Remco Evenepoel komt uit donkere periode: “Brabantse Pijl starten en dan mogelijk Romandië erbij”
Interview Het gaat steeds beter met Remco Evenepoel. De dubbele olympisch kampioen moest donderdagmorgen voor een check naar het ziekenhuis en daar kreeg hij goed nieuws: na zijn botsing met een autodeur begin december, is hij donderdagmiddag begonnen aan zijn eerste fysiosessie. In gesprek met onder andere WielerFlits spreekt hij over de heel moeilijke periode waarin hij zit, maar ook dat hij stiekem naar voren kijkt. “Wel alleen naar de Tour, al de rest is – helaas, tegen mijn natuur in – bijzaak dit jaar.”
Remco, hoe gaat het en hoe voel je je? Is er nieuws van de scan?
“Donderdagmorgen heb ik mijn scan gehad. Met positief nieuws, want het resultaat was goed. Daarna kon ik meteen aan mijn eerste sessie bij de fysiotherapeut beginnen in Herentals. Mijn revalidatie kan nu dus eindelijk beginnen. We bekijken het dag per dag. We willen er zeker van zijn dat alles 100% hersteld is. Ik moet mijn spieren versterken. Aan de buitenkant van de schouder is een zenuw geraakt. Daardoor voelt de buitenkant een beetje dood. De pijn valt mee, behalve bij het opstaan. Dan is het net of er twintig vrachtwagens overheen getreden zijn. Er is ook nog geen spierreactie. Dat moeten we in de gaten houden. Maar het belangrijkste is dat ik nu wel kan beginnen.”
Je wilt beginnen in de Ardennenklassiekers. Zijn dat niet heel moeilijke wedstrijden om in te beginnen?
“Ja, de Ardennenklassiekers zijn lastig om terug te keren. Maar ik ken die wedstrijden goed, dus dat is een plus en positief. Bovendien ga ik net iets eerder beginnen, in de Brabantse Pijl. Dat maakt het iets makkelijker. Ook voor de motivatie, want dat is een koers dicht bij huis. Daarna volgen de Amstel Gold Race, de Waalse Pijl en Luik-Bastenaken-Luik. Dat zijn specifieke koersen om te herstarten, maar het is wel haalbaar. Een eendagskoers is toch makkelijker dan Parijs-Nice of een Giro d’Italia. Daarom is de Giro ook compleet van tafel. Ik weet dat ik nu drie maanden heb. Dat is genoeg ruimte om goed te zijn in de Brabantse Pijl. Luik is ook pas twee weken later. Het is een risico, maar we hebben er vertrouwen in.”
Is het lastig om nu niet in Spanje te zijn?
“Dat was en is heel moeilijk te accepteren. Ik lig letterlijk op bed, mijn conditie verslechtert met de dag, terwijl al de rest nu hun vorm aan het verbeteren is. Het gat groeit met de dag. Ik doe nu al vijf weken geen sportoefeningen. Niet op de fiets, niet in de gym. En daarvoor heb ik vakantie gevierd. Dat betekent dat ik nu al zo’n tien weken niets doe. Het is moeilijk om daarmee te leven. Ik heb het al wel eerder meegemaakt. Het zijn dieptepunten in mijn carrière. Het contrast met mijn succesvolle zomer is groot. Al weet ik wat er moet gebeuren. Ik ben ook met de dag positiever. Rond nieuwjaar heb ik ook de zon even opgezocht, wetende dat het misschien wel de laatste ontspanning is voor de komende maanden. Maar dat heeft me wel goed gedaan.”
De eerste twee trainingskampen heb je gemist. Hoe zit dat met de derde?
“Die is al binnen twee weken en ook dat ga ik niet halen. Vanaf nu mag ik elke dag de gym in en trainen op de rollen. Mijn schouder is nog niet klaar om de schokken van de weg op te vangen. Daarom heeft het geen zin om naar het volgende kamp te gaan. Of ik daar op rollen zit, of hier: dat maakt niet uit. De hoop van de artsen is dat ik 3 of 4 februari voor het eerst buiten mag trainen.”
Heeft deze blessure ook gevolgen voor het niveau dat je kan halen in de Tour?
“Laat ik het zo zeggen: als ik ergens blij om kan zijn, is dat deze blessure in december is opgetreden. We moesten nu ook beslissen en daarom rijd ik geen voorjaarswedstrijden. Ik wil 200% klaar zijn voor de Tour de France. Misschien voegen we de Ronde van Romandië nog toe na de vier heuvelklassiekers, om zo iets meer koersdagen in de benen te hebben. Daarna willen we de voorbereiding van vorig jaar kopiëren. Ik heb geen twijfel dat als ik dat pad volg, ik in heel goede vorm aan de Tour sta. Het is nog zeven maanden tot dan. Er is tijd. Daarom is de Tour nu het hoofddoel. Gaat het niet goed in de Ardennenklassiekers, dan is het onderdeel van het proces naar de Ronde van Frankrijk. Zo kijk ik ernaar de komende tijd.”
Over die Tour: Tim Merlier gaat mee. Botst dat niet met jouw ambities?
