WK 2018: Voorbeschouwing wegwedstrijd mannen
foto: Sirotti
zaterdag 29 september 2018 om 20:00

WK 2018: Voorbeschouwing wegwedstrijd mannen

Het is inmiddels een vertrouwd beeld: Peter Sagan in de regenboogtrui. De Slowaak kroonde zich de voorbije drie jaar tot wereldkampioen, maar de vraag is of Peter de Grote zijn titel nogmaals kan verlengen. Het wereldkampioenschap in het Oostenrijkse Innsbruck belooft namelijk loodzwaar te zijn. Wie de meeste kans maakt op de trui met de vijf strepen? We blikken vooruit in een uitgebreide voorbeschouwing.

Historie 
Gino Bartali, Roger De Vlaeminck, Luis Ocaña, Séan Kelly, Laurent Fignon, Miguel Induraín en Fabian Cancellara. Deze wielergrootheden hebben één ding gemeen. Ze wisten zichzelf in hun carrière nooit wereldkampioen op de weg te kronen. Ze zullen met enige afgunst kijken naar Fausto Coppi, Eddy Merckx, Felice Gimondi, Giuseppe Saronni, Abraham Olano en Tom Boonen, kampioenen die de regenboogtrui wél mochten aantrekken. Het geeft aan dat het winnen van het WK iets magisch is, maar ook dat alles goed moet vallen op die ene dag. Want met alle respect voor Hans Knecht, Harm Ottenbros, Rudy Dhaenens en Laurent Brochard: je kunt ze bezwaarlijk in één adem noemen met bovenstaande namen.

Komende zondag wacht voor de 85e keer een regenboogtrui op de winnaar. De klassieke wielerlanden België, Italië en Frankrijk leverden het vaakst een wereldkampioen af met respectievelijk 26, negentien en acht stuks. Nederland volgt op de vierde plaats met zeven titularissen. Spanje en Zwitserland mochten respectievelijk vijf en drie keer juichen. Op de erelijst staan verder nog drie Amerikanen, twee Britten (Tom Simpson en Mark Cavendish), twee Duitsers (Heinz Müller en Rudi Altig), één Ier (Stephen Roche), een Let (Romāns Vainšteins), een Australiër (Cadel Evans), een Noor (Thor Hushovd), een Portugees (Rui Costa) en een Pool (Michał Kwiatkowski). Slowakije ziet zichzelf – met dank aan Peter Sagan – driemaal terug op de erelijst.

Paolo Bettini schreeuwt het uit: hij kroont zich tot wereldkampioen in Salzburg – foto: Sirotti

Het WK-circus streek pas twee keer eerder neer in Oostenrijk. In 1987 was Vilach de gastheer van de wereldkampioenschappen, terwijl Salzburg twaalf jaar geleden het centrum was van de mondiale titelstrijd. De Oostenrijkers zagen toen een uitbundige Paolo Bettini de finishstreep passeren. Il Grillo (de Krekel) was er eindelijk in geslaagd om de trui met de vijf banen te veroveren. De fel betwistte wedstrijd leek overigens te eindigen in een massasprint, maar Samuel Sánchez reed de laatste kilometer – in dienst van zijn kopman Alejandro Valverde – zo hard door, dat een elitegroepje zich af wist te scheiden. Sánchez, Valverde, Bettini of Erik Zabel: één van deze renners mocht zich snel daarna de nieuwe wereldkampioen noemen.

De Italiaan wist uiteindelijk de op papier snellere Zabel te vloeren. “Dit was de snelste finale die ik ooit heb meegemaakt. Wat kan ik nog meer zeggen? Het voelt geweldig!”, stamelde Bettini na afloop. Twaalf maanden later wist hij zichzelf in Stuttgart op te volgen. Met twee wereldtitels is hij echter niet de recordhouder. De eerder genoemde Binda, Mercxk, Rik Van Steenbergen en Óscar Freire deden met drie titels nog beter. Na zondag zou er weleens iemand anders alleen recordhouder kunnen zijn. Mocht Peter Sagan winnen, dan doet hij met vier wereldtitels beter dan wie dan ook.

Laatste tien flag-wc wereldkampioenen
2008: flag-it Alessandro Ballan
2009: flag-au Cadel Evans
2010: flag-no Thor Hushovd
2011: flag-gb Mark Cavendish
2012: flag-be Philippe Gilbert
2013: flag-pt Rui Costa
2014: flag-pl Michał Kwiatkowski
2015: flag-sk Peter Sagan
2016: flag-sk Peter Sagan
2017: flag-sk Peter Sagan

Parcours
Wanneer de nieuwe wereldkampioen na 258,5 kilometer zijn handen in de lucht steekt, heeft hij 4670 hoogtemeters overwonnen. Ja, je leest het goed: 4670 hoogtemeters! Ter vergelijking: de Vuelta-renners kregen in de voorlaatste bergetappe naar de top van de Coll de la Gallina ruim drieduizend hoogtemeters op hun bord. Hierbij staat wél de kanttekening dat de wegrit van zondag bijna drie keer zo lang is, maar het geeft wel degelijk de zwaarte aan van het aankomende wereldkampioenschap.

