Tour 2025: Voorbeschouwing favorieten puntenklassement – Philipsen, Girmay of toch Van der Poel?
De strijd om de groene trui is elk jaar zeer interessant om te volgen. Vorig jaar schreef Biniam Girmay geschiedenis voor zijn land Eritrea en Afrika door op eclatante wijze het puntenklassement te winnen. Komt Girmay ook dit jaar als winnaar uit de strijd? Zijn concurrenten en het verraderlijke parcours steken hier wellicht een stokje voor. WielerFlits blikt vooruit!
Historie
Laatste tien winnaars puntenklassement Tour de France
2024: Biniam Girmay
2023: Jasper Philipsen
2022: Wout van Aert
2021: Mark Cavendish
2020: Sam Bennett
2019: Peter Sagan
2018: Peter Sagan
2017: Michael Matthews
2016: Peter Sagan
2015: Peter Sagan
Laatste editie
Puntentelling
Het puntenklassement winnen doe je door de meeste punten te scoren. Dat klinkt simpel, maar er komt toch vaak wat rekenwerk bij kijken. We beginnen bij het begin: je kunt als renner de meeste punten verdienen in vlakke etappes. In deze ritten vallen er meer punten te scoren dan in heuvelachtige etappes en bergritten. In een vlakke etappe krijgt de winnaar 50 punten, in een heuvelachtige rit zijn dat er 30 en in een bergetappe 20.
Daarnaast zijn er punten te scoren in de tussensprints. Onderweg ligt in iedere etappe – behoudens de twee tijdritten – steeds één tussensprint waar ook nog eens maximaal twintig punten te verdienen zijn.
Bij een gelijke stand in het puntenklassement wordt in eerste instantie gekeken naar het aantal etappeoverwinningen. Als er dan nog steeds een gelijkspel is, zal worden verwezen naar het aantal ‘gewonnen’ tussensprints. Als er dan nog geen winnaar is, zal gekeken worden naar het individuele algemeen klassement op tijd. En de belangrijkste voorwaarde: om de puntentrui te winnen, moet je de Tour natuurlijk wel uitrijden.
Vlakke etappes (etappes 1, 2, 3, 4, 7, 8, 9, 11, 15, 17, 21)
Aan de finish: 50 – 30 – 20 – 18 – 16 – 14 – 12 – 10 – 8 – 7 – 6 – 5 – 4 – 3 – 2
Heuvelachtige etappes (etappes 6, 16, 20)
Aan de finish: 30 – 25 – 22 – 19 – 17 – 15 – 13 – 11 – 9 – 7 – 6 – 5 – 4 – 3 – 2
Bergetappes en tijdritten (etappes 5, 10, 12, 13, 14, 18, 19)
Aan de finish: 20 – 17 – 15 – 13 – 11 – 10 – 9 – 8 – 7 – 6 – 5 – 4 – 3 – 2 – 1
Tussensprints (elke etappe, behalve tijdritten)
Bij de tussensprint: 20 – 17 – 15 – 13 – 11 – 10 – 9 – 8 – 7 – 6 – 5 – 4 – 3 – 2 – 1
Favorieten
Normaal gesproken moeten we voor de winnaar van het groen vaak kijken naar sterke sprinters. Sinds de eeuwwisseling in 2000 kun je alleen van alleskunner Wout van Aert (2022) stellen dat je hem niet als pure sprinter mag markeren. Alle andere 24 winnaars zijn of waren wel met name spurters. Met oud-winnaars Biniam Girmay (titelverdediger), Jasper Philipsen én Van Aert brengt de voorlopige startlijst ook een aantal serieuze kanshebbers naar voren.
Reken daar topsprinters als Tim Merlier, Jonathan Milan en Dylan Groenewegen bij en je hebt een mooi gestoffeerd deelnemersveld voor deze trui. En toch is het maar de vraag of de strijd om de groene trui dit jaar zal worden uitgevochten door de echte snelheidsduivels. Op papier tellen we immers maar vier échte kansen op een massasprint: richting Lille, Duinkerke, Laval en Châteauroux. In de rit naar Valence is er wellicht ook iets mogelijk voor de sprinters, maar is een clash der spurttitanen geen uitgemaakte zaak.
