Remco Evenepoel rekent in deze Tour de France af met alle vooroordelen
Opinie Tadej Pogacar die het ene na het andere klimrecord uit de boeken rijdt en volgens berekeningen de beste klimprestatie van zo’n 40 minuten uit de Tour de France-geschiedenis op zijn naam schrijft. Jonas Vingegaard die na zijn zware ongeval in het Baskenland met slechts acht weken training zijn beste wattages bergop toont. Maar, misschien is Remco Evenepoel (ook slachtoffer in het Baskenland) wel dé renner die in deze Tour de France de grootste stap heeft gezet.
Remco Evenepoel, je houdt van hem of je hekelt hem vanwege zijn maniertjes. Een milde tussenweg lijkt er niet te zijn. Wie als pure wielerliefhebber naar hem op de fiets kijkt, kan hem met zijn soepele pedaaltred en fantastische positionering op de fiets alleen maar omarmen.
Voor een Belg lijkt hij misschien soms wat te vaak op een ‘Ollander’. Voor een wielrenner lijkt hij de karaktereigenschappen van een voetballer te hebben. Als je die twee combineert dan hebben de drie jaren dat hij van zijn elfde tot en met zijn veertiende jaar bij PSV voetbalde een grote invloed op zijn karaktervorming gehad.
“Remco wil niet gewoon presteren, hij wil de patron zijn, de nummer 1 worden. Dat zit in zijn karakter en siert hem ook”, werd er destijds al door mensen bij PSV gezegd.
Het wil echter wat zeggen wanneer je op je twaalfde al bij een gastgezin in Nederland wordt ondergebracht. Om als enig kind op die leeftijd je familie achter te laten, is niet niks. Dat maakt je veel sneller volwassen dan een kind uit een beschermend gezin dat elke dag naar de school op tweehonderd meter van zijn ouderlijk huis gaat.

Foto: Cor Vos
Evenepoel is al vroeg zijn leeftijdgenoten ontgroeid, waardoor hij snel een sterke eigen inbreng had. Laat ik voorop stellen dat ik graag te doen heb met mensen die een eigen mening hebben. En het is ook een feit dat 95% van de grote kampioenen ook sterke persoonlijkheden zijn.
Voetbalkantjes
Laten we de ‘voetbalkantjes’ van hem voor lief nemen en zijn ‘uitspattingen’ in zijn eerste jaren vooral met de mantel der liefde bedekken. ‘Be te best, f*** the rest’, balde Evenepoel het destijds als junior samen in een lekker uitdagend Instagram-credo. Het is ook wat wanneer je als junior in 2018 in Innsbruck wereldkampioen wordt en de allergrootste allertijden Eddy Merckx dan zegt dat dit rennertje misschien nog wel eens beter dan hemzelf kan worden.
En dat in het wielermaffe Vlaanderen, waar al zoveel grote talenten kopje onder zijn gegaan nadat ze op jonge leeftijd als de nieuwe ‘Merckx’ werden bestempeld. Ik stelde zijn teammanager Patrick Lefevere na de wereldtitel van Evenepoel in Wollongong de vraag hoe moeilijk het is om Remco Evenepoel in Vlaanderen te zijn. Zijn antwoord: “Dat is zo goed als ‘mission impossible’. De Vlaamse media is goed in het scheppen van onredelijke verwachtingen.”
Als er een renner buiten de Vlaamse media ook zichzelf enorm veel druk op legt, dan is dat Evenepoel wel. En altijd is er dan nog wel iemand die aangeeft dat hij dit en dat niet kan. Iets dat de afgelopen jaren onbewust toch een beetje onder zijn huis kroop. Gelukkig blijkt hij daar nu stoïcijns doof voor te zijn. Voor deze Tour werd er geroepen dat ‘REV’ in een grote ronde altijd met een mindere dag zou moeten afrekenen. Een stelling die gebaseerd was op één slechte dag vorig jaar in de rit met de finish de Col du Tourmalet in de Vuelta a España. Tot dusver bewijst hij het tegendeel en lijkt hij zelfs in deze derde week van de Tour fysiek en mentaal te groeien.
