Zes tips uit de Ronde van Zwitserland richting de Tour de France 2025
Met het einde van de Ronde van Zwitserland zit ook de tweede grote voorbereidingskoers op de Ronde van Frankrijk 2025 erop. Uit de Zwitserse ronde kunnen we al een aantal belangrijke conclusies trekken. WielerFlits zet ze op een rij.
João Almeida is goed genoeg voor het Tourpodium
Veel wielervolgers gaan er gemakshalve vanuit dat Tadej Pogačar, Jonas Vingegaard en Remco Evenepoel onderling de drie podiumplekken in de Tour gaan verdelen. Over de eerste twee twijfelen we zeker niet, maar de Belg toonde in het slotweekend van het Critérium du Dauphiné niet de allerbeste vorm bergop. Oké, er was die pollenallergie. Maar de wijze waarop João Almeida al maandenlang rondrijdt, maakt van hem óók een heel serieuze podiumkandidaat.
Vergeet niet dat de 26-jarige Portugees vorig jaar al vierde werd in de Tour, we vergeten dat nogal eens. En zeg ook niet dat het onmogelijk is met Pogačar in de ploeg, want in 2023 stond UAE Emirates met de Sloveen én Adam Yates op het podium. Dat kan dus prima samen gaan. Het rijtje uitslagen van Almeida is dit jaar namelijk ronduit indrukwekkend: tweede in de rondes van Valencia en de Algarve, zesde in Parijs-Nice en achtereenvolgens de Ronde van het Baskenland, de Ronde van Romandië én de Ronde van Zwitserland gewonnen. Hoe zo, luxeknecht?

Almeida won liefst drie ritten in Zwitserland – foto: Cor Vos
Julian Alaphilippe en Romain Grégoire gaan mee de eerste Tour-helft kleuren
Het heeft ruim drie jaar geduurd, maar het is Tudor Pro Cycling gelukt om Julian Alaphilippe weer op niveau te krijgen. De 33-jarige Fransman klom als in zijn beste jaren en leek in Zwitserland zelfs weer een beetje op de Alaphilippe uit 2019, toen hij wekenlang de gele trui droeg in de Tour en vijfde werd in het eindklassement. Nu gaat dat dit jaar niet lukken, maar in de eerste elf Tourritten krijgen we er wel een extra smaakmaker bij als de tweevoudig wereldkampioen blijft koersen op deze manier.
Iedereen zal nu naar Mathieu van der Poel en – wellicht door zijn rol in een iets mindere mate – Wout van Aert kijken, maar een goede Alaphilippe kan in die etappes ook zeker zijn partij meeblazen. Zet daar ook maar de jonge groeibriljant Romain Grégoire bij. De natuurlijke opvolger van Alaphilippe maakte weliswaar vorig jaar onopgemerkt zijn debuut in de Tour, maar zijn kwaliteiten als puncheur staan buiten kijf. De renner van Groupama-FDJ gaat garant staan voor veel punten in Tourspelletjes.

Laten Grégoire en Alaphilippe de Fransen juichen? – foto: Cor Vos
Felix Gall rijpt als een mooie wijn, Mattias Skjelmose zit nog in het vat
Na een minder sterk jaar in 2024 lijkt Felix Gall weer terug op het niveau van 2023. Toen won hij de Tourrit met aankomst in Courchevel, strandde hij op een haar na in de bolletjestrui te Parijs en klom hij in het slotweekend mee met Pogačar en Vingegaard. Het leverde hem een achtste plek op in de Tour, na een goede aanloop daar naartoe. Qua resultaten gaat het dit jaar nog beter en kan hij zijn Franse werkgever weleens trakteren op een mooie zomer. Hij schaart zich in een kransje Florian Lipowitz, Matteo Jorgenson, Enric Mas en Carlos Rodríguez voor plek vier tot acht.
Hoewel hij voor zowel de Dauphiné als Zwitserland op het laatste moment moest passen wegens ziekte, lijkt Mattias Skjelmose wel in goeden doen. De 24-jarige Deen beukt al een paar jaar stevig op de deur, werd vorig jaar vijfde in de Vuelta a España en klopte in de Amstel Gold Race nog supermannen Pogačar en Evenepoel. Ook won hij afgelopen weekend bij zijn rentree in koers meteen de nieuwe klimklassieker in Andorra. Enig puntje van twijfel: hij lag dit jaar al twee keer vervelend op de grond, is dus ziek geweest en reed begin april zijn laatste rittenkoers.

