Johnny Hoogerland: “Ik wacht tot de etappes lastig zijn”

foto: Sirotti
Hoewel hij met de Vuelta en de Giro al een paar grote rondes achter de rug heeft, staat Johnny Hoogerland aan de vooravond van zijn eerste deelname aan de Tour de France. De 28-jarige Zeeuw viel in in Spanje en Italië op vanwege zijn aanvalslustige rijstijl en wil in Frankrijk opnieuw van zich doen spreken. WielerFlits sprak met hem.
Vorige maand liet Hoogerland zich – in wat velen de zwaarste Giro ooit noemen – meerdere malen vooraan zien. Het leverde geen dagsucces op, maar desondanks kijkt hij terug op een geslaagde Giro. In Frankrijk weet hij niet goed wat hij moet verwachten. “Je moet de lat altijd hoog leggen, maar we hebben acht debutanten in de ploeg. Je moet er onbevangen en nuchter ingaan.”
Angst voor de Tour heeft hij allerminst. “De Giro was veel moeilijker. Die rare aankomsten maakten het speciaal. De Tour heeft dat niet. Maar het blijft het grootste evenement ter wereld. Hier droomde je als kleine jongen al van. De impact van de Tour is ook anders. Wanneer ze weten dat je wielrenner bent, vraagt iedereen of je de Tour ook hebt gereden.” De renner van Vacansoleil zal blij zijn wanneer de openingsrit achter de rug is. “Voor Passage du Gois ben ik een beetje angstig. Ik herinner me nog hoe renners als Boogerd en Zülle hier onderuit gingen. Gelukkig ligt hij dit jaar in het begin van de etappe.”
Hoogerland zal volgende maand in de vlakke ritten zijn aanvalslust achterwege laten. “Ik wil een paar keer in een ontsnapping meezitten. De eerste week nog niet, dan is het parcours mij te vlak. Ik ga niet in de aanval om vervolgens het gat door de ploeg van Cavendish dicht te laten rijden. De eerste dagen tot aan Super Besse is het te vlak. Dan zul je mij niet zien. Ik ga wachten tot de etappes die lastig zijn.”
Hij erkent dat kennis van het parcours hem ontbreekt. “Ik heb niets verkend. Na de Giro was ik daar te moe voor. Het was wel weer eens lekker om thuis te zitten, ik was al veel weg geweest.” Hoogerland ziet dat echter niet als een probleem. ” In de Giro en de Vuelta had ik ook niets verkend, en ook dat is goed gegaan. Wanneer ik in een afdaling achter een renner zit die de bochten wel kent, moet het goed komen,” grapt hij.