Voorbeschouwing: E3 Saxo Classic 2023 – Nieuwe strijd Van der Poel, Van Aert en Pogacar
De E3 Saxo Classic is ieder voorjaar weer een moment om naar uit te kijken. Niet alleen vormt het een belangrijk ijkpunt voor de Ronde van Vlaanderen van een week later, ook heeft de WorldTour-klassieker inmiddels zelf al wat prestige verworven, waardoor veel renners hem graag op het palmares hebben. Want wie wil nu niet de opvolger worden van Wout van Aert, na een tocht van 200 kilometer door de Vlaamse Ardennen? WielerFlits blikt vooruit.
[toto id=”519092″ link=”https://bit.ly/toto23-e3prijs-widget” title=”Wie wint de E3 Saxo Classic?”]
Historie
In 1958 stond de eerste editie van Harelbeke-Antwerpen-Harelbeke – zoals de wedstrijd destijds heette – op de wielerkalender. Man van de streek Armand ‘Mantie’ Desmet uit Waregem (amper tien kilometer van Harelbeke) kroonde zich tot de eerste laureaat. Desmet, later nog tweede in de Vuelta, was geen veelwinnaar en greep in Harelbeke zelfs zijn eerste overwinning bij de profs. Zijn trofee? Een radio, die de in 2012 overleden Desmet nog lang zou koesteren.
Desmet luidde een reeks van negentien achtereenvolgende Belgische overwinningen in. Van E3 was op dat moment nog geen sprake in de naamgeving van deze koers, wél in het parcours. De E3 (tegenwoordig A14-E17) was namelijk een autosnelweg tussen Harelbeke en Antwerpen, en laat dat nu juist het traject zijn dat deze wedstrijd een lange tijd gevolgd heeft. Vandaar dat de organisatie vanaf 1970 koos voor de naam ‘E3 Prijs Harelbeke’.
En ook al had ‘Keizer van Herentals’ Rik Van Looy zich op dat moment al viermaal op de erelijst gezet, toch verwierf de wedstrijd pas écht haar naamsbekendheid als ‘de E3 Prijs’. Zo veroverde het een plekje op de kalender op de zaterdag (maar inmiddels vrijdag) voor de Ronde van Vlaanderen, middenin de Vlaamse Wielerweek. De E3 werd, ondanks zijn jonge leeftijd, een rasechte klassieker en een vaste waarde in het Vlaamse voorjaar.
Roger De Vlaeminck, Herman Van Springel, Freddy Maertens, Jan Raas, Johan Museeuw, Mario Cipollini en Fabian Cancellara vinden we allemaal terug op de erelijst, maar opvallend genoeg géén Eddy Merckx. De ‘Grootste Aller Tijden’ probeerde het, maar moest in 1972 de duimen leggen voor de obscure Hubert Hutsebaut uit Lendelede, die behalve de E3 Prijs alleen een Vueltarit op zijn erelijst heeft staan. Hutsebaut liet dat jaar ook die andere legende, Walter Godefroot, achter zich. Een ware stunt, maar ook een hiaat op het palmares van Merckx.
Recordhouder is Tom Boonen, die het record van Rik Van Looy op indrukwekkende wijze van de tabellen veegde. Tussen 2004 en 2008 was Boonen oppermachtig in Harelbeke en omstreken. Of het nu een massasprint tegen Jaan Kirsipuu betrof (2004), de sprint van een klein groepje (2005 en 2007) of een late aanval (2006): Boonen kon het in Harelbeke gewoon op alle manieren afronden. Het orgelpunt kwam er in 2012, misschien wel het beste klassiekerjaar van Boonen. In een millimetersprint tegen de afscheidnemende Óscar Freire kroonde Boonen zich definitief tot recordhouder met vijf triomfen, maar zette hij ook de unieke combinatie E3 Harelbeke-Gent-Wevelgem-Ronde van Vlaanderen-Parijs-Roubaix neer.
In het afgelopen decennium profileerde de E3-Prijs (in 2019 de E3 BinckBank Classic en sinds 2022 de E3 Saxo Classic) zich voornamelijk met innovatie en opvallende affiches, die ieder jaar consternatie opleveren. Halfnaakte dames, het hoogbejaarde, handtastelijke bloemenmeisje Germaine, getatoeëerde kinderen of als FC De Kampioenen verklede wielerkampioenen: ze passeerden allemaal de revue in Harelbeke. Ditmaal besloot men de controverse niet op te zoeken en ging het voor een mysterieuze dame, die later ex-renster Ine Beyen bleek te zijn.
Laatste winnaars E3 Saxo Classic
2022: Wout van Aert
2021: Kasper Asgreen
2020: Afgelast vanwege coronacrisis
2019: Zdeněk Štybar
2018: Niki Terpstra
2017: Greg Van Avermaet
2016: Michał Kwiatkowski
2015: Geraint Thomas
2014: Peter Sagan
2013: Fabian Cancellara
[toto id=”519092″ link=”https://bit.ly/toto23-e3prijs-widget” title=”Wie wint de E3 Saxo Classic?”]
