Voorbeschouwing: Critérium du Dauphiné 2023 – Generale voor Tour de France
foto: Cor Vos
Koen Middendorp
zondag 4 juni 2023 om 13:00

Voorbeschouwing: Critérium du Dauphiné 2023 – Generale voor Tour de France

Echt veel tijd om bij te komen van de Giro d’Italia is er niet. De wielertrein dendert voort, op naar de volgende grote ronde: de Tour de France. In aanloop naar La Grande Boucle is het voor de renners zaak om de puntjes op de i te zetten. In het Critérium du Dauphiné (4-11 juni) kruisen heel wat Tourtoppers al een keer de degens. WielerFlits blikt vooruit!

[toto id=”997717″ link=”https://bit.ly/3NcjY9M” title=”Wie wint het eindklassement?”]

Historie

Wat is het verband tussen Grenoble, na Lyon en Saint-Étienne de op twee na grootste gemeente van de regio Auvergne-Rhône-Alpes, en het Critérium du Dauphiné? In de ‘hoofdstad van de Alpen’ ontstond ruim zeventig jaar geleden het idee om een meerdaagse wielerkoers te organiseren door de departementen Isère, Drôme en Hautes-Alpes, deel uitmakend van de streek Dauphiné. Vlak na de Tweede Wereldoorlog verscheen het eerste nummer van de regionale Zuid-Franse krant Le Dauphiné Libéré. Wat was nu een goede stap om de naamsbekendheid te vergroten, en een grotere oplage te realiseren? Het organiseren van een wielerkoers!

Onder bezielende leiding van de eindredactie kwam er een meerdaagse wielerwedstrijd tot stand: de Dauphiné Libéré. De eerste editie werd in 1947 georganiseerd en met Édouard Klabinski kreeg de koers een Frans-Poolse winnaar. In de eerste jaren was de Dauphiné Libéré een Franse aangelegenheid. Édouard Fachleitner won in 1948, Lucien Lazaridès was in 1949 de beste in het eindklassement en in 1950, 1951 en 1954 kroonde Nello Lauredi zich tot eindwinnaar. Voor de eerst écht grote naam op de erelijst, moeten we terug naar 1955. De legendarische Louison ‘Zonzon’ Bobet bleek dat jaar onklopbaar.

Alejandro Valverde won de Dauphiné in 2008 en 2009 – foto: Cor Vos

Bobet was de eerste, maar zeker niet de laatste kampioen die zijn naam op de erelijst wist te plaatsen. De zeges van Jacques Anquetil in 1963 en 1965 springen er meteen uit, net als die van zijn eeuwige rivaal Raymond Poulidor (1966 en 1969). De Dauphiné Libéré was in de jaren zeventig van de vorige eeuw ook het strijdtoneel van Eddy Merckx (1971), Luis Ocaña (1970, 1972 en 1973), Bernard Thévenet (1975 en 1976) en Bernard Hinault (1977, 1979 en 1981). Deze grootheden uit de wielersport vochten gedenkwaardige duels uit in ‘het kleine broertje van de Tour de France’. De Dauphiné was veel meer dan alleen een voorbereidingskoers.

Het is een wedstrijd die niet misstaat op een erelijst. Vraag dat maar aan Greg LeMond, Charly Mottet, Luis Herrera, Miguel Induraín, Alejandro Valverde, Bradley Wiggins en Chris Froome. Deze renners wisten in hun carrière eens (of vaker) de Dauphiné Libéré te winnen. De koers gaat inmiddels alweer een tijdje door het leven als het Critérium du Dauphiné, maar de wedstrijd spreekt nog altijd tot de verbeelding. Anno 2023 zijn er vele wegen die naar Parijs leiden, maar de organisatie van de Franse wielerronde kan toch elk jaar weer rekenen op een fraai deelnemersveld, met een aantal Tourpretendenten.

De eerder genoemde Lauredi, Ocaña, Hinault, Mottet en Froome wisten het Critérium du Dauphiné drie keer te winnen in hun carrière en mogen zich recordhouders noemen. Wat ook interessant is om te vermelden: op de erelijst staan in totaal elf Tourwinnaars. Dat waren er oorspronkelijk twaalf, maar we weten allemaal wat er met Lance Armstrong is gebeurd. De laatste renner die in één jaar tijd de dubbel realiseerde, was Geraint Thomas in 2018.

Jakob Fuglsang (in het geel) is ook een tweevoudig winnaar – foto: Cor Vos

Als we tot slot nog even uitzoomen en met een landenbril naar de erelijst kijken, zien we dat Frankrijk – niet geheel verrassend – het vaakst (31 keer) een eindwinnaar wist af te leveren. Eddy Merckx, Michel Pollentier en Alex Close zorgden door de jaren heen voor de Belgische successen, Johan van der Velde is voorlopig nog altijd de enige Nederlandse laureaat van de Dauphiné. Voor zijn eindzege moeten we inmiddels alweer 43 (!) jaar terug in de tijd.

