Materiaalzone 
Fietstoerisme 
Wetenschappelijk proefkonijn wil profs uitdagen tijdens NK tijdrijden
Interview In een mager bezet NK tijdrijden in Steenbergen, ruiken outsiders woensdagavond een kans op een topresultaat. Een van de mogelijke verrassingen die op de loer ligt, is Thom Severijn. Grote kans dat zijn naam geen belletje doet rinkelen, want resultaten van hem zijn er bijna niet te vinden. “Na een heel goede FTP-test in het ziekenhuis vorig jaar, werd mij aangeraden om daar wat mee te doen”, vertelt de door artsen omringde amateur-tijdrijder van West-Frisia aan WielerFlits.
De 29-jarige Severijn is arts-onderzoeker in het UMC Utrecht. Hij wil zich in de toekomst graag specialiseren tot cardioloog en heeft door zijn werk als medicus alle mogelijkheden binnen handbereik om zichzelf te testen. De afgestudeerd arts werd geboren in Utrecht, groeide op in Cuijk en is gaan studeren in Maastricht. Pas daar kwam hij tijdens zijn coschappen in aanraking met de wielersport. “Eerst ben ik gaan roeien, alleen dat was lastig te combineren met mijn studie. Zodoende ben ik in 2017 gaan fietsen. Behoudens wat studentencupwedstrijden, heb ik geen koersen gereden. Fietsen ben ik ook blijven doen sinds ik nu weer een paar jaar in Utrecht woon.”
Tijdrijden werd al snel een passie voor Severijn. Langs kanalen kon hij zichzelf zonder tactiek of strategie helemaal leegfietsen. Een jaar geleden trok hij in juni de stoute schoenen aan en reed een tijdrit. “Mijn waardes waren goed, maar ik ging niet heel hard. Toen deed ik vervolgens in september een FTP-test die tot 430 kwam. Mijn beste tot nu toe. Bas van Klarenbosch is een vriend van mij en tevens collega in het UMC. Hij vond het bizar dat ik met die waardes niet harder reed. Bas stelde dat met goed materiaal en een goede fietspositie er iets te halen was op het NK tijdrijden. Zelf was ik daar wat sceptisch over; ik ben per slot van rekening ‘maar’ amateurrenner.”
Dit bericht op Instagram bekijken
Dezelfde coach als Bart Lemmen
Van Klarenbosch is intussen Severijns mechanieker. Hij rijdt op de oude SEG-tijdritfiets van Daan Hoole. “Bas bleef aandringen dat ik iets met mijn kwaliteiten moest doen. Hij kende uit zijn studententijd Jelmer Nuijten van CyclingLab. Hij was ook de trainer van Bart Lemmen tijdens zijn doorbraak. Samen zijn we bij elkaar gekomen en daarna is de bal gaan rollen. Een medische keuring was als cardioloog in spe daarna natuurlijk zo geregeld”, lacht hij. “Kort daarop volgde een eerst V̇O₂max-test en ook de afdeling sportgeneeskunde zit hier om de hoek. Dat was simpel te realiseren. En als arts heb je wat meer bovengemiddelde kennis van hoe het lichaam werkt.”
Als onderzoeker heeft Severijn het project samen met zijn team op wetenschappelijke wijze zo perfect mogelijk laten verlopen. “Dat gaat van alles testen op de baan en in de windtunnel, tot het volgen van trainingsschema’s. Voorheen was ik maar wat aan het aanklooien. Het helpt als er mensen zijn die aan alle details denken waar je zelf niet aan dacht. Wat dat betreft een mooie: afgelopen week heb ik nog eens bekeken met welk materiaal we in september gestart zijn. Behoudens mijn schoenen, is niets meer hetzelfde als toen.” Met succes: Severijn reed dit jaar drie nationale tijdritten: de arts werd een keer tweede en won die andere twee afgetekend.
Inzet is het rood-wit-blauw
Met zijn zege in het Regiokampioenschap tijdrijden Midden-Oost plaatste Severijn zich voor het NK met de profs. Hij start woensdagavond om 18.35 uur. “Wat ik kan uitrichten? Er zijn twee titels te verdedigen. Bij de elite zonder contract is het podium realistisch. De grootste concurrenten aldaar zijn Brian Megens en Quinten Veling, die beiden heel hard kunnen rijden. Maar ik mag het ook direct tegen de profs opnemen. Elke beroepsrenner die ik achter me kan laten, beschouw ik als een jongensdroom. Mijn grote hoop is om in de top-10 te eindigen. En wat na morgen, als mijn project stopt? Eerst trouwen, haha. Maar als het goed gaat, probeer ik het in 2025 nog eens.”
Dit bericht op Instagram bekijken
Met dat magere deelnemersveld in Steenbergen, is top-10 tussen de profs ook realistisch. Megens werd de voorbije twee edities immers ook al achtste. Bovendien werd Marien Bogerd (Diftar Cycling) vorig jaar nog vierde op het NK, op slechts zes seconden van de bronzen medaille van Sjoerd Bax, maar nog vóór Bauke Mollema. Eind maart reed Severijn in een tijdrit over 42 kilometer in Almere echter 58 seconden sneller dan Bogerd. Op het Regiokampioenschap was de arts-onderzoeker twee weken geleden negen tellen rapper dan Bogerd over 21 kilometer. De profs zijn woensdag gewaarschuwd voor dit wetenschappelijk onderbouwde proefkonijn.
Reacties zijn gesloten.