Van Houwelingen: “Ik denk dat Metec-TKH het nog beter gaat doen dan vorig seizoen”
Foto: Metec-TKH
zaterdag 27 februari 2016 om 11:00

Van Houwelingen: “Ik denk dat Metec-TKH het nog beter gaat doen dan vorig seizoen”

Tien stuks. Dat is het aantal overwinningen in UCI-koersen dat Metec-TKH p/b Mantel afgelopen seizoen wist te behalen. Een ongekende weelde voor de Nederlandse continentale formatie. Nog nooit in zijn bestaan wist het meer wedstrijden te winnen. Toch denkt ploegleider Adri van Houwelingen dat zijn team het in 2016 nóg beter kan doen.

De selectie van Metec-TKH powered by Mantel telt dit seizoen 16 renners. Vrijdag werden zij in de winkel van sponsor Mantel gepresenteerd. Met Robbie van Bakel, Luuk Lohuis, Jordi van Loon, Maarten van Trijp en Jim Lindenburg verwelkomt het vijf nieuwe gezichten. De technische staf is versterkt met Robin Chaigneau. De nog maar 27-jarige oud-prof van onder meer Skil-Shimano en Koga staat aan de vooravond van zijn eerste seizoen in de ploegleiderswagen.

Veelwinnaar Ariesen
Met tien overwinningen in UCI-koersen kende de formatie van teambaas Michel Megens in 2015 zijn succesvolste jaar ooit. Al deze zeges werden behaald door één renner: Johim Ariesen. “Ik ben hier op mijn plek en werk hier met fijne mensen,” geeft hij als verklaring voor zijn succes. De 27-jarige sprinter kende in 2015 zijn doorbraak, maar dat leidde niet tot een overstap naar de profs. Dat hoeft ook niet per se voor Ariesen. “Wanneer een aanbieding komt zal ik daar over nadenken, maar het is niet iets waar ik momenteel aan denk. Ik heb het erg naar mijn zin bij deze ploeg. Ik werk sinds kort bij het bedrijf van de sponsor. Dat bevalt mij goed. Ik werk er als tekenaar en dat valt goed te combineren met de wielersport”, geeft hij aan.

Sportieve revanche Van der Zwet en Eising
Voor Arno van der Zwet staat 2016 in het teken van zijn comeback. “Het is geen gewoon jaar geweest”, zegt hij met gevoel voor understatement. Op 14 mei brak hij tijdens Olympia’s Tour twee rugwervels. “Ik heb negen maanden geen koers gereden. Maar de wervels in mijn rug zijn nu vastgezet en ik hoop er deze keer een ander jaar van te maken”, spreekt hij hoopvol.

Een andere renner voor wie 2016 in het teken staat van een comeback is Tijmen Eising. Ook de oud-wereldkampioen veldrijden bij de junioren (tegenwoordig naast renner actief als eigenaar van een incassobureau) zag afgelopen jaar door een val zijn seizoen in het water vallen. Met een tweede plek in de Ster van Zwolle begon het seizoen nog hoopgevend, maar in april botste hij tijdens een wedstrijd in Frankrijk op een bushokje. Hij scheurde daarbij een nier, zijn milt en brak zijn ribben. “Het heeft mij een heel seizoen gekost om terug te komen,” blikt Eising terug. “In 2014 won ik twee wedstrijden en stond ik op het podium in een 1.1 wedstrijd (Dwars door Drenthe, red). Daar wil ik mij nu weer op richten. Ik wil van het begin tot einde meedoen om de prijzen”, kondigt hij aan.

Van Houwelingen
De technische leiding bij de ploeg ligt in handen van Adri van Houwelingen. Bij het grote publiek is hij bekend als oud-ploegleider van Rabobank, maar sinds 2013 is de inmiddels 62-jarige van Houwelingen actief voor Metec-TKH. Hij zag zijn ploeg in 2015 aardig wat wedstrijden winnen, maar denkt dat er in 2016 nog meer inzit. “Ik denk zelfs dat we het beter gaan doen dan vorig seizoen. De saamhorigheid in de groep is dit jaar groter. Door wat aanpassingen denk ik dat we beter kunnen scoren dan vorig jaar”, legt hij uit.

Hij verwacht dat in 2016 meerdere renners van zijn ploeg een overwinning kunnen behalen. “Op continentaal niveau kunnen renners die al wat ouder zijn en zichzelf kunnen blijven motiveren, blijven presteren. Johim Ariesen is op dit niveau een oudere renner, die gaat dit jaar zijn wedstrijden wel weer winnen. Hetzelfde geldt voor Jasper Hamelink en Tijmen Eising. Maar ook Oscar Riesebeek. Hij is nog maar 23 jaar. Wanneer hij met name in internationale wedstrijden dezelfde progressie maakt als vorig seizoen, dan is hij klaar voor een stap naar de profs. Hetzelfde geldt voor Stef Krul, die ook zeker mogelijkheden heeft.”

Dat er afgelopen winter geen renners naar de profs zijn overgestapt, verbaast Van Houwelingen niet. “In 2014 hebben drie van onze renners de stap naar Roompot gemaakt (Asselman, Van Goethem en Van Ginneken, red). Zij hebben het redelijk tot goed gedaan. Afgelopen seizoen hadden wij geen renners die daar klaar voor waren. Je moet daarbij naar het totaalplaatje kijken en niet enkel naar het aantal overwinningen. Wanneer je een goede beroepsrenner wilt zijn, komt er meer bij kijken. Je zal bijvoorbeeld als renner progressie moeten kunnen blijven boeken”, geeft hij aan.

Topcompetitie
Onder renners van continentale ploegen is de Topcompetitie een veelbesproken onderwerp. Voor de winnaar van het regelmatigheidsklassement ligt er immers een profcontract klaar. Volgens Van Houwelingen stemt zijn ploeg daar vooralsnog zijn tactiek niet op af. “Het klassement zal pas in Limburg beslist worden. We beginnen met twee vlakke wedstrijden en gaan daar nog niet rijden met de Topcompetitie in gedachten. We zullen daar nog geen renners naar voren schuiven en zullen onze ploeg niet hypothekeren. We rijden de eerste wedstrijden om te winnen en naar verloop van het seizoen zien we wel of er renners zijn die er goed voorstaan.”

De Ster van Zwolle is op 5 maart het eerste doel van de ploeg. “Daar moeten we er staan. We willen daar direct ons visitekaartje afgeven”, kondigt Van Houwelingen aan.

RIDE Magazine