Puntensysteem speelt snelle puncheurs in de kaart
En misschien nog wel belangrijker: de huidige puntenverdeling voor de groene trui zou weleens goed kunnen uitpakken voor puncheurs met een goede sprint in de benen. Dan denken we in de eerste plaats aan Wout van Aert en diens eeuwige rivaal Mathieu van der Poel.
Zoals ieder jaar zijn de etappes onderverdeeld in zes categorieën, met elk hun eigen puntenschaal. De meeste punten zijn te verdienen in etappes die vallen onder categorie 1 of 2. Dat zijn er dit jaar maar liefst elf. De winnaar krijgt in die etappes liefst 50 punten, terwijl dat in bergritten van de hoogste categorie zoals gezegd slechts 20 punten zijn. Opvallend is dat het daarbij niet alleen gaat om de pure sprinterskansen.
Het goede nieuws voor Van der Poel en Van Aert (en andere puncheurs) is dat ook de etappes met lastige aankomsten in Boulogne-sur-Mer, Rouen, Mur-de-Bretagne en Toulouse de volle buit kunnen opleveren.
Maximaal 50 punten te verdienen:
Etappe 1 naar Lille
Etappe 2 naar Boulogne-sur-Mer
Etappe 3 naar Duinkerke
Etappe 4 naar Rouen
Etappe 7 naar Mûr-de-Bretagne
Etappe 8 naar Laval
Etappe 9 naar Chateauroux
Etappe 11 naar Toulouse
Etappe 15 naar Carcassonne
Etappe 17 naar Valence
Etappe 21 naar Parijs
Maximaal 30 punten te verdienen:
Etappe 6 naar Vire Normandie
Etappe 16 naar Mont Ventoux
Etappe 20 naar Pontarlier
Maximaal 20 punten te verdienen:
Etappe 5 naar Caen
Etappe 13 naar Peyragudes
Etappe 10 naar Puy de Sancy
Etappe 12 naar Hautacam
Etappe 14 naar Superbagnères
Etappe 18 naar Col de la Loze
Etappe 19 naar La Plagne
Bij alle dagelijkse tussensprints (met uitzondering van de twee tijdritten)

Mathieu van der Poel – foto: Cor Vos
Officieel heeft Mathieu van der Poel nog geen groene ambities uitgesproken, maar als je in rekening brengt dat de tussensprints (waar je iedere dag twintig punten kunt verdienen) vaak na een korte helling liggen, moet je misschien wel concluderen dat de Nederlander dit jaar een gouden (of moeten we zeggen: groene) kans krijgt om eens een gooi te doen naar de puntentrui. Alle lichten staan in ieder geval op groen om het eens te proberen: op papier zijn er relatief weinig echte sprintkansen, de ritten voor puncheurs zijn niet op één hand te tellen en ook in de heuvelachtige etappes liggen er mogelijkheden voor Van der Poel.
In de bergetappes doet de renner van Alpecin-Deceuninck normaal niet mee om de ritzeges en dus kan hij bij die aankomsten fluiten naar extra punten voor de groene trui. Maar dat wil niet zeggen dat hij in deze ritten met lege handen zal achterblijven, want wie nog eens naar het parcours kijkt, valt al snel iets op: de gunstige ligging van de tussensprints. Het maakt van de man die normaal van de klassiekers zijn jachtterrein maakt, een meer dan voorname kanshebber voor groen. En toch schuiven we Van der Poel niet naar voren als de grote favoriet.
De grootste ‘concurrent’ van Mathieu van der Poel rijdt namelijk binnen zijn eigen ploeg. Alpecin-Deceuninck trekt ook dit jaar in de vlakke sprintritten de kaart van Jasper Philipsen. En dat valt zeker te begrijpen, want de 27-jarige Limburger was de voorbije drie seizoenen de meest succesvolle sprinter in de Ronde van Frankrijk. De teller van Philipsen staat inmiddels al op negen Tourritzeges en nog belangrijker – toch zeker voor deze voorbeschouwing – hij won twee jaar geleden al eens met ruime voorsprong het puntenklassement.