Het parcours is te vergelijken met dat van Mendrisio, inmiddels alweer negen jaar geleden. Toen moest het peloton over een afstand van 262,2 kilometer 4655 hoogtemeters overwinnen. De uiteindelijke top-10 bestond toen louter uit pure klimmers en sterke allrounders. Het WK in Firenze is wellicht ook te vergelijken met het parcours in Innsbruck. Toen stonden er iets meer dan drieduizend hoogtemeters op het programma, uitgespreid over 272,2 kilometer. Wie er destijds op het podium stonden? Klimmers Rui Costa, Joaquím Rodriguez en Alejandro Valverde.

Cadel Evans werd in 2009 wereldkampioen na een vergelijkbaar zwaar parcours – foto: Sirotti

Gastheer Innsbruck is de hoofdstad van de deelstaat Tirol, gelegen in het westen van Oostenrijk. Ruim achthonderd jaar geleden werden de eerste stenen gelegd van een stad, die zou uitgroeien tot een van de belangrijkste cultuurbolwerken van het Alpenland. Innsbruck is daarnaast ook een echte studentenstad, getuige twee toonaangevende universiteiten. En wie Innsbruck zegt, zegt ook meteen wintersport. In 1964 én 1976 vonden hier namelijk de Olympische Winterspelen plaats. De doorgewinterde sportfans herinneren zich ongetwijfeld nog de gouden tien kilometer van Piet Kleine.

De start van het wereldkampioenschap vindt echter niet plaats in Innsbruck, maar in het meer noordoosten gelegen dorpje Endach, een stadsdeel van het grotere Kufstein. Van daaruit gaat het naar het plaatselijke circuit in Innsbruck. Voordat het peloton de finish een eerste maal passeert, moeten de renners al flink wat hoogtemeters overwinnen. In de plaatjes Kirchbichl en Breitenbach am Inn staan er niet-categoriseerde klimmetjes op het programma. Hierna volgen passages door Kramsach, Strass en Schwaz, over – voor Oostenrijkse begrippen – relatief vlakke wegen.

Net voorbij het uitrijden van Schwaz volgt het eerste kritieke punt van dit wereldkampioenschap met de Gnadenwald (2,8 km aan 11,5%), die een beslissende rol kan spelen in het ontstaan van een vluchtgroep. Na het ronden van de top volgt een flinke duik naar beneden, waarna de renners na goed tachtig kilometer voor het eerst de meet in Innsbruck bereiken. Het WK is nu echt begonnen! Wat volgt, zijn zeven lokale rondes in en rond de stad. Zes daarvan hebben een lengte van 23,9 kilometer.

Na een vlakke aanloop van twee kilometer doemen de flanken op van de klim naar Igls. Met een lengte van 7,9 kilometer kun je al bijna spreken van een echte col. De klimmers zullen niet schrikken van de gemiddelde steiltegraad: die valt met 5,7% namelijk reuze mee. Onderschat echter niet het middenrif van de beklimming. Na twee ‘gemakkelijke’ kilometers – gemiddeld 3,6% en 5,4% – volgen duizend meter aan 6,1%. Na een afvlakkende vierde kilometer (4,9%) breekt het zwaarste gedeelte aan. De cijfers? Tweeduizend meter aan 7%, met pieken tot 10%. Hierna volgen nog twee kilometer aan ruim 5%.

Eenmaal boven zijn we halverwege de omloop. Het tweede gedeelte zal razendsnel verlopen, aangezien de eerste zes kilometer daarvan bergaf gaan. Als het peloton beneden is, wachten er nog zeven kilometers naar de aankomststreep, die overigens niet te onderschatten zijn. Vooral in de laatste kilometers loopt het wegdek bij momenten vervelend omhoog. Na het overschrijden van de finish, werken de renners nog vijfmaal het 23,9 kilometer lange circuit af. Dit betekent dat ‘Igls’ zesmaal onder de wielen verdwijnt, goed voor maar liefst 47,4 klimkilometers.

Het is echter nog altijd niet gedaan. De bel van de laatste ronde. De renner kijkt op zijn fietscomputer, en ziet dat hij 227,5 kilometer heeft afgelegd. Nog 31 kilometer te gaan. Als het veld nog niet uit elkaar is geslagen, dan zal dit nu gebeuren. De laatste ronde van dit wereldkampioenschap is loodzwaar te noemen. De aanloop kent geen geheimen: na goed twee kilometer draaien de nog overgebleven kandidaten voor de wereldtitel Igls op. Acht kilometer later bereiken ze de top, waarna de duik naar beneden voor een laatste keer begint. Ditmaal rijdt men echter niet in een ‘rechte’ lijn naar de aankomststreep, maar maken ze een omweg van 7,1 kilometer, over de rivier de Inn.

