Lotto Dstny maakt zich (nog) geen zorgen om De Lie: “Zal klaar zijn voor Vlaamse koersen”
Arnaud De Lie klonk voor de start van Parijs-Nice nog ambitieus, maar de Belg moest na drie dagen al afstappen. De 21-jarige Waalse machtssprinter heeft nog te veel last van de naweeën van een val in Le Samyn, maar bij Lotto Dstny is er allerminst sprake van paniek.
De Lie hield geen serieuze blessures over aan zijn val in Le Samyn, maar had wel last van de nodige schaafwonden. De jongeling maakte zich echter geen zorgen voor Parijs-Nice en begon naar eigen zeggen pijnvrij aan de Franse ronde. In de eerste ritten liep het echter niet naar wens voor De Lie en dus besloot de krachtpatser zich niet te mengen in het sprintgeweld.
En nu heeft de renner – in samenspraak met zijn ploeg – besloten om de ‘Koers naar de Zon’ al na drie dagen te verlaten. “Arnaud heeft heel wat schaafwonden opgelopen in Le Samyn en dat werkt toch ook altijd een beetje op de conditie”, geeft ploegleider Dirk Demol meer tekst en uitleg, in gesprek met Sporza.
“Arnaud is een kampioen met een sterke wil. In die eerste ritten wilde hij iets laten zien. Als dat niet lukt, is dat een ontgoocheling. Het is normaal dat je dan wat gelaten overkomt. Maar ik ben ervan overtuigd dat hij sterk zal terugkeren. Hij is jong en kan op korte tijd nog enorme stappen zetten.”
Vertrouwen
Lotto Dstny gaat er voorlopig gewoon vanuit dat De Lie over anderhalve week aan de start zal verschijnen van Milaan-San Remo. Demol: “Het is niet het plan om aan het programma van De Lie te sleutelen. Maandag zullen we weer samenzitten om het te evalueren. We gaan er nog altijd vanuit dat hij klaar zal zijn voor de Vlaamse koersen. Ik heb daar vertrouwen in.”

Ik vond zijn reactie na de val al niet echt OK. En dit is ook niet echt bemoedigend. Dat je een beetje in jezelf gelooft is prima, maar ik heb het idee dat alles wat minder is dan winst ineens tegenvalt. Terwijl er van de 180 renners maar 1 met de handjes in de lucht over de streep kan komen.
Wielrennen is een aaneenschakeling van teleurstellingen, met af en toe een hoogtepunt. Maar als je te jong te goed bent, vraag ik me af of je die les wel geleerd krijgt.
Wij hadden dat in Nederland ook ooit. Zo was Gesink onze nieuwe Tourwinnaar in spe. Later Kelderman en Kruijswijk. Inmiddels zijn we er juist door dit soort voorbeelden van genezen: grote wedstrijden win je niet zomaar.
Maar in Belgie worden renners al heel snel de hemel in geprezen. Ook door de andere beleving van de wielersport. Waardoor je ook ander gedrag bij renners gaat zien.