Voorbeschouwing: Ronde van het Baskenland 2016
Euskal Herriko txirrindulari itzulia. Dat is de bijna onuitspreekbare Baskische naam voor de Ronde van het Baskenland. In de noordelijke Spaanse regio aan de westelijke uitlopers van de Pyreneeën, vindt vanaf 4 april de misschien wel zwaarste rittenkoers van een week plaats. WielerFlits blikt vooruit.
HistorieDe Ronde van het Baskenland is één van de oudste koersen op de wielerkalender, ouder dan bijvoorbeeld de Vuelta a España. Hoewel men de eerste editie afhaspelde in 1924, staan er nog maar 55 edities in de geschiedenisboeken. Na het uitbreken van de Spaanse Burgeroorlog in 1936, duurde het vrijwel de gehele regeerperiode van generalísimo Francisco Franco vooraleer de koers nog eens werd verreden. In de eerste jaren won de Catalaanse wielergrootheid Mariano Cañardo als enige Spanjaard de Vuelta Ciclista al Pais Vasco. Een Bask won er ook, al kwam Victor Fontan uit het Franse deel (Fontan werd geboren in Pau) van het Baskenland. Pas in 1969 kreeg Gino Bartali (die de dan laatste editie van 1935 won) in de persoon van Jacques Anquetil een opvolger op de erelijst. Een jaar later werd Luis Pedro Santamarina de eerste Spaanse Bask die de rittenkoers op zijn naam bracht.
In de complete historie van de Ronde van het Baskenland wisten in totaal 24 Spanjaarden te winnen, zeven keer was er een Italiaan de beste en vijf keer een Zwitser. Dat laatste geval is vooral te danken aan Tony Rominger, die vanaf 1992 drie keer op rij won. Ook Seán Kelly en Alberto Contador wisten drie keer te winnen, maar dat is geen record. José Antonio González, die in de jaren zeventig vier keer wist te winnen, heeft dit in handen. In 1988 vinden we de enige Nederlandse eindzege terug. De dan volslagen onbekende tweedejaars prof Luc Suykerbuyk reed voor het bescheiden Spaanse ploegje Zahor Chocolates de wereldtop op een hoop. De Noord-Brabander won de bergrit naar de Alto de Ibardin en pakte de leiderstrui. Een dag later was de gedoodverfde topfavoriet Kelly aan het feest, maar dat deerde Suykerbuyk niet. Uiteindelijk plooide hij op de slotdag, waar Erik Breukink eerst de ochtendrit won om hem vervolgens in de afsluitende tijdrit uit de leiderstrui te rijden. Breukink won de tijdrit en pakte dus het eindklassement, Suykerbuyk werd tweede op 24 seconden.

De dan net 24-jarige Breukink (Panasonic-Isostar) wipt over Suykerbuyk in de slottijdrit – foto: Sirotti
Vorig jaar ging Joaquim Rodríguez er met de eindzege vandoor, al ging dat nog niet zo gemakkelijk. Purito won weliswaar ritten drie en vier, maar moest daarna nog altijd toekijken hoe de van een zware blessure terugkerende Sergio Luis Henao de leiderstrui om zijn schouders kreeg. Uiteindelijk brak de Colombiaan van Sky alsnog, maar Rodríguez had daar wel de tijdrit van zijn leven voor nodig. In de afsluitende chrono rond Eibar eindigde de kleine Spanjaard van Katusha namelijk als tweede achter onze landgenoot Tom Dumoulin. Uiteindelijk won Rodríguez het klassement met dertien seconden voorsprong op de oudste van de twee Henao-neefjes. Tom-Jelte Slagter was de beste Nederlander in het klassement. De geboren Groninger vonden we terug op plek 27.
Laatste tien winnaars
2006: José Ángel Gómez
2007: Juan José Cobo
2008: Alberto Contador
2009: Alberto Contador
2010: Chris Horner
2011: Andreas Klöden
2012: Samuel Sánchez
2013: Nairo Quintana
2014: Alberto Contador
2015: Joaquim Rodriguez

