Interview Wietse Bosmans: “Wil mijn carrière niet op het spel zetten”
zondag 28 december 2014 om 10:00

Interview Wietse Bosmans: “Wil mijn carrière niet op het spel zetten”

Het veldritseizoen 2014-2015 is Wietse Bosmans niet gunstig gezind. De 22-jarige Belg kwam in amper acht crossen aan het vertrek, waarvan hij er slechts zes kon uitrijden. Boosdoener is de ziekte van Lyme, die bij Bosmans al enige tijd aansleept en hem zelfs doet vrezen voor een positief vervolg van zijn wielercarrière. “Elke keer als je een klein lichtpuntje ziet aan het einde van een donkere tunnel, wordt dat neergebliksemd”, doet Bosmans zijn verhaal tegenover WielerFlits.

Eerste symptomen
De openingscross in Erpe-Mere deed Bosmans nochtans dromen van een veelbelovend seizoen. Toen latere winnaar Klaas Vantornout halverwege aan de boom schudde, was het de renner uit Kalmthout die er als de kippen bij was om te reageren in functie van de Duitser Philipp Walsleben. Bosmans piloteerde zijn ploeggenoot zo naar het podium, en reed zelf nog naar een knappe vierde stek. Maar hierna ging het drastisch bergaf met Bosmans. Een week later in Neerpelt kwam hij nog amper vooruit, en in Gieten werd hij voor het eerst tot een opgave gedwongen. Na de cross van Ronse, op twaalf oktober, trok Bosmans de stekker eruit.

De boosdoener bleek de ziekte van Lyme, zo maakte hij een dag na de cross in Ronse zelf bekend via Twitter. “Dat was het begin van deze zware periode. Er werd mij toen verteld dat ik vier weken antibiotica zou moeten nemen en geen moment op mijn fiets zou mogen zitten. Die raad heb ik perfect opgevolgd, en na die vier weken rust voelde ik dat ik klaar was om te beginnen opbouwen. Ik plande mijn comeback in het weekend Antwerpen-Mol, en ikzelf en mijn familie, trainers en dokters dachten dat ik weer vertrokken was. Maar niets was minder waar.”

Terugval na opsteker
De woensdag daarna kwam er in de Cyclocross van het Waasland in Sint-Niklaas nochtans de eerste echte opsteker. Bosmans moest enkel Mathieu van der Poel en Kevin Pauwels laten voorgaan, en behaalde zo zijn eerste podiumplaats van het seizoen. “Het ergste is nu echt voorbij, dacht ik, totdat ik een paar dagen later dezelfde symptomen als in het begin van het seizoen kreeg. Elke keer als je een lichtpuntje ziet aan het einde van een donkere tunnel, wordt dat neergebliksemd. Dat is enorm frustrerend, maar twijfelen aan mezelf doe ik niet. Ik heb dit seizoen twee crossen, in Erpe-Mere en Sint-Niklaas, in gezonde toestand gereden, en daar telkens een flits van mijn kunnen laten zien. Waar ik niet ziek was, ging het goed. En dat geeft vertrouwen.”

Het blijft echter afwachten wat er juist met het lichaam van de ploegmaat van onder andere Mathieu van der Poel aan de hand is. “We zijn er nog niet uit. Het zou kunnen dat ik een chronische vorm van de ziekte van Lyme heb, wat ook meteen verklaart waarom ik mij de ene dag goed voel en de andere dag rotslecht. Op bepaalde momenten geloof je amper dat je echt ziek bent, en een dag later moet je alle moeite van de wereld doen om uit je bed te raken. Dan weet je dat er ergens iets niet klopt. Daarom moet ik wederom een antibioticakuur van 30 dagen afwerken. Als ik daarna wéér met dezelfde klachten op de proppen kom, dan moet ik al gaan uitkijken naar onderzoeken bij specialisten in Parijs of Berlijn en zou ik moeten vrezen voor het verdere verloop van mijn carrière.”

Het is daarom de verwachting dat Bosmans dit veldritseizoen niet meer in actie komt, zo zegt hij met pijn in het hart. “Het zou natuurlijk heel leuk zijn als ik aan het einde van dit seizoen nog enkele crossen zou kunnen meepikken, maar het is vooral belangrijk om niet overhaast te werk te gaan door te snel te willen terugkomen. Nog een keertje hervallen, mag echt niet gebeuren. Het is beter om dit seizoen te laten schieten en alles op alles te zetten om de oorzaak en een oplossing voor de ziekte te vinden, dan dit seizoen absoluut nog te willen schitteren en daarmee de komende tien jaar van mijn carrière te hypothekeren. Ik wil dan ook 100 procent voor mijn vak leven en alles doen wat men mij aanraadt, in de hoop op lange termijn sterker terug te keren. Ook al is dat op dit moment frustrerend.”

Geen cross kijken
Waarmee houdt de crosser zich dan wel bezig in zijn vrije tijd? “Ik trek mij vooral op aan het feit dat ik per dag één uurtje actief mag zijn, zij het niet met een al te hoge inspanning. Echt trainen is er daarom niet bij, maar toch mag ik een fietstochtje naar bijvoorbeeld de bakker maken. Dat uur van de dag is het moment waar ik het meest naar uitkijk, omdat ik op die manier toch een beetje in beweging blijf. Voor de rest kijk ik veel films met wat vrienden, en in deze periode rond Kerstmis zijn er ook vele gezellige momenten met de familie. Naar het veldrijden kijken? Dat doe ik niet. Zonder Niels Albert, Zdenek Stybar, Sven Nys, Klaas Vantornout aan de start is dat toch een onthoofd evenement, vind ik. En nu ook ikzelf er niet meer bij ben, zou het extra pijn doen om toch te kijken.”

Iets anders waar de 22-jarige Bosmans zich aan kan optrekken is het feit dat veel van zijn collega’s hem niet vergeten zijn. Onder andere via Twitter kreeg hij al een hoop berichtjes. “De veldritwereld is o zo klein, maar toch is het plezant dat de mensen hun tijd nemen om eventjes aan mij te denken en hun steun te betuigen. Zo voel ik ook dat ik er helemaal niet alleen voor sta, en daardoor ben ik aangenaam verrast. Toen ik voor het eerst bekend maakte dat ik met de ziekte kampte, kreeg ik al veel reacties. En dat was de tweede keer niet anders.”

RIDE Magazine