Data wijzen uit: zeer kleine kans dat Cavendish het Tour-record van Merckx verbreekt
Onlangs werd duidelijk hoe het Grand Départ van de Tour de France 2025 eruitziet. Komend seizoen staat er echter eerst nog een mogelijk historische uitgave van Le Grande Boucle op het programma. Mark Cavendish kan dan namelijk het stokoude record van Eddy Merckx breken wat betreft het aantal ritzeges. Maar die kans is nihil.
Legende en misschien wel ’s werelds beste wielrenner ooit: Eddy Merckx. Menig record staat nog altijd op naam van De Kannibaal. Zo ook het aantal ritzeges in de Ronde van Frankrijk. De intussen 78-jarige Belg pakte er in zijn lange loopbaan liefst 34. Hij deelt dat record overigens met Mark Cavendish. En dat is knap, want de Britse sprinter ondervindt in de huidige tijd veel meer concurrentie dan Merckx in zijn tijd deed. Toen was wielrennen groot in slechts twee handenvol landen in Europa, als dat het al was. Tegenwoordig komen renners uit alle windrichtingen.
Afgelopen seizoen wilde Cavendish nog één poging doen om het stokoude record van Merckx te breken. Hij maakte tijdens de Giro d’Italia immers bekend dat 2023 zijn laatste seizoen zou zijn. In Bordeaux was hij heel dichtbij, maar zag hij in de laatste tientallen meters Jasper Philipsen nog voorbij snelle. Het vertrouwen in die recordbrekende overwinning groeide met de dag, maar een etmaal na die tweede plek lag Cav op de grond. Gevolg: een gebroken sleutelbeen en einde Tour. Zijn droom spatte uiteen. Astana Qazaqstan bood uitkomst en overtuigde hem om door te gaan.

Cavendish brak zijn sleutelbeen op weg naar Limoges – foto: Cor Vos
Kans op record is zeer, zeer klein
De opdracht voor The Manx Missile is echter bijzonder complex. Dat komt omdat Cavendish zijn leeftijd tegen heeft. Bij de start van de Tour 2024 is de Brit namelijk 39 jaar en 39 dagen oud. In de gehele geschiedenis van de Tour de France is er slechts één renner in geslaagd om een rit te winnen die ouder was dan Cavendish. Daarvoor moeten we zestig jaar terug in de tijd, naar het jaar 1963. Wijlen Pino Cerami won in dat jaar de negende etappe van Bordeaux naar Pau. De Belg was op dat moment 41 jaar en 64 dagen oud. Daarmee is hij nog altijd de oudste ritwinnaar ooit.
Na hem volgt Raymond Poulidor, die bij zijn etappeoverwinning op Pla d’Adet in 1974 een leeftijd had van 38 jaar en 91 dagen. Cavendish zou zich bij een nieuwe ritzege tussen hen in plaatsen. Omdat er slechts één ritwinnaar is geweest die ouder was dan Cavendish, is de kans op een nieuwe zege én dus het record van Merckx te breken, makkelijk te berekenen. In de gehele Tour-historie zijn er tot en met vandaag 2331 ritten verreden. Dat is 100%. Eén daarvan is er dus gewonnen door iemand ouder dan Cav en dat komt neer op 0,04%. Dat is zijn kans van slagen.

Pino Cerami (voorgrond), enkele jaren voor zijn dood – foto: Cor Vos
Toch is er hoop
Maar hem alleen afrekenen op zijn leeftijd, zou te makkelijk zijn. We vergelijken daarom ook het winstpercentage van de overige vier renners met de meeste zeges in de Tour de France. Dat zijn naast Merckx en Cavendish zelf (34 zeges), ook de Fransen Bernard Hinault (28), André Leduqc (25) en André Darrigade (22). De Belg had daarvoor 183 ritten nodig, De Brit 210 etappes en Fransen achtereenvolgens 184, 213 en 317 etappes. Merckx won een op de ruim vijf ritten, Cavendish een op de ruim zes, net als Hinault. Leduqc en Darrigade hadden daarvoor respectievelijk negen en veertien etappes nodig.
Wat dat betreft is het moyenne van Cavendish niet heel slecht, maar die vier mannen zijn niet zijn tegenstanders. Dat zijn de spurters van nu. Als we de topsprinters eruit pikken die eerder ritten in de Tour worden, zijn dat Jasper Philipsen, Dylan Groenewegen, Tim Merlier, Mads Pedersen en Fabio Jakobsen. Maar geen van die mannen komt in de buurt van de cijfers van Cavendish. Merlier komt met één zege op negen ritten het dichtst bij, Philipsen zit op ruim twaalf. Wat dat betreft is er hoop voor Cav. Logisch ook, want er is maar één sprinter geweest met een hoger moyenne: Mario Cipollini. Hij won twaalf van zijn in totaal zeventig Tour-ritten, goed voor gemiddeld één zege op 5,33 ritten. Zelf Merckx (5,38) tipt daar niet aan.
Statistisch gezien is het voor Cavendish op zijn leeftijd een hels karwei om in 2024 nog één keer te winnen en zichzelf alleen recordhouder te maken in de Tour. Maar niets is onmogelijk: moeilijk kan ook.

Was die ene kans in Bordeaux de laatste voor Cavendish? – foto: Cor Vos
Kans is gewoon 50%, hij wint of hij wint niet :-)
Prima als je helemaal niks van hele basale statistiek snapt, maar doe dan ook niet alsof.
En dat alles nog los van de uiterst discutabele stelling dat het voor Cavendish lastiger is om te winnen dan voor Merckx omdat die geen tegenstand zou hebben gehad! Voor een niet-sprinter is het winnen van ritten doorgaans minder makkelijk, Merckx had ook geen trein die hem in een zetel naar de finish bracht zoals Cavendish die vaak wel heeft.
Youri: ga je schamen!
- Verkneukelen ze zich bij het aantal clicks en reacties en high fiven ze elkaar
- Hebben ze een lolletje intern en is het gewoon een mini-grapje verpakt in een serieus geschreven artikel
- Denken ze dat dit een prima invalshoek is en dat ze met zulke berichtgeving iets toevoegen
Ik hoop en denk dat het iets van een grap is en dan mag dat van mij best, hoeven we echt niet enkel de Speld voor te raadplegen. Op z'n tijd moet dat kunnen.
Mocht het wel als serieus bedoeld artikel zijn bedoeld dan is het de bovenstaande kritiek natuurlijk volkomen terecht en ben je niet goed bezig tov het leeuwendeel van je lezers/volgers.
Mocht het puur voor de clicks in komkommertijd geschreven zijn dan wel kudos voor de geslaagde poging maar geen respect vanuit mijn kant voor hoe jullie journalistiek bedrijven anno 2023.
Daaentegen willen ze wel aardig gevonden worden door Cav.
Buiten de heel minieme kans voor Cavendish is er niemand die het de komende jaren lukt. Het is wachten op nog is de perfecte omstandigheden: een jonge fenomenale spurter, die jaren aan de top staat, een goede ploeg met trein heeft en af en toe wat meeval in zijn carriere dat er geen nieuw supertalent opduikt.