Laatste winnaars Critérium du Dauphiné
2022: flag-si Primož Roglič
2021: flag-au Richie Porte
2020: flag-co Daniel Felipe Martínez
2019: flag-dk Jakob Fuglsang
2018: flag-gb Geraint Thomas
2017: flag-dk Jakob Fuglsang
2016: flag-gb Chris Froome
2015: flag-gb Chris Froome
2014: flag-us Andrew Talansky
2013: flag-gb Chris Froome

[toto id=”997717″ link=”https://bit.ly/3NcjY9M” title=”Wie wint dit jaar het eindklassement?”]


Laatste editie

In de 73ste editie van het Critérium du Dauphiné was het bijna al Jumbo-Visma wat de klok sloeg. De Nederlandse formatie leverde niet alleen de eindwinnaar en nummer twee in het eindklassement af, maar won ook nog eens drie van de acht etappes. Het begon meteen met een knal, want in de openingsrit naar Beauchastel snelde Wout van Aert in de sprint van een uitgedund peloton naar de overwinning. Een goede start voor Van Aert en Jumbo-Visma, en het zou nog mooier worden.

Maar ook de Fransen hadden genoeg om voor te juichen. In de tweede rit rekende Alexis Vuillermoz in Brives-Charensac af met zijn medevluchters en in de derde etappe wist David Gaudu een te vroeg juichende Van Aert nipt van een tweede dagzege af te houden. Van Aert boekte twee dagen na zijn ‘blunder’ alsnog zijn tweede ritoverwinning in de Dauphiné. In Chaintré wist hij met een machtige sprint zijn concurrenten een hak te zetten.

De alomtegenwoordige Van Aert won twee etappes – foto: Cor Vos

Inmiddels was ook het algemeen klassement al in een eerste plooi gevallen, met dank aan de individuele tijdrit van Montbrison naar La Bâtie d’Urfé. De strijd om de dagzege werd na een zeer spannende slotfase gewonnen door Filippo Ganna, voor Van Aert, maar verder deed ook Primož Roglič goede zaken met het oog op de eindzege. Zijn ploegmaat Jonas Vingegaard moest exact een halve minuut prijsgeven en voor de overige klassementsrenners was de schade al een stuk groter.

Roglič begon zo met de beste papieren aan de beslissende bergetappes naar Vaujany en Plateau de Salaison. In de voorlaatste rit zette hij met een snedige aanval in de laatste kilometers de puntjes op de i, waarna hij kon consolideren in de slotetappe. Op de allerlaatste klim van de ronde reed de klassementsleider zelfs nog weg met zijn ploeggenoot Vingegaard. Na een nieuwe demonstratie van de geel-zwarte mannen kwamen de twee kleppers hand in hand over de finish: Vingegaard won de rit, Roglič verzekerde zich van de eindzege.

Hand in hand over de finish: Jumbo-Visma is baas in de Dauphine! – foto: Cor Vos

De twee renners van Jumbo-Visma werden op het eindpodium vergezeld door Ben O’Connor, die zijn Franse formatie AG2R Citroën een belangrijke podiumplek wist te bezorgen. Bahrain Victorious-renners Damiano Caruso en Jack Haig vervolledigden de top-5.

Eindklassement Critérium du Dauphiné 2022
1. flag-si Primož Roglič (Jumbo-Visma) in 29u11m22s
2. flag-dk Jonas Vingegaard (Jumbo-Visma) op 40s
3. flag-au Ben O’Connor (AG2R Citroën) op 1m41s
4. flag-it Damiano Caruso (Bahrain Victorious) op 2m33s
5. flag-au Jack Haig (Bahrain Victorious) op 3m13s

Parcours

Nieuwe editie, zelfde recept. Ook in de 75ste uitgave van het Critérium du Dauphiné krijgen de renners weer heel wat zware (Alpen)beklimmingen voorgeschoteld. Verder staat er traditiegetrouw een (individuele) tijdrit op het programma en volgen er voor de puncheurs/aanvallers weer enkele kansen op dagsucces. Sprinters komen er in de Dauphiné vaak maar bekaaid vanaf, al valt er zeker wel iets te rapen voor de rappe mannen die wel de moeite hebben genomen om af te zakken naar Zuid-Frankrijk.

De eerste etappes zijn zeker selectief, maar pas op dag vier zullen de eerste serieuze verschillen ontstaan in het algemeen klassement, als het tijd is voor de tijdrit van goed dertig kilometer. Na deze individuele beproeving tegen de klok volgt weer een niet te onderschatten heuvelrit, gevolgd door een – hopelijk toch – ware showdown in de bergen. In de Franse Jura en Alpen zijn er bergetappes uitgetekend naar Crest-Voland, Col de la Croix de Fer en Grenoble. En avant!

