Rigoureus ingrijpen aan basis Tour de France-succes Jumbo-Visma
Opinie Op het einde van een voor Lotto-Jumbo zwaar teleurstellende Tour de France 2016 was er vanuit de Nederlandse media felle kritiek op het reilen en zeilen van de Nederlandse ploeg. In diverse titels werd pijnlijk duidelijk hoe slecht destijds de sfeer in de ploeg was en wat de oorzaak van het falen was.
De buitenwereld werd als vijand beschouwd. Slechts één van de drie ploegleiders in de Tour de France mocht met de media spreken. De sportief tegenvallende prestaties moesten met sprookjes worden bedekt. Renners spraken via de app met journalisten af om bij andere teambussen uit het zicht van de leiding hun verhaal te doen. Het beste voor Lotto-Jumbo is om met een leiding verder te gaan die er blanco in staat, zo werd er keihard geconcludeerd over Lotto-Jumbo.
De gepeperde kritiek was reden voor de commissarissen van de ploeg om met bepaalde media in gesprek te gaan. Ton van Veen, destijds CFO van Jumbo Supermarkten, en Robert van der Wallen, voormalig eigenaar van BrandLoyalty, wilden de achtergrond van de scherpe opinies weten. Van der Wallen is samen met Erik Romijn en Patrick Wouters van House of Sports en Arno de Jong van de Nederlandse Loterij dé initiatiefnemer achter de huidige schaats- en wielerploegen van Jumbo-Visma.
Opvallend in de gesprekken met beide zwaargewichten uit het bedrijfsleven was hun zelfkritiek. Ze herkenden het scherpe verhaal over het reilen en zeilen binnen de wielerploeg, maar wezen niet naar het ploegmanagement maar naar zichzelf. Zij hadden met hun rijke ervaring als bestuurders teammanager Richard Plugge niet de helpende hand toegereikt, maar hadden hem laten zwemmen. Zij namen dit zichzelf kwalijk en gaven aan dat ze aan de slag gingen om de structuur en werkwijze binnen de ploeg drastisch te verbeteren.
Commissarissen
Op initiatief van de Raad van Commissarissen (waar destijds ook Arno de Jong namens de Nederlandse Loterij actief in was) werd dat najaar een nieuwe weg ingeslagen. Er werden talrijke sessies georganiseerd om veranderingen door te voeren. De organisatie werd opnieuw ingericht en opgebouwd en bovenal: er moest met een andere filosofie worden gewerkt. Er moest niet gekeken worden naar wat niet kon, maar naar wat wel kon. En in alles moest het beste worden nagestreefd. Die ambitie moest iedereen binnen de organisatie nastreven.

De Raad van Commissarissen van Jumbo-Visma met vlnr Robert van der Wallen, Jeroen Bijl, Ton van Veen en algemeen manager Richard Plugge.
Ton van Veen en Robert van der Wallen zijn vanaf dat moment de drijfveren achter het grootste Nederlandse sportsponsorproject, die nooit beroerd waren en zijn om door te pakken, maar er ook voor zorgden dat er extra financiële middelen voor de ploeg werden vrijgemaakt. Zij leerden de wielerploeg om niet vanuit een underdogpositie te opereren, maar met de borst vooruit voor het allerhoogste te gaan. Vanuit de schaatsploeg was de inbreng van Jac Orie essentieel. Hij heeft bij de wielerploeg de lat op het gebied van coaching en training een stuk hoger gelegd.
Hoe vervolgens Richard Plugge (algemene leiding en stakeholder management), Merijn Zeeman (coaching), Grischa Niermann (ploegleiding) en Mathieu Heijboer (innovatie en training) stap voor stap de ploeg verder hebben geprofessionaliseerd is uitermate knap. Met Primoz Roglic en Dylan Groenewegen hadden ze twee supertalenten in handen die hen in die eerste moeilijke jaren de kans boden om aan te tonen dat ze ‘hun’ jongens ook naar de wereldtop konden begeleiden.
