Woensdag is de Orlen GP van start gegaan in Hongarije. Gek, want de koers zag in 2019 het levenslicht in Polen. Toen nog als tweedaagse, maar na vier succesvolle edities – waarvan Olav Kooij en Marijn van den Berg eindwinnaar werden – heeft de organisatie de koers uitgebreid naar vier dagen. Met dank aan LangTeam, dat ook de drijvende kracht is achter de Ronde van Polen uit de WorldTour. WielerFlits zet de weetjes op een rij.
De Orlen GP of Nations trapt dit seizoen de UCI Nation’s Cup af. Voorheen was dit een kalender van een wedstrijd of acht tot tien, met voorheen onder meer ook Belgische en Nederlandse klassiekers. Omdat er steeds meer commerciële U23-teams ontstaan, is de noodzaak van deze serie een beetje verwaterd. Organisaties van U23-wedstrijden krijgen nu ook voldoende renners aan de start door enkel en alleen opleidingsploegen uit te nodigen. Mooi en jammer tegelijk.
De Nation’s Cup heeft daardoor ook een beetje van zijn aanzien verloren. Dit seizoen zijn er slechts nog drie wedstrijden die deel uit maken van deze cyclus. Dat zijn deze Orlen GP, de Vredeskoers die over een kleine twee weken begint en nog altijd dé belangrijkste beloftenkoers van de kalender: de Tour de l’Avenir, zeg maar de mini-Tour de France. Wat nu vaststaat is dat de UCI Nation’s Cup U23 in 2023 louter bestaat uit meerdaagse wedstrijden met een zwaar profiel.
Laatste winnaars Orlen GP
2022: Morten Aalling Nørtoft
2021: Marijn van den Berg
2020: Olav Kooij
2019: Nicolas Prodhomme
Parcours
Een mooi feit: de volledige podia van de eerste drie edities (2019 tot en met 2021) van deze koers zijn intussen actief in de WorldTour. Het recept was steeds hetzelfde: een ploegentijdrit en een rit in lijn, maar vorig jaar werd daar voor het eerst vanaf geweken. Toen waren het twee ritten in lijn. Nu zijn dat er voor het eerst vijf, een wens die er al na de eerste editie was. Omwille van corona is het daarna steeds bij een tweedaagse gebleven, maar de nieuwe organisatie willigt die wens in.
Het peloton is woensdag begonnen met op papier een rit voor de sterke sprinters, maar in die etappe haalde de vlucht het. Nikolaj Mengel won op Hongaarse bodem. In datzelfde land is op donderdag een aankomst bergop na een tweetrapsraket. Vrijdag volgt de koninginnenrit in Slowakije, met opnieuw een aankomst bergop (naar bijna 1350 meter boven zeeniveau). De laatste twee ritten zijn vervolgens in Polen, die een klassiekerprofiel hebben. Voor ieders wat wils.
Belgische en Nederlandse selectie
Belgische selectie voor Orlen GP
Jelle Harteel (Lotto Dstny Development)
Michiel Lambrecht (Bingoal WB Development)
Michiel Nuytten (EFC-L&R-Van Mossel)
Alec Segaert (Lotto Dstny)
Victor Vercouillie (EFC-L&R-Van Mossel)
Jelle Vermoote (Circus-RuEz-Technord)
Bondscoach: Sven Vanthourenhout
Nederlandse selectie voor Orlen GP
Owen Geleijn (Jumbo-Visma Development)
Jesse Kramer (Jumbo-Visma Development)
Jardi Christiaan van der Lee (Willebrord Wil Vooruit)
Wessel Mouris (Scorpions)
Wouter Toussaint (TDT-Unibet)
Niek Voogt (Scorpions)
Bondscoach: Adriaan Helmantel
“De organisatie heeft gezorgd voor een gevarieerd parcours. Er zijn twee min of meer vlakke etappes, waarin de sprinters kansen hebben. Er is een overgangsrit, maar er zijn ook twee met een aankomst bergop, waarin zes tot tien kilometer geklommen moet worden richting de finish. We gaan er in met een open vizier. We zullen per dag kansen proberen te creëren en daarbij met een aantal renners ook zeker naar het klassement kijken.” – Adriaan Helmantel bij de KNWU.
Favorieten
Met twee aankomsten bergop, moeten we de eindwinnaar na drie seizoenen dit jaar niet bij de sprinters zoeken. Een klimmer zal zegevieren, puur ook omdat er dus geen tijdrit in zit. De meeste landenteams komen niet met hun sterkste opstelling, omdat veel renners in voorbereiding zijn op de Vredeskoers én de Giro d’Italia voor beloften. In Italië beginnen ze er op 8 juni aan, terwijl de landenteams in het slotweekend van de BabyGiro vanaf 8 juni in actie komen in Tsjechië.

António Morgado – foto: Cor Vos
Dé topfavoriet voor deze Orlen GP is eerstejaarsbelofte António Morgado. De besnorde 19-jarige Portugees is een begenadigd klimmer. Normaal komt hij uit voor talentenfabriek Hagens Berman Axeon, maar hij heeft al een voorcontract bij UAE Emirates op zak. Hij won dit jaar al de Tour of Rhodes, werd dertiende tussen de profs in de Hel van het Mergelland en was vierde in het Circuit des Ardennes. Vorig jaar was hij bij de junioren outstanding bergop. In dit veld kan hij dat ook.
Zijn grootste uitdager is Davide Piganzoli, de volgende Italiaanse rondehoop in bange dagen. Hij is nog maar 20, maar wel al prof bij EOLO-Kometa. Niet gek, want vorig jaar werd hij tiende in de Giro U23 (net als een jaar eerder) en vijfde in de Tour de l’Avenir. In aanloop hier naartoe werd hij tussen de profs ook al negende in de Ronde van Hongarije. Zijn ploeggenoot Fernando Tercero moet het doen voor Spanje. Hij was vorig jaar ook een zeer degelijke klimmer bij de beloften en scoorde in tal van wedstrijden een kort resultaat. Hij werd onlangs tiende in de Vuelta Asturias.

