Tim Merlier: “Als de media je niet keer op keer ophemelen, dan blijf je klein”
foto: Raymond Kerckhoffs
Raymond Kerckhoffs
woensdag 18 september 2024 om 08:05

Tim Merlier: “Als de media je niet keer op keer ophemelen, dan blijf je klein”

Interview Wanneer het op pure snelheid aankomt, dan wordt de nieuwe Europese kampioen Tim Merlier dit jaar door velen de rapste van het peloton genoemd. Het duurde ruim tien jaar voordat zijn sprinterskwaliteiten echt erkend werden. Merlier, dat was toch een ‘crosserke’ en geen wegrenner? De West-Vlaming vocht tegen de vooroordelen en bleef in zichzelf geloven. In het najaarsnummer van RIDE Magazine staat een groot interview met Merlier.

De complimenten van de kenners over zijn sprinterscapaciteiten is wel iets om even stil bij te staan. “Inderdaad”, bevestigt de renner van Soudal Quick-Step. “Dat is een teken dat mijn prestaties opvallen bij de kenners. Maar het is aan mij om me te blijven bewijzen hè. Of ik die status kan behouden bij die mensen.”

Merlier heeft er ruim tien jaar over gedaan om zich als wegwielrenner tussen de absolute top van de sprinters te nestelen. Heel anders dan sommige huidige toppers die als tieners al bewezen dat ze met ’s werelds beste renners in de belangrijkste wedstrijden kunnen wedijveren.

“Ik was een renner die jaar na jaar bleef groeien. Ik had al redelijk snel in de gaten dat ik een laatbloeier ben. Er is ook veel veranderd in de afgelopen tien jaar. Nu werken en leven de junioren veel professioneler dan in de tijd dat ik in die jeugdcategorie uitkwam. Ik heb als junior pas voor het eerst met een trainer gewerkt. Dat was destijds een heel voorzichtige aanpak. Als ik nu sommige juniors zie trainen, die doen zelfs meer voor de sport dan ik tegenwoordig als ervaren fulltime prof doe.”

“Het is duidelijk dat het niveau in de wedstrijden iedere jaar hoger ligt. Dat zie je aan de cijfers die de renners rijden, maar je voelt het ook aan de snelheden in de koers. Ja, ook aan de snelheden in de sprint. Kijk maar eens welk breed peloton er op 400 meter voor de streep bij een massasprint nog bij elkaar is. Als je naar sprints van tien, twintig jaar geleden kijkt, dan zat iedereen in de laatste kilometers verspreid, terwijl nu iedereen op een zakdoek rijdt.”

Dat maakt sprinten tegenwoordig niet makkelijker, want het wordt vooraan steeds drukker?
“Daardoor is de timing van aanzet en de positionering nog belangrijker geworden. Er is minder en minder ruimte, dus er spelen veel meer factoren een rol die het verschil tussen winst en verlies kunnen betekenen.”

Tim Merlier sprint naar de Europese titel – foto: Dion Kerckhoffs/Cor Vos

Hoewel Merlier momenteel tot de absolute sprinttop behoort, blijft hij de bescheidenheid zelve. In interviews noemt hij zichzelf geregeld ‘Merlierke’, een verkleinwoord dat allang niet meer bij zijn status hoort.

“Haha, ja dat is een verkleinwoord. Sommige mensen zien me nog altijd als een klein rennertje. Daar heb ik overigens geen probleem mee. Misschien is het gek, ja. Er zijn echter zoveel dingen een eigen leven gaan leiden. Als je in de media niet keer op keer wordt opgehemeld, dan blijf je klein hè. Ik lig daar zeker niet wakker van. Ik moet me als renner gewoon keer op keer terug op de kaart zetten. Ik wil me met uitslagen bewijzen. Dat vind ik vele malen belangrijker dan dat sommigen me hier en daar ophemelen.”

Daarmee lijkt Merlier een ander dna te hebben dan de meeste andere sprinters. Hij is niet het alfamannetje met brede schouders en een grote mond, maar meer de gentleman onder de rappe mannen. “Soms als ik andere sprinters hoor babbelen, dan denk ik toch… Mijn kaart is helemaal anders. Dat merk ik zelf ook, ja. Ik heb helemaal geen haantjesgedrag.”

