Het NK voor vrouwen is het sterkst bezette nationaal kampioenschap ter wereld
Een klein wereldkampioenschap, zo wordt het Nederlands Kampioenschap wielrennen bij de vrouwen ook wel genoemd. Niet zo gek ook, als je kijkt over hoeveel wereldtoppers Nederland beschikt. En hoewel er zeker nobele onbekenden op de erelijst staan, is het aantal grote kampioenen op het palmares niet op handen en voeten te tellen. Toch moesten generaties rensters hemel en aarde bewegen om de Nederlandse wielerbond uiteindelijk zover te krijgen ook een nationaal kampioenschap voor vrouwen te organiseren.
Vrouwen die fietsen? De normaalste zaak van de wereld in fietsland Nederland, zou je zeggen. Maar zo heel erg lang is dat nog niet het geval. Zo wordt er aan het einde van de 19e eeuw bijvoorbeeld gewaarschuwd voor het gevaar van het ‘fietsgezicht’, een chronisch vermoeid gelaat als gevolg van excessief fietsen. Het idee! En vrouwen die willen koersen worden natuurlijk helemaal met de nek aangekeken. Zelfs de allerbeste wielrenster ter wereld.
Mien van Bree wordt in de jaren dertig al officieus Europees en wereldkampioene, maar erkenning krijgt ze amper. Kans om te strijden voor een Nederlandse kampioenstrui krijgt ze nooit, want de KNWU vindt dat allemaal niet zo nodig. Een petieterig krantenbericht waarin het blijde nieuws van haar wereldtitel wordt aangekondigd wordt zelfs afgesloten met de volgende woorden: “Zouden onze vrouwen niets beters te doen hebben?”
De tijd is nog niet rijp voor het vrouwenfietsen, zoveel is duidelijk.
Kampioenen die geen kampioen mochten worden
In augustus 2023 overleed op 90-jarige leeftijd een andere, gelukkig niet geheel vergeten, pionier: Wilma van der Wal. Zij trekt zich, zoals enkele andere vrouwen, maar weinig aan wat anderen van haar vinden. Ze wordt dikwijls nagefloten en uitgemaakt voor kenau en andere zaken. Dit sterkt haar alleen maar in het idee dat ze goed bezig is. Wilma wil koersen, Wilma gaat koersen. Zij is er in 1958 dan ook bij als op het circuit van Reims-Gueux het eerst een WK op de weg voor vrouwen wordt georganiseerd onder auspiciën van de Internationale Wielerunie. Ja, de KNWU is beslist niet de enige die wat aan de late kant is.
Dertig vrouwen uit negen landen staan aan de start, waaronder dus de Amsterdamse Van der Wal. Als we er met een moderne bril naar kijken spreken we niet van een waanzinnig sportief succes. Ze moet de meute immers al zeer vroeg laten gaan en ze zou op dik achttien minuten van de legendarische Luxemburgse Elsy Jacobs als allerlaatste finishen. Maar: Van der Wal is erbij. In de bijzonder rijke geschiedenis van het Nederlandse vrouwenwielrennen verdient ook zij een vermelding.

Wilma van der Wal werd officieel nooit Nederlands kampioene, toch droeg ze het rood-wit-blauw – foto: Nationaal Archief
Wie denkt dat Van der Wal, die net als tijdens dat eerste WK heel wat jaren rondrijdt in de Nederlandse driekleur, ook daadwerkelijk de Nederlands kampioene is, heeft het mis. De hoge heren van de KNWU willen er in de jaren nog steeds niet aan. In de woorden die van Van der Wal in 1958 laat optekenen in Het Vrije Volk: “Dr. van Dijk, de voorzitter van de KNWU, ként me niet eens.”
Een andere tijd, net wat u zegt.
