Rapportcijfers 2022: Team DSM – Arensman als doekje voor het bloeden
Nu het wielerseizoen 2022 erop zit, kunnen we de balans opmaken. In de rubriek Rapportcijfers legt WielerFlits alle achttien WorldTour-teams en vier ProTeams langs de meetlat, van het laagste geklasseerde team op de UCI Ranking naar het hoogste. De community mag daar vervolgens een cijfer aan geven. Vandaag is de eerste Nederlandse ploeg aan de beurt, dat als voorlaatste WorldTeam eindigde: Team DSM.
Doelen 2022
Na het vertrek van onder meer Tiesj Benoot en Jai Hindley, koos Team DSM er in 2022 voor om zich met name op de grote rondes te richten. De verwachtingen voor de klassiekers werden naar beneden geschroefd, daar het een jaar eerder nog een van de pijlers van het Nederlandse team was. In de grote rondes kozen de zwarthemden ervoor om de Giro d’Italia, de Tour de France en de Vuelta a España onder te verdelen in drie uitgangspunten. Eentje zouden ze gaan rijden met klassementsambities, in eentje richtten ze zich op sprints en rittenkapen en in de laatste zouden de talenten een kans krijgen op eigen succes.
Klassiekers
Dat de Nederlandse ploeg geen prioriteit meer gaf aan de klassiekers, was meteen te merken in de eerste wedstrijden. Team DSM kwam er niet aan te pas, tot Milaan-San Remo. Na verschroeiende demarrage van alle topfavorieten, leek Søren Kragh Andersen het meeste over te hebben. De Deen snelde weg op de top van de Poggio en enkel Tadej Pogačar, Wout van Aert en Mathieu van der Poel konden volgen. Hij kocht er uiteindelijk niets voor en werd zevende. In de slotfase van Gent-Wevelgem reed hij op kousenvoeten naar een vijfde plek. Daarmee leek hij in topvorm voor de monumenten, maar daar ontbrak de kers op de taart.
In dé klassiekermaand van het jaar – april – kwam Team DSM helemaal niet uit de verf. Zowel in Vlaanderen als in de Ardennen niet, al lag daar ook niet het zwaargewicht op. Uiteindelijk sloot Romain Bardet het klassiekerseizoen nog enigszins mooi af in de Ronde van Lombardije. De Fransman werd in de koers van de vallende bladeren uiteindelijk negende.
Belangrijkste resultaten
Gent-Wevelgem – 5e (Søren Kragh Andersen)
Milaan-San Remo – 7e (Søren Kragh Andersen)
Ronde van Lombardije – 9e (Romain Bardet)
Grote rondes
De Giro d’Italia werd aangevangen met Romain Bardet als kopman, terwijl er daarnaast ruimte was voor dagzeges. Dat lukte in de persoon van Alberto Dainese, die een massaspurt op zijn naam zette. De Franse klassementsleider maakte in de bergen indruk en had na de aankomst op Blockhaus zelfs zicht op het podium. Ziekte zat hem dwars en reddeloos gaf hij in etappe dertien op. Thymen Arensman stond op dat moment nog binnen anderhalve minuut van het roze, maar hij koos er heel bewust voor om niet voor een klassement te gaan. In zijn jacht op ritzeges werd de jongeling in de slotweek nog twee keer tweede.
Opvallenderwijs trok Team DSM vervolgens met vier Giro-renners naar de Tour de France. Dainese was er opnieuw bij en reed de ronde – evenals de Giro – uit. Andreas Leknessund probeerde nog een aantal keer vanuit de vlucht toe te slaan, maar dat was tevergeefs. Uiteindelijk zorgde kopman Romain Bardet opnieuw voor het mooie weer. De Fransman was in de befaamde rit naar de Col du Granon na latere eindwinnaar Jonas Vingegaard de beste man in koers. Hij klom daardoor ook op naar de tweede plaats in het klassement, maar in de slotweek moest hij uiteindelijk toch terrein prijsgeven: Bardet eindigde in Parijs als zesde.
