Materiaalzone 
Fietstoerisme 
Van gras tot goud: Rik van der Wal geeft met Nederlandse tijdrittitel visitekaartje af
De nieuwe Nederlands kampioen tijdrijden bij de beloften heet Rik van der Wal. De 21-jarige coureur van Diftar rekende in Surhuisterveen – na een spannende tweestrijd – af met zijn ploeggenoot Pepijn Veenings. Na afloop sprak WielerFlits met de kersverse kampioen.
Van der Wal werd op voorhand al gezien als een van de favorieten, maar zag hij zijn triomf op Friese bodem zelf ook aankomen? “Je hoopt er natuurlijk stiekem op en je doet er echt je best voor, maar het moet wel eerst gebeuren. Ik ken de andere jongens ook een beetje en het was geen zekerheid, nee.”
Daar komt nog eens bij dat er voor de beloften maar weinig meetmomenten zijn op tijdritgebied, maar Van der Wal had zeker vertrouwen in een goede afloop. “Ik zit met Pepijn (Veenings, red.) in dezelfde ploeg en ik weet dat hij goed is. Ik heb natuurlijk wel een paar tijdritten gereden en dan zie je wel waar je staat ten opzichte van de concurrentie. Dat was toch iedere keer wel goed nieuws.”
Corrigeren
“Ik had er echt wel vertrouwen in dat het zou kunnen lukken, maar je wil dat natuurlijk niet te veel uitspreken”, vervolgt Van der Wal, die onderweg nog even flink moest corrigeren. “Ik ben ook nog een keer de bocht uitgevlogen, maar wist de schade te beperken. Het kon erger, het was gewoon even wat gras meepakken.”
Wat ging er dan precies mis? “Het waaide echt hard. Ik had die bocht natuurlijk wel verkend, maar ik had daar vol wind mee. Ik ging zo iets harder de bocht in en kon ‘m niet meer houden, maar het viel gelukkig mee.”
Toekomst
Van der Wal is laatstejaars belofte en dus is het de vraag wat zijn verdere ambities zijn als wielrenner. “Ik ga me nu focussen op het NK op de weg. Daar ga ik ook mijn best doen. Daarna ga ik naar EK baanwielrennen. En daarna? Dat weet ik allemaal nog niet.”
Heeft de jonge renner ambities om het tot profwielrenner te schoppen? “Dat zou mooi zijn. Ik probeer het wel. Ik heb vorig jaar de stap gezet naar het continentale niveau en dat gaat ook prima. Ik ben op zich wel een allrounder. Ik ben niet zo’n sprinter, maar hardrijden, tijdrijden en de Nederlandse vlakke waaierkoersen zijn echt wel mijn sterke punten. Dat vind ik ook mooi om te doen”, besluit de U23-kampioen.
EENDAG 
