Tien neoprofs om op te letten in 2018
foto: Giro Valle d'Aosta
zondag 7 januari 2018 om 13:00

Tien neoprofs om op te letten in 2018

Zoals de laatste twee seizoenen, biedt WielerFlits je ook in 2018 een inkijkje op het gebied van neoprofs. De interesse van het wielerpubliek in aanstormende talenten is de laatste jaren toegenomen. Welke eerstejaars moet je dit seizoen extra goed in de gaten houden? WielerFlits geeft je tien namen – op geheel willekeurige volgorde – op een briefje.

Regels
Neoprofs hebben een bijzondere status binnen het peloton. Ploegen zijn verplicht om deze renners in ieder geval een contract aan te bieden voor twee jaar. Maar wanneer mogen renners zich nu precies neoprof noemen? Als een coureur zich uiterlijk in zijn 25ste levensjaar voor het eerst aansluit bij een ProContinental-team of een WorldTour-ploeg, mag hij of zij zich neoprof noemen. Mede daarom is bijvoorbeeld Michael Carbel Svendgaard komend seizoen géén neoprof, ondanks dat hij op het jongste WK voor beloften nog naar brons sprintte. Hij rijdt komend seizoen voor Fortuneo-Samsic, maar was eerder al twee jaar prof bij Stölting Service Group en haar voorloper.

Neoprof ben je overigens altijd in de eerste twee jaren als beroepsrenner. Hierdoor is Lennard Hofstede (Sunweb) komend seizoen dus nog wél een neoprof. Bovendien is er een regel die voorschrijft dat renners twee en een half jaar neoprof zijn, mits zij na 30 juni van een desbetreffend jaar een contract hebben getekend. Om het gemakkelijk en begrijpbaar te maken kiest WielerFlits in dit lijstje – in compleet willekeurige volgorde – voor eerstejaars profs. Bekijk hier de lichtingen van 2016 en 2017.

10. flag-ua Mark Padun (21) – Bahrain Merida

Nibali heeft er een zeer getalenteerde klimmer bij in zijn ploeg – foto: Sirotti

Oekraïne lijkt zich te mogen opmaken voor een opvolger van Serhiy Honchar en Yaroslav Popovych. Met een lengte van 1,82 meter en een gewicht van 64 kilogram is Mark Padun een klimmer pur sang. In 2015 verhuisde de Oekraïner van zijn thuisland naar Italië, om zijn droom als profwielrenner werkelijkheid te maken. In die missie is hij geslaagd, want na een succesvolle stageperiode besloot Bahrain Merida om de jongeling een contract voor te schotelen. De klimmer aarzelde niet en zette meteen zijn krabbel.

Padun reed dit seizoen voor de Italiaanse opleidingsformatie Colpack. Voor die ploeg zette hij een aantal straffe resultaten neer. In april won hij meteen de Trofeo Piva, een belangrijke heuvelklassieker in het beloftencircuit. Een maand later werd hij tweede in de Flèche du Sud, maar korte tijd later werd hij toch eindwinnaar van de Luxemburgse 2.2-koers. Nummer één Matija Kvasina werd betrapt op het gebruik van doping. De Kroatisch kampioen tijdrijden testte twee keer positief op een groeihormoon.

In juni begon Padun als een van de favorieten aan de hernieuwde Giro d’Italia voor beloften. In de derde rit greep hij de overwinning door het sprintje van de elitegroep te winnen. De eindzege kon hij door een slechte tijdrit – die bij hem normaal best redelijk is – vergeten. Padun werd vijfde. Een jaar eerder werd hij op 19-jarige leeftijd ook al derde in de loodzware Giro Valle della Aosta-Mont Blanc. In het najaar van 2017 reed de rasklimmer als stagiair al een aantal profkoersen. Kijk niet raar op als je hem in 2018 in de wat kleinere wedstrijden al van voren ziet.