In de Ronde van Spanje kregen zoals beloofd een heel aantal talenten de kans om voor zichzelf te rijden. Daar kregen we de bevestiging van het goede seizoen dat Thymen Arensman tot dan toe al aan het afwerken was. Tot halverwege de ronde bleef hij een beetje uit het zicht, maar op Sierra de la Pandera kwam hij voor het eerst vooraan meedoen. Een dag later won hij vanuit de vlucht vervolgens de koninginnenrit naar Sierra Nevada. Tijdens de laatste bergrit naar Puerto de Navacerrada was hij zelfs de beste klassementsrenner. Dankzij een ijzersterke slotweek klom Arensman op naar de zesde plaats in Madrid.
Belangrijkste resultaten
Giro d’Italia – 18e (Thymen Arensman) + ritzege (Alberto Dainese)
Tour de France – 6e (Romain Bardet)
Vuelta a España – 6e (Thymen Arensman) + ritzege (Thymen Arensman)
Overige wedstrijden
Het waren bij Team DSM veelal dezelfde namen die het afgelopen seizoen voor de prijzen zorgden. Sam Welsford zorgde in de Bredene Koksijde Classic (vierde) en de Scheldeprijs (derde) voor dichte resultaten en zijn ritzege in de Ronde van Turkije daaropvolgend was dan ook geen verrassing. Die lijn kon hij de rest van het seizoen niet doortrekken. Ook in de overige eendagskoersen was Team DSM weinig van voren te zien, met uitzondering van Rund um Köln (Nikias Arndt, derde), Circuito Franco-Belge (Dainese, vijfde), GP de Montréal (Bardet, achste), Omloop van het Houtland (John Degenkolb, vierde) en de achtste plek van neoprof Casper van Uden in de Münsterland Giro. Dat hield met andere woorden niet over.
In het rondewerk waren de resultaten iets beter. Henri Vandenabeele werd negende in de Tour of Oman, terwijl Romain Bardet diezelfde positie behelste in de UAE Tour. Thymen Arensman werd kort daarna ook al zesde in Tirreno-Adriatico, terwijl Andreas Leknessund als elfde eindigde in Parijs-Nice. Na een felbevochten eindzege (Bardet) en derde plaats (Arensman) in de Tour of the Alps, duurde het echter lang voordat Team DSM weer in het gareel was. Wel boekte Leknessund en Nico Denz nog ritzeges in de Ronde van Zwitserland. Toch duurde het tot aan de Ronde van Polen voordat er weer iets te juichen viel bij DSM.
Arensman boekte in de Poolse rittenkoers zijn eerste profzege, waarna hij ook nog eens als tweede eindigde in het eindklassement. Leknessund stak een week later – na een heroïsche solo in de slotrit – dan weer de Arctic Race of Norway op zak. Weer een week later miste Søren Kragh Andersen op een haar na het eindpodium in de Ronde van Denemarken (vierde). Het laatste wapenfeit in het rondewerk kwam op naam van belofte Oscar Onley. De piepjonge Brit klom met de beste profs mee en eindigde in de CRO Race als derde achter Matej Mohorič en Tourwinnaar Jonas Vingegaard. Voor de volledigheid geven we ook nog de zege van Cees Bol in de Tour of Britain, waarmee het totaal over 2022 op tien zeges.
Belangrijkste resultaten
Ronde van Polen – (Thymen Arensman) + ritzege (Thymen Arensman)
Tour of the Alps – & (Romain Bardet en Thymen Arensman)
Arctic Race of Norway – (Andreas Leknessund) + ritzege (Andreas Leknessund)
Tirreno-Adriatico – 6e(Thymen Arensman)
Ronde van Zwitserland – 13e(Andreas Leknessund) + 2 ritzeges (Andreas Leknessund, Nico Denz)
Eindcijfer
Aan het eind van alle rapporten telt WielerFlits de resultaten van de drie onderdelen bij elkaar op en presenteert dan de gemiddelde cijfers per ploeg in een apart artikel.
Tour de France was Bardet gewoon prima. Een topper die een match is met DSM. Goede keuze dus.
Vuelta met Arensman ook een ruime voldoende. Op die laatste heb ik wel de nodige kritiek dat hij niet nog 1, 2 jaar DSM verkiest boven een stap naar Ineos. De keuze voor Ineos lijkt puur voor het geld want sportief gezien zit je als jonge renner beter bij DSM en in de Tour of the Alps zag je ook de klik met Bardet. Die twee hadden samen echt mooie jaren tegemoet kunnen gaan.
