Alessandro Covi jumpt naar overtuigende zege in openingsrit Giro d’Abruzzo
Alessandro Covi heeft zijn eerste zege in bijna drie jaar tijd weten te boeken. De Italiaan won op overtuigende wijze de openingsrit van de Giro d’Abruzzo (2.1) en bezorgde zijn ploeg UAE Emirates XRG alweer de 28ste zege van 2025. Covi is ook de eerste leider in de Italiaanse rittenkoers.
De stofwolken van Parijs-Roubaix zijn nog maar net neergedaald, maar vandaag werd er alweer gekoerst en wel op Italiaanse bodem. In de regio Abruzzen begon de zevende editie van de Giro d’Abruzzo, een vierdaagse rittenkoers van 2.1-niveau. Met Alessandro Covi, Marco Brenner, Louis Meintjes, George Bennett en Stephen Williams kon de organisatie uitpakken met de aanwezigheid van enkele bekende namen.
Deze renners kregen meteen een niet te onderschatten etappe voor de wielen geschoven, van Scerni naar Crecchio. Over een afstand van net iets meer dan 150 kilometer werden er aardig wat hoogtemeters opgediend. Er stond slechts één gecategoriseerde beklimming op het menu, maar vlak was het allerminst richting de finish: in de finale ging het constant op en af.
Vroege vlucht kleurt Italiaans
Drie renners slaagden er al redelijk snel in om een vroege vlucht op poten te zetten. Conti-renners Cristian Remelli (General Store-Essegibi-F.Lli Curia), Diego Bracalente (MBH Bank Ballan CSB) en Matteo Zurlo (S.C. Padovani Polo Cherry Bank) wisten voor eigen volk een mooie voorsprong bijeen te fietsen. De maximale voorsprong bedroeg op een gegeven moment zo’n vier minuten.
De drie Italianen kregen zo de kans om voor de eerste en enige bergpunten van de dag te sprinten: Zurlo wist zijn medevluchters te verschalken op de top van de Bocca di Valle (11,9 km à 3,2%) en verzekerde zich zo van de bergtrui. En de ritzege? Dat bleek te hoog gegrepen, want onder aanvoering van Intermarché-Wanty, Q36.5 Pro Cycling en Israel Premier Tech Academy kwam het peloton steeds dichter.
Sterke renners slaan handen ineen
Na een ongelukkige schuiver van Remelli in een afdaling waren Bracalente en Zurlo in de laatste zestig kilometer op elkaar aangewezen. Ze reden nog wel dapper verder, maar bleken een vogel voor de spreekwoordelijke kat. Ze werden dan ook op tijd ingerekend, net voor het losbarsten van de finale. Het bijhalen van Bracalente en Zurlo bleek voor veel renners het sein om iets te ondernemen: opeens zagen we een spervuur aan demarrages.
Veel aanvalspogingen werden in de kiem gesmoord, maar acht sterke renners wisten zich wel af te scheiden. Louis Meintjes, Luca Cretti, Damien Howson, Harm Vanhoucke, Alessandro Tonelli, Ludovico Crescioli, Ivo Oliveira en Martin Marcellusi vonden elkaar in hun aanvalsdrang. Ze sloegen een veelbelovende bres, maar bleken niet opgewassen tegen de vereende krachten van achteruit.
Covi slaat eindelijk weer eens toe
Team Polti-VisitMalta slaagde er in om de scheve situatie recht te zetten en zo trokken we met een vrij compacte groep van een veertigtal renners naar de laatste, flink oplopende slotkilometer. De nog niet moegestreden Oliveira nam de kop onder de rode vod en de Portugees van UAE Emirates XRG trok stevig door in dienst van zijn kopman Alessandro Covi. De Italiaan begon daarna al vrij vroeg aan zijn sprint, maar wist zijn inspanning vol te houden tot op de streep.
Covi hield zijn landgenoten Filippo Fiorelli en Alessandro Fancellu met ruim verschil achter zich en boekte zo – na bijna drie jaar – weer eens een overwinning. Na zijn ritzege in de Giro d’Italia van 2022 – op de flanken van de Passo Fedaia – bleef persoonlijk succes uit, maar dinsdag was het dus weer raak voor de 26-jarige coureur.
Lijkt me voor het moreel in de ploeg bijzonder goed, en ook een reden om als voornamelijk knecht toch lang bij deze ploeg te blijven en niet je kansen elders te zoeken, waar je wellicht wat vaker kansen hebt voor jezelf, maar daarmee wel minder kans op resultaat. Daarnaast zorgt het er ook voor dat jonge gasten die de overstap maken al heel snel ook tussen de profs resultaten beginnen te pakken en dat is ook goed.
Vind dat heel veel ploegen hier meer een voorbeeld aan zouden moeten nemen, dan zouden dit soort koersen ook gewoon beter bezet zijn.
*gaap, UAE.
UAE rijdt een behoorlijk uitgebreid programma waardoor de renners die in de grote koersen (als ze die rijden) knecht zijn in andere koersen WEL voor eigen kans mogen rijden. En die kansen grijpen ze met beide handen aan, dat is misschien "makkelijker" omdat het gewoon goede renners zijn! Een team als Visma geeft er de voorkeur aan het hele seizoen op een berg te zitten en amper koersen te rijden. Renners van de tweede lijn krijgen daardoor dus weinig tot geen kans om voor eigen rekening te rijden. Dat is natuurlijk weinig motiverend. Met als gevolg dat talent of 100% knecht wordt of het team vroeger of later gaat verlaten om elders voor eigen kans te rijden. We zouden juist blij moeten zijn met teams als UAE!
Je moet ook een budget hebben om 'b-teams' naar een klein rondje te sturen.
Dat Visma niet verschijnt in Limburg vind ik dan wel weer schandalig.