Ook niet onbelangrijk: aan de streep van een etappe zijn telkens tien, zes en vier bonificatieseconden te verdienen.


Zondag 4 juni, Etappe 1: Chambon-sur-Lac – Chambon-sur-Lac (157,7 km)

Het Critérium du Dauphiné begint dit jaar met een 157,7 kilometer lange heuvelrit, dwars door het departement Puy-de-Dôme, met onderweg toch een slordige 2.800 hoogtemeters. Na de start in Chambon-sur-Lac – zo’n veertig kilometer ten zuidwesten van Clermont-Ferrand – trekt het peloton in noordelijke richting. Om vervolgens af te buigen, via een lus, naar eerst het westen en dan het zuiden.

Onderweg krijgen de renners vijf gecategoriseerde hellingen voor de wielen geschoven. Het zijn niet meteen de zwaarste beklimmingen, maar ze zullen alsnog in de kleren kruipen. Na de Côte du Mont-Dore (1,8 km aan 5,5%) en Côte de La Stèle (1,9 km aan 5%) al vrij vroeg in de etappe, draaien de coureurs na goed 90 kilometer een slotcircuit op.

Deze lokale omloop van 23,2 kilometer staat drie keer op het programma, en kent met de Côte du Rocher (1 km aan 7,3%) een telkens terugkerende scherprechter. Wat deze helling zo lastig maakt, is dat hij eerst nog wordt gekruid door een aanloop van 4,9 km aan 4,7%. Na de laatste passage over de Côte du Rocher is het nog goed twaalf kilometer tot de streep. Die verlopen grotendeels in dalende lijn.

Start: 13.10 uur
Finish: tussen 16.45 en 17.10 uur


Maandag 5 juni, Etappe 2: Brassac-les-Mines – La Chaise-Dieu (167,3 km)

De tweede etappe van Brassac-les-Mines naar La Chaise-Dieu is ook niet van de poes. Waar de renners in de openingsrit nog werden getrakteerd op 2.800 hoogtemeters, zijn dat er maandag 2.900. Er is vrijwel geen meter vlak in deze 167,3 kilometer lange rit.

Na een glooiende aanloopfase is de Col de la Toutée (2,2 km aan 2,6%) de eerste klim van de dag, kort daarna gevolgd door de Col des Fourches (2,7 km aan 6,5%). Dit zijn echter alleen de hellingen die ook daadwerkelijk meetellen voor het bergklassement. Het parcours bevat nog veel meer (onaangename) verrassingen. De route blijft op- en aflopen tot de renners na bijna honderd kilometer al een keer over de streep komen in La Chaise-Dieu.

We zijn er echter nog niet, want nu volgen er nog twee lokale ronden van 35,1 kilometer. Met de Côte des Guêtes (1 km aan 8%) volgt er nog twee keer een korte maar wel vervelende kuitenbijter. Deze helling kan – met zijn top op goed tien kilometer van de finish – als springplank dienen voor een geslaagde aanval. De renners doen er wel goed aan om nog wat over te houden voor de finale, want ook de laatste kilometers lopen vervelend (maximaal 5%) omhoog.

Start: 12.40 uur
Finish: tussen 16.30 en 16.50 uur


Dinsdag 6 juni, Etappe 3: Monistrol-sur-Loire – Le Coteau (191,3 km)

In de eerste etappes zullen de sprinters waarschijnlijk niet aan de bak komen, maar de rappe mannen zullen de derde rit – met aankomst in Le Coteau – wel degelijk hebben omcirkeld in hun agenda. Van een biljartvlakke rit is allerminst sprake – met iets meer dan 2.000 hoogtemeters over een afstand van 191,3 kilometer – maar de finale is dit keer wel een pak eenvoudiger.

Het is eigenlijk een etappe met twee gezichten. De eerste helft is zeer heuvelachtig en dus uitdagend, de tweede helft behoorlijk vlak en dit nodigt dan weer uit tot een sprint van een grote groep. Er staan slechts twee beklimmingen op het programma, waar renners kunnen sprinten voor de bergpunten. De Côte de Bellevue-la Montagne (prachtige naam!) volgt al vrij snel na de start en kent een gemiddelde stijgingsgraad van 5,8% over een afstand van 4,9 kilometer.

De tweede klim is de Côte de Neulise (7,3 km aan 3%) en situeert zich in volle finale. De top van deze helling ligt op goed twintig kilometer van de streep, maar we verwachten niet dat deze loper voor vuurwerk zal zorgen in het peloton. De sprintersploegen hebben na de Côte de Neulise nog voldoende tijd om zich te (re)organiseren.

