Wout van Aert toont verbetering, maar twijfelt over aankomende tijdrit: “Denk dat ik realistisch moet zijn”
Video Wout van Aert toonde zich tijdens de vierde etappe voor het eerst vooraan in een finale van deze Tour de France – hij werd knap 11e. De vorm van de Belg van Visma | Lease a Bike lijkt dus beter te worden, maar of we de bewezen hardrijder daar van zijn beste kant gaan zien tijdens de vlakke tijdrit op woensdag is nog even afwachten. “Ik moet er eigenlijk nog eens over nadenken, want daarna volgen ook weer twee zware dagen”, reageerde hij voor de camera van WielerFlits.
“Het ging goed, niet bijzonder”, reageert Van Aert op zijn prestatie in de vierde rit naar Rouen. “Niet bijzonder genoeg, want ik moest net passen op die laatste klim. Maar ik voelde mij wel een stuk beter en ik heb de finale kunnen rijden, dus dat is een stap vooruit.”
Van Aert gaf na het openingsweekend aan dat de vorm nog niet was wat het had moeten zijn. Vermoedelijk speelt de buikgriep die de Belg opliep in aanloop naar het Grand Départ daar een rol in. Toch lijkt de negenvoudig Tour-ritwinnaar er iets beter doorheen te komen.
“Zeker omdat Pogacar en Jonas (Vingegaard, red.) er ook echt nog voor reden. Dan weet je ook dat die groep daarachter niet gaat stilvallen. Ik kwam ook niet zo heel ver achter boven, maar iedereen zit vol op de top en dan vormen de gaten zich pas. Dus ja, ik wist boven wel dat ik niet meer ging kunnen terugkomen. Maar Matteo (Jorgenson, red.) en Jonas zitten vooraan, dus het is wel een goede dag”, concludeert de teamplayer.
Kansen in tijdrit
Ondanks dat Van Aert tevreden is met zijn groeiende vorm, weet hij nog niet of hij voluit gaat rijden in de tijdrit van woensdag. “Hmm, dat is een goede vraag. Ik moet er eigenlijk nog eens over nadenken, want daarna volgen ook weer twee zware dagen”, is hij eerlijk.
“Vroeger zou dat iets zijn waar ik vol voor zou gaan, maar ik denk dat ik realistisch moet zijn. Ik ga zeker Remco (Evenepoel, red.) niet kloppen morgen. Maar we zullen zien. We zullen zien wat morgen brengt.”
Deze slappe trollpoging valt dan weer wel onder de term niet veel bijzonders.