Jasper Philipsen – foto: Cor Vos
Philipsen heeft kortom al aangetoond dat hij over de kwaliteiten beschikt om drie weken lang op een hoog niveau te presteren, wat een voorwaarde is om mee te dingen voor de groene trui. Vorig jaar moest hij in de strijd om de puntentrui zijn meerdere erkennen in Biniam Girmay (de Eritreeër komt nog ter sprake) en dus zal hij uit zijn op sportieve revanche. De huidige puntentelling speelt misschien niet helemaal in zijn voordeel, maar Philipsen is natuurlijk veel meer dan een pure sprinter. De Vlam van Ham is ook in de wat meer geaccidenteerde ritten verre van kansloos.
In deze ‘puncheurritten’ zal Philipsen wel rekening moeten houden met zijn ploegmaat Van der Poel, die dan toch een streepje voor heeft, maar de Belg is weer de aangewezen man om te sprinten in de vlakke(re) etappes. En dat is toch een pre als je serieus jacht wil maken op de groene trui, in de wetenschap dat in deze ritten veruit de meeste punten te verdienen zijn. We kunnen ons wel een scenario inbeelden waarbij de koek wordt verdeeld tussen de twee toppers. Philipsen die werk maakt van de groene trui, Van der Poel die ‘zijn’ ritten eruit pikt om te schitteren.

Biniam Girmay – foto: Cor Vos
Alpecin-Deceuninck heeft met Van der Poel en Philipsen twee kandidaten voor de groene trui in de gelederen, maar bij Intermarché-Wanty bestaat er geen twijfel wie de sprinthonneurs zal waarnemen. Voor Biniam Girmay ligt de lat bijzonder hoog na zijn buitengewoon succesvolle Tour de France van vorig jaar. De Eritreeër schreef in 2024 nog meer wielergeschiedenis door als eerste zware Afrikaanse wielrenner een etappe (het werden er uiteindelijk zelfs drie) te winnen in de Ronde van Frankrijk. Als kers op de taart, mocht hij na drie weken ook de groene puntentrui in ontvangst nemen.
De vraag is of Girmay twaalf maanden later in de buurt kan komen van deze prestaties, of ze misschien zelfs wel kan evenaren. Het zou ons toch verbazen, aangezien de 25-jarige coureur dit seizoen nog niet één keer wist te zegevieren. Ja, er waren de laatste weken ereplaatsen bij de vleet, maar Girmay vond altijd wel weer een snellere concurrent op zijn pad. Zorgt hij de komende weken op Franse bodem voor de ommekeer? De rappe man zal zich ongetwijfeld weer mengen in de strijd om de groene trui, maar is op basis van zijn prestaties in 2025 zeker niet de uitgesproken favoriet.

Jonathan Milan – foto: Cor Vos
Girmay zal in de sprintetappes bijvoorbeeld de degens moeten kruisen met Tim Merlier (Soudal Quick-Step) en Jonathan Milan (Lidl-Trek) en dat is een uitdaging op zich. De Belg en Italiaan zijn op dit moment de snelste renners op twee wielen. Kijk alleen al naar het aantal overwinningen in 2025: Merlier boekte tot op heden al tien sprintzeges, Milan slaat met zeven overwinningen ook allerminst een modderfiguur. Als deze snelheidsduivels goed worden gepiloteerd, kunnen ze in de vlakke ritten een flinke slag slaan ten opzichte van de concurrentie.
We moeten daarbij ook meteen een belangrijke kanttekening plaatsen: wil je als rappe man serieus meedoen om de groene trui, dan is scoren in de spaarzame sprintritten niet genoeg. Je moet ook meebikkelen op de wat meer geaccidenteerde dagen en onderweg de nodige punten sprokkelen bij de tussensprints. Laat dit nu iets zijn waar Merlier niet bepaald in uitblinkt. Daar komt nog eens bij dat de Europees kampioen zich in de overige, niet-sprintetappes zal (moeten) wegcijferen voor zijn ploeggenoot en klassementskopman Remco Evenepoel.