En wat voor een omweg, want op elf kilometer van de meet doemt hij dan eindelijk op: de Gramartboden. In de volksmond ook wel bekend als de Höll. Het is een helling, zeg maar gerust een muur met een lengte van 2,8 kilometer. Springveren kunnen er hun hart ophalen, want de gemiddelde stijgingsgraad is maar liefst 11,8%. Prent je in dat de eerste zevenhonderd meter ‘maar’ aan 7% omhoog lopen, en je beseft hoe lastig de slotklim van dit wereldkampioenschap is. De zwaarste stroken volgen na 1,4 kilometer, met een absolute piek van 28%. Het zal voor veel renners ongetwijfeld kruipen betekenen, zeker op de vierhonderd meter lange passage aan 19,7%. De laatste zevenhonderd meter (aan 9%) vlakken dan weer af, al dachten oud-renners Juan Antonio Flecha en lokale held Thomas Rohregger hier ongetwijfeld anders over toen ze de klim voor Eurosport verkenden.

Rohregger – ex-coureur van onder meer Milram en Radioshack – kwam als technisch directeur van het organiserend comité met het idee om de beklimming op te nemen in het parcours. “De UCI ging ermee akkoord, omdat het een uniek en spectaculair idee is”, zo laat de Oostenrijker weten aan Cyclingnews. “Aan het einde volgt het toetje, en sommige renners zullen het niet lekker vinden”, zo omschrijft de Franse bondscoach Cyrille Guimard op treffende wijze de Höll. “Ik denk dat de toppers hier pas hun versnelling zullen plaatsen”, is Rohregger van mening, die titelverdediger Sagan weigert uit te sluiten. “Ik denk dat de klim hem ligt, omdat je veel wattages moet wegtrappen. Sagan heeft de pure kracht. Zowel ronderenners als klassiekerrenners kunnen hier iets ondernemen”, zo voorspelt hij.

Aan het einde wordt het toetje geserveerd, en sommige renners zullen het niet lekker vinden
De Franse bondscoach Cyrille Guimard over de steile slotklim van dit WK

Vanaf de top van de Höll is het nog acht kilometer naar de finish. Als de verschillen niet al te groot zijn, dan kan het wellicht nog bij elkaar komen in de afdaling van de Hungerburg, die razendsnel én bovendien erg technisch is. Deze beklimming zal men altijd in een zucht noemen met Michele Scarponi. De Italiaan wist vorig jaar april op de top van deze col namelijk zijn allerlaatste profzege te boeken, toen de klim als finish diende van de openingsetappe van de Tour of the Alps. Hij versloeg destijds Geraint Thomas en Thibaut Pinot in een sprint bergop. Vijf dagen later overleed Scarpa op training na een aanrijding met een busje.

Eenmaal beneden staan er nog twee – relatief vlakke – kilometers op het programma naar de finish. Op de Rennweg mag de winnaar tussen 16.28 en 17.14 uur de handen in de lucht steken, wetende dat hij zich zojuist heeft gekroond tot de 85e wereldkampioen in de geschiedenis. De grote vraag is: wie is de gelukkige?

Start: 9.51 uur
Finish: 16.28-17.14 uur

Favorieten
Een antwoord op die vraag kunnen we niet geven, maar we kunnen wél de grootste favorieten aanwijzen. In totaal sturen 51 landen een selectie naar Innsbruck, maar een flink aantal afgevaardigden weet dat ze geen kans maken op eremetaal. Laat staan op de wereldtitel.

De grote vraag is: wie dan wel? Julian Alaphilippe is iemand die met torenhoge ambities aan de start zal staan. De 26-jarige Fransman is in de bloei van zijn leven, getuige het aantal overwinningen dit seizoen. De puncheur mocht in 2018 al twaalf keer het zegegebaar maken, waarmee hij een van de drijvende krachten is achter het wonderbaarlijke seizoen van zijn werkgever Quick-Step Floors, dat op 69 (!) seizoenszeges staat. Hij won met de Waalse Pijl en de Clásica San Sebastián al twee klassiekers van allure. In die eerste koers onttroonde hij zelfs El Rey Alejandro Valverde, die de vier voorgaande edities wist te winnen.

Julian Alaphilippe – foto: Sirotti

De volgende stap lijkt het winnen van de wereldtitel. Vorig jaar was Alaphilippe in het Noorse Bergen al de sterkste man in koers, maar werd hij in de slotkilometers toch nog overvleugeld door de sprintende meute. Weet hij zijn aanval ditmaal tot in de perfectie te timen, om zodoende weg te blijven tot de finish? De laatste ronde is hem in ieder geval op het lijf geschreven, met een korte steile klim én razendsnelle technische afdaling. Kan hij de Fransen weer een wereldtitel bezorgen, 21 jaar na Laurent Brochard? “Innsbruck is mijn grote doel, daar ben ik volledig op gefocust. Het winnen van de regenboogtrui zou de kers op de taart zijn van een ongelooflijk seizoen!”, zo liet Alaphilippe recent weten.

