Wout van Aert houdt voldaan gevoel over aan eerste twee Tour-weken
Tot op heden valt het kwartje nog niet voor Wout van Aert in de Tour de France 2025. Met nog een hels karwei voor kopman Jonas Vingegaard voor de boeg om het hoofddoel – het winnen van de Tour – af te werken, blijven er deze Tour niet veel kansen meer over voor de Belg van Visma | Lease a Bike. Hij ziet er hooguit eentje, maar daarvoor zal hij vooral erg geduldig moeten zijn. WielerFlits woonde de persconferentie van Van Aert bij.
Nee, een nieuwe ritzege op de Mont Ventoux zit er meer dan waarschijnlijk niet in voor de Belg. Hij won in 2021 vanuit de vlucht, maar dinsdag verwacht Van Aert dat de klassementsrenners strijden om de zege. “Ik klim momenteel wel goed, maar niet uitzonderlijk. Al was dat in 2021 ook niet zo. Het kwam toen allemaal samen op die dag. Er zaten niet veel klimmers in die kopgroep. Daarom had ik toen een goede kans. Maar ik voel me nog wel goed, ondanks dat ik de Giro d’Italia al in de benen heb zitten. Door ziekte net voor de Tour was het in het begin alleen wat minder.”
“Maar ik ben wel tevreden met het niveau dat ik al heb gehad”, gaat hij verder. “Ik ben er een paar keer kort bij geweest, maar ik zat er ook al een paar keer ver vanaf. De puzzel is nog niet in elkaar gevallen. Maar ik kan mezelf weinig verwijten, dus dat geeft ook wel een voldaan gevoel. Ik heb de vorm die nodig is om te presteren. De derde week ligt me normaal gesproken altijd zeer goed. Maar met drie aankomsten bergop liggen er de laatste zes ritten niet veel kansen meer. Al zag ik in de Pyreneeën wel vermoeidheid bij anderen, terwijl ik voelde dat ik vlotter de bergen op ging.”

Winst voor Van Aert na tweemaal de Ventoux in 2021 – foto: Cor Vos
Achterom kijken heeft volgens de Belg alleen weinig nut. “Tijdens de rustdag heb ik vooral geprobeerd te ontspannen en te kijken naar de kansen die er wel nog zijn. Je kunt niet om het feit dat deze Tour zeer interessant was voor renners met een profiel zoals ik ben, maar het is nog niet gelukt om te winnen. Dat moet je nu eenmaal accepteren en vooral vooruitkijken. De rit naar Parijs heeft een finale die me moet liggen. Dat is hoogstwaarschijnlijk ook de enige etappe waar we vanuit het peloton gaan koersen. Dat ligt het meest voor de hand, daar kijk ik zeker naar uit.”
Het plan is simpel, de uitvoering niet
Toch zal Van Aert ook het nodige werk moeten gaan opknappen voor Jonas Vingegaard. De Deen gelooft nog dat hij de Tour kan winnen, ondanks een achterstand van meer dan vier minuten op Tadej Pogačar. Maar hoe? “Uiteraard door aan te vallen”, streept Van Aert aan. En misschien een keer alles-of-niets spelen. “Dat behoort zeker tot de mogelijkheden. Er komt nog een superzware week aan. Tot nu toe is Pogačar duidelijk de sterkste gebleken op de beklimmingen met finish bergop. Maar het is niet zo dat dit zo zal blijven. We moeten het blijven proberen. En met een dusdanig groot verschil moeten we inderdaad niet gaan wachten tot de laatste kilometer.”
“Ik denk dat ik mijn grootste bijdrage kan leveren vanuit ontsnappingen”, gaat de Belg verder. “Ik heb met mijn gewicht niet altijd de mogelijkheid om het hoge tempo te overleven wanneer de favorieten echt al beginnen te koersen op de eerste beklimmingen. Maar ik kan ook van waarde zijn als ik al voorop rijdt. Het enige punt is dat het met mijn rugnummer niet altijd het makkelijkst is om in de vlucht te geraken. Ik neem ook aan dat UAE heeft bijgeleerd van de Giro d’Italia.” Toen speelde Van Aert een belangrijke rol in de eindzege van Simon Yates ten koste van Isaac Del Toro (UAE).
De grootste kansen om Pogačar nog uit het geel te rijden liggen volgens de Belg in de twee Alpenetappes. “Niet alleen de afsluitende beklimmingen (Col de la Loze en La Plagne, red.), maar ook die hele ritten zijn supermoeilijk. Dan komt het aan op de benen. Als de waardeverhoudingen hetzelfde zijn als dat ze in de Pyreneeën waren, dan moeten we ook eerlijk zijn: Pogačar was daar gewoon sterker en Jonas kon er niet het verschil maken. Die twee ritten zijn zeker het moeilijkst en er liggen kansen om van ver aan te vallen. Daar kunnen we de Tour nog op zijn kop zetten.”
Afdalen na slotklim gevaarlijker dan ooit
Ook ging Van Aert nog even in op het thema veiligheid. In de Pyreneeën was het met name op Hautacam erg druk, waar de renners over dezelfde wegen van de slotklim moesten afdalen. “Op Superbagnères konden we naar beneden met de gondel. Dat was veilig. Maar de afdaling van Hautacam was in mijn ogen heel eng. Daar was het slechter dan de jaren ervoor. De berg stond helemaal vol. Het zou veel veiliger zijn als ze de toeschouwers tien tot vijftien minuten na de finish van de laatste renner tegen blijven houden. Op die manier kan iedereen veilig naar beneden.”

