagse – uitzonderingen als in 2021 daargelaten – op de zaterdag na de Ronde van Frankrijk plaatsvindt. Maar dat klopt niet helemaal. Tot 2007 stond de ‘Klasikoa Donostia’ steevast pas twee of drie weken na de Tour op de kalender.
De laatste editie van de Clásica San Sebastián ‘oude stijl’, die van 2006, werd gewonnen door een opvallende renner. Of eigenlijk door een opvallend onopvallende renner. De destijds 26-jarige Xavier Florencio was de snelste van een relatief grote groep. Voordien had hij nog nooit een profkoers gewonnen, nadien zou hij dat ook nooit meer doen. Wel werd hij nog tweemaal negende in wat ongetwijfeld zijn favoriete wedstrijd was.

Florencio, die zijn carrière in 2013 afsloot bij Katusha, is nu ploegleider bij Bahrain Victorious – foto: Cor Vos
Met zijn overwinning in de Clásica San Sebastián zette Florencio zich in een indrukwekkend, almaar uitdijend rijtje. Voor hem wonnen onder andere Miguel Indurain (1990), Gianni Bugno (1991) en Lance Armtrong (1995), die na een allerlaatste plek in 1992 – bij zijn debuut als prof, in de stromende regen – had gezegd dat hij ooit terug zou keren om te winnen. Ná Florencio zegevierden onder anderen Philippe Gilbert (2011), Julian Alaphilippe (2018) en Remco Evenepoel (2019 en 2022).
Naast Gilbert en Evenepoel, staat er nog een Belg op de erelijst: Claude Criquielion won in 1983. Voor Nederland staat de teller ook op vier. Adrie van der Poel (1985) en Gert-Jan Theunisse (1988) deden het in de jaren 80, Erik Dekker mocht juichen in 2000 en Bauke Mollema triomfeerde in 2016.
Vijf renners waren tweemaal de beste. Evenepoel dus, maar ook Francesco Casagrande, Laurent Jalabert, Alejandro Valverde en Luis León Sánchez. Laatstgenoemde koerst nog altijd, maar brak zijn sleutelbeen in de Tour de France. Hij zal er komende zaterdag niet bij zijn. Evenepoel is wel van de partij en kan dus op gelijke hoogte komen met de absolute recordhouder. Marino Lejarreta won na 11 augustus 1981 de Clásica San Sebastián nog twee keer.

Evenepoel was 19 jaar toen hij de Clásica San Sebastián voor de eerste keer won – foto: Cor Vos
Laatste tien winnaars Clásica San Sebastián 2023
2022:
Remco Evenepoel
2021:
Neilson Powless
2020: Niet verreden vanwege de coronacrisis
2019:
Remco Evenepoel
2018:
Julian Alaphilippe
2017:
Michal Kwiatkowski
2016:
Bauke Mollema
2015:
Adam Yates
2014:
Alejandro Valverde
2013:
Tony Gallopin
Laatste editie
De vlucht van de dag bestond in de Clásica San Sebastián 2022 uit negen renners, onder wie Martijn Tusveld. Zij reden een voorsprong bijeen van ongeveer tweeënhalve minuut, maar nog voor de top van de Jaizkibel waren zij al gegrepen. Dat kwam vooral door de mannen van Quick-Step Alpha Vinyl en UAE Emirates, die het tempo bepaalden voor respectievelijk Remco Evenepoel en Tadej Pogacar. Laatstgenoemde had echter niet al te beste benen en moest lossen uit een nog omvangrijk peloton. Hij zou de wedstrijd niet uitrijden. Dat deed ook Tom Dumoulin niet. De Nederlander stapte af en zou nooit meer opstappen: twee weken later kondigde hij aan per direct te stoppen als profwielrenner.