Het winnen van de regenboogtrui zou de kers op de taart zijn
Topfavoriet Julian Alaphilippe

Aan de sterkte van de ploeg zal het niet liggen, want bondscoach Cyrille Guimard kan rekenen op meerdere sterke renners. Welke keuzeheer kan nu zeggen dat ze eveneens beschikt over renners van het kaliber Romain Bardet en Thibaut Pinot? Beide klimmers verkeren in een blakende vorm. Zo was er een ijzersterke Gianni Moscon voor nodig om Bardet van de zege af te houden in de Giro della Toscana. Voor de 27-jarige Bardet is het WK een groot doel. En dat hij ook kan excelleren in het eendaagse werk, liet Bardet dit jaar zien in Strade Bianche (2e) en Luik-Bastenaken-Luik (3e). De iets oudere Pinot liet de voorbije jaren ook mooie dingen zien in de klassiekers, en maakte recent nog indruk in de Vuelta a España door te winnen op Lagos de Covadonga en de Coll de la Rabassa.

Simon Yates – foto: Luis Ángel Gómez

Groot-Brittannië leverde sinds de eerste editie van het WK in 1927 twee winnaars af. Tom Simpson was in 1965 de eerste Britse wereldkampioen, terwijl Mark Cavendish 47 jaar later ’s werelds beste werd. De kans is groot dat er komende zondag met Simon Yates een derde naam bijkomt. De 26-jarige klimmer mag zich inmiddels tot de wielerelite rekenen na zijn eindwinst in de Vuelta a España. In de Spaanse ronde maakte hij indruk met enkele snedige demarrages bergop. Een kwaliteit die goed van pas komt in Innsbruck. Als Simon in een goede positie aan de Gramartboden kan beginnen, dan zullen weinigen in staat zijn om hem te volgen.

Wees overigens niet verrast mocht de stadionspeaker na 258,5 kilometer de naam van Adam Yates door de microfoon galmen. In de eerste twee Vuelta-weken was hij nog onzichtbaar, maar in de slotweek was hij een rots in de branding voor zijn broer. Wellicht speelt dit in de kaart van Adam: hij heeft zich – in tegenstelling tot Simon – niet drie weken tot het uiterste moest gaan voor een klassement. Alle aandacht zal uitgaan naar de Vuelta-winnaar, maar wellicht is het wel Adam die op het moment suprême over de betere – of beter gezegd – frissere benen beschikt. Vergeet niet dat die laatste drie jaar geleden nog de Clásica San Sebastián won.

Valverde op het podium in 2003 – foto: Sirotti

In 2003 ‘won’ Lance Armstrong zijn vijfde van in totaal zeven Tour’s. Enkele maanden daarvoor zegevierde Gilberto Simoni voor een tweede en laatste keer in de Giro d’Italia. Het was het jaar waarin Roberto Heras op de valreep een verbazingwekkend sterke Isidro Nozal van Vuelta-winst afhield. Paolo Bettini zegevierde in Milaan-San Remo, Tyler Hamilton bleek de beste in Luik-Bastenaken-Luik, terwijl Michele Bartoli zijn laatste grote klassieker won met de Ronde van Lombardije. In 2003 werden de wereldkampioenschappen gehouden in het Canadese Hamilton.

De uiteindelijk winnaar werd – verrassend – Igor Astarloa. Het was voor de Spanjaard de grootse zege in een tot dan toe verdienstelijke carrière. Hij werd op het eindpodium geflankeerd door een 23-jarig broekkie uit Murcia: Alejandro Valverde. Vijftien jaar later maakt El Imbatido nog altijd kans om op het podium te staan van het WK. Het tekent zijn indrukwekkende regelmaat, maar vooral zijn ongelofelijke klasse. De inmiddels 38-jarige Spanjaard voert komende zondag la selección aan, in wat zijn twaalfde wereldkampioenschap zal zijn. Hij stond na zijn tweede plaats in Hamilton nog vijfmaal op het podium. In Madrid (2005, 2e), Salzburg (2006, 3e), Valkenburg (2012, 3e), Firenze (2013, 3e) en Ponferrada (2014, 3e) kwam hij dichtbij de wereldtitel, maar was er altijd wel iemand sterker of sneller.

Hij krijgt in Innsbruck dé ultieme kans om zich toch nog eens wereldkampioen te noemen. Het zou de kroon zijn op een zeer succesvolle carrière. Dat Valverde de vorm heeft om mee te doen voor de titel, liet hij zien in de voorbije Vuelta. Met twee ritzeges en een top 5-plaats in het eindklassement was hij weer ouderwets op dreef, na een teleurstellend verlopen Tour. Hij leek zelfs kans te maken op de eindzege, maar zakte er in het slot flink doorheen. Toch zegt dit weinig over zijn WK-kansen, aangezien hij twee weken relatieve rust heeft gehad. Het klimparcours in Innsbruck moet hem als gegoten liggen, en de laatste steile slotklim is als het ware voor hem neergelegd. Met zijn sprint hoeft hij bovendien voor niemand bang te zijn. Hij kan rekenen op een sterke ploeg, met revelatie Enric Mas, David De la Cruz en Ion Izagirre.