Davide Piganzoli – foto: Cor Vos
Duitsland kijkt dan vooral weer uit naar Hannes Wilksch, die afgelopen winter de opleidingsploeg van Team DSM inruilde voor de nieuwe van Tudor. De laatstejaarsbelofte werd vorig jaar zevende in zowel de Giro U23 als de Tour de l’Avenir. Groot-Brittannië kijkt vooral uit naar de nieuwe klimsensatie Lukas Nerurkar (19). Hij komt uit het mountainbiken en werd in maart uit het niets zesde in O Gran Camiño. Leuk detail: zijn vader Richard Nerurkar werd vijfde op de olympische marathon in Atlanta (1996). Spanje heeft verder nog lucky shot Jorge Guitterez. De 20-jarige klimmer van Equipo Finisher (opleidingsploeg Kern Pharma) een heel sterke Ronde de l’Isard.
Daar was ook Mathys Rondel op de afspraak met een zevende plek. De 19-jarige Fransman kan hier samen met het piepjonge rondetalent Paul Magnier ook hoge ogen gooien. Daarnaast is ook laatstejaarsbelofte Gal Glivar ui Slovenië iemand om in de gaten te houden. Hij rijdt dit seizoen mooie uitslagen in de Balkan (zo won hij de vermaarde Carpathian Couriers Race U23), maar vorig jaar kon hij dat op breder internationaal niveau – behoudens een zestiende plek in de Ronde van Hongarije – nog niet. Tot slot nog de Brit Joe Blackmore, die uit het veldrijden en mountainbiken komt. In zijn eerste koers op de weg (de Tour de Rwanda tussen de profs) werd hij meteen zesde.
Veel klassiekerrenners
Gezien de laatste twee ritten en de focus van veel klassementsrenners op de Vredeskoers en de Giro, doen veel landen in deze wedstrijd een beroep op renners die goed uit de voeten kunnen in de heuvelklassiekers. Zo brengt Italië onder meer Luik-Bastenaken-Luik U23-winnaar Francesco Busatto aan de start. Frankrijk brengt dan weer de nummer twee aan het vertrek, Antoine Huby. Ook Jordan Labrosse – die over drie maanden prof is bij AG2R Citroën – kan dat heel goed aan.

Francesco Busatto met links van heb Antoine Huby – foto: Intermarché-Circus-Wanty
Dat geldt overigens ook voor Morgado (die zoals altijd kan bouwen op superknecht Gonçalo Tavares), waar de overige voornaamste favorieten het meer van langere kliminspanningen moeten hebben. Op dat korte werk heeft Spanje overigens ook nog Euskaltel-prof Carlos Canal in de gelederen. De 21-jarige puncheur is superconstant dit seizoen. In vrijwel al zijn profkoersen eindigt hij tussen plek tien en twintig. Dat kan zich in Polen weleens doorvertalen in een ritzege.
Ook Litouws kampioen Aivaras Mikutis en Giulio Pellizzari (prof bij Bardiani) komen daarvoor in aanmerking. Het Italiaanse pareltje kreeg in de Tour of the Alps nog lovende woorden van gearriveerde profs die met hem op pad waren. Verder is het uitkijken naar de Fransman Pierre Thierry, de Oostenrijker Alexander Hajek (die sterk op dreef is en al een voorcontract met BORA-hansgrohe heeft), de Duitse man in vorm Pierre-Pascal Keup (al verloor hij heel veel tijd in de eerste rit) en de piepjonge Luxemburger Mathieu Kockelmann. Kortom, smaken genoeg!

Carlos Canal – foto: Cor Vos
Maar… wat dan met de Belgen en Nederlanders? Beide landen hebben niet de allerbeste renners tot hun beschikking. België heeft wel hun grootste talent mee, Alec Segaert. De vraag is of de prof van Lotto Dstny ook mee kan op de lange beklimmingen. In de laatste twee etappes komt hij zeker in aanmerking voor de zege. Dat geldt ook voor Jesse Kramer. De 19-jarige renner van Jumbo-Visma Development won de lastigste rit in Olympia’s Tour en werd daar derde in het eindklassement en daar reed hij ook top-10 in het Circuit des Ardennes en Tour de Bretagne.
Wessel Mouris won onlangs dan weer een rit in de Carpathian Couriers Race. Hij is in vorm, maar voor hem moet het normaliter wel gebeuren vanuit een vlucht. Tot slot: wat is Jardi Christiaan van der Lee hier waard? De clubrenner won eerder deze maand Nederlands zwaarste nationale klimkoers de Bergomloop van Simpelveld. Hij is de verrassing in de selectie van Nederland. Al met al dus genoeg redenen om deze Orlen GP te volgen!

Jesse Kramer boekt zege in laatste etappe Olympia’s Tour – foto: Cor Vos
Favorieten volgens WielerFlits
**** António Morgado
*** Davide Piganzoli, Fernando Tercero
** Hannes Wilksch, Lukas Nerurkar, Jorge Guitterez
* Mathys Rondel, Alec Segaert, Jesse Kramer, Joe Blackmore
Deelnemerslijst (ProCyclingStats)
Website organisatie