De Clásica San Sebastián wacht op niemand, ook niet Tadej Pogacar en Tom Dumoulin. Op de volgende klim, de Erlaitz, barstte de koers helemaal open. Jonathan Caicedo opende het bal, maar daarna nam Remco Evenepoel al snel over. Enkel Simon Yates kon de Belg volgen. Tot 1,8 kilometer voor de top tenminste, want op dat moment haakte Yates af. Evenepoel zette met nog bijna 45 kilometer te gaan alleen door. Achter hem ontstond er een groepje met Carlos Rodríguez, Tiesj Benoot, Pavel Sivakov, Bauke Mollema en na een tijdje ook de teruggevallen Yates.
De eerste achtervolgers – Rodríguez en Sivakov hadden zich losgeweekt van hun groepsgenoten – hadden na de afdaling van de Erlaitz een achterstand van ruim een minuut op Evenepoel. In de vlakke tussenfase richting de Murgil-Tontorra bleef het verschil stabiel, maar op de steile helling zelf breidde de Belg dat gat flink uit. Op de top had hij meer dan twee minuten voorsprong op Sivakov, die zijn ploeggenoot Rodríguez had achtergelaten. Rodríguez zou uiteindelijk als vijfde over de streep komen, nog achter Tiesj Benoot (derde) en Bauke Mollema (vierde). Evenepoel was op dat moment al lang en breed binnen. De Belg won met groot verschil voor de tweede keer in zijn carrière de Clásica San Sebastián.

foto: Cor Vos
Uitslag Clásica San Sebastián 2022
1.
Remco Evenepoel (Quick-Step Alpha Vinyl) in 5u31m44s
2.
Pavel Sivakov (INEOS Grenadiers) op 1m58s
3.
Tiesj Benoot (Jumbo-Visma) op 2m31s
4.
Bauke Mollema (Trek-Segafredo) op 3m11s
5.
Carlos Rodríguez (INEOS Grenadiers) z.t.
Wedstrijdverslag
Parcours
Zaterdag 29 juli, Clásica San Sebastián: San Sébastián – San Sebastián (230,3 km)
Het parcours van de Clásica San Sebastián heeft enkele veranderingen ondergaan ten opzichte van vorig jaar. De route is nu bijna identiek aan het traject van 2019, toen Remco Evenepoel voor de eerste keer won. Dat betekent dat de Mendizorrotz (4,1 km aan 7,3%) terugkeert in de finale en de totale afstand toeneemt ten opzichte van 2022. De renners moeten nu 230,3 kilometer afleggen in plaats van 224,8 kilometer.
De start is wel weer gewoon in San Sebastián, oftewel: Donostia. Daarna wordt eerst een lange lus gemaakt, met de Meaga (3,5 km aan 3,4%) als eerste beklimming. Een niet al te lastig opwarmertje. De Iturburu (6,6 km aan 5,3%) en de Alkiza (4,4 km aan 6,2%) zitten ook in de eerste tachtig kilometer en zijn al wat pittiger.
Aansluitend blijft het wat op en af gaan, maar de eerste grote heuvelzone is op dat moment achter de rug. Pas na 130 kilometer begint de volgende officiële helling: de Jaizkibel (7,9 km aan 5,6%). Onlangs zat deze helling nog in de Tour de France, maar de klim is toch vooral iconisch dankzij de Clásica San Sebastián. In het verleden was de Jaizkibel een belangrijke scherprechter van deze wedstrijd. Tegenwoordig is dat niet meer het geval, want de klim ligt te ver van de finish.

Pogacar en Vingegaard reden in de Tourrit naar San Sebastián (eventjes) weg na de top van de Jaizkibel – foto: Cor Vos
De vreselijk steile Erlaitz (3,8 aan 10,6%) had vorig jaar nog wel een sleutelrol. Hier begon Evenepoel aan zijn solo, die hij 45 kilometer later succesvol afrondde. Het lijkt onwaarschijnlijk dat de koers dit jaar weer hier al beslist wordt, want de top ligt dit keer op 73 kilometer van het einde. De volgende beklimming, de ‘nieuwe’ Mendizorrotz (4,1 km aan 7,3%), biedt wellicht meer mogelijkheden. Na deze beklimming, is het nog 37 kilometer naar de finish. Ontbindt Evenepoel zijn duivels hier?