Start: 12.10 uur
Finish: tussen 16.30 en 16.55 uur


Woensdag 7 juni, Etappe 4: Cours – Belmont-de-la-Loire (31,1 km, ITT)

In de vierde etappe worden de kaarten ongetwijfeld voor een eerste keer geschud tussen de klassementsrenners. In de individuele tijdrit van 31,1 kilometer zullen de verschillen hoog oplopen. De start van de tijdrit is in Cours, de finishstreep is getrokken in Belmont-de-la-Loire. De organisatie heeft een deels vlakke en niet al te technische tijdrit uitgetekend, al moeten we het ook zeker niet onderschatten.

Wie iets beter naar de route kijkt, ziet dat er toch nog best wel veel hoogtemeters op het programma staan. De renners voelen dit al meteen van bij de start, met de Col de la Croix (2,2 km aan 4,7%). Na drie kilometer zijn de renners boven en beginnen ze aan een lange maar zeker geen steile afdaling naar het eerste en enige tussenpunt in Mars, dat gelegen is op een korte helling van 300 meter aan 6,4%.

Het parcours is vervolgens voor een tiental kilometer zo goed als vlak, maar de laatste tien kilometer lopen dan weer lichtjes omhoog aan 2 à 3%. Voor doorgewinterde profs geen probleem, maar in een tijdrit zeer vervelend. Finishen doen we dus na 31,1 kilometer, op 488 meter hoogte, in Belmont-de-la-Loire. Als de laatste renner over de streep is gebold, kunnen we de schade opmeten.

Start: 13.30 uur (eerste renner)
Finish: rond 16.40 uur (finish laatste renner)


Donderdag 8 juni, Etappe 5: Cormoranche-sur-Saône – Salins-les-Bains (191,1 km)

Voor we de Alpen induiken, staat er eerst een niet te onderschatten etappe op het menu over geaccidenteerd terrein. Na vertrek vanuit Cormoranche-sur-Saône koersen de renners aanvankelijk door het Rhônedal, over overwegend vlakke wegen. In de eerste negentig kilometer is het vrij rechttoe-rechtaan en niet al te ingewikkeld.

Het peloton trekt op een gegeven moment – via Louhans – naar het Jura-gebergte. Vergeet de vlakke openingsfase, in de tweede helft van de etappe is het klimmen geblazen. Het begint allemaal met de Côte de Château-Chalon (4,4 km aan 4,5%) van derde categorie. Het echte venijn zit hem in de staart, na een eerste passage over de finish in Salins-les-Bains, met twee lokale rondes.

In de eerste ronde trekken de renners over de Côte d’Ivory (2,3 km aan 5,9%), de Côte de Thésy (3,6 km aan 8,8%) is dan weer de scherprechter op de tweede lokale omloop. De Côte de Thésy is een echte benenbreker en – met de top op vijftien kilometer van het einde – ook wel een ideale helling om aan te vallen en het verschil te maken. We sluiten niet uit dat de klassementsrenners zich zullen roeren op deze klim, ook al omdat de finale grotendeels in dalende lijn gaat.

Start: 12.05 uur
Finish: tussen 16.25 en 16.50 uur


Vrijdag 9 juni, Etappe 6: Nantua – Crest-Voland (168,2 km)

Klimmers, opgelet! In de zesde etappe van het Critérium du Dauphiné duiken ‘we’ eindelijk de bergen in, al is het nog wel een dagje langer wachten op de echt langere en zwaardere cols. Op de zesde dag heeft de organisatie wel een bijzonder lastige etappe uitgetekend tussen start- en finishlocaties Nantua en Crest-Voland.

Met het Mont-Blanc-massief op de achtergrond, trekken de renners in de beginfase over de Côte de Droisy (5,4 km aan 7%), de eerste klim van de dag. Daarna glooit de route verder door de vallei van de Arve, richting de tussensprint in Saint-Jean-de-Sixt, waar de echte klimpret kan beginnen. De tussensprint in Saint-Jean-de-Sixt is eigenlijk het startpunt van de Col des Aravis (7,8 km aan 5,7%), een bekende Alpencol die ook in de komende Tour de France weer zijn opwachting zal maken.

Waar de Tourkaravaan in juli na de afdaling van de Aravis linksaf slaat naar Megève, gaat de Dauphiné rechtsaf voor een finale over de Côte de Notre-Dame-de-Bellecombe (3,2 km aan 6,1%) en de slotklim (2,3 km aan 6,6%) richting skigebied Crest-Voland. We verwachten nu niet meteen enorme verschillen in het klassement, maar we mogen ons zeker opmaken voor spektakel in deze explosieve finale.