Gómez Marchante won tien jaar geleden – foto: Sirotti
Parcours
Het routeboek van de Ronde van het Baskenland windt er geen doekjes om. Deze rittenkoers staat niet voor niets bekend als misschien wel de zwaarste wedstrijd van een week. Met tientallen beklimmingen kunnen de berggeiten en heuvelspecialisten zich opmaken voor zes dagen vol plezier. Korte, steile en explosieve klimmetjes zijn het relaas. Genoeg spektakel voor fans en toeschouwers, in ieder geval.
Maandag 4 april, eerste etappe: Etxebarria – Markina-Xemein (144 kilometer)
De klassementsrenners kunnen in de eerste etappe direct aan de bak. Tussen Etxebarria en Markina-Xemein liggen er maar liefst acht gecategoriseerde beklimmingen. De laatste zes liggen allemaal in de laatste tachtig kilometer van de etappe. Ze zijn niet allemaal bijster hoog, maar daarom niet minder steil. Vooral de Alto del Ixua (eerste categorie) en Alto del Aiastia (tweede categorie) op respectievelijk 26 en negen kilometer voor het einde zullen voor een schifting zorgen.
Dinsdag 5 april, tweede etappe: Markina-Xemein – Amurrio-Baranbio (174,3 km)
De tweede etappe is weliswaar dertig kilometer langer, maar telt ook de helft minder beklimmingen. Het venijn van deze etappe zit hem echter in de staart. De aankomst is namelijk op de Amurrio-Baranbio, die leidt naar de Garrastatxu-kapel. Dit is een muur van de tweede categorie. De beklimming is slechts 2,7 kilometer lang, maar met een gemiddeld stijgingspercentage van 11,7% een helse onderneming. De uitschieters tot wel 20% schreeuwen echter om een splijtende demarrage van rasspecialist Purito. Kan de 36-jarige Spanjaard dat trucje nog, op z’n oude dag?
Woensdag 6 april, derde etappe: Vitoria-Gasteiz – Lesaka (193,5 km)
Mikel Landa vertrekt op woensdag 6 april vanuit zijn geboortestad Vitoria-Gasteiz, de hoofdstad van het Baskenland. De aankomst ligt 193,5 kilometer later in Lesaka, een klein dorpje aan de kust van de Golf van Biskaje. Voor de klassementsrenners een relatief rustige dag. Daarom leent deze rit zich voor vluchters of sterke sprinters. Die laatste groep renners moet de klim naar La Piedad, op negen kilometer van de aankomst, kunnen overleven. Puncheurs zouden het heuveltje echter ook kunnen gebruiken als springplank naar een ritzege.
Donderdag 7 april, vierde etappe: Lesaka – Orio (165 km)
De vierde etappe vertrekt uit het dorpje waar de dag ervoor gefinisht werd. Vanuit de start in Lesaka zet het peloton koers naar Alto de Jaizkibel, de bekende scherprechter uit de Clasicá San Sebastián. In de finale speelt voornamelijk de klim naar Aia een belangrijke rol, die in totaal drie keer bedwongen moet worden. Vorig jaar eindigden daar nog twee etappes, waaronder de door Dumoulin gewonnen tijdrit. Bij de eerste passage gaan de renners langs de gemakkelijke kant van de Aia omhoog, de tweede keer via de steilste kant, om daarna nogmaals de makkelijke versie te volbrengen. Na de top van de laatste passage van de Aia is het nog veertien kilometer naar de streep. Sterke sprinters zouden dit kunnen overleven.
Vrijdag 8 april, vijfde etappe: Orio – Arrate (159 km)
Op de voorlaatste dag staat de koninginnenrit van deze Itzulia op het programma. Met opnieuw acht beklimmingen voor de boeg, is dit dé afspraak voor de klassementsmannen. Liefst zes van de acht bergen zijn van de tweede categorie. De Alto del Usartza is bovendien van de eerste categorie. Die beklimming heeft haar top op twee kilometer van de streep in Arrate (Eibar). De steile Usartza (5,4 km lang aan 8,2% gemiddeld stijgingspercentage) belooft vuurwerk, waarbij de verschillen waarschijnlijk hoog oplopen. Worden de mannen hier van de jongens gescheiden?
Zaterdag 9 april, zesde etappe: Eibar – Eibar (16,5 km, individuele tijdrit)
De slotetappe is net als voorgaande jaren een individuele tijdrit. Van en naar Eibar valt het klassement in een definitieve plooi. Voor de renners die vrezen voor races tegen de klok, kan er in Eibar een haat-liefde-verhouding ontstaan. Er is een vrij serieuze heuvel in het parcours opgenomen, waardoor de betere tijdrijders nooit lekker in hun ritme kunnen komen. Dat kan pas in de laatste vlakke kilometers, na de afdaling van het bergje. Maar het kan zomaar zijn dat de pure klimmers daar al hun winst hebben gepakt en dus niet veel hoeven toe te geven op de specialisten in deze discipline.
Favorieten
Voorheen was de Ronde van het Baskenland een mooie graadmeter om te zien wie in goede doen was met het oog op de Waalse klassiekers. Tegenwoordig slaan heuvelspecialisten zoals Philippe Gilbert deze wedstrijd over, omdat zij hun knieën figuurlijk breken op de klimmetjes met helse stijgingspercentages. Ook is de Baskische rittenkoers een toevluchtsoord voor renners die de Ronde van Vlaanderen en Parijs-Roubaix liever niet rijden, al zullen de klassementsrenners voornamelijk de hoofdrol voor zich opeisen.
**** Nairo Quintana

