De vijftig seizoenszeges van Jumbo-Visma in 2019
Overzicht Niet Primož Roglič, maar Dylan Groenewegen schonk Jumbo-Visma gisteren in de Tacx Pro Classic de vijftigste UCI-zege van het seizoen. Alleen Deceuninck-Quick-Step (66) mocht dit jaar vaker de handen in de lucht steken. Het begon voor de Nederlandse ploeg allemaal in de Ronde van Valencia. WielerFlits blikt terug op een zeer succesvol seizoen.
Neeltje Jans, 12 oktober 2019: een sprint moet de beslissing brengen in de 49e editie van de Tacx Pro Classic. In de laatste kilometers zien we een wedstrijdje spierballen tonen tussen Jumbo-Visma en Deceuninck-Quick-Step. De Nederlandse formatie hoopt Dylan Groenewegen naar de zege te piloteren, het Belgische sterrenensemble hoopt hetzelfde te doen met Europees kampioen Elia Viviani. Het is de Italiaan die na een keurige lead-out als eerste de sprint aangaat, met zijn Nederlandse rivaal in het wiel.
Van chagrijn naar hosanna
Heel even lijkt Viviani naar zijn twaalfde zege van het seizoen te snellen, maar het is toch Groenewegen die als eerste over de streep komt, waardoor de krachtpatser uit Abcoude zijn vijftiende overwinning van 2019 mag bijschrijven. Voor de 26-jarige Groenewegen is het de vijftigste profzege uit zijn nog relatief jonge carrière. Maar misschien nog wel belangrijker, de sprinter is in zijn laatste wedstrijd van 2019 verantwoordelijk voor de vijftigste UCI-zege van Jumbo-Visma dit wielerseizoen. Een bijzonder aantal, zeker als je kijkt naar de afgelopen jaren.
We gaan terug naar 2015: Richard Plugge heeft als directeur van LottoNL-Jumbo heel wat uit te leggen. Zes overwinningen, dat is het schamele aantal na zeventig wedstrijden en honderden koersdagen. Vier zeges worden behaald op een lager niveau, alleen Bert-Jan Lindeman (ritwinst in de Vuelta a España) en Jos van Emden (een tijdritzege in de Eneco Tour) mogen juichen op WorldTour-niveau. Het roer moet om, beseft ook Plugge. En het roer gaat om, met dank aan enkele nieuwe gezichten zoals Groenewegen en Roglič.
De factor-Roglič
Zo won LottoNL-Jumbo in 2016 negentien koersen en was de ploeg met Steven Kruijswijk dichtbij de eindzege in de Giro d’Italia. Het jaar daarop kwam de ploeg zelfs tot 26 overwinningen en werden etappes gewonnen in de Giro d’Italia en Tour de France. En dat nog het nog beter kan, bewees de formatie vorig seizoen met maar liefst 33 zeges, waaronder drie Tour-etappes, Kuurne-Brussel-Kuurne en eindoverwinningen in de rondes van het Baskenland en Romandië.
Vorig jaar moest LottoNL-Jumbo nog vier ploegen laten voorgaan, als we kijken naar de teams met de meeste overwinningen. Dit jaar is alleen Deceuninck-Quick-Step succesvoller dan Jumbo-Visma, dat nog nooit de kaap van de vijftig zeges wist te ronden. Plugge mag vooral Roglič en Groenewegen bedanken, want beide kopmannen waren in 2019 goed voor respectievelijk dertien en vijftien overwinningen. De Sloveense ronderenner en Nederlandse sprinter zijn samen dus goed voor meer dan 50% van het aantal zeges.
Wat ook opvalt: iets meer dan de helft (26) van de overwinningen zijn behaald op WorldTour-niveau. Jumbo-Visma bleek dit jaar uitermate succesvol in het rondewerk en in massasprints, met dank aan de eerder genoemde Roglič en Groenewegen. Zo won de 29-jarige Sloveen maar liefst vier van de vijf rittenkoersen waaraan hij deelnam: de UAE Tour, Tirreno-Adriatico, de Ronde van Romandië en de Ronde van Spanje. Alleen in de Ronde van Italië (derde) moest hij zijn meerdere erkennen in eindwinnaar Richard Carapaz en Vincenzo Nibali.
Na de overwinning van Roglič in Tre Valli Varesine was er even wat twijfel over het aantal zeges van Jumbo-Visma. De Nederlandse ploeg rekent zelf de eindzege in de Hammer Series mee, ook al is dat officieel geen UCI-overwinning.