Milan heeft in het verleden al laten zien dat hij een heuveltje kan verteren, maar de bijna twee meter lange krachtpatser uit Tolmezzo is nu niet bepaald een klimmer. Hij is in de ritten met wat meer hoogtemeters in het nadeel ten opzichte van een Philipsen of Girmay, om nog maar te zwijgen over Van der Poel en Van Aert. Dat is toch een nadeel in een Tour waarin de puncheurs zich naar hartenlust kunnen uitleven.

Wout van Aert – foto: Cor Vos
Wout van Aert zal het graag horen: de Belgische alleskunner krijgt de komende weken echt een parcours op zijn maat voorgeschoteld. Sterker: de Wout van Aert van de Tour van 2022 zou de gedoodverfde favoriet zijn voor de groene trui. Met zijn snelheid, explosiviteit, klim- en (ook niet onbelangrijk) herstelvermogen beschikt de renner van Visma | Lease a Bike over het totaalpakket. Bij de Belg is het echter maar de vraag of hij van zijn ploeg de vrijheid krijgt om voor groen te gaan. De Nederlandse equipe heeft namelijk een groter doel om na te jagen.
Visma | Lease a Bike wil met kopman Jonas Vingegaard maar wat graag voor een derde keer de Tour de France winnen en daarvoor moet veel wijken. Dit wil niet zeggen dat Van Aert zich drie weken lang zal moeten wegcijferen: hij krijgt in bepaalde etappes de vrijheid om voor de zege te strijden, maar zal in andere ritten dan weer volledig in dienst rijden van zijn Deense ploeggenoot.
Een beetje zoals vorig jaar, toen hij niet in de buurt kwam van Biniam Girmay en de groene trui. Zijn achterstand bedroeg toen meer dan tweehonderd punten, maar het grote verschil is wel dat er nu veel meer ritten op het lijf van Van Aert zijn geschreven. We zien hem dit jaar dus wellicht opnieuw meespelen om de groene trui, als hij tenminste volledig is hersteld van zijn ziekte, waardoor hij moest passen voor het BK. Of heeft Van Aert – net als in de voorbije Giro d’Italia – tijd nodig om weer naar zijn beste niveau te groeien?

Tadej Pogacar – foto: Cor Vos
Kan een andere ‘wieleralien’ – Tadej Pogacar – het felbegeerde tricot enigszins verrassend voor de neus van de sprinters wegkapen? In normale omstandigheden zien we de Sloveen niet meteen als topkandidaat voor groen, maar de huidige puntenverdeling speelt wel in zijn voordeel. Het goede nieuws voor Pogacar is dat ook de etappes met lastige aankomsten in Boulogne-sur-Mer, Rouen, Mûr-de-Bretagne en Toulouse de volle buit kunnen opleveren. In deze ritten zien we de wereldkampioen zonder ongelukken of verrassingen meestrijden om de overwinning.
En in tegenstelling tot de meeste andere kandidaten voor de groene trui, zal de kopman van UAE Emirates XRG heel wat punten meegraaien in de berg- en twee tijdritten, al zijn daar een pak minder punten te verdienen. Het is ook maar afwachten of Pogacar zich in de vlakke etappes (met het risico op een valpartij?) en bij de tussensprints zal mengen. Dat is toch niet meteen de verwachting en is wel een voorwaarde, wil je als klassementsrenner een gooi doen naar de puntentrui.

Arnaud De Lie – foto: Cor Vos
En verder? Er verschijnen nog genoeg andere rappe mannen aan het vertrek in Lille, maar of we ze ook echt kunnen beschouwen als serieuze gegadigden voor de groene trui… Arnaud De Lie beschikt misschien wel over de allround-kwaliteiten om het de gevestigde sprintorde lastig te maken, maar de Belgische krachtpatser beleeft om allerlei redenen een zeer moeilijk seizoen. Ook heeft de sprinttroef van Lotto dit jaar moeite om zich te positioneren: de snelheid is er wel, maar zijn plaatsing laat te wensen over. Zien we in de Tour een andere De Lie aan het werk?