Vingegaard verstopt tussen de fans op Hautacam – foto: Cor Vos
Nu was het in de afzink van Hautacam zo dat de renners afdaalden tussen de amateurtoeristen. “Gelukkig kunnen wij met een fiets rijden. Het is dus een risico, maar ook weer niet te gek. Alleen daal je wel af met andere wielertoeristen en dat maakt het gevaarlijk. Tot de grupetto gepasseerd is, doet de politie echt hun best om de mensen langs de kant van de weg te houden. Maar eenmaal die voorbij is, wil iedereen zo snel mogelijk van die berg af. Iedereen komt in beweging. En dat maakt het echt gevaarlijk. Als ze mensen iets langer tegenhouden, is het voor ons veiliger.”
Dat is niet het enige wat Van Aert een bang hartje geeft. “De tendens van deze Tour – eigenlijk van het laatste jaar – is dat we almaar sneller gaan. Ik heb me deze Tour echt al vaak verbaasd over de snelheid waarmee we in koers zijn. Neem nu die rit van zondag: we zijn daar met een erg sterke kopgroep weg, maar nog blijven er ploegen op kop van het peloton sleuren die de slag hebben gemist. Dat zijn toch dingen waar ik van schrik. Ik had eerlijk gezegd al vijf keer gedacht dat we de ruimte zouden krijgen, zeker na die tussensprint. Maar dat was niet zo. We rijden écht hard.”

Jongens het is echt allemaal niet zo moeilijk te begrijpen, maar kennelijk zelf nooit een blessure gehad of op niveau gesport
Te meer daar Van Aert een aantal jaar lang na frustrerende voorjaarsmonumenten heerste in de Tour. Dat was zijn terrein.
Gisteren stond ik bovenaan Cap Blanc Nez en keek nog eens hoofdschuddend naar die helling waar Van Aert misschien wel het strafste nummer van zijn carrière uit zijn benen schudde, in het geel, op weg naar Calais…Dat is helaas voltooid verleden ‘voldane’ tijd…
Toch lijkt het mij wel de juiste keuze geweest. In de Giro was hij belangrijk voor de eindzege van Yates en haalde hij zelf een heel mooie ritzege. Terwijl hij met wat extra procentjes in de Tour wellicht weinig meer kan doen voor Vingegaard, die momenteel zelf gewoon tekortkomt tegen Pogacar. En ook voor zichzelf was een ritzege waarschijnlijk geen sinecure geweest. Hij is eigenlijk maar 1 keer in de buurt gekomen, in de sprint tegen Milan.
Ik zie nog 2 kansen voor Van Aert: rit 17 en de slotetappe. Om een voldaan gevoel te hebben, moet hij eigenlijk toch wel een rit winnen. Want het ziet er niet naar uit dat Vingegaard de Tour nog gaat winnen, al komen er nog een paar superzware ritten uiteraard en konden ze het in de Giro in extremis ook nog naar hun hand zetten.