Nairo Quintana is kandidaat-eindwinnaar nummer één – foto: Sirotti
Op dit moment is Nairo Quintana de beste klimmer van de wereld. De kleine Colombiaan speelde op Port Ainé in de Ronde van Catalonië met zijn pedalen en liet zijn concurrenten daar naar adem happen. De pocketklimmer spreidde daar zijn vleugels en fladderde bij de andere klassementsrenners weg. Daarmee legde Quintana de basis voor zijn eindzege. De Movistar-renner wist de Ronde van het Baskenland in 2013 bovendien al eens te winnen. Gezien de vele beklimmingen die op het peloton liggen te wachten, is Quintana de te kloppen man aan de Golf van Biskaje. Bij het team van Eusebio Unzué zijn Daniel Moreno en de Bask Ion Izagirre momenteel ook goed in vorm.
*** Alberto Contador &
Thibaut Pinot

Schiet El Pistolero nog eens met scherp? – foto: Sirotti (archief)
Weet Alberto Contador dit jaar de Ronde van het Baskenland opnieuw te winnen, dan maakt hij zichzelf gedeeld recordhouder wat betreft het aantal eindzeges. De 33-jarige Spanjaard is misschien wel bezig aan zijn laatste jaar als wielerprof en grijpt alle mogelijkheden aan om nog een aantal overwinningen aan zijn palmares toe te voegen. In de eindklassementen van Parijs-Nice (tweede) en de Volta Ciclista a Catalunya (eveneens tweede) was er alleen steeds net iemand even beter of slimmer. Is met ploeggenoten als Roman Kreuziger, Robert Kišerlovski en vaste adjudant Jesús Hernández het welbekende driemaal scheepsrecht?

Pinot deed deze winter veel werk op de tijdritfiets – foto: ASO
Er werd wat lacherig over gedaan toen Thibaut Pinot afgelopen winter vertelde dat hij mikt op de Olympische tijdrit in Rio de Janeiro. In het rijden tegen de klok was de Fransman immers geen wereldster. Een speciale tijdrittrainer verder en de kopman van FDJ behaalt de ene verrassende uitslag na de andere in races tegen het uurwerk. In Volta ao Algarve was hij in een tijdrit over achttien kilometer – twee kilometer langer dan in deze rittenkoers – de snelste klassementsrenner, nog voor Contador. In Tirreno-Adriatico was alleen Vincenzo Nibali een seconde sneller. Door de stap die Pinot zette in het tijdrijden, eindigde hij in de vier rittenkoersen die hij tot op heden reed, steeds in de top-5. Met FDJ volledig in zijn dienst, kan de winnaar van het jongste Critérium International wedijveren met de toprenners in dit veld.
** Bauke Mollema,
Daniel Martin &
Tony Gallopin