“Nee. Tim en ik zijn samen voor windtunneltesten naar de Verenigde Staten geweest, afgelopen najaar. Daar hebben we er veel over gepraat. Tim is de snelste van het peloton. Als je weet dat de eerste dag een massasprint is, hij Europees kampioen is en daar geel kan pakken in Lille, vlakbij zijn woonplaats: dan neem je Merlier mee naar de Tour. Hij en Bert Van Lerberghe weten dat ze gedurende de dag mij moeten beschermen. Maar daarna mogen ze in de spurts hun ding doen. In de bergetappes gaat dat hetzelfde zijn: ze moeten mij afzetten aan de voet van een klim en daarna moeten ze op tijd binnen komen. Wij kijken vooral naar UAE Emirates en Visma | Lease a Bike. Zij zullen weer willen controleren. Wij hebben daarvoor niet zeven renners en daarom focussen we ons op twee doelen: Tim zijn sprints en mijn klassement.”
Ben je mentaal klaar om weer terug te vechten na een zware blessure?
“Zeker. Mijn dagen zullen druk zijn. ’s Morgens sessies van twee uur bij de fysio, ’s middags een half uur tot twee uur op de rollen. Dat is fijn. Mentaal ben ik er ook klaar voor. Het maakt me niet uit hoe lang ik op de rollen moet. Ik ben al blij dat ik dit weer kan doen. Maar ik ga niet meteen all in. Dan zal ik niet goed herstellen. Mijn schouder is het belangrijkst. Die zenuw moet verbeteren. Als dat goed gaat, kan ik opschalen. Daar kijk ik naar uit, want ik heb het nodige in te halen.”
Tot slot: zou je op dit moment opnieuw tekenen voor een derde plek en een witte trui in Parijs?
“Ik wil wel dichter bij de eindzege komen. Als dat detail in jouw contract staat met daarbij diezelfde resultaten, dan teken ik blind. Ik wil dichterbij zijn. Dat is een stap in de goede richting. Ik wil alles verbeteren. Als je de Tour wilt winnen, telt ieder aspect. Ik was derde, dus moet ik er nog twee inhalen. Ik moet mezelf daarom ontwikkelen. Niet alleen als renner, ook als mens.”
“Hopelijk ben ik dan ooit eens klaar om de Tour te winnen. Ik was er al best dichtbij vorig jaar. Ik heb ervan geproefd. We weten ook wat we moeten verbeteren. Daarom probeer ik sterker uit deze periode te komen. Ik moet geduldig zijn en het goede moment afwachten. Ik focus me alleen op de Tour. Al de rest is jammer genoeg bijzaak. Dat ligt niet in mijn natuur, maar het is niet anders.”
Wat Jorgensson betreft, heb je vorig jaar wellicht zowel Parijs-Nice als de "Dauphiné" gemist. En misschien ook wel de Tour, waar Jorgensson na al zijn knechtenwerk nog netjes 8e werd.
Ayuso die op z'n 21e zou zijn gestagneerd? Grappig. Die rijdt Evenepoel weldra in de vernieling.
Wat uiteraard niet wil zeggen dat het in 2025 niet omgekeerd kan zijn.
Als hij wedstrijdkilometers wil maken, kan dat volgens mij beter in een kleinere ronde of inderdaad de Ronde van Romandië. Verder weg van de schijnwerpers en de verwachtingen.
Ik denk niet dat je Evenepoel een plezier doet door hem daarmee op te zadelen op een moment dat hij niet in topconditie is. Doe desnoods enkel de Brabantse Pijl, maar Amstel - WP - LBL na zo'n winter...?
Dan zou ik aanvaarden dat het eerste seizoensgedeelte niks wordt, maar mikken op een gedegen voorbereiding op de Tour en het najaar. Met Dauphiné - Tour - WK - WK tijdrijden - Lombardije en eventueel wat andere koersen zoals die in Canada heeft hij dan nog steeds genoeg mooie doelen voor 2025.
- "Ja, de Ardennenklassiekers zijn lastig om terug te keren. Maar ik ken die wedstrijden goed, dus dat is een plus en positief. "
- "Ik weet dat ik nu drie maanden heb. Dat is genoeg ruimte om goed te zijn in de Brabantse Pijl. Luik is ook pas twee weken later. Het is een risico, maar we hebben er vertrouwen in."
- "Er is tijd. Daarom is de Tour nu het hoofddoel. Gaat het niet goed in de Ardennenklassieker, dan is het onderdeel van het proces naar de Ronde van Frankrijk."
M.a.w. ze erkennen het risico maar gaan het gewoon proberen, zonder verwachtingen en schijnwerpers. En wat heeft Remco daar aan? Nou, misschien dat hij het gewoon leuke koersen vindt om te rijden, en hij zal de hoop hebben om voor het podium te gaan, en als dat allemaal niet lukt dan was het in elk geval een mooie trainingsperiode met koershardheid en flinke tegenstand, waardoor je beter weet waar je staat dan wanneer je kleine koersen rijdt. En als je in kleinere koersen toch goed blijkt te zijn, zul je spijt hebben dat je het niet in de grotere hebt geprobeerd.
Je kunt het ook omdraaien: Wat heeft Remco eraan om níet te starten in de Ardennenklassiekers?
Niet zo moeilijk toch, aan een bredere basis werken voor de Tour en het najaar i.p.v. veel sneller al toe te werken naar een vormpiek in de klassiekers.
Wat je in 2021 al hebt gezien bij Evenepoel. Met een te smalle basis beginnen te koersen, waardoor hij het hele seizoen wisselvallig presteerde en nooit zijn echte topvorm heeft gehaald dat jaar.