Materiaalzone 
Fietstoerisme 
Rik Verbrugghe wil eigen ploeg oprichten in 2027: “Vergelijk het met wat Tudor doet”
Interview Omdat het Ridley Racing Team nooit helemaal van de grond kwam, sluit Rik Verbrugghe zich in 2026 aan bij de R.Ev Brussels Cycling Academie om zijn ervaring aan jongeren door te geven. Maar de 51-jarige Verbrugghe weet ook al wat hij het jaar nadien wil doen.
Het ondernemerschap kruipt waar het niet gaan kan bij de ex-winnaar van de Waalse Pijl, die eerder als sportief manager al mede-architect was van de projecten bij BMC Racing, IAM Cycling en Israel-Premier Tech. Dat het Ridley-project dit seizoen geen hoofdsponsor vond, en dus moet ophouden te bestaan, betekent volgens Verbrugghe niet dat er geen ruimte is voor een extra ploeg.
“Mijn werk bij de jeugdacademie van Remco is een tussenstap, om vanaf 2027 terug hogerop te gaan”, legt Verbrugghe uit. “Het is alleen zaak om de juiste partner te vinden, om het project dat ik in mijn hoofd heb te realiseren. Het was een heel moeilijk jaar om sponsoren te vinden, misschien wel het moeilijkste jaar in heel lange tijd. Maar dat gaat niet blijven duren. Vroeg of laat zullen er wel terug bedrijven op die kar springen.”
Fusie nefast
Verbrugghe staaft die stelling door te wijzen naar de veelbesproken fusie tussen Intermarché-Wanty en de Lotto-ploeg, die allebei ook op zoek waren naar geld, en als finale optie bij een samensmelting uit kwamen. “En toch vind ik die fusie het slechtste idee dat er ooit is geweest in het Belgische wielrennen”, aldus de ex-renner. “De hele markt werd geblokkeerd, en vooral jonge renners werden het slachtoffer.”
“We hebben gezien dat die jonge gasten maar moesten blijven wachten, en in sommige scenario’s zelfs moesten stoppen. Het probleem was ook dat ze niet meer op veel andere plaatsen terecht konden, omdat ook andere ploegen zijn gestopt. Het is geen gemakkelijke tijd om nu een jonge renner te zijn, denk ik. Het zal voor sommige renners misschien nog goed komen, maar ik denk dat de doorgroei van veel carrières voorlopig even is gestopt.”
Verbrugghe als Belgisch bondscoach – foto: Fotopersburo Cor Vos
En in dat klimaat wil Verbrugghe zélf een ploeg oprichten? Dat vraagt om enige verduidelijking. Met Lotto-Intermarché, Soudal Quick-Step, Alpecin-Deceuninck en Flanders Baloise (dat mogelijks in 2027 verdwijnt) zijn er al best veel Belgische ploegen in het peloton. Te veel, luidde de kritiek toen Lotto en Intermarché-Wanty nog hun eigen weg gingen.
“Daar ben ik het niet mee eens. Zolang je die ploeg opricht met het juiste doel. Niet iedereen moet direct in de WorldTour beginnen. Wat dat betreft is het goed dat je geen WorldTour-licentie meer kunt kopen. Iedere nieuwe ploeg moet onderin starten en, als je die ambitie hebt, kan je door goede resultaten op iets langere termijn doorgroeien. Vanuit dat perspectief vind ik dat vier of vijf Belgische ploegen zeker hun plaats kunnen hebben in het peloton. België is misschien maar een klein landje, maar we zijn ons amper bewust van hoe veel kwaliteit er hier rondrijdt. Heel veel renners die het slachtoffer van de fusie zijn, zijn nog altijd profwaardig.”
Tudor als voorbeeld
We vragen Verbrugghe om iets concreter te worden. Wat moet de juist insteek van zijn nieuwe ploeg worden? “Je zou het kunnen vergelijken met wat Tudor en Q36.5 recent hebben gedaan. Met een mooie, loyale sponsor een nieuw verhaal schrijven. Je moet daar één echte toprenner, zoals Julian Alaphilippe of Tom Pidcock in hun geval, aan kunnen linken. En dan ben je vertrokken. Het moet ook een ploeg worden met een goede jeugdopleiding, dat heb ik altijd heel belangrijk gevonden.
“Ik wil er vooral een heel duurzaam project van maken. Dat hoeft niet volledig Belgisch te zijn, maar de basis zou wel hier moeten liggen. We zijn een land waar alles voor handen is om aan renners de juiste opleiding te geven. Misschien kom ik in dat kader nog wel terug aankloppen bij Ridley of kunnen we ons aan een jeugdploeg zoals die van Remco linken. Dat weet ik allemaal nog niet. Ik ben met verschillende partners in gesprek. Het zal nog een tijdje duren voor we een definitief plan klaar hebben.”
Al houdt Verbrugghe in zijn achterhoofd ook rekening met een mislukking. “Ik ben nu 51 jaar, dus is het volgens mij het ideale moment om die droom waar te proberen maken. Mocht dat niet lukken, dan ga ik wellicht toch terug moeten aankloppen bij andere ploegen om aan de slag gegaan. Maar ik geloof dat de markt dit jaar terug zal veranderen en we een toekomst hebben met dit project.”
Maar voor de sport is het uiteraard te hopen dat Verbrugghe in zijn opzet slaagt.