De favorieten kunnen natuurlijk ook wachten op de Murgil-Tontorra, de laatste beklimming van de dag. Deze 2,1 kilometer lange muur heeft een gemiddeld stijgingspercentage van dik tien. Wie nog wat in de benen heeft, zal het er hier (bijna) allemaal uit moet gooien. Na de top is het weliswaar nog acht kilometer naar de finish, maar meer dan de helft daarvan is in dalende lijn. Alleen in de laatste drie vlakke kilometer door San Sebastián zal het nog even doorstampen zijn.

Start: 10.53 uur
Finish: tussen 16.30 en 17.10 uur
Favorieten
De topfavoriet voor de Clásica San Sebastián luistert naar de naam Remco Evenepoel. De wereldkampioen kwam de voorbije weken niet in actie, maar heeft een uitstekend trackrecord in de Baskische eendaagse. Wat heet, hij nam twee keer deel en won… ook twee keer. Natuurlijk is de Vuelta a España dit najaar zijn hoofddoel, maar dat was in 2022 ook het geval, en we weten hoe hij toen huishield in Klasikoa Donostia. Bovendien liet hij eind juni zien dat hij de coronabesmetting uit de Giro d’Italia weer helemaal te boven was door, op indrukwekkende wijze, de Belgische wegtitel te pakken.

Naast wereldkampioen nu ook Belgisch kampioen – foto: Cor Vos
Er zijn echter genoeg kapers op de kust. Daarbij is het in de eerste plaats letten op de jongens die uit de Tour de France komen, want meestal gaat de zege in San Sebastián naar een renner die zes dagen eerder nog rondjes reed over de Champs-Élysées. Kijk maar naar de afgelopen tien edities. Philippe Gilbert (2012), Tony Gallopin (2013), Alejandro Valverde (2014), Adam Yates (2015), Bauke Mollema (2016), Michal Kwiatkowski (2017), Julian Alaphilippe (2018) en Neilson Powless (2021) hadden allen de Tour in de benen, toen ze de Klasikoa Donostia wonnen. Wonderkind Evenepoel (2019 en 2022) is de uitzondering die de regel bevestigt.
Carlos Rodríguez is een van de renners die de voorbije weken actief was de Tour de France. De 22-jarige Spanjaard debuteerde in La Grande Boucle, en hoe! Hij won de loodzware Alpenrit naar Morzine les Portes du Soleil en werd, ondanks een val in de voorlaatste rit, vijfde in het eindklassement. Het toptalent van INEOS Grenadiers heeft duidelijk weer een stap gezet ten opzichte van vorig jaar, toen hij zich ook al liet zien in de Clásica San Sebastián. Indien hij voldoende hersteld is van schuiver in de Vogezen, moet hij zijn vijfde plek van 2022 zeker kunnen verbeteren.

Rodríguez wint de tweede Alpenrit in de Tour – foto: Cor Vos
Over naar die andere Spaanse groeibriljant: de 20-jarige Juan Ayuso. Nog jonger en… nog beter? Het heeft er alle schijn van. Vorig jaar eindigde Ayuso – toen 19 jaar oud – al als derde in de Vuelta a España en dit jaar maakte hij ook al indruk. Nochtans begon het seizoen dramatisch, met een hardnekkige peesblessure. Bij zijn rentree in de Ronde van Romandië won hij echter meteen de individuele tijdrit en in de Ronde van Zwitserland, zijn tweede wedstrijd van 2022, was hij al helemaal op dreef. Hij pakte twee etappes en werd tweede in het eindklassement, vóór Remco Evenepoel.