We houden verder rekening met bekende sprintnamen Dylan Groenewegen (Jayco AlUla), Phil Bauhaus (Bahrain Victorious), Bryan Coquard (Cofidis), Arnaud Démare (Arkéa-B&B Hotels), Jordi Meeus (Red Bull-BORA-hansgrohe), Pascal Ackermann en zijn ploeggenoot Jake Stewart (Israel-Premier Tech). Deze renners zijn zeker in staat om een etappe te winnen, maar zullen waarschijnlijk tekort komen voor groen. Groenewegen en Coquard eindigden in hun topjaren al op een straatlengte achterstand, wat toch iets wil zeggen over de kansen van de échte sprinters.
De kans dat een niet-sprinter – ondanks de huidige puntenverdeling – er met de groene trui vandoor gaat, is klein. Maar, het valt ook niet uit te sluiten. En dus noteren we toch maar, zij het met potlood, de namen van Magnus Cort (Uno-X Mobility), de herboren Julian Alaphilippe (Tudor Pro Cycling), Romain Grégoire (Groupama-FDJ), Alex Aranburu (Cofidis) en klassementsrenners Remco Evenepoel (Soudal Quick-Step), Jonas Vingegaard (Visma | Lease a Bike) en Primoz Roglic (Red Bull-BORA-hansgrohe).
Wie stel jij op in WielerFlits Ploegleider?
Met de wielergame WielerFlits Ploegleider beleef je de grote rondes als een echte ploegleider. Stel je favoriete renners op in je eigen ploeg en verdien elke etappe punten. Het principe is eenvoudig: als een renner goed rijdt, scoor jij ook! Wil je meespelen tijdens de Tour? Meld je hier aan!
WielerFlits komt tijdens de Tour de France dagelijks met een voorbeschouwing op de 21 etappes. In die vooruitblik wordt het parcours extra geduid en wijzen we, zoals jullie van ons gewend zijn, tien favorieten voor de dagzege aan.
Heb jij RIDE Magazine al besteld?

Is volgens mij de enige die in alle 50-punten etappes in de dikke punten kan (of in het geval van MvdP mag/zal) rijden, kan ook nog eens het best een berg over, zit in bijna elke lastige rit in de ontsnapping als satellietrenner én hij kan scoren in de tijdrit. Enige rit waar ik hem geen punten zie pakken is de klimtijdrit, omdat hij die wel als rustdag zal aanvatten wss. Zelfs als hij hier maar een half doel van maakt is hij toch nog topfavoriet of zie ik iets over het hoofd?
In de veronderstelling dat er in de vlakke etappes een vlucht vooruit rijdt, levert dat voor de renners in het peloton amper nog wat op. Vanaf de 5de scoor je al maar 11 punten meer en zit er telkens maar 1 puntje meer tussen, dus als hij daar totaal niet zou meedoen blijft de schade redelijk beperkt, en als hij gwn in het zog zou meeschuiven zelfs nog minder.
En los daarvan zou ik het wel een grote gok vinden van VLAB als ze WVA niet de vrijheid zouden geven. De kans dat hij groen kan winnen is volgens mij toch groter dan dat Vingegaard geel kan afsnoepen van Pogacar. En door het vreemde parcours ga je eigenlijk pas na 12 etappes weten of Vingegaard korter bij Pogacar is gekomen, of dat het nog altijd een groot verschil is tussen de 2. Dan is het mogelijk al te laat voor WVA om nog te schakelen richting groen. Als er trouwens 1 renner is die de inhoud en het herstelvermogen heeft om beide doelen te verenigen, dan is het hij wel, dat heeft hij al meermaals bewezen.
@Geit: Denk dat hij in de chaos van de Tour op z'n best is met zijn stuurvaardigheid en positionering. Bovendien zitten er veel sprints bij met een oplopende aankomst die hem veel beter moeten liggen dan z'n concurrenten. En als ik het deelnemersveld bekijk, dan zijn mits ze een vlekkeloze spurt kunnen rijden Merlier, Milan en Philipsen écht een stuk sneller dan de rest, maar bij de categorie daaronder genre Groenewegen, Meeus, Bauhaus, Andresen, Bittner, Dainese, Coquard, Démare, Ackermann, Stewart,... is dat toch al veel minder het geval, zeker met de uitputting van een grote ronde in het achterhoofd.