Rijdt de Oostenrijker straks iedereen naar de Gall-emiezen? – foto: Cor Vos
Kévin Vauquelin en Oscar Onley nice to haves
Na de Dauphiné noteerden we al enkele oudgedienden voor een verre top-tienplaats. Daar komen nu twee jonkies bij. Kévin Vauquelin en Oscar Onley maakten allebei namelijk een sterke indruk in Zwitserland. De Fransman heeft mee dat hij ook als puncheur en tijdrijder goed voor de dag komt en schurkt daardoor misschien wel tegen must have aan. Onley houdt van beklimming zo rond de tien minuten en krijgt daar ook een aantal etappes van voorgeschoteld. Mogelijkerwijs zit er voor beiden ook een top 10-notering in het eindklassement in. Nog een plus: ze doen mee voor het wit.

Onley en Vauquelin – foto: Cor Vos
De ultieme goedkope tijdrijder dient zich aan
De voorselectie van Movistar voor de Tour bestaat uit zeven renners. Daarbij staat onder anderen Pablo Castrillo, die andermaal een goede indruk maakte in een ronde van een week. Net buiten de top-10 viel vooral de naam van zijn ploeggenoot Will Barta op. De Amerikaan (29) werd twaalfde en haalt de laatste twee jaar vaker top-15 in dit soort koersen. Een stabiele kracht dus. De Tour reed hij echter nog nooit en het is ook onduidelijk of hij nu kans maakt. Maar vaak is Barta in spelletjes wél goedkoop en doet hij het doorgaans goed tijdens individuele tijdritten. Een koopje?

William Barta – foto: Cór Vos
Jordi Meeus een no-brainer mits hij rijdt
Het is nog maar de vraag of Red Bull-BORA-hansgrohe een sprinter meeneemt naar de Tour. Jordi Meeus zit momenteel in de wachtkamer. In 2023 bezorgde hij zijn Duitse werkgever nog de ritzege op de Champs-Élysées, maar vorig jaar werd hij thuisgelaten. Dat behoort nu ook tot de mogelijkheden, omdat het onduidelijk is hoe Primož Roglič ervoor staat. Normaal krijgt hij mannen als Daniel Felipe Martínez, Aleksandr Vlasov en ook Lipowitz mee in steun. Of de ervaren Sloveen fit genoeg is na zijn opgave in de Giro d’Italia, valt nog te bezien de komende periode.
Mocht de doelstelling veranderen van een goed klassement naar ritzeges, dan zijn Meeus en zijn loods Danny van Poppel ongetwijfeld van de partij. De 31-jarige Nederlander liet andermaal zien waarom hij de beste lead out ter wereld is. Als positioner zal Van Poppel sowieso de Tour-selectie wel halen, maar Meeus bewees met een ritzege in Zwitserland én zijn overwinning van zondag in de Copenhagen Sprint dat hij voor – waarschijnlijk – een spotprijsje een no-brainer is als sprinter in pooltjes.

Meeus en loods Van Poppel (uiterst links) – foto: Cor Vos
Een beetje een vreemde conclusie voor mij, als je Alaphilippe zijn uitslagen er op nakijkt. Waar hij de vorige seizoenen telkens een paar koersen won, is dat dit jaar nog niet het geval. Niks lijkt mij er op te wijzen dat Alaphilippe nu beter is dan bv. in '24 (o.a. een Giro-rit gewonnen) en '23 (o.a. een rit gewonnen in de Dauphiné). Qua ranking stond hij de afgelopen 10 jaar ook nooit lager dan nu.
Slecht rijdt hij zeker niet rond, maar 'weer op niveau'? Het is nog altijd niet de Alaphilippe die tot de absolute wereldtop behoorde zoals in zijn beste periode 2018-2021. Zijn niveau lijkt mij gewoon gelijkaardig aan de vorige jaren.
@SonnySide: Tour de Suisse is niet perse een referentiekader, korte steilere beklimmingen. Reken maar dat Joujou op minuten wordt gereden bv op de Col de la Loze. Z'n klimtijdrit was ook alles behalve van indrukwekkend.
En anders fiets in de vrachtwagen ! :p
Ik denk ook dat Almeida boven REV eindigt. REV is niet beter dan vorig jaar (misschien zelfs minder) en Almeida heeft duidelijk nog een stapje vooruit gezet.
én: wie dit schrijft moet even opletten:
"De natuurlijke opvolger van Alaphilippe maakt weliswaar zijn debuut in de Tour, maar zijn kwaliteiten als puncheur staan buiten kijf."