Laatste editie
Vorig jaar kregen we een razendsnel eerste wedstrijduur, waarin opvallend genoeg niemand kon ontsnappen. Pas na zo’n zeventig kilometer koers kwam er toch een ‘vroege’ vlucht. Ryan Mullen, Lukas Pöstlberger (beiden BORA-hansgrohe), Daniel Oss (TotalEnergies), Jelle Wallays (Cofidis), Brent Van Moer (Lotto Soudal), Mathijs Paasschens (Bingoal Pauwels Sauzen WB) en Lasse Norman Hansen (Uno-X) wisten weg te rijden.
De kopgroep begon met ongeveer twee minuten voorsprong aan de heuvelzone, die op 116 kilometer van het einde begon. Het was echter wachten tot de Taaienberg vooraleer we een echte schifting kregen, waardoor vooraan zeven renners wegreden. Naast drie renners van Jumbo-Visma – Wout van Aert, Christophe Laporte en Tiesj Benoot – waren dat Stefan Küng, Jasper Stuyven, Kasper Asgreen en de winnaar van Milaan-San Remo, Matej Mohoric.
INEOS Grenadiers had de slag gemist en moest aan de bak. Op deze Eikenberg kwam er vervolgens de verwachte tegenreactie van Jhonatan Narvaez. Naast de Ecuadoriaan konden ook enkele andere sterke renners, zoals Dylan van Baarle, Florian Sénéchal, Biniam Girmay, Valentin Madouas en Mike Teunissen de aansluiting vooraan maken. Omdat de meeste vroege vluchters het intussen vooraan niet meer bij konden benen, begonnen we met vijftien renners aan de laatste vijftig kilometer.
De wedstrijd leek hierop even tot rust te komen, maar nadat Sénéchal door een lekke band wegviel, waren er op de Paterberg alweer nieuwe ontwikkelingen voorin. Met nog zo’n veertig kilometer voor de boeg sloeg Van Aert – met ploeggenoot Laporte in zijn zog – een flink gat met de rest van de kopgroep. Op de Oude Kwaremont moest de Fransman alle zeilen bijzetten om zijn kopman bij te houden, maar daarna leek het toch een koppeltijdrit te worden.
In eerste instantie bleef het verschil tussen de twee voorop en de acht daarachter nog beperkt, maar na de Karnemelkbeekstraat, de voorlaatste beklimming, werd het gat groter en groter. In de vlakke, laatste kilometers naar Harelbeke zette de groei door. Van Aert en Laporte konden dus uitgebreid zegevieren, ook omdat ze er geen sprint meer van maakten. Laporte, die in Parijs-Nice een ritzege cadeau kreeg van Van Aert, gunde zijn kopman de overwinning.
Uitslag E3 Saxo Classic 2022
1. Wout van Aert (Jumbo-Visma)
2. Christophe Laporte (Jumbo-Visma) in z.t.
3. Stefan Küng (Groupama-FDJ) in 1m35s
4. Matej Mohoric (Bahrain-Victorious) op 1m36s
5. Biniam Girmay (Intermarché-Wanty-Gobert)
Wedstrijdverslag
[toto id=”519092″ link=”https://bit.ly/toto23-e3prijs-widget” title=”Wie wint de E3 Saxo Classic?”]
Parcours
De E3 Saxo Classic doet haar status van Ronde van Vlaanderen-light weer alle eer aan. Met zeventien korte kuitenbijters en vijf kasseistroken belooft het wederom een koers te worden voor de klassiekerspecialisten met inhoud. De organisatie volgt wederom het devies van ‘tene quod bene’, behoud wat goed is. We vinden dan ook geen noemenswaardige veranderingen.
Starten en finishen doen we naar goede gewoonte in Harelbeke, het epicentrum van de E3 Saxo Classic. Daarna volgt een lange lus richting het oosten, waarbij de renners nog meer dorpen die wielrennen ademen, zoals Waregem, Wortegem-Petegem, Oudenaarde, Zottegem, Geraardsbergen (zonder Muur) en Ronse, doorkruisen. Desondanks zijn deze eerste honderd kilometer van de wedstrijd naar goede gewoonte relatief vlak.
Opletten is het vanaf La Houppe, in de provincie Henegouwen, op 116 kilometer van de streep. Vanaf daar begint een nerveuze fase waarin de renners quasi elke tien kilometer een kuitenbijter voor de wielen geschoven krijgen. De Kanarieberg, Knokteberg, Hotondberg en Kortekeer zijn echter niet met kasseien betegeld en dus is de verwachting niet dat we hier al spektakel te zien krijgen. Wel kan het kansen vormen voor de renners van de tweede lijn, om te anticiperen.