Kan Mollema zijn goede vorm nu wel onderstrepen? – foto: Sirotti
Onze landgenoot Bauke Mollema lijkt ook een goede winter achter de rug te hebben. Door de afgelaste bergrit naar Monte San Vicino in Tirreno-Adriatico kreeg de Leeuwarder echter geen kans om zijn vorm te etaleren. “Ik heb het helaas niet echt kunnen laten zien en daar baal ik van”, zei hij destijds. In de Ronde van het Baskenland kan hij daarom op herkansing. Het is voor Mollema’s zelfvertrouwen belangrijk dat hij het hier goed doet, omdat hij voor Trek-Segafredo ook de kopman is in de heuvelklassiekers later deze maand. De geboren Groninger weet wat het is om hier goed te rijden: in 2012 werd hij derde achter Samuel Sánchez en Rodríguez. Vorig jaar stond hij voorafgaand aan de voorlaatste rit vijfde, maar gooide een zware valpartij roet in het eten. Daardoor was Mollema niet in staat de afsluitende tijdrit te rijden. Met Ryder Hesjedal, Fränk Schleck en de Bask Haimar Zubeldia heeft onze landgenoot een aantal sterke veteranen om zich heen.

Daniel Martin was goed in het naburige Catalonië – foto: © Etixx-Quick-Step/Tim De Waele
Bij Etixx-Quick-Step is men al jaren op zoek naar een goede klassementsrenner. Peter Velits en Rigoberto Urán werden reeds afgetest, waarna de Belgische formatie het nu probeert met Daniel Martin. De Ier mag dan wel niet de tijdrijderscapaciteiten van de Slowaak en de Colombiaan hebben, maar Martin wist in drie maanden tijd al evenveel te winnen als Velits en Urán in twee seizoenen deden. De geboren Brit moet net als Mollema later deze maand de eer van zijn Belgische ploeg vertegenwoordigen in de heuvelklassiekers. Getuige zijn indrukwekkende jump op La Molina, in de Ronde van Catalonië, zit het met de vorm wel snor. Talenten als Carlos Verona, Rodrigo Contreras en Laurens De Plus kunnen als knecht van Martin ervaring op doen, terwijl Gianluca Brambilla er in de finales nog bij moet zitten.

Gaat Gallopin door met goede optredens bergop? – foto: Sirotti
Lotto Soudal rekent in de Amstel Gold Race, de Waalse Pijl en Luik-Bastenaken-Luik eveneens op een kopman die hoge ogen in het Baskenland kan gooien. Tony Gallopin is namelijk goed begonnen aan 2016 en rijdt vooral heel gemakkelijk omhoog, ook al ligt zijn specialisme bij lastige eendagskoersen. Zijn goede vorm kwam vooral in Parijs-Nice tot uiting, met een achtste plaats in het eindklassement als gevolg. Een test in het echte hooggebergte heeft Gallopin dit jaar nog niet gehad, maar die krijgt hij in de Vuelta Ciclista al Pais Vasco ook niet voor zijn kiezen. Op La Madone d’Utelle bewees hij dat hij op beklimmingen tot 1200 meter boven zeeniveau lang mee kan. Gezien zijn goede tijdrit, moet Gallopin ook het eindklassement in gedachten houden. Zijn ploeg brengt bovendien Maxime Monfort, Jelle Vanendert, Tim Wellens en Louis Vervaeke aan de start.
* Joaquim Rodríguez,
Fabio Aru,
Sergio Luis Henao en
Simon Yates

Krabbelt Rodríguez weer op? – foto: Sirotti
Voor titelverdediger Joaquim Rodríguez is het ook zaak om een goed resultaat te boeken in het Baskenland. De vinnige Catalaan is inmiddels 36 jaar oud en leek aan het begin van het seizoen een beetje versleten te geraken. In Tirreno-Adriatico kwam hij dagelijks op grote achterstand binnen. Zelfs zonder de afgelaste bergetappe eindigde Purito als 81ste in het eindklassement, op 13 minuten en één seconde van winnaar Greg Van Avermaet – Moreno Hofland eindigde in dezelfde tijd. Twee weken later was het al stukken beter, met plek elf in de rittenkoers door ‘zijn’ Catalonië. Doet Rodríguez in het Baskenland weer gewoon mee voor de eindwinst, dan is er met het oog op de klassiekers niets aan de hand.

