Jakob Söderqvist reed de voorbije maanden al tal van koersen voor de hoofmacht van Lidl-Trek, maar officieel staat hij nog onder contract bij opleidingsploeg Lidl-Trek Future Racing. Vanaf 2026 komt daar verandering in. De 21-jarige Zweed, afgelopen zondag nog tweede in Parijs-Roubaix U23, heeft zich tot eind 2027 verbonden aan het WorldTeam.

Söderqvist kwam in 2024 bij Lidl-Trek Future Racing. Hij toonde zich op diverse terreinen, maar maakte met name indruk als tijdrijder. Zo werd hij tussen de profs meteen tweede in de tijdrit van de Tour de la Provence en eindigde hij later in het jaar als tweede op zowel het EK als WK tegen de klok bij de beloften.

Tussendoor won Söderqvist een tijdrit in de Flèche du Sud, een rit-in-lijn aldaar, de proloog van de Giro Next Gen, het Zweeds kampioenschap tijdrijden en zowel een etappe als het eindklassement in de Tour de Bretagne. En hij sloot zijn succesvolle seizoen ook nog eens af met een overwinning in de Chrono des Nations voor beloften.

Het huidige seizoen kwam Söderqvist bijna alleen nog maar uit voor het WorldTeam. Daarmee won hij de ploegentijdrit in de Ronde van Valencia, terwijl hij op individueel niveau nog tiende werd in de tijdrit van de sterk bezette Volta ao Algarve. Ook deed hij belangrijk werk in de door Edward Theuns gewonnen Bredene Koksijde Classic. In Parijs-Roubaix U23, een van de weinige wedstrijden die hij dit jaar bij de beloften betwistte, kwam Söderqvist samen met zijn ploegmaat Albert Philipsen juichend over de streep. De Zweed gaf de zege aan de Deen.

Grote motor
“Ik denk dat Jakob een gigantisch potentieel heeft”, zegt Sebastian Andersen, ploegleider bij Lidl-Trek Future Racing. “Hij is nog vrij nieuw in het wielrennen en een beetje een ruwe diamant in de sport. Hij heeft een grote motor en ongelofelijk veel power. Dat hebben we vorig jaar al gezien. (…) Dit jaar doet Jakob een tussenstap, waar hij al een beetje met het WorldTeam koerst. Hij leert meer en stijgt naar een nieuw niveau vanaf zijn toch al goede beginpunt. We helpen hem bij een consistentere aanpak van het wielrennen.”