De echte finale begint op 80 kilometer van de aankomst in Harelbeke. De Taaienberg, met het steile beginstuk en de lange uitloper, zal voor altijd een beetje de heuvel van Tom Boonen blijven, die er traditioneel zijn eerste prikje uitdeelde. De Taaienberg is de eerste kasseihelling van de dag en meteen een lastige. Tien vlakke kilometers verder volgen de hindernissen elkaar nog sneller op, met de Berg ten Stene, Boigneberg en ook de kasseien van de Eikenberg, Stationsberg en Mariaborrestraat op een afstand van amper vijftien kilometer.
Via de Kapelberg gaat het richting Kluisbergen, waar de twee met kasseien betegelde scherprechters van de Ronde van Vlaanderen in omgekeerde volgorde liggen te wachten. Eerst de steile Paterberg op 42 kilometer van de streep, drie kilometer verder de Oude Kwaremont, die een pak langer is, maar vooral een hele lange uitloper heeft. Extra pittig is tien kilometer later nog de Karnemelkbeekstraat, die de organisatie maar wat graag profileert als de E3 Col. Het betreft weliswaar een helling zonder kasseien, maar met een maximaal stijgingspercentage van 18 procent daarom niet minder lastig. Dit is de laatste kans om grote verschillen uit de bouwen.
Later volgen immers alleen nog de kasseien van de Varent (op 24 kilometer van de streep) en de Tiegemberg, waarna er nog negentien relatief vlakke kilometers via Anzegem en Deerlijk richting aankomstplaats Harelbeke leiden. Daar ligt de aankomst vlakbij provinciaal domein De Gavers. Weinig verrassingen nog in de slotkilometers, want in de laatste 600 meter op de Stasegemsesteenweg vinden we geen bochten meer.
Hellingen
1. Katteberg (750 m aan 6%) – nog 175 km
2. La Houppe (1.880 m aan 4,8%) – nog 116 km
3. Kanarieberg (1.050 m aan 7,7%) – nog 111 km
4. Oude Kruisberg (800 m aan 4,8%) – nog 102 km
5. Knokteberg (1.260 m aan 7%) – nog 94 km
6. Hotondberg (1.200 m aan 4%) – nog 90 km
7. Kortekeer (1.000 m aan 6,4%) – nog 84 km
8. Taaienberg (700 m aan 6,3%) – nog 80 km
9. Berg ten Stene (1.300 m aan 5,2%) – nog 70 km
10. Boigneberg (1.000 m aan 5,2%) – nog 65 km
11. Eikenberg (1.250 m aan 6,2%) – nog 61 km
12. Stationsberg (700 m aan 3,2%) – nog 57 km
13. Kapelberg (750 m aan 7,1%) – nog 45 km
14. Paterberg (400 m aan 12,9%) – nog 42 km
15. Oude Kwaremont (2.200 m aan 4%) – nog 38 km
16. Karnemelkbeekstraat, E3 Col (1.530 m aan 4,9%) – nog 30 km
17. Tiegemberg (750 m aan 5,6%) – nog 19 km
Vrijdag 24 maart 2023, Harelbeke – Harelbeke (204,1 km)
Start: 12.15 uur
Finish: tussen 16.45 en 17.20 uur
[toto id=”519092″ link=”https://bit.ly/toto23-e3prijs-widget” title=”Wie wint de E3 Saxo Classic?”]
Favorieten
Aan grote namen geen gebrek in de E3 Saxo Classic. Zowat alle renners die afgelopen zaterdag het mooie weer maakten in een monument als Milaan-San Remo, mogen we ook in Harelbeke op de voorposten verwachten. Deze E3 Saxo Classic geldt als een mini-Ronde van Vlaanderen, en zal daarom nog meer de waardeverhoudingen blootleggen dan het Italiaanse monument. Wie is volledig klaar en welke jongens hebben nog werk voor de boeg?
Logischerwijs verwachten we het meeste van Mathieu van der Poel. Het is bijna onwezenlijk: amper twee weken geleden was Alpecin-Deceuninck het enige WorldTeam zonder overwinning, en trok Van der Poel zijn voorbereiding – waarin hij diep ging om een vijfde wereldtitel in het veld binnen te halen – openlijk in twijfel. Terwijl de troepen van Christophe Roodhooft nu de beste papieren hebben. Opvallend nog: na 2021 is het pas de tweede keer dat Van der Poel in de E3 start. De laatste jaren kregen Gent-Wevelgem en Dwars door Vlaanderen de voorkeur.
Dat het voor supertalent Tadej Pogačar menens is om Vlaanderens Mooiste op zijn palmares bij te schrijven, blijkt uit zijn last minute beslissing om deze E3 Saxo Classic in zijn programma op te nemen. Na een geslaagde test in de Ronde van Vlaanderen van vorig jaar, laat de tweevoudig Tourwinnaar niets aan het toeval over en probeert hij de Vlaamse wegen nog beter te memoriseren. Na zijn verwoestende seizoensstart behoort hij dan automatisch tot de grote favorieten. Te meer omdat hij een al even sterk gestarte Tim Wellens aan zijn zijde heeft.