Start: 12.20 uur
Finish: tussen 16.30 en 16.55 uur


Zaterdag 10 juni, Etappe 7: Porte-de-Savoie – Col de la Croix de Fer (147,7 km)

Zwaar, zwaarder, zwaarst. Dat is wel een beetje het credo voor deze editie van het Critérium du Dauphiné. In de voorbije etappes was het al flink klimmen geblazen, maar het verbleekt toch met wat de renners in de voorlaatste rit voor hun kiezen krijgen. 4.000 hoogtemeters, en dat ook nog eens over een afstand van slechts honderd kilometer. Dat is zelfs voor doorgewinterde klimmers pittige kost.

De openingsfase voert nog over vlakke wegen, maar na ruim vijftig kilometer doemt de eerste (bekende) Alpenreus op: de Col de la Madeleine (25,1 km aan 6,2%) van de buitencategorie. Na een lange afdaling trekken de renners stroomopwaarts langs de rivier de Arc, naar de voet van de Col du Mollard (18,5 km aan 5,8%).

De renners ronden de top van de Col du Mollard op twintig kilometer van de finish, maar dan wacht nog de Col de la Croix de Fer. Op deze flanken van deze iconische Alpenklim, die al 21 keer werd opgenomen in de Tour de France, ligt de streep. De renners trekken naar de top op 2.067 meter hoogte, na 13,1 kilometer klimmen aan 6,2%. De tweede helft van de Col de la Croix de Fer is een stuk lastiger: in de laatste 6,5 kilometer stijgt de weg aan ruim 8% gemiddeld.

Start: 10.40 uur
Finish: tussen 14.35 en 15.10 uur


Zondag 11 juni, Etappe 8: Le Pont-de-Claix›La Bastille – Grenoble Alpes Métropole (152,8 km)

De renners zijn er bijna, maar nog niet helemaal. Op zondag 11 juni wacht er nog een loodzware en zeer verraderlijke slotetappe van 152,8 kilometer. Het is gek genoeg misschien wel de zwaarste etappe van de ronde, met onderweg toch weer 4.000 hoogtemeters. De echte Alpenreuzen worden dit keer gemeden, maar er staan wel heel wat steile beklimmingen op het programma.

In de openingsuren worden de renners ‘getrakteerd’ op de Côte de Pinet (6,3 km aan 6,1%) en de Col des Mouilles (3,9 km aan 7%), maar het is toch vooral wachten op de loodzware finale in de omgeving van Grenoble. De grande finale begint op goed 57 kilometer van de streep, want dan beginnen de renners aan een soort drietrapsraket. De Col du Granier (9,6 km aan 8,6%) is misschien wel een van de zwaarste beklimmingen in deze Dauphiné, maar ook de Col du Cucheron (7,7 km aan 6,2%) en de Col de Porte (7,4 km aan 6,8%) zijn niet van de poes.

En dat is nog niet alles. Na de top van de Col de la Porte gaat het in dalende lijn naar Grenoble, waar de renners de klim naar La Bastille aansnijden. Dit is een verschrikkelijke steile ‘muur’ van 1,8 kilometer aan 14,2%. Wat een afsluiter! Luc Leblanc won er in 1996 al eens een rit in de Dauphiné.

Start: 10.30 uur
Finish: tussen 14.40 en 15.10 uur


Favorieten

Geen Tadej Pogačar in de 75ste editie van het Critérium du Dauphiné, maar verder zullen heel wat Tourtoppers wel de degens kruisen. Zo staat de regerende winnaar van de Ronde van Frankrijk, Jonas Vingegaard, aan het vertrek van deze Franse ‘voorbereidingskoers’. De organisatie kan verder ook uitpakken met de aanwezigheid van wereldtoppers als Enric Mas, Mikel Landa, Richard Carapaz, Adam Yates en Egan Bernal.

Er staan in totaal 22 ploegen aan het vertrek in Chambon-sur-Lac. Naast de achttien WorldTeams gaat het om Lotto Dstny, Uno-X, TotalEnergies en Israel-Premier Tech. Deze teams zijn er straks in juli ook bij in de Tour de France en hopen in deze ‘mini-Tour’ de puntjes op de i te zetten voor de belangrijkste afspraak op de wielerkalender.

Jonas Vingegaard – foto: Cor Vos

Bij afwezigheid van Pogačar is er maar één topfavoriet voor de eindoverwinning: Jonas Vingegaard. De Deen van Jumbo-Visma hoopt in juli voor een tweede opeenvolgende keer de Tour de France te winnen en de Dauphiné is een belangrijk tussenstation, noem het een laatste meetpunt, richting La Grande Boucle. Vingegaard koos vorig jaar ook voor de combinatie Dauphiné-Tour en dat pakte dus zeer goed uit. De klimmer werd een jaar geleden tweede in het Critérium du Dauphiné, achter zijn ploeggenoot Primož Roglič. Die laatste is er na zijn Girozege (vanzelfsprekend) niet bij en dit maakt de weg vrij voor Vingegaard.