Met zijn klimkwaliteiten én rappe benen is Ayuso ook in San Sebastián een geduchte concurrent voor de wereldkampioen. Al is het wel afwachten hoe de UAE-renner hersteld is van een ongelukkige val in de Prueba Villafranca-Ordiziako Klasika. Hij schoof daar, in gewonnen positie, onderuit in de slotkilometer.

Krijgen we een portje armpje drukken tussen Evenepoel en Ayuso? – foto: Cor Vos
Ben Healy is ook een gevaarlijke klant. Zijn optreden in de heuvelklassiekers van april was indrukewekkend. Tweede in de Brabantse Pijl, tweede in de Amstel Gold Race, vierde in Luik-Bastenaken-Luik. De Tour de France betwistte Healy dit jaar nog niet, maar na zijn voorjaarscampagne liet hij zich nog wel meermaals zien. Vooral zijn lange, succesvolle solo’s in de achtste etappe van de Giro d’Italia (50 kilometer) en het Iers kampioenschap (100 kilometer) spraken tot de verbeelding. Schrijft hij nu voor het eerst een grote klassieker op zijn naam? De Clásica San Sebastián moet hem alvast goed liggen.
Wie deze wedstrijd méér dan goed ligt, is Bauke Mollema. Het rijtje ereplaatsen dat de Nederlander noteerde in San Sebastián is hallucinant. Hij won één keer, in 2016, en werd daarnaast: vijfde, negende, tweede, zesde, derde, tweede, vijfde, tiende en vierde. Tien beurten, tien keer top-tien. Ook dit jaar mogen we Mollema dus weer van voren verwachten, al was zijn voorbereiding wel iets anders dan gewoonlijk. De 36-jarige renner werd door Lidl-Trek niet geselecteerd voor de Ronde van Frankrijk. Dat kan echter ook een extra stimulans zijn. Reken maar dat Mollema getergd is en in de Clásica San Sebastián zal willen laten zien dat hij een plekje in de Tourselectie had verdiend.

Bauke Mollema, Mister Clásica San Sebastián – foto: Cor Vos
Opvallend genoeg miste Pello Bilbao de vorige twee edities van de Clásica San Sebastián. Nu staat de Bask echter weer aan de start van zijn thuiskoers, in uitstekende vorm. Hij werd zesde in de Tour de France en won daar, net als Woods, voor het eerst in zijn carrière een rit. Dat was niet tijdens het Baskische openingsweekend, maar in Issoire. Hij sprong die dag mee naar de kopgroep, bleef koelbloedig in de finale en regelde het sprintje met sprekend gemak. Mede dankzij dat sterke eindschot moet Bilbao ook op eigen bodem raak kunnen schieten.
Felix Gall won in de Ronde van Frankrijk ook een rit vanuit de vroege vlucht, de koninginnenrit zelfs. Maar de Oostenrijkse revelatie liet ook vooral zien met de allerbeste klimmers te kunnen wedijveren in een rechtstreeks gevecht. In de laatste bergrit naar Le Markstein hoefde hij enkel Tadej Pogacar voor te laten. Hij eindigde de Tour dus ook met goede benen, die hij ongetwijfeld meeneemt naar San Sebastián.

Gall pakte de Tourrit over de Col de la Loze – foto: Cor Vos
Die nummer twee was trouwens Mathieu Burgaudeau, een van de outsiders voor de Clásica San Sebastián. In dat rijtje horen ook thuisrijder Ion Izagirre (Cofidis), Aleksandr Vlasov, Ide Schelling (BORA-hansgrohe), Tiesj Benoot, Thomas Gloag (Jumbo-Visma), Rui Costa, Lorenzo Rota (Intermarché-Circus-Wanty), Alex Aranburu (Movistar), Ben Tulett (INEOS Grenadiers), Romain Grégoire (Groupama-FDJ), Andreas Leknessund (Team dsm-firmenich), Mikel Landa (Bahrain Victorious), Dylan Teuns (Israel-Premier Tech), Maxim Van Gils (Lotto Dstny) en Diego Ulissi (UAE Emirates).