“38 jaar en hij heeft hem!”. Het gold voor Joop Zoetemelk in 1985, maar geldt het ook voor Alejandro Valverde in 2018?

Gianni Moscon – foto: Sirotti

Frankrijk en Spanje hebben een sterk blok, maar wat dan te denken van Italië? Bondscoach Davide Cassani beschikt met Gianni Moscon en Vincenzo Nibali over twee kopmannen van formaat. Waar Moscon de afgelopen weken zijn goede vorm liet zien, blijven er vraagtekens staan achter de naam van Nibali. Lo Squalo was dé beoogde kopman voor het WK in Innsbruck, maar een veelbesproken val in de Tour gooide roet in het eten. Hij zag zich genoodzaakt om op te geven in de Franse ronde. Hierdoor voerde de Italiaan een race tegen de klok om op tijd fit te geraken voor de Vuelta, dé ideale voorbereiding op het WK.

In de Spaanse ronde reed Nibali lange tijd achter de feiten aan, maar in de laatste bergetappe naar de Coll de la Gallina gaf hij een teken van leven. De vraag is of de Siciliaan daadwerkelijk klaar is om mee te strijden voor de wereldtitel. “Gianni Moscon is onze kopman. Vincenzo krijgt een iets andere rol toegewezen. Hij zal niet de te kloppen man zijn, maar hij weet wat hij kan. We zullen samen beslissen welke rol hij krijgt”, liet Cassani verstaan bij het bekendmaken van zijn shortlist. Trekt de oud-renner hier een Italiaans rookgordijn op? Of is Nibali daadwerkelijk niet klaar om te strijden voor de regenboogtrui? We zullen het antwoord pas aanstaande zondag weten. Maar één ding is zeker: onderschat Vincenzo Nibali – meester in het timen – nooit. Een tweevoudig winnaar van de Ronde van Lombardije blijft een gevaarlijke klant.

Ik praat al sinds maart met hem over het WK, omdat ik er toen al van overtuigd was dat hij onze kopman kon zijn
Bondscoach Davide Cassini over zijn poulain Gianni Moscon

“Ik praat al sinds maart met hem over het WK, omdat ik er toen al van overtuigd was dat hij een kopman kon zijn voor onze nationale ploeg.” Keuzeheer Cassani heeft een blindelings vertrouwen in Moscon. En waarom ook niet, aangezien het enfant terrible na zijn terugkeer van een schorsing meteen de Coppa Agostoni en de Giro della Toscana wist te winnen. Het tekent zijn klasse en staat van paraatheid voor het aankomende WK. Met zijn klimkwaliteiten, daalkunsten, explosiviteit, inhoud én sprint is hij een zeer gevaarlijke klant. Het enige vraagteken voor Cassani: kan de 24-jarige Italiaan alweer een koers van 258,5 kilometer aan? We hebben het echter wel over Gianni Moscon, zowel op als naast de fiets een geval apart. Binnen de Italiaanse selectie is het ook uitkijken naar pocketklimmer Domenico Pozzovivo, die eveneens in een goede vorm verkeert.

Michal Kwiatkowski won in 2014 – foto: Sirotti

Alaphilippe, Simon Yates, Valverde en Nibali: ze jagen allemaal nog op hun eerste wereldtitel. Michał Kwiatkowski weet hoe het is om een jaar lang de regenboogtrui te dragen. De Pool werd in 2014 wereldkampioen, toen hij in Ponferrada na een knappe solo uit de greep wist te blijven van Simon Gerrans en Valverde. Sindsdien aast de alleskunner op een tweede wereldtitel. In Innsbruck volgt er een nieuwe kans. Een kanttekening: dit jaar wil het voor Kwiat nog niet vlotten in de klassiekers. Met eindzeges in de Volta ao Algarve, Tirreno-Adriatico en de Ronde van Polen is hij zeer succesvol als ronderenner, maar in Milaan-San Remo, de Ronde van Vlaanderen en de Waalse klassiekers kwam hij er totaal niet aan te pas. Heeft hij komende zondag wel een superdag? Hij liet in de Vuelta wel enkele fraaie staaltjes bergop zien. Met Rafał Majka heeft hij bovendien een zeer sterke bondgenoot aan zijn zijde.