In deze Tour zit ik nu al bijna drie weken sinds Le Grand Départ in Florence naar een heel volwassen 24-jarige renner te kijken. Hij is correct en respectvol in zijn antwoorden. Ieder woord is interessant en raak. Hij spreekt drie talen foutloos na de zwaarste inspanningen. De branie heeft plek gemaakt voor realisme. Hij blijft onder vrijwel alle omstandigheden kalm en oogt geen moment als debutant onder de indruk van het fenomeen Tour de France dat met geen enkele andere wedstrijd te vergelijken is. En hij koerst met brains, afgemeten naar zijn kwaliteiten.
Evenepoel sprak niet over het podium, maar over een top-vijf klassering. En nu hij op de derde plaats staat, acht hij deze podiumplek verdedigen realistischer dan het vizier nog op Tadej Pogacar en Jonas Vingegaard te richten. Al laat hij in de rit naar Superdévoluy, waar hij even kan profiteren van de koude oorlog tussen de Sloveen en de Deen, dat winnen in zijn dna zit.

Remco Evenepoel en Mathieu van der Poel. Foto: Cor Vos
Zoals na iedere rit tijdens de cooling down achter het podium duidelijk wordt hoe Evenepoel geraffineerd met Pogacar aanpapt om zo ook bondgenoten te krijgen. Zoals hij in Spanje ook geregeld traint met ‘buurman’ Mathieu van der Poel. De concurrenten buiten de koers op zoeken, kan op sommige momenten ook grote voordelen.
Veelwinnaar
Voor het zomernummer van RIDE Magazine maakte de Vlaamse journalist Joeri de Knop van Het Laatste Nieuws, dé Evenepoel-kenner, een fantastisch portret van de ‘Ket van Schepdaal’. Hij telde dat liefst tien renners in het huidige profpeloton voorlopig méér zeges op hun palmares hebben dan Belgische oud-wereldkampioen. En nú al, op z’n 24ste, bekleedt de drager van de witte trui een plekje (95ste) in de internationale winnaars top-100 aller tijden.
Zijn zegeteller staat al op 55 overwinningen bij de profs (behaald in 16 verschillende landen), waarvan 24 op WorldTourniveau (43,6%). Wat Evenepoel na 5,5 jaar profbestaan – eigenlijk mag daar door de revalidatie van zijn zware crash in de Ronde van Lombardije 2020 nog een half jaar worden afgeteld – nú al tot de op twee na grootste leverancier aller tijden maakt van het team van Patrick Lefevere. Enkel Tom Boonen (121) en Mark Cavendish (59) gaan hem in die ranking nog vooraf.
Dertien individuele chronoraces (waaronder één wereld- en Europese titel), elf eendagskoersen (WK, BK, 2x Luik-Bastenaken-Luik, 3x Clasica San Sebastian incluis), twaalf eindklassementen in het grote- en kleine rondewerk (met de Vuelta 2022 als allerbelangrijkste) en negentien berg- en andere etappes in rittenwedstrijden: het geeft aan hoe ‘allround’ Evenepoel is. Van de dertig zeges in koersen ‘in lijn’ (55 minus tijdritten en eindklassementen) behaalde hij er 20 (66,6%) solo, met tijdsverschillen aan de streep variërend tussen de 0.16 en 4.44 (18de rit Vuelta 2023). En jawel: de andere tien waren… sprintjes. Bergop, maar ook op een vlakke aankomst.

Winst in de tijdrit. Foto: Cor Vos
Het geeft aan hoe allround Evenepoel is. Het beste bewijs van zijn ongelofelijke talent. Hoe hij zich nu als klassementsrenner verder ontwikkelt op en naast de fiets is indrukwekkend. Want ook hij verbeterde na een rit met 5000 hoogtemeters op Plateau de Beille (42m35s) het record van Marco Pantani (43m28s). Maar vooral zijn herstelvermogen en de mentale rust die de kopman van Soudal Quick Step uitstraalt, geven aan dat hij enorme stappen heeft gezet.