Interview Tim Merlier
In de RIDE Magazine Najaarsgids (€9,95) lees je een uitgebreid interview met Tim Merlier, de kersverse Europees kampioen. Jarenlang stond hij te boek als ‘crosserke’ maar inmiddels heeft hij een grote erelijst opgebouwd. In RIDE spreekt hij over de sprongen die hij heeft gemaakt, de zwarte trui, zijn partner Cameron Vandenbroucke en zijn band met Bert Van Lerberghe. Lees het interview in het 172 pagina’s tellende blad van RIDE. Bestel jouw exemplaar van het najaarsnummer 2024 van RIDE Magazine hier!

RIDE Magazine
20 Reacties
17-09-2024 14:49
Het is wel zo dat er in de (Vlaamse) media véél minder wordt gesproken over Merlier (en eigenlijk ook Philipsen) dan over de 2 grote sterren Van Aert en Evenepoel. Die staan constant in de picture, tot in het overdrevene toe met familie en wederhelften.

Daar zijn 2 redenen voor volgens mij.

1: Merlier is een pure sprinter. Sportief gezien kan je dat gewoon niet op hetzelfde niveau zetten als wat Van Aert en zeker Evenepoel doet. De modale wielervolger raakt er niet van in vervoering.

2. Merlier weet zichzelf ook niet echt te verkopen. In een interview komt hij vaak afwezig over, hij praat onduidelijk en heeft inhoudelijk weinig te zeggen. In tegenstelling tot Van Aert en Evenepoel, die beiden zeer vlot overkomen voor de camera. Ook in andere talen trouwens.

Philipsen staat op beide vlakken iets hoger aangeschreven. Zowel sportief (een monument winnen, 2x tweede in Parijs-Roubaix) als voor de camera. Maar ook hij heeft geen joviale uitstraling i.t.t. bijvoorbeeld Campenaerts en Naesen die vaak worden opgevoerd in de media hoewel ze op sportief vlak relatief weinig succes boeken.
    17-09-2024 15:22
    Volledig correcte analyse.
17-09-2024 14:35
In before "volgwagen" of "brokkenpiloot"
17-09-2024 14:48
Geen alfa of haantje inderdaad, eerder een calimero die constant wil bewijzen dat hij toch een grote is, voor niets nodig imo daar word je toch niet gelukkig van lijkt mij.
    17-09-2024 16:10
    Gezien de carrière die op wieltjes loopt, een gezinssituatie met een (ex-)wielervrouw en een garantie op een goed inkomen de komende jaren, zie ik niet in waarom Merlier ongelukkig zou zijn. Hij heeft zwarte sneeuw gezien en zonder die eerste BK-winst spreken we meer dan waarschijnlijk niet meer over Merlier anno 2024.
17-09-2024 15:24
Je blijft vooral klein als je dit soort calimero-uitspraken doet.
    17-09-2024 16:35
    Hij wordt er specifiek naar gevraagd en dus geeft hij daar logischerwijs toch gewoon een antwoord op?
    Hij geeft ook gewoon zelf aan dat hij daar allerminst een probleem mee heeft, dat dat ook gewoon in zijn karakter zit.

    Bovendien klopt het gewoon 100% wat hij zegt:

