Marcel Kittel gelooft niet in dopingvrije wielersport: “Dan ben je heel naïef”
Voormalig topsprinter Marcel Kittel heeft zich in de podcast van Domestique uitgesproken over dopinggebruik in de huidige wielersport. Kittel was ook tijdens zijn actieve carrière een voorvechter van een dopingvrij wielrennen, volgens de 37-jarige Duitser is het belangrijk om dat te blijven doen.
“Ik geloof niet dat het wielrennen nu schoon is. Absoluut niet”, is Kittel bij Domestique meteen duidelijk. ‘Je moet al heel naïef over de feiten zijn, als je dat wil geloven. Je moet eerlijk naar de sport kijken, ook als een fan.”
Volgens Kittel gaat het wel niet meer over georganiseerd gebruik. “Er zullen altijd mensen zijn die het systeem proberen op te lichten. We moeten echt beschermen wat we hebben en blij zijn met de progressie die we hebben gemaakt, om er zeker van te blijven dat het alleen maar over alleenstaande gevallen gaat en geen breed uitgesmeerd dopingsysteem, zoals je in de jaren 90 zag.”
Helemaal weg zal dopinggebruik dus nooit zijn, volgens de meervoudige ritwinnaar in de Tour de France. “Het zal altijd een topic blijven, dat gaat niet zomaar weg. Misschien was het ergens ook nodig. We kregen de kans om erover te praten en om te analyseren waar het vandaan kwam. De innovatie die we nu kennen, is in het gat gesprongen dat doping heeft achtergelaten, aldus de Duitser.
Volgens Kittel is het hoge niveau van de toppers, zoals Tadej Pogacar, Mathieu van der Poel, Remco Evenepoel en Jonas Vingegaard, echter geen bewijs van dopinggebruik. Hun uitzonderlijke prestaties kunnen volgens de Duitse ex-sprinter ook voortkomen uit planning en innovatie.
Belangrijkste is dat het niet meer systematisch (zal) gebeuren, nu en in de toekomst. Sport en doping is nu eenmaal met elkaar verbonden. Wielrennen draagt hierin een zware last, maar veel sporten hebben er mee te maken.
Om eerlijk te zijn: bij het lezen van de titel dacht ik dat het zou gaan over iets anders. Namelijk dat hij niet kan geloven dat al die ex‑dopingzondaars die vandaag nog actief zijn in het wielrennen, plots allemaal 100% volgens de regels werken. Dat zou een straffere uitspraak zijn van een oud‑renner.
Kritisch zijn is altijd goed, maar je klinkt altijd zo cynisch over Visma, alsof het altijd in je hoofd rondspookt.
Grootste dopingschandalen uit het verleden waren dan ook zelden het gevolg van renners die positief testen, eerder door een zwakke schakel in een dopingnetwerk die (al dan niet per ongeluk) werd ontdekt, waarna men met terugwerkende kracht alle klanten kon traceren. Uiteraard moeten ze blijven testen op doping, maar meer dan een sporadische, wanhopige einzelganger gaan ze daarmee niet pakken.
ALS er nog steeds structureel wordt valsgespeeld, gaan we dat niet ontdekken door positieve tests, dan zal 't van ergens moeten komen.