In mijn ogen heeft Evenepoel in deze Tour echt aangetoond dat hij de komende jaren een zeer realistische kans maakt om opvolger te worden van Lucien van Impe die in 1976 als laatste Belg de Ronde van Frankrijk wist te winnen. Ja, natuurlijk heeft hij de pech dat hij in zijn generatie met Pogacar (twee jaar ouder) en Vingegaard (drie jaar ouder) twee superwielrenners tegenkomt. De progressie die Evenepoel in deze Tour laat zien, belooft echter heel veel voor de toekomst.
Al die twijfels die mensen hadden, waren een gevolg van het feit dat ze aan scorebordjournalistiek deden en ervoor kozen de context te negeren. Faalde in de Giro '21 omdat het zijn eerste wedstrijd sinds zijn val in Lombardije, met heel wat problemen in de voorbereiding, zakte halfweg al een pudding in elkaar. Zijn tweede GT won hij. Dat had al misschien al een belletje kunnen doen rinkelen. De onzin dat hij toen wat tijd verloor tov Roglic werd buiten proportie opgeblazen en mensen vergaten dat hij net enkele dagen voordien gevallen was. Hij verloor in het hooggebergte amper een minuut. Zijn derde GT moest hij opgeven met covid, terwijl hij de leiderstrui reed. Zijn vierde GT kende hij een slechte dag omdat zijn voorbereiding gericht was op het WK tijdrijden, en niet op de Vuelta. Hij werd wereldkampioen tijdrijden en won 3 ritten in de Vuelta, waarvan 2 na zijn inzinking. Ik hield er persoonlijk zelfs rekening mee dat hij in deze Tour ook een slechte dag kon hebben, omdat hij door zijn val in Baskenland -niet zo extreem als Vingegaard- ook een minder ideale voorbereiding kende zoals je kon zien in de Dauphiné, waar hij ook nog veel te zwaar stond.
Dit is dus enkel een verrassing voor mensen die moedwillig alle context bij zijn falen bleven negeren.
Je zegt het zelf al, hij wordt door een Pogacar met de Giro in de benen op 5 minuten gereden en door een Vingegaard die verre van 100% op 2 minuten. Om hem dan (al) een uitdager te noemen is wel heel erg positief. Ik hoop echt dat hij het kan worden op termijn maar het verschil nu tussen Pogi en Vingegaard is echt nog wel gigantisch.
Er is ook nog, toegegeven: een akkefietje, zoiets als "de Alpen". En een tijdrit aan het einde van een grote ronde.
"De tijdrit is gesneden koek."
Voor Pogaçar wellicht wel.
Voor Vingegaard én Evenepoel niet.
En ik heb wel moeite met dit juichverhaal. Ieder zijn mening, dus ook Raymond. Maar hij vergeet 1 belangrijk feit in zijn lofzang: hij is hier niet de topfavoriet, en hij beseft ook dat het gat tussen hem en Pogi+Vingegaard toch nog steeds aanzienlijk is. Iets wat hij volgens mij beseft heeft in de afgelopen Vuelta, waar hij geen partij was voor een "uitgepierde" Vingegaard. Dus op dit moment past hem bescheidenheid, en die les past hij uitstekend toe.
Verder: hij wordt neergezet als slachtoffer van de massale valpartij in Baskenland. Maar iedereen die de beelden wat beter heeft bekeken heeft gezien dat hij de voorste van het pak was die zijn lijn niet kon houden, en daarmee dus eerder de val veroorzaakte dan dat hij slachtoffer was.
En daarmee kom je ook tot een #kennie waar hij m.i. nog niet mee afgerekend heeft: het dalen op de limiet. Zolang het aankomt op sturen is hij nog altijd geen meester, dat hebben we in diverse afdalingen kunnen zien. In het baskenland, en nu ook weer in de TdF.
Hoe dan ook: ik kan deze versie van Remco prima hebben. Alleen vraag ik me af in hoeverre deze vos zijn streken gaat verliezen wanneer hij ineens weer de topfavoriet is. Of als het allemaal even tegen zit. Gaat de voetballer het dan winnen van de wielrenner, of heeft hij die voetbalstreken definitief achter zich gelaten?