9. flag-no Kristoffer Halvorsen (21) – Sky

Sprint Halvorsen dit seizoen naar meer profzeges? – foto: Sky

Heel lang leek het erop dat LottoNL-Jumbo een heel grote vis uit de beloftenvijver ging hengelen. De Nederlandse formatie deed al een dik jaar enorm haar best om U23-wereldkampioen Kristoffer Halvorsen binnen te halen, maar de 21-jarige Noor koos uiteindelijk voor de enige overgebleven concurrent van Richard Plugge en consorten: Sky. De voorwaarde was wel dat Halvorsen in 2018 kansen voor zichzelf zou krijgen. Met het vertrek van sprinters Elia Viviani en Danny van Poppel, hoeft hij zich daar geen zorgen om te maken.

De Noor kende een uitstekend seizoen in 2016. Hij won ritten in de Ronde van de Toekomst en Olympia’s Tour, eindigde als derde achter Edvald Boasson Hagen en Alexander Kristoff op het Noors kampioenschap op de weg voor elite, boekte in de GP de Isbergues zelfs al zijn eerste profzege en werd op het einde van het seizoen als kers op de taart wereldkampioen bij de beloften in Qatar. ’s Werelds beste ploegen wilden hem inlijven, maar zij kregen allen hetzelfde antwoord: ‘Nee, ik blijf nog een jaar ervaring opdoen bij Joker-Icopal’.

Er werd het voorbije verwacht dat Halvorsen de volgende stap zou zetten. Toen hij halverwege maart met Handzame Classic naar zijn tweede profzege sprintte, twijfelde niemand daaraan.  Na een opgave in de Driedaagse De Panne-Koksijde nam hij gas terug, om de draad in de Tour of Norway weer op te pakken. Daar eindigde hij in de tweede rit als tweede achter Dylan Groenewegen. Later in het seizoen werd hij vijfde op het EK voor beloften en won hij in de Ronde van de Toekomst een rit en het puntenklassement. Een iets minder jaar dus voor het groeibriljantje, die in de toekomst ook het Vlaamse werk aan moet kunnen.

8. flag-nl Fabio Jakobsen (21) – Quick-Step Floors

Geen rood meer in het nieuwe tenue van Jakobsen – foto: © Sigfrid Eggers/Quick-Step Floors

Halvorsen heeft het in zich om uit te groeien tot een topsprinter. De laatste twee seizoenen was zijn meeste geduchte tegenstander misschien wel een landgenoot. Fabio Jakobsen beschikt namelijk ook over een stel rappe benen. En ere wie ere toekomt: de renner van SEG Racing was dit seizoen misschien wel de betere van de twee, al reed de Noor iets meer profkoersen dan dat Jakobsen dit deed. In een vroeg stadium van het seizoen werd Quick-Step Floors concreet voor de jongeling uit Heukelum, waarna de talentvolle sprinter – die ook het klassieke werk niet schuwt – toehapte.

Met de overgang van Jakobsen naar de WorldTour heeft SEG Racing Academy haar allereerste, geheel opgeleide eindproduct afgeleverd. Voor de sprinter begon het jaar meteen goed met een zege in de Ster van Zwolle, die hij op een atypische manier naar zich toe trok: hij won vanuit de vroege vlucht. Het weekend erop werd hij bovendien tweede in de Rabobank Dorpenomloop Rucphen (1.2), alvorens hij naar de Tour de Normandie trok. Daar mocht de Nederlander voor de tweede keer in 2017 het zegegebaar maken.

Na enkele dichte ereplaatsen in april, wist Jakobsen op 1 mei de beloftenversie van Rund um den Finanzplatz op zijn naam te schrijven, waarna ook de Profronde van Noord-Holland (1.2) volgde. Een maand later hield alleen Jasper Philipsen hem van een spurtzege af in de Giro voor beloften, waarna hij op indrukwekkende manier opnieuw Nederlands kampioen werd bij de beloften. Ook in de Tour Alsace én de Ronde van de Toekomst wist hij ritten te winnen. In Olympia’s Tour herhaalde hij dat kunstje, door twee keer als eerste de meet te passeren.

