Naar aanleiding van het rapport van het Deense Antidopingagentschap (ADD) krijgt geen enkele betrokkene een schorsing opgelegd. Die organisatie bracht vanmorgen een rapport uit waaruit blijkt dat Bjarne Riis wist van dopinggebruik binnen zijn voormalige ploeg CSC. Statute of Limitations is het sleutelwoord voor het rapport; het gaat om feiten die buiten de verjaringstermijn vallen.

Dopingcentrum in Luxemburg
Uit het rapport blijkt dat er systematisch gebruik van cortisonen was binnen de Deense formatie, zonder dat hiervoor een medische aanleiding was. Ook zou er vanaf 2000 een ‘dopingbasis’ van de ploeg zijn geweest in Luxemburg. Hier zou epo en groeihormonen opgeslagen zijn. Ploegleider Johnny Weltz zou hier volgens het rapport verantwoordelijk voor geweest zijn.

Riis wist van dopinggebruik bij kopstukken CSC
Riis zou op zijn beurt in ieder geval op de hoogte zijn geweest van dopinggebruik door kopmannen Tyler Hamilton, Bo Hamburger, Jörg Jaksche en Michael Rasmussen. Ook zou de Deense teammanager Hamburger de opdracht hebben gegeven om epo te verstrekken aan Jaksche.

Verjaringstermijn is verlopen
Niemand van de genoemde personen in het rapport wacht een schorsing. De acties van renners en begeleiders zijn inmiddels verjaard. De feiten zouden hoe dan ook dateren van voor 2005. In de WADA-code van 2015 is de verjaringstermijn opgeschroefd van acht naar tien jaar. Ook als het WADA uitgaat van de startdatum van het onderzoek – in 2013 – volgen er geen consequenties voor de namen in het onderzoek. De verjaringstermijn was op dat moment namelijk nog acht jaar, waardoor het wereldantidopingagentschap ook niet verder terug kan gaan dan 2005.

Riis spoorde Sastre aan tot dopinggebruik
Riis zou volgens het rapport in 2008 het gebruik van bloeddoping hebben besproken met zijn toenmalig kopman Carlos Sastre (de winnaar van de Tour de France van dat jaar). Hierover zou de Spanjaard boos zijn geworden en als reden hebben aangevoerd om te vertrekken bij de ploeg. Na dat seizoen verkaste hij naar het Cervelo Test Team.

Deze beschuldiging aan het adres van Riis valt binnen de verjaringstermijn, maar door een gebrek aan bewijs volgen ook hier geen straffen. Riis geeft zelf aan dat hij alleen gezegd heeft dat andere renners nog steeds bloeddoping namen. Het voorval met Sastre zou volgens de Deen op een misverstand gebaseerd zijn.

Microdosissen bloeddoping
Een anonieme renner, die nog steeds actief is, denkt dat veel collega’s nog steeds bloeddoping nemen. Dit zou dan in microdosissen plaats vinden. Na het gebruiken van de bloeddoping zou de renner daarna op hoogtestage gaan om de schommelingen van de waardes in het bio-paspoort te verklaren.

Lees hier het volledige rapport van het Deense Anti-dopingagentschap ADD (in het Deens)