Materiaalzone 
Fietstoerisme 
Is toekomst van het vrouwenwielrennen in gevaar? “Focus ligt alleen op de top”
Het vrouwenwielrennen maakt met name de laatste jaren een spectaculaire ontwikkeling door. De vrouwenkoers is booming, maar er is ook een keerzijde. Waar de top steeds breder wordt, verdwijnen er steeds meer ploegen op een lager niveau. Voor Natascha Knaven-Den Ouden is dit reden om aan de bel te trekken.
De voormalig Nederlands wielrenster – die zich als oprichtster van NXTG Racing al jarenlang bezighoudt met talentontwikkeling – maakt zich zorgen over de toekomst van het vrouwenwielrennen. In een post op LinkedIn legt ze de vinger op de volgens haar zere plek. “De UCI heeft besloten dat Conti-teams vanaf 2026 niet meer mogen deelnemen aan WorldTour-wedstrijden. Op papier is dat logisch.”
“Om het vrouwenwielrennen geloofwaardig en professioneel te maken, moet je ergens een grens trekken. Het buurmeisje kan niet zomaar via een klein team de top bereiken. En ja, ik sta achter de ontwikkeling tot professionalisering , maar het opgelegde tempo ligt veel te hoog. De focus ligt uitsluitend op de top: de WorldTour, de grote wedstrijden, de Tour de France”, is ze van mening.
Kopieergedrag
“Sponsors van kleinere teams blijven vragen om exposure in dit soort evenementen, wat continentale teams gewoon niet kunnen beloven vanaf volgend jaar. Het is voor deze team extreem moeilijk om de benodigde financiering veilig te stellen wanneer er een minimale exposure is, waardoor langetermijninvesteringen bijna onmogelijk zijn.”
“Ondertussen is er veel hype rond “gelijkheid” in de sport. Maar professionalisering gaat niet over het kopiëren van het mannenwielrennen, het gaat om rechtvaardigheid: het creëren van de juiste omstandigheden om te groeien en vooruitgang te boeken. Zonder eigen vermogen, zonder investering in de basis – de .1 en .2 wedstrijden, de talentenpijplijn – droogt de top op en kan de WorldTour zichzelf niet in leven houden.”
“Over tien jaar heb je geen opvolgers meer”
“Het is als een bedrijf dat gaat bezuinigen op opleiding en training: het kan vandaag wel goed gaan, maar over tien jaar heb je geen gekwalificeerde opvolgers. Hetzelfde risico bestaat nu in het vrouwenwielrennen. De realiteit wordt versterkt door een mindset die nog steeds heerst in veel bedrijven en binnen de wielersport zelf: vrouwen (of de vrouwensport) worden vaak als minder waardevol gezien. Zoals ik in mijn vorige blog al schreef, is dit – naar mijn mening – de reden waarom er nog steeds zo weinig wordt geïnvesteerd in de basis en waarom veel grote mannenploegen nog niet echt goed investeren in een vrouwenploeg.”
“De gevolgen zijn al zichtbaar. Conti-ploegen verliezen sponsors, budgetten krimpen, deelname aan wedstrijden neemt af (door kleinere budgetten) en de kalender onder de WorldTour wordt kleiner. Deze wedstrijden zijn precies de koersen die talenten klaarstomen voor de top. Ploegen verdwijnen, renners verliezen kansen en het fundament scheurt, terwijl aan de top een façade van gelijkheid wordt gepresenteerd”, schetst Knaven-Den Ouden een verontrustend beeld.
“In het mannenwielrennen heeft het 25 jaar geduurd om een stabiel en duurzaam systeem op te bouwen. De vrouwenwielersport wordt in een paar jaar tijd vooruitgestuwd, zonder aandacht voor de basis. Modellen zoals Long-Term Athlete Development laten zien dat een brede basis essentieel is voor duurzame topprestaties.”
“Professionaliseer verstandig, niet overhaast. Trek lijnen aan de top, jazeker, maar investeer in de lagen daaronder. Bouw platforms, verhoog de bekendheid bij bedrijven en zet rechtvaardigheid voorop. Alleen dan kan de top duurzaam groeien en overleeft de sport op de lange termijn”, sluit ze haar betoog af.
Dit bericht op Instagram bekijken
Overigens is het ook zo dat als je dit soort ontwikkelingen niet forceert, er weinig van terecht komt. Maar naar mijn mening gaat de UCI te snel zonder rekening te houden met een natuurlijke en gezonde groei. Persoonlijk, en ook al is het effect echt miniem, kijk ik praktisch alle vrouwenkoersen. Draagt bij aan de kijkcijfers en hopelijk wordt er hierdoor met de tijd ook meer in geïnvesteerd.
Daarnaast klopt de conclusie niet; waar er in het bedrijfsleven sprake is van concurrentie, staat de WT op zich. Omdat er geen alternatief is, zal door mindere opleiding (als dat al zo is) hooguit het algemene niveau iets omlaag gaan. Daar merkt de toeschouwer, sponsor en organisator niets van, dus wat is het probleem?