Is Wout van Aert alweer sterk genoeg om de verschillen te maken? Vanwege zijn ziekte vlak voor de Strade Bianche, is het logisch dat de Belgische klassiekerspecialist nog niet op zijn allerbest is. Maar toch kwam hij in de finale van Milaan-San Remo maar amper te kort. Eigenlijk hoeft het deze week nog niet voor Van Aert: hij is er vooral op gebrand om de Ronde van Vlaanderen of Parijs-Roubaix op zijn palmares te zetten. Maar Van Aert rijdt elke finale, en dan kan je ook winnen.
Van Aert kan er met zijn aanwezigheid in de finale ook voor zorgen dat zijn ploegmaats bij Jumbo-Visma profiteren. De opstelling van de geelhemden doet denken aan die van de Quick-Step-ploeg in haar beste jaren, met naast Van Aert maar liefst drie andere kandidaat winnaars: Christophe Laporte (vorig jaar nog tweede), Tiesj Benoot (die we na zijn winst in Kuurne-Brussel-Kuurne niet meer zullen vergeten) en Parijs-Roubaix- en Omloop Het Nieuwsblad-laureaat Dylan van Baarle. Vul die selectie aan met hardrijders als Nathan Van Hooydonck, Edoardo Affini en Tosh Van der Sande, en je weet dat dit hét te kloppen blok is. Nét als in het Openingsweekend.
Hoe zit het nog met dat andere op papier sterke blok, dat van Soudal Quick-Step? In Milaan-San Remo bleek vooral dat er nog veel werk aan de winkel is. Julian Alaphilippe kwam in het tweede groepje boven op de Poggio, wat naar zijn normen eigenlijk te weinig is. Kasper Asgreen liep op zijn beurt een achterstand op door ziekte en een val in Le Samyn. Frans kampioen Florian Sénéchal lijkt wel op niveau, maar koerste tot op heden vooral in dienst. Geen grote favorieten dus bij de troepen van Lefevere, maar in de rol van underdogs kunnen ze zeker ook presteren.
INEOS Grenadiers moet het jammer genoeg zonder Tom Pidcock doen, die na zijn indrukwekkende Strade Bianche een pak minder fortuinlijk was in Tirreno-Adriatico. Twee keer kwam hij onzacht in aanraking met het asfalt, bij die laatste liep hij een lichte hersenschudding op. In de straten van San Remo bewees Filippo Ganna echter dat hij een uitstekende stand-in kan zijn. Toegegeven, bij zijn deelnames in 2018 en 2019 kwam hij niet verder dan een 91ste plaats, maar toen was hij nog niet de Ganna die we nu kennen. Met meer ervaring én in zijn absolute topvorm moet de Italiaan ver kunnen komen.
Bovendien zijn verrassingen in de E3 niet zeldzaam. Zo mochten we vorig jaar voor het eerst de capaciteiten van Biniam Girmay (Intermarché-Circus-Wanty) aanschouwen. Natuurlijk trok hij de meeste aandacht met zijn zege in Gent-Wevelgem, twee dagen later. Maar hoe vlot de Eritreeër mee ging op de hellingen van de Vlaamse Ardennen was mogelijk nog indrukwekkender. En wat Girmay ook kan helpen: aan het eind beschikt hij vaak nog over een krachtige sprint, waarmee deze klassiekerspecialist in de Giro van vorig jaar zelfs Mathieu van der Poel het zwijgen oplegde.
In het openingsweekend bleek dat Jasper Stuyven nog wat werk voor de boeg had. Zo mocht zijn dappere poging om naar latere winnaar Dylan van Baarle toe te rijden niet baten. Maar in elke Vlaamse klassieker moet je de sterke Leuvenaar natuurlijk op je favorietenlijst plaatsen. Stuyven is bij Trek-Segafredo de man die aanvallend mag koersen, terwijl snelle man Mads Pedersen rustig kan afwachten. Pedersen was er al een aantal keer dichtbij in de Ronde, maar in de gelijkaardige E3 kwam hij opvallend genoeg nooit verder dan een 24e plaats. Volgt dit jaar de ommekeer?
Verder zijn er nog heel wat jongens die graag aanvallend koersen, en niet moeten wachten tot grote kanonnen als Van Aert, Van der Poel en Pogačar eraan beginnen. Denk aan Matej Mohoric (Bahrain Victorious) en Stefan Küng (Groupama-FDJ), twee jongens met een grote motor die de inspanningen nooit schuwen. Maar ook hun ploegmaats Fred Wright en Valentin Madouas, vorig jaar allebei nog uitblinkers met een ijzersterke Ronde van Vlaanderen, kunnen die rol vervullen. Bovendien beschikken zij over een beter eindschot.