Vingegaard lijkt dit seizoen weer een stap te hebben gezet in vergelijking met vorig jaar. De 26-jarige coureur heeft zich ontpopt tot een echte winnaar, tot een man die niet alleen piekt in de zomermaanden. De kopman van Jumbo-Visma won dit seizoen op Spaanse bodem namelijk al met verve O Gran Camiño en de Ronde van het Baskenland. Is dit een voorbode voor succes in het zuiden van Frankrijk? Het parcours van de 75ste Critérium du Dauphiné ligt hem als gegoten, met meerdere zware bergritten en een individuele tijdrit. En met onder meer Steven Kruijswijk, Attila Valter en Tiesj Benoot in steun, heeft hij niet te klagen over zijn ploeg.

Adam Yates – foto: Cor Vos

De grootste concurrent van Vingegaard? Dan komen we toch uit bij Adam Yates. De klimmer van UAE Emirates werkt eveneens via het Critérium du Dauphiné toe naar de Tour de France. Dit wil echter niet zeggen Yates de achtdaagse rittenkoers ziet als slechts een voorbereidingswedstrijd. Nee, de 30-jarige renner is ambitieus en zal Vingegaard ongetwijfeld het vuur aan de schenen willen leggen. Yates heet ervaring met het winnen van prestigieuze rittenkoersen. De Brit won in het verleden al de UAE Tour en Ronde van Catalonië en was dit jaar nog de beste in de Ronde van Romandië.

Vingegaard en Yates moeten echter wel oppassen voor een Spaanse furie. Bahrain Victorious rekent de komende dagen op Mikel Landa. De Bask begint in het Critérium du Dauphiné aan een nieuwe fase van zijn seizoen. De sierlijke klimmer kende een zeer sterk voorjaar en zal de goede lijn ongetwijfeld willen doortrekken in de Dauphiné en de Tour de France. Movistar hoopt met Enric Mas dan weer een vuist te kunnen maken. De 28-jarige klimmer verzamelde in het voorjaar de nodige ereplaatsen, maar van een echte uitschieter was toch ook geen sprake. Komt hij in de Dauphiné nog beter voor de dag?

Mikel Landa – foto: Cor Vos

Een renner die we dit seizoen eigenlijk nog nauwelijks hebben gezien, is Richard Carapaz. De Ecuadoraan is normaal iemand die voor spektakel zorgt in de bergen, maar de Olympisch kampioen van EF Education-EasyPost begon vanwege een operatie aan zijn amandelen wat later aan zijn seizoen en reed in de eerste maanden vooral achter de feiten aan. Carapaz toonde wel veel goede wil, maar de echte topvorm was er niet. Is die er wel na een rust- en voorbereidingsperiode? Carapaz won deze week wel de Mercan’Tour, maar het is moeilijk inschatten waar hij nu precies staat ten opzichte van mannen als Vingegaard en Yates.

Nog een renner die moeilijk te peilen is: Jai Hindley. De Australische klimmer van BORA-hansgrohe is een echte klasbak, dat staat buiten kijf, maar komt toch vooral tot zijn recht in grote rondes. Hindley boekte zijn beste resultaten – denk aan zijn Girozege in 2022 of zijn tweede plaats in de editie van 2020 – toch vooral over drie weken. In rittenkoersen van een week doet hij wel vaak mee voor een goede eindklassering, maar toch zelden voor de winst. Komt daar nu verandering in? We misschien misschien nog meer van Ben O’Connor, de kopman van AG2R Citroën, vorig jaar nog derde in het Critérium du Dauphiné.

Egan Bernal – foto: Cor Vos

Een van de sterkste ploegen in de breedte is zonder enige twijfel INEOS Grenadiers, maar heeft de Britse formatie ook een kopman in de gelederen die kan meedoen om de eindzege? De rentree van Egan Bernal verliep met horten en stoten, maar het gaat inmiddels wel de goede kant op. De Colombiaan reed dit seizoen al naar top 10-noteringen in de rondes- van Romandië en Hongarije. Wat is de Tourwinnaar van 2019 waard in dit veld? Bernal is er veel aan gelegen om goed te presteren in de Dauphiné. Een goede prestatie levert hem misschien wel een plekje op in de Tourselectie van INEOS Grenadiers.

Zijn landgenoot Daniel Felipe Martínez won in het verleden al eens de Dauphiné, maar is dit seizoen behoorlijk wisselvallig. Martínez won de Volta ao Algarve, maar zakte in koersen als Parijs-Nice en de Ronde van het Baskenland toch behoorlijk door het ijs. Wat krijgen we deze week van hem te zien? En dan hebben we nog Carlos Rodríguez. De jonge Spanjaard (22) kwam begin maart voor het laatst in actie. Door een sleutelbeenbreuk, opgelopen in Strade Bianche, was hij lange tijd uit de roulatie. Is hij meteen weer in staat om te schitteren?

