foto: Marcel Koch

Lars van der Haar maakt vandaag zijn debuut tijdens het Nederlands kampioenschap op de weg in het Twentse Ootmarsum. De kleine Woudenberger staat aan de start voor het Zweedse Giant-Shimano Development Team. De realiteit leert echter dat hij in dienst zal rijden voor zijn ploeggenoten van de moederploeg, vertelde hij aan WielerFlits.

Het is voor Van der Haar een eerst kennismaking met een koers boven de 220 kilometer. “Ik heb nog nooit een wedstrijd van deze lengte gereden. De langste die ik ooit gedaan heb, was 220 kilometer lang. Wat ik verwacht van vandaag? Zwaar! Het rondje is echt slopend en daarnaast vrij smal. Dat kan natuurlijk ook alleen maar op het NK. Het zal geen makkelijke opgave voor mij worden”, beseft de veldrijder.

Van der Haar komt ‘alleen’ uit voor zijn ploeg, maar zal proberen de jongens van de WorldTour-ploeg te ondersteunen. “Ik ga een rol spelen voor die mannen. Ik zal in het begin proberen om mee te glippen in de ontsnapping. Mocht ik er op het einde nog bij zitten, dan zien we het dan wel weer. Dan zal ik vooral moeten knechten om het peloton bij elkaar te houden.” In de eerste optie slaagde hij alvast, daar hij deel uit maakt van de vijftien man tellende kopgroep.

De renner uit Woudenberg won de afgelopen maand nog een massasprint in de Oberösterreich Rundfahrt, maar is reëel wat betreft zijn kansen voor vandaag. “Ik denk dat de wedstrijd te lang voor mij is. Daarnaast zijn er een aantal mannen die sneller zijn dan ik. Mocht ik er nog wel bij zitten, dan zal ik proberen om de jongens te helpen. Maar om eerlijk te zijn verwacht ik mezelf niet aan het einde. Ik heb wel de intentie om de koers uit te rijden, maar dat ligt er maar net aan of ik het peloton kan volgen als we zijn teruggepakt. Maar als dat niet lukt, dan lukt dat niet.”