Ullisi’s ploeggenoot Marc Hirschi is misschien wel meer dan een outsider, nadat hij dinsdag – met een beetje geluk, maar toch – de Prueba Villafranca-Ordiziako Klasika won. Santiago Buitrago kwam sinds de Giro d’Italia niet meer in actie, maar won daar wel de koninginnenrit. Kort voor de Italiaanse grote ronde was hij derde geworden in Luik-Bastenaken-Luik.
Tot slot, moeten we ook zeker oud-winnaars Neilson Powless en Julian Alaphilippe nog noemen. Powless streed in de Tour de France lang mee voor de bergtrui, maar kwam uiteindelijk toch wat tekort ten opzichte van de betere klimmers. Er zal een schepje bovenop moeten, wil hij in San Sebastián meedoen om de prijzen. Dat geldt ook voor Julian Alaphilippe, die het vaak probeerde, maar bergop niet over de beste benen beschikt. Misschien treedt er zaterdag supercompensatie op en zien we de oude Loulou eindelijk terug.
De deelnemerslijst is op het moment van publiceren nog niet officieel. Het kan dus zijn dat er nog wijzigingen plaatsvinden.

foto: Cor Vos
Favorieten volgens WielerFlits
**** Remco Evenepoel
*** Juan Ayuso, Ben Healy
** Carlos Rodríguez, Felix Gall, Ion Izagirre
* Bauke Mollema, Pello Bilbao, Marc Hirschi, Oier Lazkano
Website organisatie
Deelnemerslijst (ProCyclingStats)
Weer en TV
Het wordt zaterdag zo’n 25 graden Celsius in het Baskenland, volgens Weeronline. ’s Ochtends is het behoorlijk bewolkt in San Sebastián, maar ’s middags lijkt de zon er meer en meer door te gaan komen. De kans op neerslag is zo’n 65%. De wind (2 Beaufort) komt uit het noorden.
De Clásica San Sebastián is vanaf 15.00 te zien op Sporza (VRT1), Eurosport 1 en de online kanalen van Eurosport.nl, Discovery+ en GCN+. Deze informatie is ook terug te vinden in onze tv-gids Wielrennen op TV.
Ik zag de favorieten en vind dat je die kan opdelen in twee groepen: renners die naar een doel aan het toewerken zijn tegen renners die net de tour hebben gereden.
Het is een beetje als met Boonen, Cancellara en Sagan van weleer... je weet dat het eraan zit te komen, het hele peloton weet het... maar als hij het lont in het vat steekt is er niemand die kan volgen.
Het is dan te hopen dat geen enkele renner in een jaar 2 rondes gaat winnen... want die gaat dan de rest van zijn carriere een minder seizoen hebben als hij maar 1 ronde per jaar wint.
Om Evenepoel nog te bestempelen als kind. Beste man is gewoon een volwassen kerel.
Om hem wonderman te noemen lijkt me wat ver gaan , hahaha
Uitspraak is tsjapela…
Degenen die een Hirschi noemen, mogen blijven dromen.
Ik zie hem nochtans nergens op de startlijst staan, niet op de officiële website van de Clasica en evenmin op PCS.
Enkel op de website van Movistar staat hij wel tussen de deelnemers.....
Hé verdorie altijd vervelend als startlijsten niet correct zijn. Ik organiseer de UCI Classics Cup 2023 en probeer m'n deelnemers altijd tijdig te waarschuwen. Dat wordt morgenvroeg weer double checken van de startlijst dan.... :(
Ook zijn 2e plaats op de uci rancking trouwens
Wat Panache zegt lijkt me zeer reëel, aangezien het WK parcours dit (!) jaar niet direct op het lijf is geschreven voor het type renner waartoe Evenepoel behoort, maar meer voor de categorie Van Aert, Pedersen, Van der Poel, Matthews.
