Remco Evenepoel snoept bonificatieseconden mee: “Kostte niet veel extra energie”
Remco Evenepoel is in het algemeen klassement van de Giro d’Italia één seconde uitgelopen op Primož Roglič. Bij een tussensprint in de finale eindigde de Belg als eerste, terwijl de Sloveen als tweede doorkwam. Veel energie hoefde de wereldkampioen niet in het sprintje te steken. “We zaten gewoon van voren”, vertelt hij in het flashinterview na afloop.
“We wilden in de eerste posities aan de afdaling beginnen, aangezien de wegen glad en verraderlijk waren”, legt Evenepoel uit. “Ik zag de renners van Jumbo-Visma zitten in ons wiel. Het kostte niet veel extra energie om voor de seconden te sprinten. Als er seconden liggen, moet je niet bang zijn om ze te pakken.”
“Ik pak nu één seconden op Primoz en drie tellen op de rest, dat is goed na een verder wel vrij eenvoudige etappe. We zijn blij”, sloot Evenepoel af. In het algemeen klassement heeft de Belg nu een voorsprong van 32 seconden op zijn naaste belager. Dat is inmiddels João Almeida, want Filippo Ganna finishte niet in de voorste groep en is weggevallen uit het klassement. Roglič heeft nu een achterstand van 44 seconden op Evenepoel.
“Het was geen plan”
Later verscheen Evenepoel ook nog voor de camera van Eurosport en deed hij nog wat aanvullingen op zijn verhaal. “Het was geen plan”, zei hij over het rapen van de bonificatieseconden bij de tussensprint. “Maar we wisten dat de kans groot was dat we met die eerste groep naar die sprint toe zouden gaan. Dat krijg je als ze zo laat in de wedstrijd liggen.”
“We hadden ook gezegd: als we voelen dat andere klassementsrenners er voor willen gaan, mag ik mee doen. Dat was het geval met Primož. Beter zelf een seconde voor dan een seconde achter. Ik weet dat het bijna niks is, maar het zijn er wel drie op alle anderen. Het was een ingeving op het moment zelf.”
Gevaarlijke finale
Evenepoel had de rit naar Melfi verkend en wist dat de finale gevaarlijk was. “Dat wist ik zeker. Daarom ook dat ik mijn team als eerste de afdaling wilde laten nemen. Dat hebben ze supergoed gedaan. Ik ben heel content en tevreden over het niveau van mijn ploeggenoten. Ze zijn echt op de afspraak vanaf dag één.”
“Dat is heel belangrijk in deze Giro, want de meeste gevaren om te vallen en zo liggen hier in de eerste week, zeker met het mindere weer hier. Ik wist dat het een heel tricky finale was. Die laatste bochten hier waren ook echt niet gemakkelijk. Het was niet aangenaam om ze te nemen op koerssnelheid, maar het is goed afgelopen.”
Als ze hier met het volledige peloton inclusief alle sprinters doorheen gemoeten hadden was het een ander verhaal geweest.
Zit bij een bepaalde groep natuurlijk ook wat wishful thinking bij dat Evenepoel helemaal instort in de 3de week, maar zo vaak komen dergelijke scenario’s niet voor. Meestal zien we eerder iets zoals Hindley/Carapaz vorig jaar, waarbij er uiteindelijk eentje wat meer over heeft in de derde week.
Roglic, zijn grote tegenstander op papier, won overigens in de Vuelta ook vaak door vanaf de eerste ritten mee te strijden, boniseconden te pakken en die voorsprong dan vast te houden. Dat is ook geen diesel die pas in week 3 komt bovendrijven en dan de rest knock-out slaat.
Yates daarentegen deed het in mijn herinnering bij iedere sprint bergop. Inspanningen van een minuut of soms zelfs veel meer, diep in het rood. En juist die dingen moet hij m.i. nog even vermijden om fris aan de 2e tijdrit te beginnen en zo goed mogelijk de derde week in te kunnen.
In feite gaan we de waardeverhoudingen bergop in deze Giro pas echt te weten komen in de rit naar Crans-Montana. Als hij daar de betere is, lijkt een eindzege voor Roglic mij wel waarschijnlijk. Tot dan gaat het waarschijnlijk gelijke tred houden zijn bergop op de Gran Sasso en een sprintje trekken en schade beperken in de TT.