De uitverkiezing van Primož Roglič is wellicht een verrassing, maar de Sloveen zou zondag zomaar eens de nieuwe wereldkampioen kunnen worden. De 28-jarige renner is dit jaar definitief doorgebroken met eindzeges in de Rondes van het Baskenland, Romandië en Slovenië én een vierde plaats in de Tour. In het eendaagse werk heeft hij nog nauwelijks ervaring, maar met zijn grote motor, klimvermogen en daalkwaliteiten moet hij ver kunnen komen. Roglič sloeg woensdag de tijdrit wegens de nasleep van een blessure over, maar wil scoren in de wegrit. “Ik heb nog nooit een WK gereden met als doel om een resultaat te behalen. Het parcours ligt mij wel, maar alles zal afhangen van de vorm”, zo liet hij onlangs weten. Is die toereikend genoeg om mee te doen voor de knikkers? Mocht Roglič niet op de afspraak zijn, dan kan de onberekenbare Matej Mohorič namens de Slovenen verrassen.

Tom Dumoulin – foto: Sirotti

Frankrijk heeft met Alaphilippe, Bardet en Pinot drie kanshebbers in de gelederen, maar wellicht beschikt Nederland over het sterkste collectief. Welke bondscoach droomt er nu niet van een ploeg met Tom Dumoulin, Wout Poels, Bauke Mollema, Wilco Kelderman, Steven Kruijswijk én Sam Oomen? Hier wringt echter ook de schoen. Want zoveel kapiteins op één schip: gaat dat wel goed? Kruijswijk en Kelderman hebben echter aangegeven zich te zullen wegcijferen voor Dumoulin, Mollema en Poels. De vraag is wie van dit drietal de meeste kans maakt op de wereldtitel. Mollema is de man met de meeste adelbrieven in eendagskoersen. De Groninger eindigde bijvoorbeeld zevenmaal in de top-10 van de Clásica San Sebastián.

Het probleem van Mollema is echter dat hij moeilijk wint. Zo stak hij in 36 klassieke deelnames slechts één keer de handen in de lucht, tijdens de Clásica van 2016. Bondscoach Thorwald Veneberg zal bij het zoeken naar een winnaar daarom eerder uitkomen bij Poels. De 30-jarige klimmer krijgt niet altijd de vrijheid van zijn werkgever Sky, maar won twee jaar geleden wél Luik-Bastenaken-Luik. Het probleem bij de Limburger is echter dat hij bijzonder wisselvallig is. Welke Wout Poels krijgen we zondag te zien? Dat is de grote vraag.

Wellicht moet Veneberg hopen op een goede dag van Dumoulin. De nummer twee van het WK tijdrijden heeft nog niet veel laten zien in het eendaagse werk, maar heeft de inhoud om er aan het einde nog bij te zitten. In Innsbruck komen de sterkste renners bovendrijven, iets wat in het voordeel speelt van Dumoulin. De Limburger beschikt niet over de meest verschroeiende demarrage, maar Cadel Evans liet in 2009 zien dat je ook op een andere manier kunt winnen. Zorgt Dumoulin voor de eerste Nederlandse wereldtitel sinds Joop Zoetemelk?

Outsiders

Peter Sagan

Peter Sagan – Foto: ASO / B. Bade

De tien grootste favorieten zijn besproken, maar dat betekent niet dat de winnaar per definitie zal komen uit dit kransje kanshebbers. Want wat kunnen we verwachten van titelverdediger Peter Sagan, die het WK de voorbije drie jaar wist te winnen? Op de vraag of de Slowaak een kans maakt op een vierde wereldtitel, is hij duidelijk. “Nee. Ik ga er heen om mijn Slowaakse trui te dragen. Dat ben ik mijn land verschuldigd”, aldus Sagan. Speelt de allrounder een spelletje, of gelooft hij daadwerkelijk niet in zijn kansen? Bij Sagan is het altijd met twee woorden spreken. Peter de Grote presteerde in het verleden wel vaker ‘onmogelijke’ dingen.

Nee, ik maak geen kans op de wereldtitel
Titelverdediger Peter Sagan over zijn kansen in Innsbruck 

Het zegt wat over de sterkte van het deelnemersveld, dat we het wielerland bij uitstek nog niet hebben genoemd. De Belgen beschikken niet over dé topfavoriet, maar kunnen met Dylan Teuns, Tim Wellens en Tiesj Benoot wel drie toppers uitspelen. Het is vooral uitkijken naar de explosieve Teuns, die op de steile Gramartboden zijn ding moet kunnen doen. In de Vuelta strandde hij meerdere malen op een ereplaats. Volgt zondag de ultieme revanche? Wellens en Benoot moeten het dan weer hebben van een lange aanval na een zware koers. Voor olympisch kampioen Greg Van Avermaet lijkt het parcours dan weer te zwaar.

