WielerFlits kijkt terug: oktober 2012
Hoewel het wegseizoen 2012 er definitief op zit, is er nog meer dan genoeg om over na te praten. Dit doen we in de vorm van nabeschouwingen per maand, waarin alle highlights van het seizoen nog eens langskomen. WielerFlits maakt een compleet overzicht met dit keer de maand oktober. Alle grote ronden zijn alweer achter de rug en de laatste grote wielerwedstrijden van het seizoen stonden deze vier weken op het programma. Wie konden hun seizoen op het laatste moment nog glans geven met een mooie overwinning?
Op de tweede dag van oktober stond de eerste wedstrijd van de maand op het programma. De derde editie van de Frank Vandenbroucke Memorial (1.1), vernoemd naar de veel te vroeg overleden Belgische wielrenner, werd in een massaspurt beslist door Adam Blythe. De jonge Brit wist zijn generatiegenoten Adrien Petit en John Degenkolb voor te blijven.
Een dag later werd er bij onze oostelijke buren gekoerst. De Duitser Marcel Kittel wist in eigen land de Münsterland-Giro (1.1) op zijn naam te schrijven. De Belg Michael van Staeyen sprintte naar plek twee, terwijl de pas 19-jarige Nederlander Dylan Groenewegen het podium completeerde.

foto: Sirotti (archief)
Iets later die week stond Parijs-Bourges op de kalender. In eigen land ging de Fransman Florian Vachon verrassend met de overwinning lopen. Zijn landgenoot Nacer Bouhanni won de pelotonsprint voor plek twee, het Duitse kanon John Degenkolb derde.
Italiaans drieluik
Ook op Italiaanse bodem vonden een aantal wedstrijden plaats. Zo was er een Colombiaanse dubbelslag in de Coppa Sabatini: Fabio Duarte wist zijn landgenoot Miguel Rubiano nipt te verslaan. De Giro dell’Emilia (1.HC), in het verleden al tweemaal gewonnen door Robert Gesink, kreeg met Nairo Quintana (Movistar) ook een Colombiaan als winnaar. De GP Beghelli (1.1) kreeg met Nicki Sørensen wél een Europese winnaar. De Deen wist uit een uitgedund peloton te ontsnappen en een groepje met onder meer Fabio Felline (tweede) en Matteo Rabottini (derde) een handvol seconden voor te blijven.
Parijs-Tours
Parijs-Tour, een Franse eendagskoers, draaide dit jaar niet uit op een massasprint. In een spectaculaire wedstrijd was het Marco Marcato die de overwinning pakte. Vanaf de start werd er keihard gekoerst, wat resulteerde in een gemiddelde van 50 kilometer per uur na drie koersuren. Meerdere toppers gaven er al snel de brui aan, waaronder Rabobank-renner Matti Breschel en Vacansoleil-coureur Thomas de Gendt.
Er ontstond een kopgroep van elf renners, met daarbij ook onze landgenoten Wilco Kelderman, Karsten Kroon en Koen de Kort. Van dit elftal was Michael Mørkøv met nog 30 kilometer te gaan de laatste die voorop wist te blijven. Niki Terpstra zette de achtervolging in en kreeg een zestal andere renners mee, waaronder de uiteindelijke podiumklanten Laurens de Vreese (Topsport Vlaanderen) en Marco Marcato (Vacansoleil-DCM). Op de laatste klim van de dag, de Côte de Beau Soleil, wisten Terpsta, De Vreese en Marcato alleen op kop te raken.
De voorsprong was miniem, maar de achtervolging in het peloton kwam niet op gang. Sprinter John Degenkolb was, mocht het op een sprint uitdraaien, de grootste favoriet, maar hij wachtte echter niet: hij besloot zelf in de achtervolging te gaan. De Duitser liet een indrukwekkende solo zien, maar kwam uiteindelijk te kort en kon net niet de aansluiting maken met het leidende trio. Het draaide uit op een sprint met het drietal, die Marcato uiteindelijk wist te winnen. De Vreese pakte de tweede stek, Terpstra moest genoegen nemen met plek drie. Daarachter werd Degenkolb vierde, Laurent Pichon won op plek vijf de sprint van het uitgedunde peloton.
Een paar dagen later werd met de Nationale Sluitingsprijs het Belgische wielerseizoen afgesloten. In Putte-Kappelle wist onze landgenoot Wim Stroetinga enigszins verrassend de winst te grijpen. Hij drukte zijn wiel in een massasprint voor Michael van Staeyen en Stefan van Dijk over de meet. De jonge Dylan Groenewegen, die eerder in oktober ook al derde werd in de Münsterland-Giro, viel net naast het podium en kwam op plek vier terecht.
Ronde van Peking
Zo aan het einde van het seizoen stond er ook nog een meerdaagse WorldTour-wedstrijd op het programma: de Rode van Peking. De wedstrijd werd vorig jaar voor het eerst verreden en toen was Tony Martin de eindwinnaar. Ook dit jaar was de Duitser weer de nummer één in het eindklassement.
De eerste etappe verliep vrij rustig. Na een korte rit werd er gesprint om de overwinning. De Italiaan Elia Viviani (Liquigas) bleek de snelste, voor de jonge Andrew Fenn en Edvald Boasson Hagen. Kenny van Hummel was op plek vier de eerste Nederlander in de uitslag.
In de tweede rit sloeg Tony Martin al toe: hij wist na een sterke solo ruim 45 seconden voorsprong te pakken op een select gezelschap. Daarmee schakelde hij al een behoorlijk deel van de concurrentie uit en pakte ook de leiding. Een dag later wist hij die leiding netjes te consolideren, door in een omvangrijke kopgroep te zitten en zo geen tijd te verliezen. Tom Jelte Slagter werd in die kopgroep zesde en dat was een prima resultaat voor de jonge Rabobank-renner.
In de één-na-laatste etappe werd er weer om de dagzege gesprint. Marco Haller wist, enigszins verrassend, als eerste over de meet te komen. Hij versloeg de Italianen Alessandro Petacchi en Elia Viviani. Een dag later proberen in de laatste etappe enkele renners tijd te winnen, maar helaas voor die renners kwamen ze niet van Tony Martin af. Stephen Cummings wist die rit te winnen met een kleine voorsprong op Giro-winnaar Ryder Hesjedal. Het duo had zeventien seconden voorsprong, maar dat was niet genoeg om Martin uit de leiderstrui te rijden. De Duitser bleef netjes bij zijn belangrijkste concurrenten in de buurt en zo won hij voor het tweede jaar achtereen de Ronde van Peking. Uiteindelijk had hij 40 seconden voorsprong op nummer twee Francesco Gavazzi, de Noor Boasson Hagen werd derde.
Een dag later stond in Frankrijk de Tour de Vendée nog gepland. Deze eendagskoers kreeg een Nederlandse winnaar: Wesley Kreder wist in een achtervolgend groepje twee seconden voor te blijven. Jonathan Hivert strandde op plek twee, Sébastien Hinault werd derde. Door deze overwinning kreeg Kreder voor 2013 ook een contract bij Vacansoleil-DCM, de ploeg waar hij op dat moment stage voor liep.
Ronde van Hainan
Door het wegvallen van de Ronde van Hangzhou was Hainan (2.HC) de afsluiter van het Chinese najaar. Met Team Astana kon de organisatie slechts één World Tour-team verwelkomen waar zij ongetwijfeld op meer hadden gehoopt. En zo werd de Chinese ronde een mooie gelegenheid voor jonge coureurs om zich eens in de kijker te rijden. De Rus Alexander Serebryakov reisde in bloedvorm af naar het eiland Hainan met ritoverwinningen in de Rondes van China I + II en zou de te kloppen man zijn voor de massasprints.
En weer deed de 25-jarige coureur in dienst van Team Type 1 wat men van hem verwachtte: winnen. Met drie dagzeges werkte hij met succes aan zijn toch al imposante seizoenstotaal en gaf nog maar eens zijn visitekaartje af. Komend seizoen wil hij zich eveneens tonen aan het grote publiek als hij in het shirt van Euskaltel mee gaat draaien in de World Tour. Net als vorig jaar wisten ook de mannen van Argos-Shimano het seizoen met succes af te sluiten. De piepjonge Ramon Sinkeldam, bezig aan zijn eerste seizoen als prof, won niet een maar twee massasprints op Chinese bodem en wordt er dus eentje om in de gaten te houden.
Voor de eindzege werd het nimmer spannend op Hainan. In de zevende etappe, de koninginnerit, versloeg de Kazak Dmitri Gruzdev zijn ploegmaat Valentin Iglinsky (beiden Astana) en de Zweed Ludvigsson van Argos-Shimano. Dit was meteen ook het eindpodium waarmee Team Astana voor het derde jaar op rij de winnaar afleverde en Iglinsky, na tweemaal te hebben gewonnen, nu het stokje doorgaf aan zijn 26-jarige landgenoot.