Roglic en Groenewegen zorgden voor een omslag in de ploeg. Beiden wisten binnen vier jaar tot de wereldtop van de respectievelijk klassementsrenners en topsprinters door te stoten en dreven niet alleen hun ploegmaten naar een hoger niveau, maar legden ook voor de staf de lat hoger. De prestaties van Roglic en Groenewegen leidden ertoe dat iedereen weer trots werd op ‘hun’ ploeg. Dat het besef kwam dat niet alleen de concurrentie sterk was, maar dat ook het geel-zwart het peloton kleurde. Hun successen brachten het geloof in eigen kunnen terug.

Wout van Aert op kop voor Jumbo-Visma renners in rit naar Col du Granon. Foto: Raymond Kerckhoffs
Lelijke eendje
De leiding van de ploeg durfde voorheen niet voor bepaalde toprenners te gaan, omdat ze overtuigd waren dat die niet voor het ‘gele’ lelijke eendje van het WorldTour-peloton zouden kiezen. Die denkwijze en nederigheid moest de ploeg achter zich laten. Op de transfermarkt moest de leiding voor de eerste keuze durven te gaan en zich niet te bescheiden opstellen en niet te snel tevreden te zijn. Het aantrekken van Wout van Aert en Tony Martin in 2019 zijn mooie voorbeelden van de ommekeer in de denkwijze binnen Jumbo-Visma.
Jaar na jaar groeide de ploeg in alle opzichten. Daarbij is ook het budget van het hele sportproject (wielrennen en schaatsen) blijven groeien van circa 25 miljoen in 2020 naar ongeveer 35 miljoen euro dit jaar. Toch blijft het mooiste compliment voor de ploeg dat hun succesvolste renners binnen de zwart-gele gelederen van talenten naar wereldtoppers zijn uitgegroeid. Of het nu om Steven Kruijswijk, Dylan Groenewegen, Primoz Roglic, Wout van Aert of Jonas Vingegaard gaat, dankzij de begeleiding van Jumbo-Visma hebben ze zich tussen de absolute toppers genesteld.

Richard Plugge en Jac Orie. Foto: Cor Vos
Plugge groeide in de afgelopen jaren sterk in zijn rol als algemeen manager. Zeeman was als hoofdcoach de persoon die bij iedereen steeds weer door bleef hameren dat de lat hoger moest worden gelegd. Heijboer zocht met de steun van Orie in de training en innovatie steeds professionelere mensen om zich heen, waardoor de wetenschappelijke inbreng in het team eveneens groeide. Niermann heeft de norm qua professionaliteit in de voorbereiding en tijdens de wedstrijden drastisch verhoogd. Iedereen moest hierin mee. Wie niet aan de nieuwe norm voldeed, daar nam men zonder pardon en zonder terugkijken naar diens waarde in het verleden afscheid van.
Nog steeds zijn Van Veen en Van der Wallen de personen die bij alle belangrijke beslissingen van de wielerploeg een beslissende stem hebben. Hoewel zij zich primair niet met het sportieve beleid bemoeien, worden ze wel bij alle essentiële zaken betrokken. Het succes van Jumbo-Visma in deze Tour de France mag voor een deel op het conto van deze twee bestuurders worden geschreven. Als zij eind 2016 niet hadden durven in te grijpen en de rigoureuze slag in professionaliteit in gang hadden gezet, dan had Vingegaard nooit in de kleuren van de Nederlandse supermarktketen in de positie kunnen komen om deze Tour de France te winnen.

Verslaggever en wijnliefhebber Raymond Kerckhoffs volgt voor de 33e keer de Tour de France. In al die jaren heeft hij ook de vele Franse wijnstreken leren kennen. Voor WielerFlits en RIDE Magazine selecteert hij zes wijnen langs het Tour de France-parcours.
Bestel hier het wijnpakket
Verder kun je dit soort stukken altijd typen, bij tegenvallers zet je het positieve in het negatieve om en het is altijd veilig om de kant van de CEO's te kiezen. Nee, niet mijn favoriete bijdrage van Raymond omdat het ook veel lijkt op het feliciteren van jezelf gezien de opening van deze opinie en daar ben ik nogal allergisch voor.