Dylan Teuns – foto: Sirotti

Een land dat ook gebaat is bij een harde koers, is Colombia. De Escarabajos rekenen op Nairo Quintana, Miguel Ángel López en Rigoberto Urán. Vooral Urán is een gevaarlijke outsider voor op zijn minst een medaille. De 31-jarige klimmer reed een sterke slotweek in de Vuelta en heeft al voldoende laten zien in eendagswedstrijden. Hij vertolkte één keer eerder een hoofdrol op het WK. In 2013 streed hij in Firenze lange tijd mee om de wereldtitel, tot een zware val in een afdaling een einde maakte aan die droom. Quintana en López schitteren vooral in rittenkoersen en grote rondes, maar kunnen wellicht verrassen op een klimparcours als dat van Innsbruck. Vooral López is een gevaarlijke klant: de Astana-renner eindigde onlangs nog op het eindpodium van de Vuelta. Quintana zal zijn seizoen dan weer willen redden met een knalprestatie.

Twee andere sterke blokken zijn de Denen en de Duitsers. Beide landen hebben echter één probleem: ze missen een afwerker. Hoe goed Jakob Fuglsang ook heeft gepresteerd dit seizoen, de Deen staat niet bekend als een winnaar. Toch moet een top 10-plaats tot de mogelijkheden behoren, zeker gezien zijn tweede plaats op de voorbije Olympische Spelen. De Duitsers rekenen dan weer op Emanuel Buchmann, die sterk begon aan de Vuelta. In de slotweek had de BORA-hansgrohe-klimmer het echter moeilijk, waardoor hij uit de top-10 viel. Is hij voldoende hersteld voor aankomende zondag?

Urán, López en Quintana voeren Colombia aan – foto: Luis Ángel Gómez

Tot slot hebben we nog flink wat eenlingen, die zullen hopen op een perfect koersverloop. Kanshebbers als Daniel Martin, Roman Kreuziger, oud-wereldkampioen Rui Costa, Luik-Bastenaken-Luik-winnaar Bob Jungels en Michael Woods hebben niet de ploeg om de koers te dragen. Hetzelfde geldt voor Richard Carapaz, George Bennett, Ilnur Zakarin, Louis Meintjes, Sébastien Reichenbach en Patrick Konrad. Maar renners als Romāns Vainšteins (2000) en Rui Costa (2013) hebben in het verleden laten zien dat dit niet in hun nadeel hoeft te werken.

Favorieten volgens WielerFlits
**** Julian Alaphilippe
*** Simon Yates, Alejandro Valverde
** Gianni Moscon, Romain Bardet, Michał Kwiatkowski
* Vincenzo Nibali, Thibaut Pinot, Primož Roglič, Tom Dumoulin

Website organisatie WK 2018
Deelnemerslijst


Weer en TV
De renners zullen zondag koersen onder een gemiddelde temperatuur van zo’n 17 graden Celsius. Er is kans op wat neerslag, maar het blijft grotendeels droog. De wind heeft windkracht 2 en komt uit het westen.

De koers wordt vanaf de start live uitgezonden door Sporza en Eurosport. De NOS schakelt later op de middag live naar Innsbruck.

RIDE Magazine
63 Reacties
Sorteer op:
28 september 2018 23:16
Sam Oomen gaat hier iets geweldigs presteren. Dat hoop ik, voorgevoel, totaal ongefundeert, ik weet niet waarom ik dat denk..
29 september 2018 10:45
Ik vrees wel een beetje voor de wedstrijd. Zo lang met dan zo'n nijdig ding aan het einde.

Zou me niets verbazen als het wachten wachten wachten en dan poef de hel op wordt. Beetje Waalse pijl idee.

Iedere topper gaat denken dat ze na zoveel km klimmen alaphilipe wel aan kunnen op dat laatste ding.
En dus zullen veel ploegen gaan willen controleren.
29 september 2018 12:04
Nederland heeft in de breedte V E R R E W E G de meest sterke ploeg op dit WK met enorm veel klimpower. Maar zoals bekend zonder afmaker. Dus is het zaak in een overtal situatie te komen in de finale van de wedstrijd, en eigenlijk al voorafgaand de laatste (helse) klim.
Dat betekent dat onze oranje leeuwen er aan keiharde koers moeten maken, vanaf halverwege de wedstrijd.
En op zich hebben we de renners ervoor om te zorgen dat het een afmattingsslag wordt... Dan kunnen we kanjers als Kelderman, Kruijssie, Weening en Tolhoek opofferen om de boel te slopen!
Zou toch mooi zijn als we (bijvoorbeeld) in de laatste 30 KM zitten - en er is nog slechts een elitegroep van 10 man over met daarin 4 Ollanders :) Dan kan NL een leuk spelletje gaan spelen....
29 september 2018 15:55
Bij ons,de Belgen, moeten De Plus, Hermans en Meurisse de eerste 55km voluit gaan, gewoon de klimmers niet sparen,en sorry maar Nederland heeft met Tolhoek en Weening wat weinig waterdragers.
29 september 2018 17:42
Het lijkt mij dat België juist gebaat is bij een afwachtende koers, en dan op het einde met Teuns op de Höll podium proberen te halen. Als er hard wordt gekoerst blijven alleen de beste klimmers over lijkt mij. Grote kans dat daar geen Belg bij zit.

