Wilco Kelderman, een carrière met ups en downs: “Ik ben nu realistischer”
Wilco Kelderman kan op zijn 29e al terugkijken op een mooie wielercarrière, maar de renner van Team Sunweb kende ook al veel tegenslag. “Ik was vroeger bezig met de vraag: wat vinden mensen van me? Nu ben ik realistischer. Ik droom minder”, zo vertelt Kelderman in een uitgebreid interview met het Algemeen Dagblad.
Kelderman leek in 2014 klaar om de wielerwereld te bestormen. Zo eindigde hij als zevende in de Giro d’Italia en maakte hij indruk in het Critérium du Dauphiné door in het hooggebergte duels uit te vechten met Chris Froome en Alberto Contador. De renner van (toen nog) Belkin Pro Cycling Team was de trotse nummer vier van de Franse rittenkoers.
Over beginjaren: “Ik begon door te slaan”
In de zomer van 2014 ging het echter al langzaam mis. De beloftevolle ronderenner begon nóg meer te trainen en minder te eten. “Ik wilde te veel en werd te extreem. Ik begon door te slaan en at in de koers niet goed genoeg, met als gevolg dat ik er soms doorheen zakte. Ik was niet heel erg slecht, maar ik miste iets.”
Kelderman maakte pas in 2017 de switch, bij zijn overstap naar Team Sunweb. De renner begon zich ook minder aan te trekken van kritiek. “Nu boeit het me niet meer wat mensen van me denken. Toen ik kopman werd en een ploeg moest dragen, begon ik me ook af te vragen: is het wel haalbaar wat ze verlangen? Ik ben nu realistischer.”
“Ik moet in de koers soms meer een klootzak zijn”
Kelderman eindigde in 2017 als vierde in de Vuelta a España en leek klaar om alsnog zijn belofte in te lossen, maar werd vaak teruggeslagen door fysiek leed na een nieuwe valpartij. Deels door brute pech, maar deels ook door gretigheid. Kelderman legt uit: “Ik voel soms mijn eigen limiet niet en wil dan te graag. Zo brak ik vorig jaar mijn nek in de Ronde van Catalonië.”
“Ik reed op dat moment op kop omdat Michael Matthews de etappe kon winnen. Ik hoefde niet op kop te rijden, maar wilde mezelf niet sparen. Ik moet op dat soort momenten misschien meer aan mezelf denken. In de koers moet ik af en toe meer een klootzak zijn, maar ik ben niet echt een killer. Ik vind het ook gewoon prachtig om iemand anders te helpen om te winnen.”
“Daar geniet ik soms meer van dan dat ik zelf op de voorgrond sta”, aldus Kelderman, die ondanks enkele tegenslagen nog altijd gelukkig is als profwielrenner. “Ik vind fietsen ontzettend mooi en zie er een uitdaging in om weer terug te komen.”
Als hij echt prijs wil rijden, zou hij beter dit seizoen de TDF uit zijn hoofd zetten, en zich helemaal ofwel op de Giro ofwel de Vuelta focussen. Dan zou hij zelfs podium kunnen rijden, gezien de zware kanonnen in de TDF zitten. Als er dan eentje of twee uitvallen, weet je nooit wat er kan gebeuren. Bij Kelderman is het helaas meestal hijzelf die uitvalt.
Of het dan zoveel beter zal gaan met al het jongere talent dat klaar staat om over te nemen, valt dan sterk te betwijfelen, zeker gezien er bij Ineos als kopman wel wat meer druk op de ketel staat. Een killer zal het nooit meer worden, en gezien zijn vallende ziekte, zie ik ook geen top team een volledige armada met hem meesturen.
Volgens mij is het daar dus nu te laat voor. Hij kan beter als kopman bij een bescheiden team zich specifiek voorbereiden op de doelstellingen die hij zelf uitkiest (als hij zelf nog ambitie heeft om grote prijzen te winnen).
Als hij nog kan ontwikkelen, dan lijkt het me vooral op mentaal vlak, en of knechten voor Bernal of Carapaz hem dan sterker gaat maken, durf ik te betwijfelen. Ik mag hopen dat hij inmiddels zijn lichaam kent. Ik denk dat de begeleiding bij pakweg TJV even professioneel is als bij Ineos, binnen de mate van het legale. Als het effectief een mentale kwestie is, dan kan het zijn dat hij beter vertrekt bij Sunweb (gezien de verhalen dat er de ronde doen), maar dan zie ik meer heil in naar een bescheiden team trekken waar hij volledig zijn eigen ding mag doen, in plaats van het ene (Sunweb) naar het andere (Ineos) keurslijf.
Ook begin ik nu aan de video op het AD.
Eerst mijn gezoute mening geven.
Wilco is een product van *verwende generatie Nederlanders die alles dik voor elkaar hadden bij de jeugd.
Mooie koersen, perfecte begeleiding.
Opzich top, wat zo creëer je sneller een tour renner.
Hun piek lijkt hoger te liggen dan je zou denken.
Als je het afzet tegen andere leeftijdsgenoten.
Jongens die meer talent hebben, maar slechts het moesten doen met zijwieltjes en een pak mueslirepen.
Deze renners zie je later aan de horizon.
Het RaboTT3 heeft Nederland veel gegeven is dit opzicht, redelijke talenten die goed genoeg bleken om mooie ereplaatsen te rijden in grote koersen.
Mollema, Gesink, Weening, Kohl, Dumoulin, "Dennis", ect.. lange rij..
Ook denk ik het stukje mentale aspect mee speelt, je wint niet zomaar even de tour of rijdt podium, maar ook de perfecte jeugdopleiding speelt hier een rol in.
Misschien hopelijk ooit een keertje podium in een grote ronde - een beloning voor een hobbelige carrière. Hoop eigenlijk ook dat ie terug naar TJV komt. Meesterknecht bergop en voor de TTT en dan in Giro of Vuelta (schaduw) kopman
Commentaar Gesink: Wat doe je nou man, dat was nergens voor nodig!
Commentaar LLS: good try man! This makes you stronger!
:-)