Dan is de conclusie van Panache dat Evenepoel zich vooral op deze wedstrijd moet richten toch prima te rechtvaardigen en niet direct een aanval op Evenepoel?
In 2022 won Evenepoel een monument, een grote ronde en het wk. Dat was een grootse prestatie, maar ik neem aan dat dit niet de standaard is. Hij was daar zelf ook realistisch over "Ik weet dat het vreemd klinkt uit de mond van een 22-jarige, maar misschien heb ik nu al het beste jaar uit mijn carrière beleefd". En met dat realisme is helemaal niets mis.
Sorry dan maar ik heb hier de laatste jaren bijna niets anders gelezen dan het neerhalen van zijn prestaties.
Ook beledigingen en belachelijk maken zijn dagelijkse kost als het over evenepoel gaat ( gisteren in een topic over Vuelta noemde er nog iemand hem de Quickstep kabouter .
Dus daarom reageer ik als diehard fan er nogal eens op .
Geniet gewoon van het wielrennen ook als Remco niet meedoet.
En beledigingen en omlaag halen is al helemaal niet nodig, ook niet als een renner eens wat minder presteert.
Overigens ook wel eens met Lalsacien, heb jou in de afgelopen Tour ook reacties over Vingegaard zien geven die ook de schoonheid niet verdienen.
Je reageert ook wel als door een wesp gestoken op iedereen die niet meegaat in jouw adoratie, terwijl je zelf ook niet vies bent van een stevige stelling hier en daar.
Inderdaad ik heb over vingegaard ook wel opmerkingen gegeven die mischien niet passen maar dat was dan over zijn manier van koersen , waar ik net als bij roglic geen fan van ben .
Maar nooit zal ik hen op hun lichaamsbouw of uiterlijk beledigen
@ lasacien
Nog eens ik heb niet beweerd dat die elke koers ging winnen waar hij aan meedoet maar wel dat hij elke koers of ronde kan winnen, behalve Parijs Roubaix wan over kasseien rijden kan hij niet
Het besef lijkt ook doorgedrongen te zijn bij Evenepoel zelf. De geruchten over zijn onvrede over het salaris die geloof ik wel. Hij is niet minder dan vorig jaar, maar met een prestatiecontract en bonusstructuur hakt Covid er dubbel in, net als andere zaken die je niet in de hand hebt zoals de Vuelta startlijst of een uitgetekend wk parcours.
Volgens die logica waren zijn 2021 (geen monument), 2020 (1 monument) en 2019 (geen monument) dan ook teleurstellend? Dan denk ik dat de 'teleurstelling' eerder zat in het feit dat hij in de Tour vorig jaar nergens was (VDP nog nooit zo bleek gezien), het WK in het water was gevallen door een vreemd incident en hij er zelfs op het WK gravel niet was in geslaagd om alsnog wat glans te geven aan zijn 2de seizoenshelft.
Ik zou trouwens Evenepoel dit seizoen voorlopig zeker niet onder Philipsen zetten. Die tweede heeft naast zijn mooie podiumplek in Roubaix toch gewoon sprints gewonnen? Evenepoel weer met een gigantisch nummer in een monument waar hij de tegenstand degradeerde, en daarnaast ook nog andere zeges met veel meer panache dan die van Philipsen. Denk maar aan zijn nationale titel, die eerste fenomenale tijdrit in de Giro (waar hij later ook comfortabel in het roze stond op het moment dat hij opgaf) en zijn duels met Roglic in Catalonië. Dat vind ik toch koers van een hoger niveau dan beuk-beuk-beuk-sprintje van 200m.
Philipsen zou ik wel boven Van Aert zetten, gezien die met enkel E3 en de nationale tijdrittitel simpelweg te weinig van betekenis heeft gewonnen. Het gaat voor mij trouwens niet enkel om de grote zeges: met 2 topzeges is dit dan wel absoluut het meest succesvolle seizoen van VDP, ik vond hem in vorige jaren al wel een keer meer indruk maken.