Nederland zal juist gebaat zijn bij een hele harde koers om de punchers eraf te krijgen. En dan hopen dat jongens als Mollema, Kruijswijk en Dumoulin het meeste overhebben om solo weg te komen.

Mijn voorspelling:
1. Roglic
2. Nibali
3. Dumoulin
29 september 2018 17:50
@olav
Verreweg en zo overdreven geschreven, ben ik niet met je eens. Nederland heeft een sterke ploeg, maar Frankrijk is in de breedte ook heel sterk. En Italië, Colombia en Spanje hebben als andere voorbeelden ook niet te klagen.

Je zou de ploegen eens in (gemiddelde) CQ-punten moeten uitdrukken. Dat geeft waarschijnlijk wel een aardig beeld van de sterkte per ploeg.
    29 september 2018 19:21
    @ Covadonga,
    Mee eens: in mijn enthousiasme, door mijn oranje bril gezien, overdreef ik een beetje. Ook Frankrijk heeft een erg sterke ploeg voor dit parcours. Ben benieuwd!
29 september 2018 18:43
Gaaf parcours, werd hoog tijd dat de wereldkampioen eens een echte klimmer is.
29 september 2018 19:49
Mag ik hier als eerste de naam van Michael Woods noemen?
    29 september 2018 21:03
    Woods is een prima outsider die gewoon gaat bidden dat de Fransen en Spanjaarden all - in op Flippie en Il Imbatido zullen inzetten ja. D.Martin zelfde laken een pak , hoewel het naar zijn vorm gissen is natuurlijk (baby's net achter de kiezen)
29 september 2018 20:08
Ik geef Mollema een goede kans voor morgen, deze gozert kan nog wel eens voor een verrassing zorgen.
Al kijk ik nu wel door een oranje bril.
29 september 2018 21:38
Kruiswijk na een epische solo van 40 kilometer, Primoz Roglic komt na een epische afdaling op enkele seconden als tweede over de finish en Tom du Moulin gaat mega over de pijngrens en verslaat Nibali voor het brons
29 september 2018 21:45
Morgen zal het aantal DNF'jes niet van de lucht zijn. Op een WK altijd fraai ook om te zien wie bij de passages pogen buiten het oog vd camera, in hun vaderlands tenue, de bussen in te glippen.
29 september 2018 23:21
Ik hoop op een levendige koers maar sluit niet uit dat er gewacht wordt tot de laatste klim, wellicht dat ze het parcours net iets te zwaar hebben gemaakt. En bij een gesloten koers zie ik ook nog wel kansen voor klassieke renners met een goede dag.
Mollema als kopman voor Nederland vind ik een logische zet, heeft uit de Vuelta een goede vorm meegenomen. Verder verwacht ik er niet zoveel van, als er één Nederlander top10 kan rijden hebben ze het naar behoren gedaan.
Mocht Alaphilippe het niet redden hebben de Fransen Bardet nog achter de hand, heeft een uitstekende afdaling in huis, schat hem iets hoger in dan Pinot. Roglic verwacht ik ook vooraan, benieuwd naar wat Mohorič kan.
30 september 2018 08:44
Door linkeballen en niet willen rijden blijft een groepje vooruit met oa De Marchi, en Pieter Weening!
30 september 2018 09:18
Hoewel ‘de hel’ vast een prachtige klim is denk ik dat voor een mooie open koers een extra rondje Igls beter was geweest. De races tot nu toe waren prachtig aanvallend maar door dat steile ding denk ik dat de koers veel geslotener wordt dan met een extra rondje Igls.
30 september 2018 09:27
Persoonlijk zou ik er al voor tekenen als er een Nederlander mee blijft doen aan de frontlinie tot diep in de finale. Geen illusies over podiumkansen verder, dan kan het alleen maar meevallen...
30 september 2018 10:21
Kan iemand mij vertellen waarom vorig jaar NIET de gewonnen medailles in de ploegentijdrit werden meegeteld in de medaillespiegel en dit jaar WEL?
2017: https://www.wielerflits.nl/nieuws/wk-2017-medaillespiegel/

In het geval de ploegentijdrit niet meetelt kan België maximaal nog op gelijke hoogte komen door goud te winnen. Het is net even een verschilletje. ;-)
30 september 2018 10:40
Koersverloop zal ook veel bepalen.
Er is geen Sky om hard achter de kopgroep te gaan jagen.
In de sterke ploegen zitten meerdere kanshebbers voor de zege, gaan die hun eigen kansen opofferen?

Wat ik zeggen wil; als er een sterke kopgroep ontstaat ben ik benieuwd wie die kopgroep gaat terugpakken.
30 september 2018 13:00
Jammer dat Froome niet meedoet, denk dat MA Lopez hem gaat pakken, en Mas op het podium met Alaphilippe
30 september 2018 16:35
Komt erbij!

Reacties zijn gesloten.