Greg Van Avermaet, Oliver Naesen en Stan Dewulf (AG2R Citroën) zullen op hun geliefkoosd terrein maar wat graag laten zien dat ze nog bestaan, net zoals BORA-hansgrohe-trio Bob Jungels, Maximilian Schachmann en Nils Pollitt. Verder rekent EF Education-EasyPost op Alberto Bettiol en Stefan Bisseger, en Jayco AlUla op Michael Matthews en Zdeněk Štybar.
Jongens als Alexander Kristoff en Rasmus Tiller (Uno-X), de altijd onvoorspelbare Alexey Lutsenko (Astana Qazaqstan), Anthony Turgis (TotalEnergies) en Sep Vanmarcke (Israel-Premier Tech) zetten we eerder bij de outsiders, maar mogen altijd verrassen.
Favorieten volgens WielerFlits
**** Mathieu van der Poel
*** Tadej Pogačar, Wout van Aert
** Christophe Laporte, Filippo Ganna, Tim Wellens
* Jasper Stuyven, Biniam Girmay, Tiesj Benoot, Valentin Madouas
Website organisatie
Deelnemerslijst (ProCyclingStats)
[toto id=”519092″ link=”https://bit.ly/toto23-e3prijs-widget” title=”Wie wint de E3 Saxo Classic?”]
Weer en TV
De renners mogen zich vrijdag aan een niet al te aangenaam koersweer verwachten. Volgens Weeronline is er 75 % kans op neerslag, doorheen de hele namiddag. De temperaturen kunnen oplopen tot 13 graden Celsius, maar vooral de wind kan nog een bepalende factor worden. Die blaast aan een kracht van 5 Beaufort vanuit het zuidwesten.
Naar goede gewoonte is Sporza op één al vroeg van de partij, vanaf 13.30 uur. Nederlandse kijkers kunnen rekenen op Eurosport 1 en Eurosport.nl/Discovery+/GCN+ vanaf 14.15 uur, zoals je ook kan lezen in ons overzicht over Wielrennen op TV.
Ik denk ook niet dat de E3 Ganna goed zou liggen.
Hij is zeer welkom om het tegendeel te bewijzen.
behalve die spurt van een uitgedund peleton in de Vuelta van 2015, heeft Stuyven nog nooit een spurt gewonnen. Hij is geen strijkijzer maar in elke groep waarmee hij naar de finish gaat is er altijd één (en meestal meerdere) sneller.
Het gaat mijn verbazing te boven dat men in de Vlaamse pers nog steeds de mythe van de snelle Stuyven blijft voeden.
Klopt grotendeels, al was de GP Scherens in zijn eigen Leuven wel een echte massaspurt, waarbij hij er Vangenechten, Dupont en Debusschere oplegt - dat krijgt hij nu nooit meer voor elkaar - maar het is pas de voorbije twee jaar dat het met Stuyven in de sprint helemaal misloopt.
In 2020 won hij nog de Omloop in een sprint à deux met Lampaert. Dat zie ik hem nu helemaal niet meer voor elkaar krijgen.
Een medaille mislopen op het WK in Leuven was waarschijnlijk zijn pijnlijkste sprintnederlaag, maar een week voordien was hij in de GP Impanis al afgedroogd door Sénéchal en Vandesande...
Stuyven plaatst zich toch vaak ook in de top-10 van massasprints? Werd in 2021 bv. nog 4de op de Champs. Is dus zeker niet traag, maar het is evenmin een certitude na een zware koers. Trouwens: de meeste toppers van dit moment kunnen wel finishen. Van Aert, Van der Poel, Pidcock, Alaphilippe, Pogacar... Allemaal snelle benen. Daar gaat een Stuyven het wellicht niet van halen, neen.
Maar een mooie ereplaats zit er zeker in, in dit soort koersen is Stuyven meestal 1 van de betere in het eerste trosje achter de grote kleppers.
Met dien verstande, het is altijd de schuld van Wuyts natuurlijk.
Of tegenwoordig van de absoluut totaal niet chauvinistische Ruben de Gucht.
Heeft tweetal jaar geleden eens gezegd dat de enige renners dei hij echt als volledige atleten beschouwden VA, MVDP, Pogacar en Bernal waren. En Stuyven zat daar heel dicht bij in de buurt. Kan je toch niet serieus nemen zo iemand.
En Roglic, en die en die en al die andere superprofs in het peloton?
Verder geef ik toe dat ik Stuyven niet zo moet.
Van Gucht daarentegen wel. Dat komt wel goed. Al ben ik niet blind voor alle fouten en gedoe waar hij wordt op afgerekend.
Wuyts was (mss dankzij Bakelants) wel terug goed in San Remo.
