Jarno Widar verslaat Paul Seixas en Jørgen Nordhagen in koninginnenrit Tour de l’Avenir
Jarno Widar heeft de koninginnenrit van de Tour de l’Avenir op zijn naam geschreven. In de slotkilometer bleek hij de sterkste van een elitegroepje met verder onder meer Paul Seixas en Jørgen Nordhagen, die genoegen moesten nemen met de plaatsen twee en drie. Maxime Decomble blijft leider, maar ziet zijn voorsprong wel flink slinken.
Na vier etappes zonder écht zware beklimmingen, volgde op dag vijf van de Tour de l’Avenir een fikse bergetappes. De renners kregen achtereenvolgens de Col des Saisies (13,8 km aan 5%), de Cormet de Roselend (20,3 km aan 6%) en de slotklim naar Tignes 2100 (26,2 km aan 4,8%) voorgeschoteld. Hier zou het kaf hoe dan ook van het koren gescheiden worden.

- Start:
- 12:45 ( Saint-Gervais Mont-Blanc)
- Finish:
- 16:06 ( Tignes)
In aanloop naar de Col des Saisies ontstond een kopgroep van tien. Onder meer de Britse sprinter Noah Hobbs – eerder deze ronde ritwinnaar – en de Belg Jasper Schoofs zaten mee. Eenmaal op de beklimming, vielen de vluchters een voor een terug, maar Patryk Goszczurny zette nog even alleen door. De Pool, die normaal uitkomt voor Visma | Lease a Bike Development, werd in aanloop naar de Cormet de Roselend echter ook ingerekend.
De Belgen voeren de druk op
Op die beklimming bepaalden de Belgen het tempo in dienst van kopman Jarno Widar. Het ging en groupe, maar op de top trok Paul Seixas toch door. Het Franse toptalent sloeg een klein gaatje en bleef in de afdaling een tijdje voor de meute uitfietsen, maar na enkele kilometers zakte hij toch weer terug. Kort daarna reed met Pablo Torres een van de andere favorieten lek, maar hij kon snel terugkeren in het uitgedunde peloton. Daar ontsnapte Robin Donzé (Zwitserland) juist op dat moment weer uit.
Terwijl de toekomst Tudor-prof een minuut voorsprong bijeen fietste, was in het peloton weer een lekke band te melden van een grote naam. Nu was het Paul Seixas die pech had. Ook hij kon snel terugkeren, waarna het geweld echt los kon barsten op de slotklim naar Tignes 2100. En het waren opnieuw de Belgen die de koers hard maakten. Ze dichtten het gat met Donzé en bleven vervolgens gasgeven. Op de niet al te steile klim konden echter veel renners volgen, inclusief geletruidrager Maxime Decomble.
Seixas valt aan, Widar volgt
Laatstgenoemde begon op een kleine acht kilometer zelf op kop te rijden. Dat deed hij voor Seixas, die op een steiler stuk zelf ten aanval trok. Enkel Widar kon in eerste instantie volgen. Lorenzo Finn bleef echter in de buurt van het kopduo, terwijl ook Jakob Omrzel, Mateo Ramírez en Jørgen Nordhagen niet ver zaten. Uiteindelijk troepten de zeven renners op vier kilometer van de finish weer samen. Er volgden demarrages van Omrzel en – tot twee keer toe – Ramírez, maar op anderhalve kilometer van de streep had nog niemand het verschil weten te maken.
Widar was de volgende die het probeerde, maar ook hij kwam niet weg. Hij had echter nog wat in de benen en ging in de slotkilometer nóg een keer. Nu had niemand een antwoord. De Belg wist een gat te slaan en wist met een langgerekte sprint de dagzege te pakken. Seixas kwam enkele seconden later als tweede over de streep, Nordhagen eindigde als derde.
Geen idee of het ooit een topklimmer wordt laat staan grote-ronde-topper, maar dat eindschot bergop van Widar, dat is toch een geweldig wapen.
Ook weer schrijnend dat de regie hem als Torres bleef aangeven tot 2km van de meet...