Interview Nu de voorjaarsklassiekers erop zitten, zijn uiteraard de grote rondes de volgende grote afspraken waar de wielerliefhebber naar uitkijkt. Maar voor de specialisten van eendagswedstrijden kijken wellicht al uit naar het najaar, wanneer de Europese en wereldkampioenschappen liggen te wachten. België rekent daarbij voor het eerst op bondscoach Serge Pauwels.

Pauwels was al een tijdje bij de wielerbond betrokken als jeugdcoach en assistent van zijn voorganger Sven Vanthourenhout. Maar midden november kreeg de naar West-Vlaanderen uitgeweken Antwerpenaar definitief het hoofdmandaat van Belgian Cycling voor het leiden van de mannelijke profrenners en beloften.

Het leven van Pauwels heeft intussen niet stilgestaan. “Het waren en zijn drukke tijden, ja. De klassiekers zijn altijd een drukke periode, maar mijn rol was natuurlijk vooral langs de zijlijn. Als je geen ploegleider bent, heb je geen super actieve rol. Maar ik vond het wel belangrijk om geregeld aan de start te zijn, van bijvoorbeeld de Ronde van Vlaanderen en Gent-Wevelgem.”

foto: Cor Vos

“Niet per sé om de renners daar te spreken. Ik ga iemand als Wout van Aert echt niet voor de Ronde van Vlaanderen of Parijs-Roubaix vragen om over het WK te praten. Maar je ziet op die wedstrijden wel vaak de mensen uit hun entourage, zoals de families, trainers en ploegmanagers van de renners. Met voor de televisie te zitten, ga je die contacten niet onderhouden”, aldus Pauwels.

De bondscoach heeft ook het geluk dat hij de meeste jongens al kent. “Met sommige renners heb ik zelf nog gekoerst, anderen heb ik de voorbije jaren bij de beloften zien passeren. Ook bij de sportieve omkadering van de renners en ploegen zag ik veel vertrouwde gezichten.”

Maar bondscoach zijn is meer dan alleen maar wedstrijden bezoeken. “Ik heb een eerste gespreksronde gehad met alle renners die in aanmerking komen voor de EK’s en WK’s bij de elitecategorie en beloften. De afgelopen maanden ben ik ook naar Rwanda getrokken om het WK te verkennen. Hetzelfde met het EK in Ardèche. Tussendoor heb ik wat klimtesten gedaan met de jeugd en Angelo De Clercq opgeleid bij de junioren. Het is een heel afwisselend takenpakket.”

De twee Belgische kopmannen – foto: Cor Vos

Maar wel eentje met enkele nieuwigheden. Wat ziet Pauwels als de grootste uitdaging van zijn nieuwe functie? “Geen beloftes maken, dat is iets wat ik de voorbije jaren geleerd heb. De verhoudingen tussen renners en hun conditie, dat is heel vluchtig. Wie vandaag goed is, kan in augustus ook minder zijn en omgekeerd. Ik heb geleerd om altijd voorwaardelijk spreken, maar wel proberen een goede communicatielijn te houden. Dat mag nooit helemaal wegvallen, ook niet in de drukke periodes. Ambities van de renners fluctueren en moet je van kortbij opvolgen. Dat is echt een belangrijke zaak.”

Weet Pauwels dan al waar hij aan toe is, wat zijn kopmannen Remco Evenepoel en Wout van Aert betreft? “Remco heeft zijn ambitie voor het WK al uitgesproken naar mij toe. Daar wil hij graag een doel van maken. Voor het EK wil hij nog een beetje afwachten, want die koers ligt heel kort na het WK. Op dit moment kijkt Remco meer naar het WK, maar het EK is zeker niet uitgesloten.”

“Wat Wout betreft: toen ik hem sprak, was hij het WK veldrijden nog aan het voorbereiden. Daarna zouden nog het voorjaar, de Giro en de Tour volgen: dan is het WK vijf fasen verder. Hij heeft me eerlijk gezegd dat hij zijn energie wil opvolgen doorheen het jaar. Na de Tour en Giro, moet hij zien: heb ik voldoende mentale en fysieke energie om mee naar Rwanda te gaan? Het is dus heel fair dat we hem later laten beslissen.”