Voor de sprinters en klassiekercoureurs valt er dit jaar weinig te rapen op de internationale kampioenschappen, want het WK en EK waren op maat van de klimmers. Volgens Tim Merlier is dit geen toeval: de misschien wel snelste sprinter van het moment ziet een tendens.

De renner van Soudal Quick-Step – die vandaag afscheid moet nemen van zijn Europese kampioenstrui – ziet dat de kansen voor sprinters in het huidige wielrennen steeds schaarser worden. “Het is een beetje jammer dat we nu twee kampioenschappen kort na elkaar krijgen voor hetzelfde type renner”, stelt hij in gesprek met Sporza.

“Niet alleen voor de sprinters, ook voor klassieke sprinters. Zelfs Mathieu en Wout (doelt op Van der Poel en Van Aert, red.) proberen het dit jaar niet om wereld- of Europees kampioen te worden. Dat zegt veel, vind ik.”

“Als sprinter heb ik al drie keer de kans gekregen om Europees kampioen te worden, maar het wereldkampioenschap is wat anders. Ik kan me bijna geen WK voor sprinters herinneren en ik zal het ook niet meemaken, vrees ik. Terwijl toch elke generatie sprinters een WK verdient.”

• 

  19 jul

  Lees ook Parcoursbouwer Gouvenou teleurgesteld in sprintritten: "Er komen meer Touretappes voor aanvallers"

  19 jul

“Organisatoren vinden sprints minder aantrekkelijk”
In grote rondes zijn sprintetappes tegenwoordig ook vaak op één hand te tellen. Merlier juicht deze ontwikkeling zeker niet toe. “Nee, jammer genoeg vinden de organisatoren zulke ritten minder aantrekkelijk. Op dat vlak ben ik het helemaal eens met Renaat Schotte (de Belgische commentator en journalist, red.): er is niets mis met een mooie en spannende sprint.”