foto: Sirotti
Japan Cup
De overvolle UCI-kalender zorgde ervoor dat de Japan Cup middenin de Ronde van Hainan viel en het dus touwtrekken werd om het beste deelnemersveld. De ‘goodwill’ die de Japanse eendagskoers (1.HC) in de loop der jaren opbouwde zorgde ervoor dat zij overduidelijk aan het langste eind trokken met maarliefst vier World Tour-teams. Op het selectieve parcours was het Ivan Basso die in extremis nog de nul wegwerkte en voor de eerste keer dit seizoen het zegegebaar mocht maken. In een prangend sprintje haalde de oudgediende van Liquigas het voor Daniel Martin en Rafal Majka.

foto: OPQS / Tim de Waele
Chrono des Nations
Ook op Europese bodem werd er nog gekoerst tot diep in oktober. In de Chrono des Nations (1.1), in de volksmond nog altijd de Chrono des Herbiers, waren het de tijdritspecialisten die nog eenmaal aan de bak mochten. Met wereldkampioen Tony Martin op de startlijst was het voor de concurrentie vooraf al duidelijk dat er waarschijnlijk weinig te halen viel. Niet bleek minder waar: Martin won met groot machtsvertoon en hield ploegmaat Chavanel maarliefst 41 seconden achter zich. De inspanningen van de jonge Taylor Phinney werden beloond met een derde plek.