Vrouwen geweerd van Nederlands WK
En de bond blijft het maar lastig vinden dat vrouwen ook hun koersen willen rijden. Een jaar na dat eerste WK voor vrouwen zou de strijd om de regenboogtrui in Zandvoort plaats moeten vinden. En ja, de heren rijden er ook, maar de vrouwen zijn er niet welkom. De Nederlandse organisatie had een jaar eerder immers al aangegeven dat het houden van de vrouwenwedstrijd niet mogelijk zou zijn. Waarom? Al snel werd gefluisterd dat ze daar gewoon liever geen vrouwen zagen fietsen. Een niet zo onwaarschijnlijke theorie.
Wat de daadwerkelijke reden ook is, het wielerfeest gaat niet door. Het ziet er zelfs even naar uit dat Elsy Jacobs geen opvolgster gaat krijgen. Gelukkig springt de Belgische bond in het ontstane gat. Niet dat ze daar nu per se voorop lopen in de stoet der vooruitstrevendheid — kort voor het wereldkampioenschap werd immers pas het eerste officiële BK gehouden — maar het beloofde wielerland organiseert wel een WK. De Vélo Club Rotheusien tekent op 2 augustus 1959 voor de organisatie en ze worden daarvoor beloond met een Belgische wereldkampioene, Yvonne Reynders. Lange neus richting de noorderburen.
De eerste wielerwedstrijd voor vrouwen in Nederland vindt volgens een zoektocht in de (verre van volledige) archieven plaats op 23 juni 1959 in Ossendrecht. Wereldkampioene Elsy Jacobs wint op steenworp van de Belgische grens voor Victoire van Nuffel. Van Nuffel, die we ook met recht een icoon kunnen noemen, zou een paar dagen later de eerste Belgisch kampioene op de weg worden. Het zou dan nog zes jaar duren voor het eerste NK op de weg zou plaatsvinden.
Meervoudige winnaressen NK Wielrennen (bijgewerkt t/m 2023)
9 – Keetie van Oosten-Hage
7 – Leontien van Moorsel
4 – Marianne Vos
3 – Yvonne Brunen, Bella Hage, Hennie Top
2 – Lucinda Brand, Chantal van den Broek-Blaak, Thea van Rijnsoever
Meeste podiumplaatsen NK Wielrennen (bijgewerkt t/m 2023)
13 – Marianne Vos
12 – Keetie van Oosten-Hage
11 – Leontien van Moorsel
7 – Bella Hage
5 – Yvonne Brunen, Hennie Top, Hennie Hondeveld, Leontien van der Lienden
4 – Chantal Blaak, Lucinda Brand, Mirjam Melchers, Amy Pieters, Annemiek van Vleuten
3 – Chantal Beltman, Tineke Fopma, Suzanne de Goede, Mieke Havik, Monique Knol, Anouska Koster, Truus van der Plaat, Thea van Rijnsoever, Truus Smulders, Lorena Wiebes
2 – Minnie Brinkhof, Irene van den Broek, Sharon van Essen, Petra Grimbergen, Heleen Hage, Edith Klep, Willy Kwantes, Elsbeth van Rooy-Vink
Pionierswerk NDWC wordt beloond
De oprichting van de Nederlandse Dames Wielren Club in 1964 betekent dat het Nederlandse vrouwenwielrennen nog maar eens een tandje hoger schakelt. De KNWU honoreert de felgekoesterde wens van de NDWC om een NK te organiseren dat jaar nog niet, maar vooruit, er kunnen dat jaar al wel wat wedstrijdjes voor vrouwen georganiseerd worden. Daar moet de NDWC soms hard voor leuren, maar ze krijgen het voor elkaar dat de wielersport voor vrouwen stukje bij beetje gaat groeien en bloeien.
Na de eerste ‘officiële’ vrouwenkoers op Nederlandse bodem op 30 maart in Werkendam (de vader van Anneke Van Doesburg-Groeneveld, een van de oprichtsters van de NDWC, organiseert daar een wedstrijd en hij besluit maar een koers voor vrouwen uit te schrijven om ‘van het gezeur af te zijn’). Daarna komen er meer wedstrijden. Zoals gezegd, de tijd is volgens de KNWU nog niet rijp voor een NK, maar WV Meteoor in Assen staat er wel voor open. Zij zien een strijd van ’s lands beste wielrensters wel zitten en geven de NDWC een parcours om een kampioenschap op uit te schrijven.