7. flag-dk Mikkel Bjerg (19) – Hagens Berman Axeon

Tot waar rijkt het plafond van Bjerg? – foto: Sirotti

Amper 19 jaar oud, maar nu al een motor in zijn lijf waar menig WorldTour-renner met pure jaloezie naar zal kijken. Waar hij in oktober 2016 nog zilver won bij de junioren, wist Mikkel Bjerg elf maanden later wél de wereldtitel tijdrijden bij de renners onder 23 jaar te winnen. De Deen heeft bovendien een goed eindschot, waardoor hij de kwaliteiten lijkt te hebben om zwaardere koersen in de toekomst af te kunnen maken. Doordat zijn nieuwe ploeg Hagens Berman Axeon komend seizoen een profteam is, is Bjerg neoprof.

Waar de kracht van de piepjonge Deen in de toekomst zal liggen, is moeilijk te voorspellen. Het staat buiten kijf dat hij een uitermate getalenteerde tijdrijder is. Of hij zich ontwikkelt tot een type-Tom Dumoulin of een type-Fabian Cancellara, is daarom koffiedikkijken. In de stal van teammanager Axel Merckx en ploegleider Koos Moerenhout zet Bjerg in 2018 zijn eerste stappen binnen het profpeloton. In welke Europese koersen de Amerikaanse talentenploeg van start zal gaan, valt nog te bezien.

Zoals eerder aangegeven werd Bjerg dus wereldkampioen tijdrijden bij de beloften. In de vlakke eendagskoersen ZLM Tour U23 en Rund um den Finanzplatz U23 werd hij eerder in 2017 respectievelijke tiende en elfde, waarmee hij blijk gaf van een goed eindschot. Halverwege oktober betwistte Bjerg ook de Chrono Nations (1.1). Daar werd hij weliswaar tweede, maar liet hij mannen als Jonathan Castroviejo, Victor Campenaerts en Ryan Mullen achter zich. Zijn strafste stoot: als 18-jarige deed hij een poging het werelduurrecord te verbreken. Aan de meet bleken alleen recordhouder Bradley Wiggins, Tom Zirbel, Alex Dowsett en Rohan Dennis ooit sneller.

6. flag-by Aliaksandr Riabushenko (22) – UAE Emirates

Groeit Riabushenko uit tot een echte klassiekerspecialist? – foto: UAE Emirates

Waar Padun al uit een onorthodox wielerland komt, geldt dat ook voor de volgende coureur. Wit-Rusland is nu niet direct een land met een rijke wielerhistorie, al leverde het land na de millenniumwissel goede renners af in de personen van Yauheni Hutarovich, Kanstantin Siutsou, Branislau Samoilau en natuurlijk Vasil Kiryienka. Die laatste bezorgde zijn geboorteland in 2015 zelfs de regenboogtrui in het tijdrijden. Aliaksandr Riabushenko kan zich de komende jaren bij dit viertal gaan voegen.

Net als Padun besloot ook de Wit-Rus om een aantal jaren geleden de sprong van het voormalige Oostblok naar Italië te maken. Daar bleek al snel dat Riabushenko over een breed wapenarsenaal beschikte. Hij kan zwaardere wedstrijden met stevige heuvels aan en is bovendien snel aan de meet. Vergelijkbaar met mannen als Paolo Bettini, Alejandro Valverde en Michał Kwiatkowski, al is er van een ‘opvolger’ natuurlijk nog lang geen sprake. Desalniettemin zou dat op termijn best weleens kunnen gebeuren.

Zo kroonde Riabushenko zichzelf in 2016 tot Europees kampioen op een heuvelachtig parcours in Plumelec. In april wist hij tussen zijn leeftijdsgenoten de zege in de Giro Belvedere – een zwaardere beloftenkoers – voor zichzelf op te strijken. Na een karrevracht aan ereplaatsen wist hij in juni de tweede rit in de Giro voor beloften op zijn naam te schrijven. In die ronde liet hij net als in de Giro Valle della Aosta-Mont Blanc zien dat hij op langere beklimmingen ook steeds beter tot zijn recht komt. In de Tour de l’Avenir vertolkte hij geen hoofdrol, waarna hij op het einde van het seizoen wel de Ronde van Lombardije voor beloften won.