Aru kan nog een beetje freewheelen – foto: Ilario Biondi/ATCommunication©/2015
Zorgen maken om zijn hoogvorm hoeft Fabio Aru pas te doen als het in de laatste weken voor de Tour de France nog niet is wat het moet zijn. De 25-jarige Italiaan is in Frankrijk komende zomer de onbetwiste kopman van Astana. Hij heeft de voorbije weken nog geen hoge ogen gegooid, maar zat in de zwaardere etappes waar hij reed wel steeds vlak achter de toppers. Van iemand die al twee keer op het podium van de Giro d’Italia stond en de Vuelta al eens won, mag je verwachten dat hij in een ronde vol met bergjes en heuvels niet zal verzaken. Met Dario Cataldo, Miguel Ángel López, Diego Rosa en Luis León Sánchez heeft hij bovendien een ijzersterke formatie tot zijn beschikking.

Stapt Sergio Luis Henao nu wel op het hoogste podiumplekje? – foto: Sirotti
Sky komt zonder kopmannen Chris Froome, Geraint Thomas en meesterknecht Wout Poels aan het vertrek in Baskenland. Voor andere renners in de ploeg dus dé mogelijkheid om uit hun schaduw te treden. Met Mikel Landa heeft de Britse ploeg een Bask in haar selectie, maar de revelatie van de voorbije Giro maakte pas vorige week zijn debuut voor Sky na een lange periode vol blessures en ziektes. Vandaar dat de Britten meer dan waarschijnlijk de kaart van Sergio Luis Henao trekken. De Colombiaan reed dit seizoen met de Tour Down Under, het Colombiaans kampioenschap op de weg en Parijs-Nice ook nog maar drie koersen, maar werd daarin wel respectievelijk derde, tweede en zesde. Zijn conditie zal in orde zijn. Bovendien reed Rodríguez hem in 2015 pas in de afsluitende tijdrit uit de leiderstrui, waardoor de Baskische beklimmingen geen verrassingen hebben voor de oudste van de Henao-neefjes.

Adam (links) en Simon (rechts) Yates doen niet veel voor elkaar onder – foto: Sirotti
Bij Orica-GreenEDGE mogen tweelingbroers Adam en Simon Yates een robbertje uitvechten om het kopmanschap. De 23-jarige Britten bulken van het talent. Zo won Adam in deze regio het afgelopen jaar nog Clasicá San Sebastián, terwijl broer Simon in de Ronde van het Baskenland al eens als vijfde (2015) en twaalfde (2014) eindigde. Op basis van hun resultaten in Tirreno-Adriatico (Adam werd negentiende) en Parijs-Nice (Simon werd zevende), lijkt Simon iets beter in vorm te zijn. Met Simon Gerrans en Michael Albasini heeft de Australische formatie bovendien twee rittenkapers in de ploeg, terwijl Rubén Plaza en de Bask Amets Txurruka de gebroeders Yates zullen ondersteunen in de heuvels.
Outsiders
Naast de genoemde tien favorieten, zijn er nog een aantal sterke blokken die een vermelding verdienen. Cannondale bijvoorbeeld, dat hier onder meer met Pierre Rolland, Tom-Jelte Slagter en Lawson Craddock aan de start staat. Onze landgenoot was vorig jaar de beste Nederlander in deze koers en zal met het oog op de klassiekers zijn vorm willen aanscherpen. Zijn Amerikaanse ploegmaat reed het voorbije weekend nog een goed Critérium International, waarin hij zesde werd. Rolland viel daar tegen (28ste in het eindklassement), ondanks bemoedigende woorden van manager Jonathan Vaughters aan het begin van het seizoen. De Amerikaan vond dat er nog veel marge zat op de groeicurve van zijn aankoop, maar daar blijkt tot op heden weinig van.

