Crossen de beste veldrijders van de wereld in oktober in de binnenstad van Den Bosch? De Grote Prijs van Brabant is ‘de mogelijkheden aan het verkennen.’ Dat geeft Esther Vroegh, voorzitter van de stichting, aan in gesprek met het Brabants Dagblad.

De Grote Prijs van Brabant was in het verleden nauw betrokken bij de organisatie van het EK veldrijden in het Autotron in Rosmalen en de wereldbekerwedstrijd in de Beekse Bergen, en kijkt nu dus naar de mogelijkheid om een veldrit in Den Bosch uit de grond te stampen. “We zijn de mogelijkheden aan het verkennen. We zijn nagegaan of een klein deel van de binnenstad geschikt is voor een veldritwedstrijd.”

Avondcross
Voor de plannen in Den Bosch heeft de stichting zich laten inspireren door Woerden. In deze stad in de provincie Utrecht wordt jaarlijks in oktober een veldrit verreden, in het centrum van Woerden. Deze cross vindt sinds 2000 plaats ’s avonds, bij kunstlicht. Het is de bedoeling om dat ook in Den Bosch te doen.

“Je zou op de Parade (een plein in het centrum van Den Bosch, red.) een flinke hoeveelheid zand kunnen storten als startgedeelte van de wedstrijd”, droomt Vroegh al hardop. “En dan de weg vervolgen via de Casinotuin en de trappen bij parkeergarage Sint-Jan. Het parcours zou een kilometer of drie kunnen zijn, zodat het publiek de veldrijders vaak voorbij ziet komen.”

Krijgen we – na Woerden – een tweede Nederlandse avondcross?  – foto: Cor Vos

Bredere opzet
De Grote Prijs van Brabant zou de wedstrijd het liefst in oktober willen organiseren. Er is inmiddels al een gesprek geweest met wethouder Marianne van der Sloot. “De wethouder reageerde enthousiast. Ook omdat we het evenement wat breder willen opzetten. Het zou bijvoorbeeld mooi zijn om kinderen enthousiast te maken voor het veldrijden. Je zou scholen kunnen uitnodigen om leerlingen op het parcours te laten fietsen”, schetst Vroegh.

Het is onduidelijk wat het evenement gaat kosten, maar de organisatie hoopt – met het geschetste achtergrondverhaal – op sponsors en subsidie om dit mogelijk te maken. Een woordvoerder van de gemeente heeft aan het Brabants Dagblad bevestigd dat er enthousiasme is over het voorstel. “We moeten wel nagaan of het parcours past in de stad en hoe de financiering is geregeld”, klinkt het.