Net voor het derde luik van het seizoen dat er aan komt, is dit voor mij de voorlopige top-6:
1) Pogacar
2) Vingegaard
3) Van der Poel/Roglic vind ik gelijkwaardig tot dusver
5) Evenepoel
6) Philipsen
Daarna een trosje met Pedersen, Pidcock en Van Aert, en daarna wordt het moeilijker.
Maar dit soort lijstjes zijn uiteraard pas compleet aan het eind van het seizoen. Met nog een paar grote prijzen te verdelen (WK, WK tijdrijden, Vuelta en Lombardije) staat voor mij persoonlijk nog geen enkel plekje vast.
zie hem (uiteraard ook door de ploeg waarin hij zit) als grootste favoriet voor de titel, haal hem maar terug met een chillende van aert en eventueel philipsen in de wielen
vuelta gaat hij heel waarschijnlijk niet opnieuw winnen, maar ik zie hem wel uitpakken in lombardije, mits hij daar start
san sebastian is leuk, maar voor iemand van het kaliber van evenepoel niet meer dan gewoon een extra vinkje op het palmares, net als de e3 voor van aert of de agr voor pogacar, die koersen zijn geen make-or-break van een seizoen
De kans is nihil? Onbestaande bedoel je?
Dan hoop ik dat je gewoon een beetje probeert te stoken want dat zo een uitspraak valt niet serieus te noemen.
Zelf denk ik dat Roglic de Vuelta gaat winnen met REV op 2 of 3 maar er niet 0% kans op een zege. Vorig jaar dacht ik trouwens ook dat Roglic ging winnen en was ik fout.
Op het WK gaat REV zoals gewoonlijk 100km op kop rammen en de kans is niet nihil dat er op een bepaald moment niemand meer aanhangt.
Het toppunt is eigenlijk dat Evenepoel WK is geworden, Vuelta eindwinnaar en 2x LBL. Toch wordt er nog getwijfeld of hij deze koersen wel kan winnen. Tja, hij heeft ze al eens gewonnen. Hoeveel harder kan je jezelf bewijzen??
Diezelfde kenners zijn er dan wel rotsvast van overtuigd dat WVA RVV, PR, WK, Amstel en mss zelfs LBL kan winnen.
Hij heeft er nog geen enkele van gewonnen. (Amstel criterium even buiten beschouwing gelaten).
Begrijpe wie kan!
Evenepoel start in 2023 met min of meer dezelfde adelbrieven aan San Sebastián, als vorig jaar. Maar de kans dat er dit jaar bij komt wat er vorig jaar bij kwam is nihil, hij is daar zelf realistischer over dan zijn aanhang. Gewoon realisme, niets meer niets minder.
Toch verandert dat weinig aan mijn antwoord. Want die én is uiteindelijk onnodig. Hij moet toch helemaal niet WK winnen en de Vuelta om een goed eindejaarsrapport te halen. En jij vindt dat QS alles op CSS moet gooien want daarna gaat er toch gefaald worden?
Als hij 75km in de aanval rijdt op WK en in de laatste km wordt overvleugeld en daarna in de vuelta rood pakt na de TT om in de laatste week gekraakt te worden door Jonas en Rogla om pas 3e te worden. Heeft hij dan gefaald?
En dan nog is de kans niet nihil dat het wel zou lukken. De kans is klein, ontzettend klein maar niet nihil. In heel het peloton zal je geen enkele persoon vinden die je daarin gelijk geeft. Niet vergeten dat Pedersen vorig jaar geen WK heeft gereden omdat hij 100% zeker was dat Evenepoel ging winnen. En Pogacar was daar ook. Mss niet in topvorm maar voldoende in vorm om Lombardia te winnen.
Maar ik ga zaterdag toch naar Clásica San Sebastián kijken hoor al zal ik best regelmatig wegzappen denk ik