Op naar Drenthe dus.
Ineke van IJken, typiste van beroep en een van de oprichtsters van de NDWC, staat in de boeken als winnares van dat officieuze NK, maar ze is volgens de overlevering niet de eerste die over de streep komt. Die eer is voorbehouden aan Hennie Hondeveld, maar zij is geen lid van de NDWC en ze kan derhalve geen kampioen worden. Dat weet Van IJken als secretaresse van de club natuurlijk maar al te goed… Zij grijpt dus de zege en ze noemt zich maar wat graag de Nederlands kampioene van 1964. Niet erkend door de bond, maar toch, een titel is een titel.
Het heeft nog wat meer voeten in de aarde, maar een jaar later gaat de KNWU dan ook eindelijk overstag. 10 rondes van 4,2 kilometer jakkeren over het circuit van Zandvoort met een kampioenstrui als beloning. Uitgerekend in Zandvoort, waar ze enkele jaren eerder tijdens het WK niet welkom waren. Symbolischer kan het haast niet. En het is net als een jaar eerder opnieuw de rappe Van IJken die wint. Ditmaal is ze ook daadwerkelijk de eerste die over de streep komt.
Dr. van Dijk, die enkele jaren daarvoor nog geen idee had wie Wilma van der Wal was, spreekt haar na afloop toe: “Ineke, dit is een historisch moment, je bent de eerste echte kampioene. Je bent ook de ware kampioene, want je hebt er veel voor gedaan en overal waar je reed, demonstreerde je hoe serieus en consequent jij je sport belijdt. Het doet mij dan ook veel genoegen je hier als Kampioene van Nederland 1965 te mogen huldigen.” Ofwel: jullie je zin, welkom bij de club.

Zomaar vier ontzettend grote Nederlandse rensters bij elkaar – foto: Archief Raymond Kerckhoffs
De laatsten zullen de eersten zijn
Vanaf dat moment raakt de ontwikkeling van ‘het vrouwenwielrennen’ in een stroomversnelling, natuurlijk ook geholpen door vele successen. Er wordt al snel veel gewonnen. Keetie, Petra, Tineke, Monique, Leontien, Ellen, Anna, Demi, Annemiek, Marianne en al die anderen die succes boekten en nog zullen boeken. Het is niet voor niets dat het Nederlands kampioenschap voor vrouwen heden ten dage te boek staat als een soort mini-WK. De laatsten zullen de eersten zijn, zullen we maar zeggen.
Na Van IJken breekt al snel het tijdperk Hage aan. Allereerst gaat Bella Hage er drie keer met de winst aan de haal, zus Keetie pakte er vervolgens acht op rij. In totaal zou ze zelfs negen keer het kampioenschap winnen, een absoluut record waar zelfs de grootste aller tijden, Marianne Vos, steil van achterover slaat. Het is sterk de vraag of dit ooit nog verbeterd zal worden. En ach, daar gaat het ook helemaal niet om.
Waar het om draait, is samen met een hoop anderen te beginnen aan het leggen van een enorm fysieke puzzel, in de hoop dat bij jou alle stukjes als eerste passen. En al lukt dat maar een keer, is dat al meer dan fantastisch.
Laatste tien winnaressen NK wielrennen
2023: Demi Vollering
2022: Riejanne Markus
2021: Amy Pieters
2020: Anna van der Breggen
2019: Lorena Wiebes
2018: Chantal Blaak
2017: Chantal Blaak
2016: Anouska Koster
2015: Lucinda Brand
2014: Iris Slappendel
In 2024 vindt het NK wielrennen op de weg plaats op zondag 23 juni.
Prachtig artikel, dat helaas dan weer meer anti-reclame is voor de zelfverklaarde alphamannetjes van weleer... Onze koersvrouwen zijn top.