Het eindpodium op Corsica, met Latour en Oomen – foto: ASO
Pierre Latour maakt daarentegen grote stappen. De talentvolle klimmer ging op de Col de l’Ospedale in de aanval en reed zich zo naar een tweede stek in het eindklassement van het Critérium International. Bij AG2R La Mondiale is het verder uitkijken naar Alexis Vuillermoz, die met zijn capaciteiten in een Baskische speeltuin terecht komt. Voor Jan Bakelants geldt dat iets minder, maar in vorm moet hij hier ook lang mee kunnen. Bij Lampre-Merida rekent men dan weer op Portugees kampioen Rui Costa. Hij werd in 2015 zevende in het eindklassement en reed dit jaar vrij onopvallend de top-10 van Parijs-Nice en de Ronde van Oman binnen. In de roze-fuchsia shirts is het bovendien interessant om te volgen wat Louis Meintjes en neoprof Simone Petilli hier kunnen uitrichten. En wat speelt Samuel Sánchez (BMC) klaar, de laatste eindwinnaar in Baskische dienst bij Euskaltel-Euskadi?
Ook in het Nederlandse kamp mogen we natuurlijk het nodige verwachten. LottoNL-Jumbo brengt Robert Gesink en Wilco Kelderman aan het vertrek. Gesink stelde in Catalonië nog teleur, maar de ploegleiding van Nederlands enige WorldTour-formatie denkt dat hij die ronde nodig had om naar zijn topvorm te stijgen. Hij is dan ook de kopman, omdat Kelderman ziek afstapte in Catalonië. Men gaat ervan uit dat hij door zijn ziekte een conditieachterstand heeft opgelopen en de ploeg weet dus niet of Kelderman met de toppers kan wedijveren. Bij Giant-Alpecin vult Warren Barguil het kopmanschap in. De 24-jarige Fransman krijgt het Noorse klimtalent Sindre Skjøstad Lunke als knecht mee, terwijl ook Sam Oomen zijn eerste WorldTour-koers rijdt. Onze 20-jarige landgenoot reed afgelopen weekend nog naar een knappe derde plek in het eindklassement van het Critérium International.