Giulio Ciccone – foto: Cor Vos

Nog een naam die we met stip noteren: die van Giulio Ciccone. De Italiaan moest vanwege een coronabesmetting zijn programma omgooien en passen voor zijn geliefde Giro d’Italia. Ciccone werkt nu via het Critérium du Dauphiné toe naar de Tour. De renner van Trek-Segafredo was in het voorjaar nog een van de betere renners in het rondewerk en kan op Franse bodem de draad weer oppakken. We verwachten ook wel wat van David Gaudu, de kopman van Groupama-FDJ. De Franse klimmer was in Parijs-Nice nog de voornaamste uitdager van Tadej Pogačar, en bleek in die ronde zelfs beter van Jonas Vingegaard. Dat belooft!

Andere potentiële hoofdrolspelers zijn Jack Haig (Bahrain Victorious), Matteo Jorgenson (Movistar), Emanuel Buchmann (BORA-hansgrohe), Guillaume Martin (Cofidis), David De la Cruz (Astana Qazaqstan), Pierre Latour (TotalEnergies), Rafal Majka (UAE Emirates), Esteban Chaves (EF Education-EasyPost), Louis Meintjes (Intermarché-Circus-Wanty) en jongelingen Maxim Van Gils (Lotto Dstny), Lenny Martinez (Groupama-FDJ), Max Poole en Oscar Onley (Team DSM) en Tobias Halland Johannessen (Uno-X).


Sprinters

Het Critérium du Dauphiné is nu niet bepaald een sprintersparadijs, maar toch staan er wel aardig wat rappe mannen aan het vertrek. Enerzijds voor die spaarzame sprintkans, maar toch ook om de (klim)benen op scherp te zetten voor de aankomende Tour de France. Dylan Groenewegen is er voor het tweede opeenvolgende jaar bij. De Nederlander van Jayco AlUla is op papier de snelste renner in dit peloton, maar krijgt hij ook de kans om dit te demonstreren?

Dylan Groenewegen – foto: Cor Vos

Zijn grootste concurrent rijdt voor BORA-hansgrohe en heet Sam Bennett. De Ier stoomt zich in het zuiden van Frankrijk eveneens klaar voor de Tour, en hoopt onderweg ook nog aan sprinten toe te komen. Binnen de ploeg van Jumbo-Visma is het uitkijken naar Christophe Laporte. De Fransman krijgt, bij afwezigheid van Wout van Aert en Olav Kooij, eens de kans om voor eigen rekening te sprinten. Laporte is zeker niet de snelste van het pak, maar kan natuurlijk wel selectieve parcoursen aan.

Net als Ethan Hayter, die namens INEOS Grenadiers de sprinthonneurs zal waarnemen. Ook Ethan Vernon (Soudal Quick-Step), Matteo Trentin (UAE Emirates), Hugo Hofstetter (Arkéa-Samsic), Jon Aberasturi (Trek-Segafredo), Edvald Boasson Hagen (TotalEnergies), Madis Mihkels (Intermarché-Circus-Wanty), Fred Wright (Bahrain Victorious), Axel Zingle (Cofidis), Lionel Taminiaux (Alpecin-Deceuninck) en Milan Menten (Lotto Dstny) zullen zich mengen in het sprintgeweld.

Christophe Laporte – foto: Cor Vos

Tot slot willen we ook nog even meegeven dat Julian Alaphilippe in eigen land zijn opwachting zal maken. De tweevoudig wereldkampioen kent vooralsnog een moeilijk seizoen, maar is nog altijd een van de grote publiekstrekkers.


Favorieten volgens WielerFlits
**** Jonas Vingegaard
*** Adam Yates, Enric Mas
** Richard Carapaz, Giulio Ciccone, Mikel Landa
* Jai Hindley, Daniel Felipe Martínez, Ben O’Connor, David Gaudu

Website organisatie

[toto id=”997717″ link=”https://bit.ly/3NcjY9M” title=”Wie wint het eindklassement?”]


Weer en TV

Op 4 juni gaat de eerste etappe van start en dan is de kans op buien vrij groot rondom de regio Chambon-sur-Lac, laat Weeronline ons weten. Het zal zeker niet aan een stuk door gaan regenen, maar af en toe een pittige (onweers)bui is iets waar rekening mee gehouden moet worden. Ook maandag kan er nog een pittige regen- of onweersbui over het parcours trekken. De dagen daarna is het vaker droog en vrij zonnig. De temperatuur varieert van 19 tot 24 graden.