Eendagswerk is duidelijk onder de maat.
Overige koersen toch wel een voldoende. Leknessund die zijn neus aam het venster steekt. Prima ritzege voor Denz ook in Zwitserland en Tour of the Alps was zeer sterk.
Al bij al 7.
Misschien qua verwachtingspatroon een hoger cijfer verdiend, maar we praten hier wel over World Tour natuurlijk. Grote lichtpunt was natuurlijk Arensman, Bardet ook vrij aardig, maar SKA gewoon een belabberd seizoen mijns inziens. En dan hebben we de toppers wel gehad.
Wat is het Nederlandse woord voor germe?
Maar ook bij mij zit toch ook steeds het vraagteken mbt de mensen die daar weg willen... Ze doen daar iets heel goed en ook heel fout als je het mij vraagt.
Een extra stap zetten volgend jaar lijkt me lastig na het vertrek van Arensman, SKA, Arndt en (zelfs) Bol. Dainese zou kunnen doorgroeien en vaker gaan winnen. Bardet kan misschien 1 of 2 plekjes beter doen in de Tour en Leknessund kan in WT rittenwedstrijden van een week richting AK top-10 en ritwinst, maar voor de rest mag je eigenlijk niet te veel verwachtingen leggen bij de opkomende talenten. Van Uden zou een schot in de roos kunnen worden, maar de concurrentie op .Pro en WT-niveau is groot. Jonkies Brenner en Poole kunnen misschien ergens eens een rit scoren, maar Arensman kunnen ze natuurlijk (nog) niet vervangen. Vanhoucke zal wel hopen dat hij de stijgende lijn terugvindt, maar een frequente winnaar zal dat nooit worden. Nieuwkomer Bevin lijkt soms absolute wereldtop, maar rijdt meestal vrij onzichtbaar rond. In de kasseiklassiekers zou het moeten komen van Eekhoff en de John Beton van diens beste dagen, maar beiden zijn spijtig genoeg al een tijdje nergens te bespeuren.
Hopelijk doen ze het als ploeg beter dan ik nu voorspel - met al die jonge talenten is er in potentie veel mogelijk, nu is het aan de ploegleiding om er collectief koersplezier en een winnaarsmentaliteit in te krijgen. Ultieme doel: een positieve koersbeleving creëren die ervoor zorgt dat er eind volgend seizoen niemand wil vertrekken.
Voor dit seizoen wat mij betreft een modale voldoende op basis van het feit dat ze met dit (vermoedde) budget niet veel beter konden, en weer een paar talenten stappen hebben laten zetten. En qua bullshit-bingo vanuit de ploegleiding was dit jaar ook veel beter dan vorig jaar.
Mildheid is wel veelzeggend over het soort van team dat DSM is geworden. Meedoen voor grote overwinningen is al lang niet meer aan de orde, ‘talentonwikkeling’ is meer dan prima.
Ook exemplarisch is het seizoen van Degenkolb, waar ze nog 2 jaar aan vastzitten. Die kon zijn ogen wellicht niet geloven dat er na Lotto nog eens een team ingetuind is.
En effectief Degenkolb: facepalm. De kans is groot dat DSM over drie jaar bij de dalers staat, want hun budget was op aan een niet-presterende "topper" ...
Maar goed: benieuwd naar of en hoe Vandenabeele zal doorbreken en of Vanhoucke zijn tweede adem kan vinden!
De cijfers:
klassiekers: 4,5 - ze waren vrijwel onzichtbaar.
Rondes: 7 - 2 top 10's en 2 ritzeges zijn resultaten waar je mee thuis kunt komen
Overig: 6.5 - aantal leuke resultaten in de rondjes, niet veel soeps in de eendagskoersen
Minder was dit jaar dat ze neoprof Vandenabeele in de Vuelta hebben gedropt, ondanks een totaal afwezige vorm door een coronabesmetting. Na neoprof Van Wilder in 2020 met een blessure laten starten, nu dit weer. En dan maar klagen over teamspelers als er renners weg willen.