Ik verwacht dat bij de E3 de breedte van TJV de koers gaat winnen, 4 potentiële winnaars die het elkaar ook gunnen.
Daarnaast ben ik benieuwd of Pogacar hier daadwerkelijk gaat starten, neemt wel heel veel hooi op zijn vork en zijn hoofddoel is de ronde, zou me niks verbazen als hij alsnog niet aan de start staat.
Hij zal de E3 wel ooit winnen maar decompressie zou zeker kunnen.
Vorig jaar won MVDP Dwars door Vlaanderen en De Ronde. Vrijdag is zijn laatste koers voor de Ronde, dus hij heeft dan nog meer dan een week om te herstellen. Als je terugkijkt naar de afgelopen jaren dan reed hij dus vaak woensdag-zondag en was hij in beide goed. Ik zie dus niet echt waarom hij deze koers decompressie en nog meer van dat gebazel heeft, maar we gaan het zien. Ik verwacht hem samen met Pogi, Van Aert, Küng en Madouas vooraan, misschien dat Jumbo Laporte of Van Baarle naar voren stuurt omdat Van Aert deze toch al op zijn palmares heeft staan.
Over 1 ding zijn we het zeker eens, hij gaat 100% zijn best doen om te winnen.
Aan de andere kant, kan hij met zijn goeie vorm deze ondertussen wel afstrepen.
Toch zeker als het op de Playstation zou gereden worden.
Je hebt een punt Milaan San Remo is geen graadmeter van vorm in de echt zware koersen. Maar hoe makkelijk Van der Poel over de cipressa en Poggio ging dat zegt denk ik wel iets. Deze kleine steile klimmen zijn echt voor hem gemaakt, hij is niet voor niks 4e, 1, 2, 1 in de Ronde geworden. Dat parcours is op zijn lijf geschreven. dat verwacht ik in deze koers ook. Ik denk dat het voor Van der Poel ook een voordeel is dat Pogacar meedoet. Dan rust niet alles op de schouders van Van der Poel. Plus dan heb je iemand die meedraait wanneer je in een klein groepje vooraan rijdt. Ze weten ook beide dat in het de Ronde van Vlaanderen tussen hun zal gaan maar ook daar zullen ze elkaar moeten helpen, al zie ik daar dit jaar Pogacar solo aankomen.
Pogacar is een absurd talent, maar je kan niet in Parijs Nice alles geven, Msr alles geven en dan in de 'voorbereidingskoersen' op de ronde ook nog eens alles geven tegen coureurs die wel hun keuze maken in bepaalde wedstrijden vol gaan of niet. Dat gaat je een keer opbreken.
Het volgende monument.
Een schaduwfavoriet die er ergens in de laatste 10-5km er vanonder muist is ook wel mogelijk.
Ik verwacht eerder een sprint in een groepje van een man of 5-6.
Jongens zoals Pedersen of Kristoff zijn hier echt kansloos.
MVDP mijn topfavoriet.
Madouas schaduwfavoriet.
Toen werd er nog passiever gereden.
MS ligt Pedersen. Je zal vrijdag wel zien of eerder hem niet zien.
Dit kan hij echt niet imo.
In E3 ligt de intensiteit veel hoger op een korte afstand.
Het zijn de zelfde bergskes maar een ander koersverloop en dynamiek.
Hij heeft hier namelijk enkel een 24e plek behaald en een hoop DNF´s.
DNF wijst er vaak op dat een renner zich in de prefinale of begin vd finale reeds in een uitzichtloze positie bevind.
We vrijdag verder praten
De zwaarte van deze koers wordt door velen onderschat zoals jullie hier ook bewijzen.
Over Kristoff en Pedersen kan je juist wel zeggen dat ze bewezen hebben dat deze koers hun absoluut niet ligt.
Kristoff heeft 1x(!) Top 20 gereden in de E3. Een 4e plek vanuit een pelotonnetje waarin nog 25-30 man zat. Dus een heel particulier koersverloop.
Pedersen kan dit jaar zijn eerste top 20 bemachtigen.
Cijfers spreken voor zich.
Het zijn allebei toprenners en sterke beren maar de E3 is geen spek voor hun bek.
Mochten ze (met name Pedersen) er dichtbij zitten zou dat mij niks verbazen. Maargoed, we zullen het binnenkort weten...
Maar Pedersen zou ik op basis van eerdere prestaties in deze wedstrijd absoluut niet afschrijven.
Ivm Pedersen nog wat interessante cijfers: 3 x aan de start van het WK, 2 opgaves, 1x winst! Na zijn 2de plek in de Ronde nog 2 opgaves en een 59ste plek voor hij vorige jaar weer met een 8ste plek boven water kwam... In Roubaix nooit dichter dan een 51ste plek, en twee opgaves in zijn laatste 2 deelnames. En toch het rare gevoel dat je hem daarom nog niet moet afschrijven...
