Metec-Solarwatt: “De Ster winnen is leuk, maar bij ons gaat het om veel meer dan dat”
Interview Komende zaterdag staat met de Ster van Zwolle de Nederlandse opener van het wielerseizoen op de kalender. Een aantal jaren geleden koos Metec-Solarwatt voor een opleidingskarakter en dus is het ontwikkelen van renners voor hen misschien wel belangrijker dan zegevieren. “De Ster winnen hoeft niet, maar dat willen we natuurlijk wel”, zegt teammanager Michel Megens tegen WielerFlits.
Het seizoen 2024 is een kantelpunt in de geschiedenis van de zwart-blauwe formatie. Jarenlang zwaaide de ervaren Adri van Houwelingen (o.a. ex-Rabobank) er de scepter, maar de ploegleider (70) ging na het voorbije seizoen met verdiend pensioen. De sporttechnische leiding valt daardoor sinds dit jaar helemaal in handen van Arjan Ribbers (ex-Sunweb), die dat vorig jaar al samen deed met de ervaren Van Houwelingen. “Ik vind de signalen positief”, zegt Megens daarover. “Het vertrek van Adri is geen verslechtering of verbetering, maar wel een verandering. En dat is goed.”
Dat kwam afgelopen week in Brussel-Opwijk (U23 Road Series) nog niet helemaal uit de verf. “Net omdat dit onze eerste koers van het seizoen was. Ook was er een bepaalde vorm van zelfoverschatting. Dat in combinatie met het feit dat onze sterkste beloften – Wessel Mouris was ziek en Boris Romers reed Le Samyn – er niet bij waren. We hadden dus een jonge selectie. Die jongens haalden wel allemaal de finish; vorig jaar waren dat er maar drie van de zes. En in Le Samyn reden we tegen ploegen die al vier weken koersen. Het voordeel voor ons is dat De Ster nu niet onze eerste wedstrijd meer is. We weten waar we staan en hoeven er niet in te komen.”

Michel Megens – foto: Metec-TKH (archief)
In Zwolle rijdt Metec-Solarwatt zaterdag met een selectie die voltallig bestaat uit elite-renners: Victor Broex, sprinter Roy Hoogendoorn, Tim Marsman, Hidde van Veenendaal, Axel van der Tuuk en Casper van der Woude. Een dag later staat er met de Ronde van Limburg in en rond Stein ook de tweede manche in de U23 Road Series (een competitie met Belgische en Nederlandse wedstrijden, georganiseerd door de KNWU en Belgian Cycling) op de kalender. Daar rijden Karst Hayma, Eskil Huiting, Wessel Mouris, Joris Reinderink, Viego Thijssen en Michiel van Vliet.
Focus op afleveren profs
Afgelopen winter legde Metec-Solarwatt met verschillende trainingskampen in Spanje de basis voor het nieuwe seizoen. “De eerste keer vlakbij Mutxamel en daarna in Girona”, zegt Megens. “Ik heb daar een aantal kartrekkers gezien. Victor Broex, Axel van der Tuuk en Tim Marsman, bijvoorbeeld. De rest van de groep heeft zich daaraan opgetrokken. Samen met de andere eliterenners bij ons in de ploeg, gaan zij ervoor zorgen dat we dit seizoen een stabiele basis hebben waarmee we op weg kunnen. Per saldo staan we daarom iets verder dan vorig jaar.”
Hoewel het team zich dus profileert als een opleidingsploeg, staat Metec-Solarwatt er ook om bekend om ‘speciale gevallen’ een extra kans te geven. Jongens die tegen de profs aanhikken, maar net niet genoeg konden overtuigen bij de beloften. Denk aan Broex, Marsman, Hidde van Veenendaal en Van der Tuuk, maar ook aan Van der Woude, Hoogendoorn en Jordan Habets. Zij zijn allemaal eliterenner, maar hebben wel het nodige in hun mars. Met de juiste stappen en de daaropvolgende goede resultaten, is de vlucht naar de profs voor hen nog altijd mogelijk.

Julian Vergouw – foto: Rafaël Drenth/Metec-Solarwatt
Toch kijken Megens en Ribbers vooral naar de negen beloften binnen de ploeg, die opnieuw op een sterk nationaal en internationaal programma kunnen rekenen. “Ons grootste talent kwam er als laatste bij: Julian Vergouw. Hij is pas 18 jaar jong, maar werd vorig jaar wel Nederlands kampioen bij de junioren. Ondanks dat wij aanvankelijk vol zaten, wilde hij eigenlijk alleen maar bij ons rijden. Een mooi compliment, mooi dat het toch nog gelukt is. Maar ook onze andere jonge talenten hebben al heel veelbelovende prestaties laten zien. Ik heb veel vertrouwen in 2024.”
Bijzonder trackrecord
Voor de ploeg van Megens is onder andere de U23 Road Series heel belangrijk. Ondanks de valse start in Brussel-Opwijk (Viego Thijssen was pas de eerste Metec-renner op bijna drie minuten) en Le Samyn (tussen de profs was Van der Tuuk de beste op ruim vier minuten), panikeert Megens niet. “Bel begin april nog eens en de vlag kan er al heel anders bij hangen”, countert hij. Gelijk heeft de eigenaar van de ploeg, want sinds 2014 leverde Metec-Solarwatt liefst veertien renners af bij de profs of opleidingsploegen, waarna renners daar de stap naar de profs maakten.
Dat begon in 2014 met Peter Koning (Drapac), Jesper Asselman, Sjoerd van Ginneken en Brian van Goethem (Roompot-Oranje Peloton). Later volgden Oscar Riesebeek (Roompot-Nederlandse Loterij), Lars van den Berg (via de opleidingsploeg naar de hoofdmacht van Groupama-FDJ) David Dekker (via SEG Racing Academy naar Jumbo-Visma), Arvid de Kleijn (Riwal-Securitas), Danny van der Tuuk (Equipo Kern Pharma), Marijn van den Berg (via Groupama-FDJ U23 naar EF Education-EasyPost), Sjoerd Bax (Alpecin-Deceuninck) en Hartthijs de Vries (TDT-Unibet).

Metec was onderdeel van de begeleiding van Del Grosso tot en met het WK veldrijden begin februari – foto: Cor Vos
Het merendeel van die jongens is nog altijd een verdienstelijke prof. De komende jaren hopen Huub Artz en Tibor Del Grosso zich bij hen te voegen. Via Metec-Solarwatt kwamen zij de voorbije winter uit bij respectievelijk de opleidingsploegen van Intermarché-Wanty en Alpecin-Deceuninck. Artz is laatstejaars belofte en krijgt dit seizoen een mooi programma. Als alles volgens plan verloopt, tekent hij voor 2025 zijn profcontract. Del Grosso mag nog twee jaar bij de beloften rijden, de categorie waarin hij onlangs wereldkampioen veldrijden werd. Ook op de weg kan hij mooie adelbrieven voorleggen en binnen Alpecin-Deceuninck is er in hem veel vertrouwen.
En tof dat er gewoon mensen zijn die veel tijd en energie in zo'n projecten steken. Ze hoeven het ook niet te doen. Ik vind het mooi!