5. flag-be Bjorg Lambrecht (20) – Lotto Soudal

Brengt de jonge Lambrecht de Belgen de komende jaren in vervoering? – foto: Giro Valle d’Aosta

De laatste jaren breekt Nederlands rondetalent in overvloed door: Robert Gesink, Bauke Mollema, Steven Kruijswijk, Wilco Kelderman en Tom Dumoulin zijn daar schoolvoorbeelden van. België moest het al die jaren – met alle respect van de wereld – doen met de hardwerkende Jurgen Van den Broeck, een sporadische Kevin Seeldraeyers of de immer onopvallende Maxime Monfort. Geen vetpot en tot op heden lijkt Louis Vervaeke zijn potentieel op het gebied van grote rondes niet waar te maken.

Maar: er is licht aan het einde van een ellenlange tunnel bij onze Zuiderburen. Na Laurens De Plus – ook altijd nog maar 22 jaar – dient zich het volgende Belgische pareltje voor het betere klim- en rondewerk zich aan: Bjorg Lambrecht. De bijgelovige Gentenaar – die in een interview in 2015 zei dat hij zijn geboorteknuffel naar elke koers meebrengt omdat hem dat weerhoudt van pech – is een echte pocketklimmer. Niet uit de hoge Zuid-Amerikaanse bergtoppen, de Pyreneeën of de Alpen, maar gewoon onder de rook van ’t Kuipke. Met Lambrecht verzekerde Lotto Soudal zich van een van de grootste talenten uit het U23-cricuit.

Dat bewees de 20-jarige Vlaming het gehele seizoen door. In april wist hij Luik-Bastenaken-Luik voor beloften op zijn palmares bij te schrijven. Een puike prestatie die werd opgevolgd door uitstekende resultaten in de zwaarste rittenkoersen voor beloften. Zo wist Lambrecht ook de Vredeskoers U23 te winnen. Daarnaast moest hij in de Ronde de l’Isard, de Tour de Savoie-Mont Blanc, de Giro Valle della Aosta-Mont Blanc en de Ronde van de Toekomst steeds genoegen nemen met plek twee. Dat schept hoge verwachtingen van de jongeling. Hij zal in de toekomst wel meer aan zijn tijdrit moeten werken.

4. flag-ie Edward Dunbar (21) – Aqua Blue Sport

Welke kant groeit Dunbar op? – foto: Sirotti

Na twee jaar zijn opleiding te hebben gevolgd bij Axeon Hagens Berman, maakt de stoïcijns ogende Edward Dunbar komend seizoen zijn profdebuut bij een ploeg uit zijn eigen Ierland: Aqua Blue Sport. Daar krijgt hij de kans om te ontdekken waar zijn specialiteit ligt, want Dunbar is een stereotype van een belofte die zijn ware kracht nog niet ontdekt heeft. Hij verteert makkelijk een heuveltje, heeft een goede tijdrit in de benen, kan in een klein groepje rap aankomen én dendert snel over kasseien.

Al jarenlang staat Dunbar te boek als een van de grootste Ierse wielertalenten. Het was nota bene Eddy Merckx zelf die zoon Axel tipte over het talent, toen hij hem aan het werk zag in La Côte Picarde 2015. Dit was een wedstrijd uit de UCI Nation’s Cup U23. Een jaar later reed hij een paar degelijke klassementen namens de Amerikaanse formatie. Ook sleepte hij tijdens de An Post Rás een ritzege en een vierde stek in het eindklassement uit het vuur. Op het EK- en WK Tijdrijden voor beloften behaalde hij in 2016 respectievelijk een zesde en negende plaats.

Dat de kleine Ier barst van de ambitie, blijkt wel uit een interview van een paar jaar geleden. Daar liet Eddie zich ontvallen dat hij zijn wielercarrière niet zou beëindigen voordat hij de Tour de France had gewonnen. Mocht het al zo ver komen, dan zullen daar zeker nog een paar jaar overheen komen. Dunbar zou als klimmer zijn lengte mee hebben, maar tot op heden heeft hij in rittenkoersen met zware bergen erin nog niet één keer een topresultaat behaald. Schrale troost: middels een indrukwekkend nummer soleerde hij in 2017 wel naar de winst in de Ronde van Vlaanderen U23.