Alles wat ik hier lees is verder prima, maar geen hogere wielerwiskunde als je het mij vraagt. Ook bij andere ploegen zijn ze continu aan het kijken wat ze verder kunnen verbeteren. En ja, TJV heeft haar ommekeer inderdaad te danken aan Roglic en Groenewegen. Geen speld tussen te krijgen.
Maar toch verklaart in mijn opinie het artikel van Kerckhoffs uit 2016 niet het succes van nu. Zo mis ik het woord "ketonen" in de hele analyse, terwijl ik denk dat TJV juist met heel goed gebruik daarvan een stap heeft gezet.
En dan zijn er ook nog de M-line matrassen. Zonder deze bedjes zou de ploeg ook gewoon middenmoot zijn gebleven. De Tour win je in bed, en dat hebben de geelzwarte jongens het beste begrepen...
Maar dat maakt eigenlijk niet uit verder. Kerckhoffs merkt terecht op dat JV dit succes aan veel meer te danken heeft dan alleen de hogere budgetten. Gasten als Roglic en Vingegaard zijn het echte bewijs. Ze waren nergens voor ze bij de ploeg kwamen, en nu winnen ze grote rondes. Iedereen rondom de ploeg roemt ook de professionaliteit en hoe de ploeg met innovatie al jaren net een stapje voorop loopt. Petje af!
Met die laatste 10% maak je het verschil met Ineos of UAE, maar er zijn ploegen die een even goede begeleiding hebben, maar die maar beginnen aan 70% en dus nooit hun achterstand kunnen goedmaken.
En dan die stropdassen maar zwaaien met durruh bestuurskunduh en zomeer.
Wout verdient hier alle lofzang.
Raat van Kommissarissen, denk ut ja.............
Natuurlijk komt er wel wat meer bij kijken, maar je hebt ook gewoon wat mazzel nodig
Dan volgt, citaat: 'Roglic en Groenewegen zorgden voor een omslag in de ploeg. Beiden wisten binnen vier jaar tot de wereldtop van de respectievelijk klassementsrenners en topsprinters door te stoten en dreven niet alleen hun ploegmaten naar een hoger niveau, maar legden ook voor de staf de lat hoger.'
Bewust zijn van meer professionalisering ga ik in mee, en waarschijnlijk ook in de kwaliteiten van de sportieve ploegleiding. Maar het is toch vooral het aanmerkelijk hogere budget dat de mate van het succes bepaalt. Toptalenten en - renners komen nu eenmaal niet voor een appel en ei fietsen. Hoe groter de budgetten hoe meer succes. Zie teamranking aan de top en over de hele breedte.
Dat TJV het wiel opnieuw zou hebben uitgevonden, lijkt me niet. Het was eerder de zunige Hollander die voor een dubbeltje op de eerste rij wilde zitten en niet slaagde. Overal hangt een prijskaartje aan.
Richard Plugge heb ik nooit als leidinggevende man gezien. Hij is echt in zijn rol gegroeid, lijkt het zo op het eerste gezicht.
Hij was een aardige wat stille jongen toen hij eind jaren 80 nog bij de Liefhebbers ( de Nederlandse cat. Liefhebbers, een soort Amateurs B ) fietste en journalist was.
Het verbaasde me zeer dat hij op een gegeven moment, in ieder geval voor de buitenwereld, de leidinggevende figuur was bij de grootst Nederlandse wielerploeg.
In de IWAZ (Internationale Avond Wieler Zesdaagse ) ben ik in Den Haag een keer de bocht uitgevlogen en buiten het parcours op de auto van zijn motorkap geklapt. Flinke schade aan de auto en ik kon week niet bewegen maar had wonder boven wonder niets gebroken.
Jumbo heeft uitgevonden hoe SKY jarenlang de tour kon domineren en deze methode met een flinke bak money uitgekristalliseerd. Dit is minimaal zo belangrijk als de juiste knaagdieren in je kooi hebben zitten. Goed gedaan: het lef hebben om met van Aert hetzelfde te doen a la Geraint Thomas zou ze sieren. Snel moeten ze wel zijn want het is geen gegeven feit dat je zo’n voorrangspositie lang behoudt.
All you need is Wout
Tour got WAUUUUUUUUW'D