foto: Belkin Pro Cycling

De benen zijn naar eigen zeggen goed, én hij zit goed in zijn vel. Dus waarom zou Nederlander Moreno Hofland aankomende zondag in Kuurne-Brussel-Kuurne niet voor de verrassing kunnen zorgen? Met een ritzege in de Ruta del Sol maakte hij vorig weekend nog indruk, maar in de Vlaamse semiklassieker is de tegenstand nog sterker. “Toch laat ik me niet ontmoedigen”, vertelde de 22-jarige Hofland uitgebreid aan WielerFlits.

De ontdekking van Moreno Hofland kwam er eigenlijk al eind vorig jaar, toen hij drie etappes en het eindklassement in de Ronde van Hainan (2.1) naar zijn hand zette. Daar al werd de basis gelegd voor een uitstekende winter. “De gehele winter lang heb ik in optimale omstandigheden kunnen trainen. Maar ik besteedde niet per se meer aandacht aan mijn sprint. Ik heb het wel onderhouden, maar de nadruk lag op heuveltraining.”

Die training resulteerde direct in zeer goede resultaten in de Ruta del Sol. In rit vier werd hij nog door Gerald Ciolek en Roy Jans naar plek drie verdrongen, terwijl het in de slotetappe raak was. “En die zege gaf me enorm veel vertrouwen. Na dat erg goed slot van 2013, wilde ik bevestigen. Daar ben ik nu in geslaagd, ondanks dat ik dit niet helemaal verwacht had. Soms verbaas ik mezelf”, aldus de Nederlandse jongeling.

Zijn overwinning was ook meteen de eerste van het seizoen voor Belkin, dat samen met Astana de enige WorldTour-ploeg zonder zege was. Dat het team even op haar eerste zegeruiker zou moeten wachten, verbaasde Hofland echter niet. “Dit was zelfs een beetje ingecalculeerd. Al voor de start van het seizoen werd er door Belkin duidelijk gemaakt dat de doelen verderop liggen. Dat het dan toch lukt, maakt het nog mooier.”

Ook in Kuurne-Brussel-Kuurne kunnen zich kansen voordoen voor Hofland, in een race waar de sprinters de voorbije jaren de bovenhand namen. “Met mijn vorm zou ik er moeten kunnen meespelen, ja.” Barry Markus is echter nog een andere snelle man binnen de ploeg. Of de kaart van Hofland dan wel getrokken wordt staat nog niet vast. “We zullen zelf aanvoelen wie de beste van ons twee is tijdens de wedstrijd zelf.”

“Als ik de kans krijg om mee te sprinten, verwacht ik natuurlijk niet dat ik meteen de winst grijp”, relativeert de Roosendaler. “De tegenstand in de koersen die ik won was een stuk minder, en ik weet niet waar ik sta ten opzichte van toppers als Greipel. Met een top vijf zal ik al erg tevreden zijn.” Zijn doelen voor de rest van het seizoen zijn ambitieuzer. “Een rit in een WorldTour-race te winnen zou erg mooi zijn”, besluit hij.

Lees ook:
Ramon Sinkeldam: “Focus ligt op de klassiekers”
Sebastian Langeveld: “Mijn piek ligt later dan de Omloop”