@Bom: Alsof ze dat bij UAE voor de Giro al niet wisten, en toen konden ze hem ook niet muilkorven... Parijs-Nice 2022 won hij eigenhandig voor Roglic, door hem op sleeptouw te nemen toen die kraakte en zo Yates binnen schot te houden. Later dat jaar reed hij vanuit de vlucht Pogacar in de vernieling zodat Vingegaard de Tour kon winnen. Jaar later in de etappe naar Morzine idem dito. En 5x meezitten is gratis 100 punten oprapen, das het equivalent van 2 vlakke etappewinsten.
Het probleem in de Giro was trouwens niet zo zeer dat Van Aert meezat in de ontsnapping, wel dat ze die vlucht veel te veel minuten hadden gegeven waardoor hij zo fris als iets aan z'n taak kon beginnen.
Als eerste liggen de supersprints volgens mij super slecht voor Van der Poel. In de laatste 2 weken liggen ze eigenlijk allemaal voor de eerste echte berg, terwijl Van der Poel (en Van Aert) de enige van de realistische namen is voor de groene trui die nog wel een berg zou overkomen. Dat is dus juist enorm nadelig voor hem.
Als tweede staat de beste sprinter ter wereld natuurlijkk bizar laag. Wat doet Merlier als allerlaatste van iedereen in de sterren. Er is een prima kans dat hij 4/5 echt sprints wint en ook etappes 11 en 21 kunnen prima een sprint worden en Merlier kan tegenwoordig wel beter een heuveltje over dan vroeger. Plus al de tussensprints liggen dus best voordelig voor hem. De vraag is of Soudal hem in de vlucht kan laten gaan met Evenepoels klassement maar 4de rij is voor hem natuurlijk veel te laag
Dus Merlier gaat niet de groene trui winnen. Tenzij Philipsen, Milan, van Aert, Vd Poel uitvallen. Dan heeft hij een kans.
In principe is Van Aert de enige die 5 sterren zou moeten krijgen, maar gezien ie voor Vingegaard moet werken heeft de rest ook nog een kans. Op zich logische sterrenverdeling behalve dan MVDP, die zou ik weglaten. Die kiest z’n ritjes eruit en laat lopen in de andere etappes.
Dus daarom denk ik dat hij niet de groene trui gaat winnen in deze Tour.
O ja, nog een klein verzoek aan jou om je niet meer te verlagen tot schelden zoals voor het BK. En als je ook mijn naam nog juist vermeld zou dat ook fijn zijn. Fijne Tour!
Vd Poel heeft op het 1e jaar na als renner een kleurloze rol gehad in de Tour, een beetje sprints aantrekken voor Philipsen is niet waar hij voor traint en leeft.
In de Dauphine heeft ie geproefd aan het groen en zal zich zijn gaan beseffen dat dit het enige is wat voor hem de Tour interessant kan maken.
En Philipsen denkt daar nou net ff anders over, die laat in interviews blijken zelf ook wel trek te hebben in de groen en anders minimaal meerdere keren een vd Poel die voor hem gaat knechten in de spint.
Maar in de praktijk denk ik dat Mathieu al blij is dat hij zich kan uitleven in de vele punch-etappes.
Of komt dat niet zo goed voor je uit?
het parcours die aangepast zou zijn aan de 'wensen van Adrie en
zijn zoon'.....en nu weer hetzelfde gezeik over die puntentelling.
Mathieu kan blijkbaar lang in iemands hoofd rond dwarrelen en
de nodige schade aanrichten.
Pogacar, Van der Poel en Van Aert komen op dit parcours met deze puntentelling dan eigenlijk automatisch naar voren als topfavorieten.
ASO heeft zelfs de puntentelling aangepast zodat die arme stakker een betere kans heeft op groen.
En die heeft ook nog nooit groen gewonnen, dus als dat een optie is, gaat hij dat ook niet even gunnen aan een ander.