De UCI-zeges van Jumbo-Visma in 2019
1. Ronde van Valencia (2.1) – etappe 5 – Dylan Groenewegen
2. Ronde van Algarve (2.HC) – etappe 4 – Dylan Groenewegen
3. UAE Tour (WT) – etappe 1 – Ploegentijdrit Jumbo-Visma
4. UAE Tour (WT) – etappe 6 – Primož Roglič
5. UAE Tour (WT) – eindklassement – Primož Roglič
6. Parijs-Nice (WT) – etappe 1 – Dylan Groenewegen
7. Parijs-Nice (WT) – etappe 2 – Dylan Groenewegen
8. Tirreno-Adriatico (WT) – eindklassement – Primož Roglič
9. Driedaagse Brugge-De Panne (WT) – Dylan Groenewegen
10. Ronde van Romandië (WT) – proloog – Primož Roglič
11. Ronde van Romandië (WT) – etappe 4 – Primož Roglič
12. Ronde van Romandië (WT) – etappe 5 – Primož Roglič
13. Ronde van Romandië (WT) – eindklassement – Primož Roglič
14. Giro d’Italia (WT) – etappe 1 – Primož Roglič
15. Vierdaagse van Duinkerke (2.HC) – etappe 1 – Dylan Groenewegen
16. Vierdaagse van Duinkerke (2.HC) – etappe 2 – Dylan Groenewegen
17. Vierdaagse van Duinkerke (2.HC) – etappe 3 – Dylan Groenewegen
18. Vierdaagse van Duinkerke (2.HC) – etappe 5 – Mike Teunissen
19. Vierdaagse van Duinkerke (2.HC) – etappe 6 – Mike Teunissen
20. Giro d’Italia (WT) – etappe 9 – Primož Roglič
21. Vierdaagse van Duinkerke (2.HC) – eindklassement – Mike Teunissen
22. Hammer Stavanger (2.1) – Hammer Climb – Jumbo-Visma
23. Hammer Stavanger (2.1) – eindklassement – Jumbo-Visma
24. Critérium du Dauphiné (WT) – etappe 4 – Wout van Aert
25. Critérum du Dauphiné (WT) – etappe 5 – Wout van Aert
26. ZLM Tour (2.1) – proloog – Jos van Emden
27. ZLM Tour (2.1) – etappe 1 – Dylan Groenewegen
28. Ronde van Zwitserland (WT) – etappe 6 – Antwan Tolhoek
29. ZLM Tour (2.1) – etappe 2 – Dylan Groenewegen
30. ZLM Tour (2.1) – etappe 3 – Amund Grøndahl Jansen
31. ZLM Tour (2.1) – eindklassement – Mike Teunissen
32. Nederlands kampioenschap tijdrijden (NC) – Jos van Emden
33. Belgisch kampioenschap tijdrijden (NC) – Wout van Aert
34. Duits kampioenschap tijdrijden (NC) – Tony Martin
35. Noors kampioenschap op de weg (NC) – Amund Grøndahl Jansen
36. Tour de France (WT) – etappe 1 – Mike Teunissen
37. Tour de France (WT) – etappe 2 – Ploegentijdrit Jumbo-Visma
38. Tour de France (WT) – etappe 7 – Dylan Groenewegen
39. Tour de France (WT) – etappe 10 – Wout van Aert
40. Ronde van Polen (WT) – etappe 6 – Jonas Vingegaard
41. BinckBank Tour (WT) – eindklassement – Laurens De Plus
42. Vuelta a España (WT) – etappe 10 – Primož Roglič
43. Tour of Britain (2.HC) – etappe 1 – Dylan Groenewegen
44. Vuelta a España (WT) – etappe 15 – Sepp Kuss
45. Tour of Britain (2.HC) – etappe 3 – Dylan Groenewegen
46. Tour of Britain (2.HC) – etappe 5 – Dylan Groenewegen
47. Vuelta a España (WT) – eindklassement – Primož Roglič
48. Giro dell’Emilia (1.HC) – Primož Roglič
49. Tre Valli Varesine (1.HC) – Primož Roglič
50. Tacx Pro Classic (1.1) – Dylan Groenewegen
Als je dan nog ergens Groenewegen met zijn volledige trein daar tussen moet wringen, dan blijft er volgens mij niet al te veel World Tour over en zullen het wederom kleinere koersen worden.
Overigens schept dat hele zeges aan elkaar rijgen in d-koersen buiten de WT ook wel een verkeerd beeld van de kwaliteit van die sprinttrein. In Duinkerken (handjevol b-sprinters uit Frankrijk als sterkste tegenstand) of de ZLM Tour (met alleen Ewan als fatsoenlijke sprinter) zoiets opzetten tegen een veld dat voor de helft bestaat uit hooguit semiprofs is wel wat anders dan datzelfde doen in een fatsoenlijk sprintveld in de World Tour. Laat staan in de Tour. Alsof een Eredivisieclub met 10-0 van de plaatselijke amateurs wint in de voorbereiding en dan denkt de Champions League te kunnen winnen met datzelfde spel.
Heb iets te vaak het idee dat dat niet helemaal goed gaat als wel een fatsoenlijk sprintveld aanwezig is en dat het dan meer aankomt op eigen, individuele keuzes i.p.v. die trein zelf.
Waarom? Een overwinning in de Tour of Britain lijkt me bijvoorbeeld zeker niet minder belangrijk dan een overwinning in de Tour of Guangxi.
Dat is precies mijn punt. Ondanks dat de Tour of Guangxi de status as WT ronde heeft en de Tour of Britain niet lijkt een overwinning in de Tour of Britain mij zeker niet minder belangrijk. De status van WT zegt tegenwoordig heel weinig doordat er allerlei nietzeggende wedstrijden aan toe zijn gevoegd.