De 75ste uitgave van het Critérium du Dauphiné is elke dag live te volgen op Sporza via VRT1. De uitzendingen beginnen dagelijks om 15.25 uur, en in het weekend om 13.30 uur. Daarnaast is de Dauphiné ook te zien op de online kanalen van Eurosport.nl, Discovery+ en GCN+. Vanwege Roland Garros is de koers niet elke dag live te zien op de hoofdkanalen. In de weekenden geeft men sowieso de voorkeur aan tennis. Voor de precieze uitzendtijden verwijzen we naar onze tv-gids Wielrennen op TV.


RIDE Magazine
22 Reacties
Sorteer op:
1 juni 2023 14:09
Geen ster voor Jorgensen? Breekt toch aardig door dit jaar en lijkt bij de bookies nog 2e te staan.
1 juni 2023 16:27
Ik zou Gaudu toch wel drie sterren geven. Was de betere ten opzichte van Vingegaard in Parijs Nice. Als ik sterren zou moeten geven zou het zo zijn: ⭐⭐⭐⭐ Vingegaard ⭐⭐⭐ Gaudu en Mas ⭐⭐ Carapaz, Landa, Yates, ⭐ Bernal, Hindley, Ciccone en Jorgenson
    1 juni 2023 20:21
    Wellicht omdat er een flinke tijdrit in zit dat hij wat minder sterren heeft gekregen? Toch niet bepaald zijn specialiteit.
    1 juni 2023 20:25
    Snap ik, maar dat is ook niet de specialiteit van Mas, Yates en onder meer Landa
    2 juni 2023 13:49
    En Ciccone kan zelfs wel onder één van de slechste tijdrijders van allemaal gezet worden, dus dat kan niet het enige argument zijn. ;)
1 juni 2023 12:12
Vind het een mooi favorietenlijstje maar op welke basis staat Bernal hiertussen? Hij begint wel iets beter te draaien maar zie hem hier nog niet bij de beste tien rijden. Dan zou ik eerder Gaudu ertussen zetten want die krijgt nu helemaal geen ster.

Edit redactie: Er ging even iets mis met de sterrenverdeling. Gaudu staat er nu wel bij ;)
    2 juni 2023 07:54
    Hopen dat Bernal weer terug komt. Zijn laatste twee 1weekse rondes reed hij top 10, maar dit is toch wel hoger niveau.
1 juni 2023 12:26
Hoe zou het ervoor staan met Hindley? Dit jaar nog niet veel gezien en dat klopt wel met zn uitslagen; 15e in de Tirreno en 8 in Catalonië. Lijkt me wel iemand die goed kan pieken naar een grote ronde dus hij zou er zomaar al eens goed voor kunnen staan deze Dauphiné. Zie heb als de grootste uitdager van Vingegaard. Wat denken jullie?
1 juni 2023 18:32
De aankomst van etappe 8 naar La Bastille is aardig, maar de afdaling er naar toe ..... Iets voor waaghalzen !
1 juni 2023 18:47
Leuk parcours! Hopelijk is er tegenstand voor Vingegaard.
1 juni 2023 19:17
Ik voorspel in etappe 1 en/of 2, wederom een jumbo trein op het laatste heuveltje die het peloton aan gort rijd
1 juni 2023 20:24
Zingle van Cofidis gaat niet van start. Hij staat op de startlijst voor de tour de Suisse.
1 juni 2023 21:52
Wat een prachtig deelnemersveld! Het lijkt de Tour wel.
1 juni 2023 23:00
Het zelfverklaarde Home of Cycling heeft tijdens Roland Garros last van een identiteitscrisis
    2 juni 2023 09:33
    Voor een paar tientjes per jaar heb je vrijwel iedere middag wielrennen zonder irritante reclames. Voor elke rechtgeaarde wielerliefhebber een must.
    3 juni 2023 13:21
    En als je van heel veel sporten houdt dan betaal je voor alles een beetje en op het einde een hoop.
    Het is makkelijker gezegd dan gedaan voor sommige mensen.

    En Ricardo heeft gewoon een goed punt, als je je het hele jaar door promoot als home of cycling dan is het raar dat een van de grootste rondes van een week niet zichtbaar zijn voor iedereen.
    4 juni 2023 19:49
    Ben nergens tv-lid van behalve Eurosport... en dat is me iedere euro waard, bizar veel koers daar...
3 juni 2023 10:02
Gaudu verdient meer dan 1 ster
4 juni 2023 16:28
Eurosport, home of cycling adverteren ze mee... maar voor de 3e keer is tennis belangrijker. Gelukkig kunnen we altijd vertrouwen op de vrt...
1 juni 2023 12:28
Fijn dat er ook nog een ronde van zwitserland is, waar menig wereldcoureur naartoe trekt. Of zelfs kleppers die beide niet bedwingen. Dan is de echte showdown voorbehouden aan de tour zelf. #eindelijkeensnietwegtijdensdetour

Reacties zijn gesloten.