Toch denk ik dat die intense opeenvolging van aan 100% heuveltje op terug af en terug aan 100% op niet echt op zijn lijf is geschreven.
Van der Poel ligt er mss niet wakker van, maar dit is zijn speeltuin. Dat wil hij voor geen geld ter wereld missen.
Ik denk ook dat dit zijn specialisme is en waar hij nog vele jaren overwinningen aaneen kan rijgen. In eendagswedstrijden is hij minder specialist, gewoon steengoed, maar komt hij wel de specialisten tegen die 1 wedstrijd uitkiezen of een cluster van wedstrijden met voldoende rust daartussen in.
In de Tour is hij ook wel altijd enorm goed, en in de Tirreno van '21 toonde hij met zijn 2de plek dat hij ook wel kan meespelen in een ronde van 1 week voor het klassement. Maar ik zie in hem geen echte ronderenner, daarvoor heeft hij de bouw niet en is hij te weinig echte klimmer.
Vooral in de eendagswedstrijden waar VDP ook is, heeft Van Aert het moeilijk om te winnen. Ze viseren elkaar, maar Mathieu is iets explosiever en dus kan Van Aert hem moeilijk kloppen of lossen. Dus ofwel wint Mathieu dan, ofwel leggen ze elkaar lam waardoor een ander wint. Maar goed, VDP is dan ook 1 van de allerbeste eendagscoureurs van het moment. Van Aert zijn palmares in de klassiekers is nog altijd een stuk indrukwekkender dan dat van klassieke kleppers als Mohoric, Pedersen, Küng, Laporte, Van Baarle, Asgreen, etc.
En wie in de sprint op een half wieltje eindigt van de winst in de RVV kan 'm ook winnen. Als Asgreen of Bettiol het kan, waarom Van Aert dan niet? Roubaix kan ie ook zeker winnen. Het grote nadeel voor Van Aert is dat mannen als VDP en Pogi hem geen centimeter ruimte laten. Maar dat is omgekeerd hetzelfde, dus het is aan Van Aert (en zijn ploeg) om daar iets op te vinden.
Als Van Aert nog een paar jaar op dit niveau blijft, gaat hij zeker zijn lijstje met klassiekers nog uitbreiden. Dat VDP zijn erelijst op dat vlak nog indrukwekkender gaat zijn, kan zeker. Mathieu is iets meer de echte sluipschutter, maar Van Aert is zeker ook 1 van de allerbeste eendagsrenners van zijn generatie. Ik ben het dan ook totaal niet eens met de stemmen die zeggen dat hij zich op rondes of de klimklassiekers moet richten i.p.v. de kasseien, want daar zie ik net minder kansen op grote prijzen voor hem.
De uitzondering is Strade toen hij echt zelf een plan leek te hebben om anderen te pijnigen. Geraakt Van Aert in MSR beneden in de kopgroep dan is het natuurlijk wel een winnend recept, of zoals hij door ploeggenoot Van Hooydonck uit de wind gehouden kan worden in geloof ik GW. Natuurlijk ook als JV van die ploegtijdritjes uit de mouwen kan blijven schudden.
Nochtans heb ik altijd het gevoel dat er iets is in de koerswijze, beslissingen die onderweg genomen worden in combinaties met fysieke sterke- en zwakke punten die hij heeft dat het allemaal niet zo vanzelfsprekend is voor WvA om grote koersen naar zijn hand te zetten. Ik vind het ook een beetje kolderiek dat er hier (en in media) zoveel aandacht was/is om een sterk team rondom hem te moeten maken. Enerzijds wordt hij bewierrookt als een absolute topcoureur maar komt die wens voor ondersteuning misschien niet gewoon voort uit het besef dat het voor WvA niet allemaal zo'n gesneden koek is?
Hij is wat mij betreft de koning in rondes, zowel van die van een kleine week met beetje zwaar of afwisselend parcours als in de grote rondes. Enorme winstkans. Is het niet een sprint na een wat zwaardere sprintetappe of aan einde ronde, dan wel mee punchen op een heuvel of bergje, meegaan in de ontsnapping van de dag of natuurlijk de TT. Al dat terwijl hij schijnbaar achteloos z'n teammaten ondersteunt in de ritten die er toe doen voor eindklassement. Ongezien iemand die dat uit zijn benen tovert keer op keer, waarmee hij toch ook terecht overal de grote man is naast de winnaar (en naaste belagers) van zo'n ronde. In de eendagswedstrijden is het natuurlijk enorm lastig om daadwerkelijk een heerschap te zijn, iets waar zelfs Pogacar tegenaan loopt, maar is Van Aert meer een prins die niet vooraan staat in de opvolging.
Lepe Yves zou wel eens kunnen profiteren van een patstelling tussen Pogacar, MVDP & TJV. Met Asgreen als afstoppende man.
Lepe Yves? Yves Lampaert is de allerdomste renner van het peloton.
