Wout van Aert wint voor eigen volk: “Was nerveus voor de start”
Wout van Aert won vandaag zijn eerste veldrit van het seizoen en de renner van Jumbo-Visma deed dit ook nog eens voor eigen volk. Van Aert versloeg in Herentals wereldkampioen Mathieu van der Poel en Michael Vanthourenhout. “Dit doet zeker veel deugd, het is een tijd geleden”, zo sprak Van Aert na afloop van de cross.
“Ik wist niet dat Mathieu op een lekke band reed”
Van Aert reed in de beginfase van de wedstrijd nog achter Van der Poel aan, maar die laatste zag zijn winstkansen in rook opgaan na een lekke band. “Ik wist eigenlijk niet dat Mathieu een lekke band had”, aldus de winnaar in Herentals. “Ik kwam bij Mathieu en het was raar dat ik zo snel bij hem kwam. Ik wilde hem vervolgens geen rust gunnen.”
“Ik besloot het tempo te bepalen en wist vervolgens snel weg te rijden. Toen wist ik wel dat er iets aan de hand was, maar ik wist het nog niet toen ik hem passeerde. Ik kreeg zo een halve minuut cadeau en besloot daarna gecontroleerd verder te rijden. Het was zaak om geen fouten meer te maken. Het is natuurlijk mooier als er een strijd is, maar dit hoort erbij.”
Zenuwachtige Van Aert maakt ‘beginnersfout’
Van Aert reed in de eerste rondes nog met behoorlijk wat chagrijn over het parcours. “Ik maakte namelijk een foutje met de bandendruk. Ik was dit keer wel goed weg, maar reed toch de hele tijd in de achtervolging. Ik kwam op een gegeven moment bij Mathieu aansluiten, maar reed net voor de post weer lek. Het verschil was nadien maar vijf seconden, maar ik werd zo wel constant in het defensief gedrongen.”
“Ik had me op voorhand beter moeten voorbereiden. Een beginnersfout”, is Van Aert eerlijk. De Belg laat ook weten dat hij als lokale favoriet behoorlijk zenuwachtig was voor de start. “Ik wilde hier echt wel winnen en was voor de start wel zenuwachtig. Ik was na de verkenning zelfs mijn bril en nummers kwijt. Waarom ik met zenuwen aan de cross begon? Het is moeilijk uit te leggen.”
“Ik voel wel dat ik nog een stuk beter kan worden”
“Ik woon nu drie tot vier kilometer van het parcours, maar vroeger woonde ik hier echt 500 meter vandaan. Ik reed vroeger altijd door het parkje.” Van Aert zal binnenkort weer de degens kruisen met Van der Poel, aangezien de crossers nu bezig zijn aan de traditionele drukke kerstperiode. “Mathieu rijdt bijna alles en ik zal hem overal wel tegenkomen.”
“En dan hebben we ook nog Tom Pidcock. Ik denk niet dat de waardeverhoudingen direct zullen veranderen. We liggen qua niveau niet ver uit elkaar. Ik voel wel dat ik nog een stuk beter kan worden. Ik vind het heerlijk om te crossen en ik voel ook dat het crossgevoel steeds meer terugkomt.”
Voor de rest volledig met je conclusie eens: ik heb ook steeds het gevoel gehad dat ik niet naar de absolute top keek tijdens de eerste veldritten van dit seizoen. En vandaag werd dat heel pijnlijk duidelijk, met het hele veld (muv van Vanthourenhout) op meer dan 2 minuten, terwijl je zag dat het gas er bij Van Aert in de laatste ronde behoorlijk af ging.
Daar staat tegenover dat Mathieu een "roofdier" wordt zodra de streep in de buurt komt. Meer nog dan bij Van Aert zie ik bij Mathieu de absolute wil om te willen winnen. Terwijl het bij Van Aert net wat meer lijkt te gaan om "niet willen verliezen". En dat lijkt hetzelfde maar is net wat anders. En het verschil komt dan tot uiting in crossen zoals Namen of een sprint zoals in de RVV.
Mentaal allebei super weerbaar op hun eigen manier. En gaan ook op hun eigen manier met tegenslagen om. Wout bijt zich eerder vast in de wedstrijd zelf, terwijl Mathieu dit eerder loslaat en het ten koste van alles recht wil zetten bij de eerstvolgende gelegenheid. En soms heeft vastbijten zin, en soms kun je beter je knopen tellen om later terug te slaan.
Het gaat mij niet alleen om overwinningen TEGEN Van Aert of in het veld als ik probeer het verschil aan te geven tussen de mindset van beide kampioenen.
Laat ik voorop stellen: het zijn allebei winnaars, en ze haten allebei verliezen. Maar ik bespeur een verschil in mindset als het op finishen aan komt. Ten opzichte van Mathieu komt Wout daar nog wat scherpte of gogme tekort. Want ik denk niet dat het verschil zit in pure snelheid, kracht of explosiviteit. Maar waar Wout door een muur gaat om "niet gelost te worden", gaat Mathieu door een muur om "als eerste over de streep te komen."
Gezien hun ontwikkeling de laatste jaren is dat niet echt vreemd. Want zowel op de weg als in het veld is Mathieu altijd al een "winnaar" geweest vanaf zijn jeugd. En Wout is heel lang "Woutje" geweest; klein, tenger, moeten opboksen tegen sterkere tegenstanders. Ook de laatste jaren in het veld heeft hij heel vaak moeten achtervolgen, keer op keer. En beide situaties vormen je als renner.
Ik denk overigens wel dat afgelopen seizoen voor Wout heel veel heeft veranderd. Winnen moet je leren, en je ziet bij hem al veel meer geloof in eigen kunnen. Maar dit soort dingen wis je niet ineens uit. En dat zie je dan terug in sommige aankomsten, waarin Wout nog te afwachtend is. Terwijl Mathieu altijd zal proberen zelf het laken naar zich toe te trekken.
Ik "vrees" overigens de dag dat Wout wel de lakens naar zich toe gaat trekken... dan gaat het voor de concurrentie verdomde lastig worden!