EDIT: en ik zou er nog wat aan toe willen voegen. Ik hoop op een flinke duikeling van Evenepoel. Niet in een ravijn, maar wel in het klassement. En dat heeft eigenlijk niks te maken met Evenepoel zelf in deze TdF; die is namelijk prima te pruimen tot op heden. Maar wel alles met zijn fans, die zich hieronder niet echt van hun fraaiste kant laten zien. Al ben ik eigenlijk niet echt anders gewend...
Eerder: 'ik zal altijd wel iets nieuw vinden om hem te downgraden' want zoals je vorig aanhaalde 'een eikel blijft een eikel'. QED, maar soit.
Missie bij voorbaat kansloos en nu echt mislukt, nu beginnen ze zelfs al van ‘goh, hij is toch anders geworden’ terwijl daar geen moer van klopt. Voila het Henny&Henny-effect.
goed, we weten waar dit verhaal eindigt, dat wordt een lekker zure tirade en daarna weer een nieuwe username
Terzijde: wie heeft er een middelbare school op 200 meter van zijn huis? Zo word je nooit wielrenner.
Lingua franca is idd gewoon Frans in de stad.
(Edit: als ronderenner. Het palmares van Evenepoel als eendagsrenner is natuurlijk veel beter als dat van Dumoulin).
Remco lijkt in topvorm bij zijn tour debuut, maar het vindt “pas” plaats op zijn 24e waarbij het er vorig jaar op leek dat hij vooral uit de Tour gehouden werd omdat hij een super Rookie prestatie neer wilde zetten en dat toen niet dacht te kunnen. Dit jaar is hij wel de n topvorm en komt toch nog echt tekort op Pogi die al een Giro heeft gereden en Jonas die 2 weken IC in de benen heeft.
De vraag is dan hoeveel Remco nog een groei potentieel heeft om ooit generatie genoot Pogi ooit in de Tour te kunnen verslaan.
Met je onzin steeds van moest roglic hier geweest zijn , pffff ik kan je nu al garanderen dat die nooit niets meer gaat winnen en dat hebben ze bij Bora nu ook al wel door.
Roglic die niet op zijn bek was gegaan was onherroepelijk nog een keer op zijn bek gegaan en daarom niet voor hem geeindigd.
Wat overigens erg gunstig uitpakt voor Evenepoel en het beleven van een TdF is dat het vanaf dag 1 niet om hem ging en het al meteen duidelijk was dat hij in de slipstreammodus zou komen. Het zal mij wel benieuwen of hij er lering uit heeft kunnen trekken wanneer een volgende keer hij wel zich vroeg in een ronde in een leiderstrui steekt. In het verleden heeft hij in die rol nog wel eens krachten smijtend niet al te slim gekoerst.
Dan hebben we nog twee dingen om te benoemen. Een is dat zijn kracht ligt in dat wat zich in de etappe van twee dagen terug afspeelde en dat hij dat heeft aangevoeld. Tussen de cols of met vals plat kan hij huishouden en is hij levensgevaarlijk. Daar ligt waarschijnlijk de zwakte Van Vingegaard echter die heeft vaak wel een team met kwaliteit die dat kan opvangen en hun tactiek daarop specifiek afstemmen. Iets dat je minder tot niet kan zeggen van SQS ook al reed Hirt daar in dit geval wel. Brengt me bij punt twee en dat is het door anderen ook al aangehaalde dalen, dat is een zwakte waarvan de beste renner van het moment geen enkel probleem mee heeft om dat af te straffen en druk mee te zetten. Daar dit vaak in de (diepe) finale gebeurt en op
Landa na niemand in de buurt is van SQS om hem te gidsen is dat een serieus probleem. Dan moet je de mazzel hebben dalers als Rodriguez tegen te komen.
Narvaez lijkt me anders wel een goede voor SQS, maar die zou naar UAE verkassen? Verder misschien Hayter of Bettiol?
En specifieke klimondersteuning voor Evenepoel: Wout Poels misschien, heeft die al een nieuw team? Of Kämna?
Hij was vorig jaar bijna vertrokken, het zou zomaar kunnen dat het dit jaar helemaal gebeurt.
Voor mij is de belangrijkste conclusie dat hij zijn erelijst op vlak van ronde werk de komende 10j enorm kan uitbreiden.