Rick Pluimers vecht voor zijn plek bij afwezigheid van Julian Alaphilippe en Marc Hirschi
Interview Bij Visma | Lease a Bike waren er in 2022 twijfels of Rick Pluimers wel de inhoud had om door te groeien tot een renner die kwalitatief goed genoeg was voor hun WorldTeam. Bij het toen nieuwe, eergierige Tudor Pro Cycling geloofden ze wel in de wegkapitein, die sindsdien bij de ploeg in koers de lijnen uitzet maar stilaan zelf steeds harder op de deur bonkt. Begin februari pakte hij zijn eerste profzege en nu begint hij met ambities aan het Openingsweekend. “Ik bewijs mezelf keer op keer en dat wil ik nu ook op dit niveau doen”, vertelt de 24-jarige Twentenaar aan WielerFlits.
Het lijstje met vorderingen is intussen best indrukwekkend. Al na twee maanden bij de profs finisht Pluimers in 2023 op een klein minuutje van winnaar Mathieu van der Poel in Milaan-San Remo, tussen een resem grote namen. Hij draait daarna een stabiel eerste jaar als prof. Vorig seizoen kreeg hij echter in het voorjaar af te rekenen met knieproblemen, die hem tot in de zomer zouden dwarsbomen. Eenmaal de oude rijdt Pluimers een dijk van een slotrit in de Renewi Tour. In Geraardsbergen waren alleen Arnaud De Lie, Tim Wellens en Valentin Madouas beter. Geen toevalstreffer, bleek even later in de GP de Wallonie (vijfde) en de Super8 Classic (tweede).
Lijn doorzetten
Dit jaar begint hij vervolgens met de zijn eerste profzege. Na de Muscat Classic viel Pluimers vooral de hoeveelheid aan felicitaties hem op, maar die van ploegmaat Julian Alaphilippe en Greg Van Avermaet – renners waar hij vijf jaar geleden nog met bewondering naar opkeek voor de tv – vergeet hij niet direct weer. In de daaropvolgende Ronde van Oman voegde hij nog wat snelheid toe aan de benen, om vervolgens in Spanje te gaan trainen. Dinsdagmorgen arriveerde hij pas in Nederland, voor een kort tweedaags bezoek thuis in Arnhem waar hij sinds de winter woont. Om dan donderdagochtend naar de Vlaamse Ardennen te rijden voor zijn eerste Openingsweekend.
“Voor mijn gevoel ben ik er klaar voor”, klinkt het aan de andere kant van de lijn met de nodige bravoure. “Natuurlijk spreken we in Omloop Het Nieuwsblad en Kuurne-Brussel-Kuurne over een hoog niveau. Het is niet zo dat ik zeg van: ‘deze ga ik ook zomaar winnen’. Maar het zit met mijn vertrouwen wel goed, ik denk dat ik goed genoeg ben om goed mee te kunnen doen in de finale zaterdag. Het zou mooi zijn om mezelf ook op dit niveau te kunnen bewijzen. Dat is wel mijn doel. Het blijft een klassieker en daarin kan veel gebeuren. Maar ik hoop wel dat het de goede kant op valt voor mij, maar dat het geluk ook aan onze ploeg is. Wie weet wat er dan allemaal mogelijk is.”
Kans op kopmanschap
Tudor Pro Cycling versterkte zich afgelopen winter fors. Met tweevoudig oud-wereldkampioen Julian Alaphilippe en de Zwitserse topcoureur Marc Hirschi haalde teambaas Fabian Cancellara twee dikke kopmannen in huis. Zij zijn er dit weekend alleen niet bij. En dat biedt kansen voor Pluimers, die op papier na Matteo Trentin nu de meest vooruitgeschoven pion is bij het Zwitserse ProTeam. “Julian en Marc zijn onze twee kopmannen. Dat is voor de wedstrijd al duidelijk. Met onze groep van komend weekend heb je wat dat betreft een meer open koers. Voor mezelf geeft dat meer mogelijkheden dan wanneer we met twee – of drie als Matteo ook rijdt – leiders starten.”
Het levert hem dit weekend in ieder geval vrijheid op, want wegcijferen voor de Fransman en de Zwitser is niet nodig. “Ik hoef nu niet zo vroeg aan de bak. Daarom hoop ik ook dat ik ver in de finale kom. Als ik mezelf keer op keer kan bevestigen, dan wil je dat ook op dit niveau. Het is ook belangrijk om die stappen te blijven zetten. Het is in ieder geval fijn om Matteo erbij te hebben. Hij weet precies hoe dit soort koersen gaan en hoe je ze moet rijden. Dat heb ik vorig jaar ook al gezien in de E3 Saxo Classic en Gent-Wevelgem. Matteo voelt zó goed aan waar hij op het juiste moment moet zitten en waar het kan gebeuren. Die lessen wil ik zaterdag en zondag graag leren.”
“De meeste kansen liggen voor mij normaal in Omloop Het Nieuwsblad, vooral ook omdat ik dan nog iets frisser ben”, voorspelt Pluimers. “Maar ik vind dat altijd lastig te zeggen. Het ligt ook aan het koersverloop en welke situaties zich voordoen. Maar normaal kan ik me daar makkelijker onderscheiden dan in Kuurne-Brussel-Kuurne. Al zag je vorig jaar ook dat ze daar al van heel ver begonnen aan te vallen. Als je dan met een goede groep weg komt te zitten, biedt dat ook weer kansen. Beide wedstrijden zijn ook niet met elkaar te vergelijken, maar ze hebben allebei wel iets. Ik moet gewoon mijn kansen proberen af te dwingen, dat gaat het belangrijkste zijn dit weekend.”
Dwars Door Vlaanderen hoofddoel
Sterktes van teams in de breedte kan de komende dagen weleens de doorslag geven. Wat dat betreft blaast de tandem Trentin-Pluimers misschien wel hun partij mee. Bijzonder, want bij Visma | Lease a Bike dachten ze in 2022 dat Pluimers’ motor te klein was. Hij mocht vertrekken na drie seizoenen in de opleidingsploeg. “Het is niet zozeer dat ik mijn gelijk wil halen. Maar wel om toch jaar na jaar te laten zien dat het wél kan. Ik ben niet iemand die ineens grote stappen zet, alleen wel de renner die ieder jaar een stukje verder groeit. Dan kom je er uiteindelijk ook. Ik ben er blij mee hoe het verloopt. Het gaat steeds iets beter en ik kom ook steeds dieper in finales terecht.”
Zijn ploeg Tudor Pro Cycling rijdt dit voorjaar op basis van wildcards alle grote klassiekers. “Vanaf Milaan-San Remo doe ik E3 Saxo Classic en Dwars Door Vlaanderen. De Ronde van Vlaanderen is nog niet zeker. Zelf heb ik Dwars Door Vlaanderen aangestipt voor mijn eigen kansen. Al hoop ik ook in alle klassiekers een mooie uitslag te rijden die opvalt, dat ik echt kan meedoen in die koersen. Alleen is Dwars Door Vlaanderen qua status een iets kleiner kaliber als de monumenten. Of ik daar wil rijden om te winnen, is nu nog lastig te zeggen. Maar het is voor de renner die ik nu nog ben wel een realistischere stap om daar een doel van te maken. Dus daar ga ik dan ook voor!”
Reacties zijn gesloten.