    Merlier: 48 overwinningen - 32 pagina's aan zoekresultaten op Sporza
    Van Aert: 49 overwinningen - 220 pagina's aan zoekresultaten op Sporza
    Van Der Poel: 49 overwinningen - 151 pagina's aan zoekresultaten op Sporza
    Campenaerts: 12 overwinningen - 38 pagina's aan zoekresultaten op Sporza
    Naesen: 5 overwinningen - 37 pagina's aan zoekresultaten op Sporza
    Stuyven: 9 overwinningen - 36 pagina's aan zoekresultaten op Sporza
    Vanmarcke: 9 overwinningen - 50 pagina's aan zoekresultaten op Sporza
    17-09-2024 18:16
    Zijn van der Poel en van Aert met zoekresultaten van het veldrijden erbij?
    17-09-2024 18:38
    Ja, maar dat geldt voor Merlier zelf ook.
    Elk artikel waarin ze voorkomen staat erin.
17-09-2024 17:37
Als je Cameron Vandenbroucke aan de haak kunt slaan ben je sowieso al geen kleintje meer...
Dat hij z'n vaderlijke taak ook maar ter harte neemt. Genen van Vandenbroucke en Merlier, wat een raketten moet dat opleveren
17-09-2024 20:41
Merlier zegt dat hij eerder bescheiden van karakter is en dat hij het best ok vindt dat de pers hem niet ophemelt. De reacties hier: Calimero-gedrag.
Ik snap er niets van. Het moet te wijten zijn aan een verschil in taalbeleving, want Merlier zegt hier toch echt niets verkeerd?
    18-09-2024 11:42
    Heeft niets met taalbeleving of zo te maken maar gewoon met afzeikgedrag en projectie, beetje jammer voor die mensen en goed voor de azijnindustrie... :-)
17-09-2024 15:39
Gentleman sprinter?
17-09-2024 19:15
“Als de media je niet keer op keer ophemelen, blijf je klein”. Met andere woorden het allergrootste deel van de bevolking, het deel wat nooit in de media komt blijft eeuwig klein: nooit iets van gemerkt. Waardering krijg je van de mensen om je heen die je kennen, familie, vrienden (en dan bedoel ik geen sociale media “vrienden”), goede collega’s. De rest doet er per definitie niet toe. Dus ik hoop maar dat Merlier iets totaal anders bedoeld dan wat ik hier lees, lijkt me heel vervelend om afhankelijk te zijn van wat “de media” van je vinden.
17-09-2024 19:43
Hoevaak gaat merlier dit soort calimero uitspraken nog doen? Altijd piepen dat die ondergewaardeerd wordt. Treurig als je jezelf relevant wil maken
18-09-2024 00:12
We vergeten soms dat Merlier en Philipsen allebei wereldtop zijn. Dat heeft met de weelde van het Belgisch wielrennen te maken, waar WvA en Evenepoel absolute wereldtoppers zijn die het op verschillende terreinen waarmaken. Van Gils, Van Eetvelt, Cian UDB, en binnenkort ook Widar... en dan spreken we nog niet over Benoot, Theuns, Campenaerts, Rickaert, Quinten Hermans, Teuns, Stuyven, Gianni Meersman, Thibau Nys, De Lie... ik vergeet er wellicht nog een aantal, allemaal renners die koersen winnen van niveau. Met andere woorden een 20-tal renners die meedoen voor de knikkers in grote rondes, monumenten, klassiekers, wereldkampioenschappen, Olympische Spelen, rittenkoersen van een week, tijdritten, veldritten, bergen, heuvels, sprints... mja, noem Slovenië met hun handvol toppers maar in de piramidale breedte ken ik geen andere natie die de sport op die manier naar zich toe trekt.
    18-09-2024 02:13
    Niet dat het niet geweldig gaat met het Belgische wielrennen hoor, maar renners als Theuns, Rickaert, Meersman (?) die koersen winnen van niveau? Hè? Dat zijn twee knechten en een ploegleider.
18-09-2024 08:39
Voor zijn geestelijke gezondheid, sportieve carrière en familieleven blijft een renner best zoveel mogelijk uit de schijnwerpers. Zijn wijlen schoonvader zou hem die raad zeker gegeven hebben.
18-09-2024 12:10
Als je de landen ranking erbij haalt op PCS dan staat België al sinds 2019 op plek 1. Dan is het ook logisch dat er zeer goede renners een beetje ondersneeuwen in de media. Media aandacht is altijd relatief. Voorbeeld: Rob Ruijgh.
    18-09-2024 15:30
    Het zou logisch zijn dat iemand met 5 zeges ondergesneeuwd raakt door de mannen die er dan 10+ winnen, maar niet andersom? Sinds 2020 zat hij steeds in de top-5 van Belgen met meeste zeges, in het merendeel daarvan zelfs top-3 of zelfs 1ste, zoals dit jaar. Maar toch wordt er veel meer geschreven over Van Aert, De Lie, Philipsen, Benoot, Stuyven, Van Gils, Nys, ... Het is dat de bondscoach écht niet anders meer kon door zijn aantal zeges, of hij had het EK op zijn maat niet eens mogen rijden.

Reacties zijn gesloten.

RIDE Magazine