Belgische bondscoach over Philipsen: “Durf niet te zeggen dat hij Vlaanderen nooit zal winnen”
Jasper Philipsen verraste zondag met een tweede plaats in Parijs-Roubaix. Volgens Sven Vanthourenhout, de Belgische bondscoach, heeft de 25-jarige ‘sprinter’ van Alpecin-Deceuninck echter nog veel meer in huis. “Jasper zet nog elk jaar stappen”, klinkt het in gesprek met Het Laatste Nieuws.
“Vorig jaar deed hij dat na de Tour”, aldus Vanthourenhout. “Ik verwacht dat hij deze zomer mits een goeie Tour hetzelfde zal doen. Jasper mag zich nu met recht en reden een klassieke renner noemen. De opzet van dit voorjaar is geslaagd, maar hij heeft zijn eindstreep nog niet bereikt. Hij heeft het potentieel om een supergoede klassieke renner te worden.”
Philipsen miste aanvankelijk de slag, maar kon profiteren van het werk van Filippo Ganna om terug te keren aan het front. Volgens Vanthourenhout betekent dat echter niet dat zijn tweede plaats in Parijs-Roubaix vertekent. “Toen Van der Poel in de finale versnelde op een helling, was Philipsen wel bij de pinken, ook al moest hij vanuit laatste positie beginnen omdat hij net een drinkbus had aangenomen.”
“Dat hij na de laatste kasseistrook in tegenstelling tot Mads Pedersen wel nog naar het wiel van Van Aert kon springen, was een teken dat hij nog overschot had. Dat hij diezelfde Van Aert versloeg in de sprint na 255 kilometer, is een bevestiging van die these. Wat ik zo knap vind aan zijn prestatie, is dat hij niet tweede werd door mee te glippen in een vroege vlucht, zoals toen Florian Vermeersch (2021) en Silvan Dillier (2018) tweede eindigden. Daarom mag hij deze tweede plaats even hoog inschatten als ritwinst in de Tour.”
Meespelen in de Ronde van Vlaanderen?
Bij Alpecin-Deceuninck denken ze dat Philipsen volgend jaar mee kan strijden voor de zege in vrijwel alle voorjaarsklassiekers, maar de Ronde van Vlaanderen en E3 Saxo Classic lijken de ploeg nog te zwaar. “Ik sluit Harelbeke (de E3 Saxo Classic, red.) niet uit”, brengt Vanthourenhout daar tegenin. “De Ronde wordt moeilijk omdat we hem afwegen tegen Pogacar, Mathieu en Wout. Die drie koersen op een andere manier, waar veel andere renners het slachtoffer van zijn.”
“Ik durf echter niet zeggen dat Jasper nooit de Ronde zal winnen. Gaat hij de Ronde vijf keer winnen? Neen, maar als de puzzel één keer in elkaar valt…”
Reacties zijn gesloten.