Is Kelderman weer helemaal de oude? – foto: Sirotti
Favorieten volgens WielerFlits
**** Nairo Quintana
*** Alberto Contador, Thibaut Pinot
** Bauke Mollema, Daniel Martin, Tony Gallopin
* Joaquim Rodríguez, Fabio Aru, Sergio Luis Henao, Simon Yates
Website organisatie
Deelnemerslijst (ProCyclingStats)
Weer & TV
Zoals het nu lijkt, mist het peloton net het aangename weer in het Baskenland. Zaterdag en zondag is het nog zonnig en ligt de temperatuur boven de twintig graden Celsius. De rest van de week is het volgens Weeronline vooral regenachtig en is er spaarzaam ruimte voor de zon. Het is met temperaturen rond de vijftien graden ook een stuk koeler als het weekend ervoor. De wind komt voornamelijk uit het zuiden, gemiddeld gezien over de gehele zes dagen aan windkracht vier. Het weerstation geeft op geen enkele dag een hoger weercijfer dan een vijf. De dinsdag en donderdag spannen de kroon, met slechts een twee als beoordeling. Er wacht dus een natte en gure 56ste editie van de Vuelta Ciclista al Pais Vasco.
Sporza en de NOS schenken geen aandacht aan de Ronde van het Baskenland middels een live-uitzending. Eurosport doet dit wel en bezorgt de koers ieder namiddag vanaf 15.30 op de televisie. Bij WielerFlits kunt u zoals gebruikelijk elke dag terecht voor een Volg Hier.
[poll id=”207″]
Rodriquez verwacht ik niet in de top 5. Hij zal moeten knokken voor de top 10. De oude vos zie ik nog wel een etappe winnen, al zal dat ook niet heel simpel zijn.
Samuel sanchez komt inderdaad niet uit baskenland maar uit asturie(oviedo).
Als ik de analyse van Purito lees, en ook die op cyclingquotes, dan hebben die misschien(!) 1 kans... En dan moeten ze ook nog in topvorm zijn, en dat was Gerrans in Catalonië nog zeker niet, en Felline het hele jaar nog niet.
Ik baseer me vooral ook op informatie/ervaringen van Baskische kennissen/wielerliefhebbers, die ook veel in die regio fietsen/wonen, en de laatste ontwikkelingen weten.
Daarnaast ben ik verknocht op de regio: de prachtige natuur, cultuur, steden en geschiedenis. Maar ook het klimaat (veel regen en vochtig, een mooi contrast met het bloedhete en droge Madrid en vooral Extremadura). Ik ga er binnen niet al te lange tijd ook eens op vakantie. Ik heb ook mijn scriptie geschreven over het Baskisch (en Catalaans) nationalisme, dus heb me ook veel verdiept in de cultuur van de regio. Of moet je eigenlijk land zeggen? ;)
Ik vind dit persoonlijk de mooiste rittenkoers van het jaar, en niet alleen vanwege het parcours, maar ook door die enorme wielerpassie die alle Basken ademen en de plaats op de kalender, als de koers volledig openbloeit.
Maar het is natuurlijk vooral de pintxo die Pais Vasco zo aantrekkelijk maakt.
Haha, ja uiteraard. Maar met het oog op de toerversie van de Ronde van Vlaanderen van 2016 kan ik daar niet teveel van eten ;)
Er zullen hier vlgs mij vele renners niet finishen mede gezien het aankomende slechte en koude weer van deze week.
Vooral op donderdag, vrijdag en zaterdag wordt het extra zwaar want er valt er volgens de weervoorspelling erg veel regen en het is koud, vooral in de bergen.
Hopelijk zijn er dan géén ernstige valpartijen in afdalingen zullen vanwege het gladde en smalle wegdek in Baskenland.
Misschien dat daarom niet de sterkste renner zal winnen maar een renner met een groot hart in de afdalingen.
Ik vermoed dat het juist in die natte afdalingen beslist wordt en dus gok dus op een van de Spanjaarden of Quintana.
Henao reed driemaal de Itzulia. Tweemaal hiervan was hij de sterkste renner bergop, en stond hij na vijf ritten ook bovenaan. Echter was zijn buffer in de tijdrit beide jaren niet groot genoeg om vol te houden. Met het zwaarste parcours in jaren zou hij daar mogelijkerwijs geen last van hoeven hebben. Deze tijdrit is sowieso al stukken korter dan de afgelopen jaren.
Kijken we naar de uitslagen van die twee jaar, dan zien we dat vorig jaar Purito echt een topweek reed en de tijdrit over de Aia ging, een echte Puritoklim. Dertien seconden, dat was het verschil. Diezelfde Rodriguez wordt a door enkelen afgeschreven door zijn huidige vorm. Zo ver wil ik ook niet gaan, maar honderd procent zie ik hem ook niet meer zijn. En zijn tijdrit is normaal gesproken ook niet echt heel jofel, dus Henao moet hem kunnen pakken.
Quintana deed de 2015-editie ook mee, maar werd huiliehuilie gereden door nota bene zijn knecht (Izagirre). Diezelfde Quintana was Henao in 2013 de baas, maar ook alleen maar door die tijdrit. Die was dat jaar 24 kilometer, nu amper zestien.
Buiten Eibar om is het sowieso ook niet echt het ideale Quintanarondje, hij is niet de allerexplosiefste en hij moet maar zorgen dat hij de Aia overleeft.
Resteert Bertje, die in zowel 2013 als 2015 niet meereed. Ik verwacht dat dat de meest geduchte tegenstander gaat worden, maar ik kan er volgens de piramide maar eentje de volle mep geven. Het wordt sowieso weer op secondes beslist, dus als mijn topzes in omgekeerde volgorde blijkt te eindigen ben ik totaal niet verrast.
Mijn sterretjes gaan als volgt zijn:
***** Henao
**** Contador, Rodriguez
*** Quintana, Izagirre, Spilak
** Mollema, ene Yates (want de andere zal op zijn smoel gaan volgens traditie), Costa, Aru
* Landa, Sanchez, Pinot, Latour en (doe eens gek) Jeannesson
Heb er nog steeds de pee in dat Beñat ziek is, maar daar kom ik hopelijk nog wel overheen.
Zelf ben ik gaan houden van Tour de Suisse. Die omgeving is adembenemend al is het parcours aanzienlijk minder zwaar. De rittenkoers die mijn hart al bij de voorbeschouwing versnelt.
Maar ik kan jouw breed uitgemeten liefde voor alles dat Baskisch is hier op Wielerflits, altijd erg waarderen.
Nee hoor het is gewoon tijd voor de Ronde van het Baskenland, en daar is Henao de topfavoriet. Heb je die koers de afgelopen jaren niet gekeken, én Parijs-Nice gemist?
@ Wim
Die liefde voor de Ronde van Zwitserland die delen wij, maar dit rondje is een mooie tweede!
Zijn doelen waren/zijn Tirreno, Romandie, Tour, OS en Lombardia.
Mijn liefde gaat toch echt uit naar de Giro
tot stof zullen wij wederkeren, maar het is voor Gesink (en zijn fans) toch te hopen dat dit voor hem niet al zal gebeuren in de aankomende editie van het Baskenland.