3. flag-au Lucas Hamilton (21) – Mitchelton-Scott

Kan Lucas Hamilton het pad van Jack Haig volgen? – foto: Sirotti

Australië trekt komend seizoen een heel blik met toptalenten open. Sunweb wist maar liefst twee van hen aan zich te binden, maar de grootste klepper rijdt in 2018 ‘gewoon’ voor Mitchelton-Scott. Bij de gelijknamige U23-ploeg genoten de drie jonge Australiërs hun laatste jaar als belofte. Lucas Hamilton, geen familie van Sunweb-renner Chris Hamilton, is een goede klimmer en heeft bovendien een sterke tijdrit in de benen. Het maakt van de Aussie dan ook een talentvolle ronderenner, maar in heuvelklassiekers kan hij eveneens zijn rol spelen.

Hamilton liet zich in 2016 voor het eerst gelden in het beloftencircuit, nadat hij een seizoen eerder zijn gehele jaar in duigen zag vallen door een knieblessure. Hamilton werd in 2016 derde in de An Post Rás en eindigde achter Neilson Powless als tweede in de laatste rit van de Tour de l’Avenir. Wel won hij daar het bergklassement. De jongeling was daarna ook een week lang in Nederland te bewonderen. In Olympia’s Tour kreeg hij in de waaieretappe naar Assen iets meer dan zes minuten aan zijn broek. Na een vijfde stek in de slotrit door Limburg, eindigde hij op vijf en een halve minuut van eindwinnaar Cees Bol.

In de eerste maanden van 2017 reed hij vooral in zijn thuisland en dat deed de 21-jarige Australiër verdienstelijk: veertiende in de Cadel Evans Great Ocean Road Race, zevende in de Herald Sun Tour en een gouden medaille op het Oceanisch kampioenschap op de weg voor elite mannen. In Europa rijgde hij vooral in Italië de podiumplaatsen in eendaagse heuvelkoersen aaneen, alsmede een derde stek in Luik-Bastenaken-Luik U23. In juni eindigde hij ondanks een gewonnen tijdrit op negen seconden als tweede in de Giro U23. Daarna volgde nog de eindzege in de hoog aangeschreven Tour Alsace en een vierde plek in de Tour de l’Avenir.

2. flag-ru Pavel Sivakov (20) – Sky

Sky bond meerdere rondetalenten aan zich en Sivakov is er daar een van – foto: Sky

Is het een man voor de klassiekers of voor het rondewerk? Is het een teamplayer of een kopman? Is het een Rus, of liever toch een Fransman? Het waren vragen die de ploegleiding van BMC Development zich aan het begin van 2017 moesten stellen. Op die vraagtekens volgden snel antwoorden met uitroeptekens daarachter. Gevolgd door een nieuwe vraag: hoe houden we in vredesnaam dit toptalent aan boord? Het antwoord op die vraag was negatief: Pavel Sivakov koos voor Sky.

Die beslissing zette kwaad bloed bij BMC-teammanager Jim Ochowicz. De overstap van hun ruwe diamant naar de grote concurrent uit Groot-Brittannië zat de Amerikaan zo hoog, dat hij besloot om het opleidingsprogramma van zijn team volledig op te doeken. Dat is niet alleen de schuld van Sivakov overigens, want er waren meerdere renners die andere oorden opzochten. De Rus, die sinds de afgelopen winter ook de Franse nationaliteit heeft, heeft in 2017 het predicaat van toptalent verdiend. Zijn genen zitten mee: vader Alexei Sivakov was prof van 1996 tot en met 2005, waarin hij drie keer de Tour de France betwistte. Sivakovs moeder is Aleksandra Koliaseva. Zij won twee wereldtitels ploegentijdrit en werd in 1989 tweede in de Giro Rosa.

In 2016 kende de Rus al een uitermate verdienstelijk eerste jaar als belofte. Een seizoen later was hij zelfs de beste U23-renner ter wereld. In bijna alle zware rittenkoersen die hij dit jaar reed, stond hij aan het eind van de wedstrijd op het hoogste schavotje. Sivakov zegevierde namelijk in de Ronde de l’Isard, de Giro d’Italia U23 en de Giro Valle della Aosta. Hij begon daardoor samen met Egan Arley Bernal als de grote topfavoriet aan de Ronde van de Toekomst. Daar kon hij door twee slechte dagen in de bergen geen rol van betekenis spelen in het klassement. Op de slotdag hervond hij zichzelf en liet toen zijn ware klasse zien. Hij trok in een bergrit met een klim van hors categorie en een slotklim van de eerste categorie in z’n eentje vroeg ten aanval en reed de rest van het peloton op minuten. Hij pakte en passant ook de bolletjestrui mee.

