Verbruggen blijft hoop houden op onschuld Armstrong
Hein Verbruggen blijft hopen dat Lance Armstrong niet schuldig blijkt aan dopinggebruik tijdens zijn actieve carrière. De erevoorzitter van de internationale wielerunie wordt door de recente beschuldigingen van Tyler Hamilton desondanks aan het twijfelen gebracht. “Ik blijf hopen dat het niet zo is, maar het wordt steeds moeilijker, ” stelde Verbruggen in het tv-programma Holland Sport.

foto: Sirotti
Het net rond Armstrong lijkt zich, sinds er in Amerika een gerechtelijk onderzoek tegen hem gestart is, te sluiten. Na Floyd Landis legde ook oud-ploeggenoot Tyler Hamilton vorige maand een belastende verklaring af. “Het zijn er nu al twee. Al neem ik deze verklaring niet meer serieus dan die van Landis.” Verbruggen heeft moeite de bekentenissen te geloven. “Armstrong heeft altijd aangezet tot meer controles en hardere straffen.”
Verbruggen ontkent dat de UCI meegeholpen heeft aan het verdwijnen van een positieve dopingtest van Armstrong in 2001. “Daar is niets van waar. Armstrong is nooit positief geweest. Er was niets wat onder tafel hoefde te verdwijnen. Dat kan ook helemaal niet, omdat daar altijd meerdere instanties bij betrokken zijn.” Ook ontkent Verbruggen Armstrong gewaarschuwd te hebben dat hij op het punt stond positief te testen. “Ik had helemaal geen inzage in deze dossiers. Ik heb hem dan ook nooit kunnen waarschuwen.”
Verbruggen erkent dat de UCI rond de eeuwwisseling moest werken met beperkte middelen. “De hematocriettest was enkel een gezondsheidtest. Dat was het enige wat wij konden doen. ” Door een omstreden gift van Armstrong aan de internationale wielerunie kwamen de geruchten op gang. “In 2004 heeft hij een donatie gedaan. Eerst 25.000 dollar en later nog eens 80.000 voor een machine om de hematocrietwaarden te controleren. Achteraf hadden we dat beter niet kunnen doen, maar achteraf is het altijd gemakkelijker. Je moet ergens het geld halen. Ook nu halen we dat onder andere bij de ploegen. Dat vind ik heel legitiem.”
Verbruggen spreekt de geruchten tegen dat het de UCI aan de financiële middelen ontbreekt om vandaag de dag adequaat op dopinggebruik te testen. “De UCI geeft hier veel geld aan uit. Het is altijd de eerste met nieuwe methodes. Ik geloof niet dat er door geldgebrek minder controles worden uitgevoerd.”
De oud-preses denkt niet dat de wielersport op korte termijn van de dopingproblematiek verlost zal zijn. “Er is altijd wel iemand die naast de pot piest. Methodes werken steeds beter, maar valsspelers blijven er altijd. Ik blijf echter hoop houden.”