Wout van Aert gelooft in ‘andere aanpak’ richting zijn ultieme voorjaarsdoelen
Zoek komende zaterdag in Milaan-San Remo niet naar Wout van Aert. De winnaar van 2020 kiest dit jaar voor een alternatieve aanloop en voorbereiding richting de Ronde van Vlaanderen, Parijs-Roubaix en later ook zijn eerste Giro d’Italia. Op de website van zijn ploeg Visma | Lease a Bike blikt hij alvast vooruit op de komende weken.
Van Aert vertrok na een succesvol Openingsweekend – met een derde plaats in de Omloop Het Nieuwsblad en winst in Kuurne-Brussel-Kuurne – naar het Spaanse eiland Tenerife. Op en rond de bekende trainingsvulkaan de Teide stoomt de kopman van Visma | Lease a Bike zich klaar voor de komende voorjaarsklassiekers, en dan met name de Ronde van Vlaanderen en Parijs-Roubaix.
“Normaal is dit de periode waarin ik heel veel koers. Kort door de bocht zou je dus bijna kunnen zeggen dat de training eigenlijk op dit punt is afgerond”, begint Van Aert zijn relaas op de teamwebsite. “Ik hoop gewoon nog een laatste stapje vooruit te zetten door een aantal koersen te rijden en telkens zo goed mogelijk te herstellen. Ik heb al vaker gemerkt dat het af en toe moeilijk is om mijn beste conditie te behouden, zeker voor een langere periode.”
En dus kiest Van Aert dit jaar voor een andere benadering, maar wat houdt dit nu precies in? “Ik ga nu nog een laatste groot trainingsblok starten. Ik zal nu veel korter bij mijn grote doelen overschakelen naar de wedstrijden. Dat is inderdaad een heel andere aanpak. Ik probeer nu meer via trainingen klaar te zijn voor de grootste koersen.”
Meer zekerheid
“Zeker in wedstrijden als Tirreno-Adriatico en Parijs-Nice is het toch altijd een beetje een gok wat je daar voorgeschoteld zal krijgen”, aldus Van Aert. “Je weet nooit hoe een wedstrijd loopt. Soms is het net hetgeen wat je wil, dat je uit je comfortzone getrokken wordt. Maar op stage kun je veel meer controleren welke prikkels je krijgt en geeft. Zeker op hoogtestage heb ik daar altijd hele goeie ervaringen mee, dus ik heb er wel vertrouwen in.”
Van Aert zal op vrijdag 22 maart weer in competitie treden, want dan staat de E3 Saxo Classic op het programma.
Ik zie het vooralsnog als een poging om iets anders te doen als andere jaren, met de kans op een ander resultaat. Een experiment, niet de gegarandeerde route naar succes.
Zou overigens wel mooi zijn als het hem nu lukt om RVV of PR binnen te halen. De naam van Wout hoort op de erelijst, en deze klassiekers eigenlijk ook op het palmares van Van Aert (en dan zijn er nog figuren hier die stellen dat Belgen van mij niet zouden mogen winnen).
Roubaix verdient hij meer, omdat hij de afgelopen twee edities op het podium heeft gestaan en vorig jaar op een cruciaal moment pech had. Maar puntje bij paaltje eindigde hij bij zijn podiumplekken op bijna twee minuten van Van Baarle en bijna een minuut van Van der Poel, dus het is ook weer niet alsof hij daar enorm dicht bij een overwinning geweest is.
Van Aerts tryout-ronde is alvast prima verlopen, dat openingsweekend verliep prima.
Laten we ook niet vergeten dat Van Aert in 2022 Vlaanderen miste door ziekte en in Roubaix daardoor niet top was en vorig jaar op het meest slechte moment lek rijdt in Roubaix. Van der Poel had vorig jaar een super jaar. Werkt de voorbereiding van Van Aert en is hij dit jaar net die paar procentjes beter dan kan het ook zomaar een superjaar voor Van Aert worden.
Veel gaat afhangen van externe factoren of Wout de RVV of Roubaix dit jaar kan scoren, ziekte, hoe sterk is de concurentie en dan vooral Mathieu. Gaan er ploeggenoten wegspringen waardoor hij klem komt te zitten, ... Hij heeft de kwaliteiten om te winnen, maar Mathieu is één van die enkelingen die een situatie kan creëren en dat had Wout nog niet de voorbije seizoenen. Wel in de tdF maar niet in de monumenten.