1. flag-us Adrien Costa (20) – Hagens Berman Axeon

Costa’s uitstraling zegt misschien meer dan duizend woorden – foto: Axeon Hagens Berman 2017

De generatie die dit seizoen zich voor het eerst prof mag noemen, herbergt een groot aantal talenten die zich thuis voelen in rittenkoersen. Sivakov, Hamilton, Lambrecht en Padun passeerden al de revue en ook op de longlist voor dit artikel was het merendeel beloftevol ronderenner. Misschien wel het grootste talent van allemaal heeft in 2018 ook de status als eerstejaars prof. Dat komt doordat zijn ploeg Hagens Berman Axeon komend seizoen haar debuut maakt als ProContinental-formatie.

We hebben het natuurlijk over Adrien Costa. Het palmares van de 20-jarige Amerikaan is op zijn leeftijd al tamelijk indrukwekkend. Niet omdat hij al zo veel won, wel om het feit dat hij in zware profkoersen op zeer jonge leeftijd al zijn stempel kon drukken. In zijn eerste jaar als belofte werd hij als 18-jarige (!) al tweede in het eindklassement van de door zware bergen getekende Tour of Utah. Daarvoor won hij in 2016 ook al op indrukwekkende wijze de Tour de Bretagne en behaalde hij prima resultaten in Le Triptyque des Monts et Châteaux (vijfde), de Ronde van Vlaanderen U23 (zevende) en de Rhône Alpes-d’Isère Tour (derde). In zijn allereerste Ronde van de Toekomst werd hij derde in het eindklassement, nadat hij de tijdrit op zijn naam had geschreven. Bovendien liep de Amerikaan met Franse ouders stage bij Etixx-Quick-Step.

Er werd dan ook met hoge verwachtingen naar Costa uitgekeken in 2017. Die kon hij – een vijftiende stek in La Doyenne U23 en een vijfde plaats in de Giro Belvedere daargelaten – niet waarmaken. Dat had echter een reden: de tweevoudig winnaar van WK Tijdrit-zilver bij de junioren was de wielerwereld eventjes zat. De jongeling was overtraind en toen zijn ploeggenoot Chad Young in april het leven liet na een valpartij, kwam Costa niet meer in actie. In juli volgde dan het bericht dat hij tijdelijk stopte met de wielersport, maar dat hij zeker zou terugkeren. Navraag bij Koos Moerenhout leert ons dat de Amerikaan in 2018 zijn rentree maakt. Wanneer dat gaat zijn, bespreken ze in februari tijdens het eerste trainingskamp in Californië. Alleen al om deze situatie is het interessant om het jaar van het supertalent te volgen. Want één ding lijkt duidelijk: Het is niet de vraag óf Costa ooit een grote ronde gaat winnen, maar wanneer.

[poll id=”696″]

RIDE Magazine
38 Reacties
Sorteer op:
6 januari 2018 22:16
@Stablinksy: UCI reglementen:
http://www.uci.ch/mm/Document/News/Rulesandregulation/18/23/94/2-ROA-20180101-E_English.PDF (blz 134) zegt:

2. The status of new professional ends:
a. If the contract comes into force before 1 July: on 31 December of the subsequent registration
year;
4/11
b. If the contract comes into force after 30 June: on 31 December of the second subsequent
registration year.
6 januari 2018 23:07
“De aandacht van het wielerpubliek in aanstormende talenten is de laatste jaren toegenomen.”
Is dat zo? Hoe meet je dat? Of lijkt dat maar zo door al die sociale media en omdat we met z’n allen de godganse dag gezellig lopen te twitteren?
edit redactie: bedankt, aangepast
6 januari 2018 23:19
Jacco +1
7 januari 2018 00:31
Eens met Imbatido wat betreft Thomas, die heeft een goede punch, een goede sprint en een behoorlijke tijdrit, maar lijkt me zeker geen ronderenner.