Gisteren dommer dan dom gekoerst en dat is niet voor het eerst dat hij de award wint voor de domste coureur van de koers.
Prima renner, lijkt me ook een aardige vent maar man, hoe dom kun je zijn.
Gekscherend gezegd uiteraard. Maar idd de Vuelta nog. En evt pieken voor Luik en Lombardije. Zou mi ook binnen zijn mogelijkheden moeten liggen. Groen in de Tour niet. Iig, heeft Thieu al aangegeven dat hij zichzelf niet nog jaren op de fiets zit zitten. Schijnt zich af en toe te vervelen voordat er echt gekoerst wordt. Voor de pegels hoeft hij het nu al niet meer te doen. Sagan al helemaal niet. Nibali en Terpstra rijden nu cape epic....
Vandaag zal voor Pogacar zijn omdat zowel Wout als Mathieu enkel nog voor de monumenten gaan dit voorjaar.
Laat die mini RvV inclusief radeloze concurrentie even voor wat het is. Deze (lelijke) ronde past hem als Valverde LBL ten tijde van Ans. Die heeft geen training nodig.
Hadden ze het oude parcours behouden dan kregen we ieder jaar een massasprint met de huidige kwaliteit van het peloton.
De koers heeft eerder aan beleving gewonnen met de lokale rondes.
Mooi allemaal verschillende passages, uniek terrein en niet dat ge-ijl met de hele tijd weer opnieuw over dezelfde klimmen heendreutelen. Dit is het enige monument waar ze een criterium van gemaakt hebben, wat een zonde zeg. Laat dat gewoon voor het WK zijn.
De enige keer dat je wel een verrassende winnaar had op het nieuwe parcours was in 2019, al is Bettiol gewoon weggereden op het punt waar je dat kon verwachten op de Oude Kwaremont, en leek hij mij eigenlijk ook de beste man in koers. Zonder val van VDP had het er misschien wel anders kunnen uitzien, maar dat was ook wel een beetje zijn eigen schuld natuurlijk.
Ik snap wel dat je meer ruimte voor verrassing wil, maar anderzijds zijn er in koersen als MSR, Gent-Wevelgem, Parijs-Roubaix en misschien ook wel de Amstel wel al heel wat grote koersen in het voorjaar waarin het meerdere kanten uit kan vallen. De Ronde mag dan wel een keer een pure beste-man-in-koers-wedstrijd zijn voor mij. En aan de lusjes stoor ik mij dan persoonlijk niet zo enorm, al heeft het misschien iets minder charme dan gewoon van A naar B.
De RVV is veel zwaarder geworden op een moment dat er sprake was van nivellering terwijl het algemene niveau en professionalisering in sneltempo vooruitging.
In Milano- San Remo was er ook lang geen Poggio.
En in de tijden van Merckx werden GT´s soms nog beslist op bergjes van 2e Categorie.
Kan je je dat vandaag nog voorstellen?
Het conservatisme in het wielrennen is enerzijds een charme maar anderzijds ook een constante rem op alles wat vooruitgang is.
Oortjes en wattagemeters waren ook des duivels maar zo gaat het nu eenmaal.
Ook dat Bettiol toen echt uitzonderlijk sterk was en Vdp ook.
Lokale rondjes gaan we meer en meer zien. Nog een logische evolutie ivm veiligheid, financiën en voor de toeschouwers.
Dat is sowieso waar het wielrennen meer en meer naar op weg is.
Zelfs de tour begint er aan mee te doen.
De jacht na de Bosberg, om dan te eindigen op die brakke betonbaan in Meerbeke - alleen al het licht in die laatste kilometers! kijk er de editie waar Criquielion won maar eens op na - zoveel mooier dan na vreemd venndiagram-gewijs deels overlappende en toch weer verschillende rondjes eindigen op die zielloze steenweg waarbij je het hart van Oudenaarde ziet liggen, maar onbereikbaar dichtbij.
Helaas is de ronde nieuwe stijl even nieuw-vlaams als de labyrintische verkaveling, waar je je tureluurs draait bij het binnenrijden van een woonwijk, en de verstikking naar je strot voelt grijpen.
In de oude Ronde voelde je bovenop de muur de hunker naar de verte, het daar eerst bovenkomen was als het afschieten van een pijl met een boodschap naar de aankomstzone, een belofte die je op de Bosberg nog moest zien na te komen.
De nieuwe ronde is het recht van de sterkste, maar zonder een spatje romantiek of dromerij. Het meest tot de verbeelding sprekend zijn daar de incidenten genre Sagan die aan een overjas blijft vasthaken.
je kon ook perfect de klassieke Ronde zwaarder maken, zonder dat het een criterium werd. De hertekening heeft ook helemaal niks te maken met de nivellering in het peloton, maar allles met euro's.
[sarcasm on]Mooie aankomst in Oudenaarde trouwens.[sarcasm off]