Wat betreft Costa, die heeft natuurlijk in 2017 een behoorlijke terugval gehad en heeft zelfs een heel aantal maanden niet gereden omdat hij ging reizen. Ik ben er niet zo van overtuigd dat hij het toptalent van de renners gaat zijn die dit jaar instromen. Sterker nog ik denk dat de kans 99% is dat hij dat niet is.
7 januari 2018 00:53
Edit redactie: thanks, aangepast.
7 januari 2018 01:04
Leuk lijstje weer. Ik vind dit sowieso een leuk jaarlijks terugkerend artikel.
En natuurlijk heb ik voor Halvorsen gekozen.
7 januari 2018 02:41
Boson hagen heeft buiten 2009 toch weinig laten zien in vlaanderen voorjaar, dus dat moet haalbaar zijn voor halvorssen
Met mooi weer en een gecontroleerd peloton is gent wevelgem voor een topsprinter die graag wil en wat lead out die de kemmel over komt wel haalbaar
7 januari 2018 02:45
@noud sprint punch en tijdrit klinkt als iemand die het heel goed gaat doen in klassement eneco tour polen Luxemburg ster zlm aantal Franse rittenkoersen China noorwegen Denemarken enz
Niet alle rondes zijn in hooggebergte
7 januari 2018 03:02
@mwielerfan

Daar moet ik je gelijk in geven, maar dan slaat het argument van Yoeri dat hij voor anderen heeft gekozen omdat Thomas in dezelfde categorie zit nergens meer op.

Costa, Sivakov, Padun, Hamilton en Lambrecht zijn allemaal mannen die het juist van rondes met hoogtes moeten hebben.
7 januari 2018 06:03
Wie van jullie zag Sagan op zn 19de aankomen.
Ik niet
7 januari 2018 11:12
José de cauwer had het erover bij zn eerste uitslagen (meen tdu op wilunga hill?) Dat ie zo goed al was op de mtb. En vlak daarna in pnice begon het al
7 januari 2018 11:35
Waar is Cosnefroy? Hoe gedreven hij die wereldtitel pakte maakte mij fan.
7 januari 2018 23:01
@Stablinsky
Bron is de UCI, uiteraard. En hierin staat nergens dat het om de tien grootste talenten staat, dus je argument is kul.

@Imbatido
De definitie van ronderenner is breed. Ik zie in Thomas een jongen die het best gaat renderen in rittenkoersen van een week zonder al te veel hooggebergte. Op de baan natuurlijk ook een erg groot talent, inderdaad. Overigens is Padun geen stokpaardje. Daar zou ik er wel erg veel van hebben, als ik de reacties hier zo af en toe geloven mag ;-)

@Jacco van Stierop
Door de groeiende lezersaantallen van de beloften-artikelen.

@Noud89
Costa gaat dit jaar waarschijnlijk niet het talent zijn dat het meest opvalt. Daarvoor zul je eerder naar de sprinters moeten kijken, schat ik in. Maar Costa lijkt wel verreweg de meest getalenteerde. Dat is uiteraard altijd koffiedikkijken, dus dat moeten we afwachten. Wel - zoals genoemd - interessant om hem te volgen na zijn deels sabbatical. Wat betreft Thomas: ronderenner is ronderenner. Een rittenkoers zoals de Binck Bank Tour is net zo veel een ronde als de Ronde van Catalonië bijvoorbeeld. Maar ik zal erover nadenken om volgend jaar dit meer af te bakenen. Bedankt voor de feedback. En het is overigens Youri ;-)

@Lutsenkofan
Cosnefroy is een leuke renner, maar op dit moment lijkt hij minder getalenteerd dan de jongens in dit artikel. Wel een echte kampioenschapsrenner met een sterk sprintje. Kan een goede man voor de vlakkere eendagskoersen zijn in de toekomst. Bovendien is Cosnefroy eigenlijk een tweedejaars prof, omdat hij al vanaf 1 augustus 2017 onder contract staat bij AG2R La Mondiale. Gaf hem het voordeel van de twijfel om hem in mijn longlist op te nemen, maar hij is afgevallen.

Reacties zijn gesloten.