En dat is twee! Tim Merlier is opnieuw veruit de snelste in Parijs-Nice
Er staat voorlopig geen maat op Tim Merlier in Parijs-Nice. De Belg van Soudal Quick-Step bleek maandag ook veruit de snelste in de tweede etappe met aankomst in Bellegarde. Merlier rekende in zijn gele trui af met Emilien Jeannière en Mads Pedersen.
In de openingsetappe was een (massa)sprint geen uitgemaakte zaak, maar het moet al vreemd lopen wil de tweede rit niet uitdraaien op een clash tussen de rappe mannen. De wind kon in deze regio nog voor tumult zorgen, maar verder waren er weinig adders onder het gras. Na de start in Montesson volgden er wel snel twee hellingen van de derde categorie, maar die lagen bijzonder ver van de eindstreep.
Daarna reed het peloton over vlakke tot licht glooiende wegen naar de tussensprint in Bellegarde, waar ook de eindstreep was getrokken. Na deze eerste doorkomst aan de finish volgde nog een afsluitende lokale ronde van twintig kilometer, over overzichtelijke wegen, zonder al te veel poespas.

De drie koplopers – foto: Cor Vos
Bergkoning Delettre opnieuw in de aanval
Een nieuwe sprint stond dus in de sterren geschreven, maar dit weerhield drie renners er niet van om in de aanval te gaan. De sterke Noor koos het ruime sop en kreeg het gezelschap van bergkoning Alexandre Delettre (TotalEnergies) en de Spanjaard Samuel Fernandez (Caja Rural-Seguros RGA). De voorsprong van de vroege vlucht liep al snel op tot drie minuten, maar Soudal Quick-Step – de ploeg van topfavoriet Tim Merlier – hield de koplopers wel binnen schot.
De aanvallers hoefden zich met andere woorden geen illusies te maken over een eventuele ritzege, maar Delettre dacht ook niet aan een dergelijke stunt. De Fransman wilde vooral zijn leidende positie in het bergklassement verstevigen en slaagde hier ook in: hij kwam namelijk als eerste boven op de Côte des Mesnuls (1,2 km à 5,7%) en Côte de La Villeneuve (1,5 km à 5%) en mocht zo zes extra bergpunten op zijn conto bijschrijven.

Soudal Quick-Step controleert de koers voor Tim Merlier – foto: Cor Vos
Nervositeit neemt toe, Merlier betrokken bij valpartij
Meer zat er niet in, want de sprintersteams waren echt gebrand op een nieuwe clash tussen de rappe mannen. Met het verstrijken van de kilometers werd het verschil met de kopgroep alsmaar kleiner. Met nog tachtig kilometer voor de boeg, bedroeg de voorgift van Delettre, Fernandez en Abrahamsen nog maar een minuut. Dit was voor die laatste het sein om te versnellen en zijn medevluchters overboord te kieperen.
Abrahamsen begon zo aan een dappere maar op het eerste oog kansloze solo. In aanloop naar de eerste passage in finishplaats Bellegarde nam de nervositeit in het peloton flink toe en dit leidde tot een valpartij in het midden van de groep. Enkele grote namen waren bij deze val betrokken: ook geletruidrager Tim Merlier kon geen kant op. De Belg ging echter niet tegen de grond en kon zijn weg dus redelijk snel weer vervolgen. Florian Sénéchal bleef daarentegen liggen en moest met een vermoedelijke sleutelbeenbreuk de strijd staken.
Nerveuze finale
Door deze valpartij keerde de rust in het peloton weer wat terug. Dit gaf Merlier de gelegenheid om weer aan te sluiten, maar de nervositeit was nooit ver weg. Bij de eerste passage aan de finish – bij de tussensprint – werd het peloton opnieuw opgeschrikt door een valpartij, met andermaal enkele slachtoffers: Australisch kampioen Luke Durbridge moest de koers verlaten met een gebroken sleutelbeen.

Abrahamsen gaat alleen verder – foto: Cor Vos
Door deze nieuwe crash brak het peloton in meerdere stukken, maar alles kwam toch weer samen. Abrahamsen kreeg hier maar weinig mee. De eenzame koploper reed nog altijd aan de leiding en hield in z’n eentje verbazingwekkend goed stand. Op zes kilometer van de finish, verdedigde de Noor nog altijd een voorsprong van een halve minuut. Was dit genoeg om uit de greep te blijven van het peloton? Daar was het inmiddels wel alle hens aan dek.
Twee op een rij voor Merlier
Het tempo ging in de laatste kilometers dan ook met een ruk de hoogte in en dit bleek funest voor Abrahamsen. De inmiddels wel moegestreden vluchter van het eerste uur zag zijn voorsprong als sneeuw voor de zon verdwijnen. Op ruim twee kilometer van de streep was zijn liedje dan toch uitgezongen, en dus kregen we ‘gewoon’ een massasprint. Geen enkele trein slaagde er echter in om de boel op een lint te trekken, waardoor we een chaotische aanloop kregen naar de spurt.
Merlier wist zich in alle chaos echter goed te positioneren, ging op het juiste moment aan en bleek opnieuw veel te snel voor de concurrentie. Emilien Jeannière en Hugo Page eindigden als tweede en derde, maar kwamen niet in de buurt van een opnieuw superieure Merlier. De Belg boekt zo niet alleen zijn tweede opeenvolgende ritzege, maar gaat ook steviger aan de leiding in het klassement.
Gele kaart voor Page
Page werd na afloop nog gedeclasseerd voor ‘het afwijken van zijn gekozen lijn en het in gevaar brengen van andere renners.’ De Fransman van Intermarché-Wanty werd zo teruggezet in de daguitslag en kreeg ook een gele kaart voor zijn actie in de sprint.

Ik herinner me in ieder geval éen valpartij direct daardoor net als een onnodig onrustig peleton met een aantal andere valpartijen tot gevolg.
En dat in een etappe die onvermijdelijk afstevende op een massasprint.
Iedereen had gewooon rustig door die bochten kunnen gaan en we hadden dezelfde winnaar gehad.
Ik herinner me legio grote valpartijen op brede wegen. En koersen om een voorspelbare uitslag te krijgen lijkt me niet de charme van wielrennen.
Maar Vanmarcke is wél op de hoogte van alle trends en wat een verademing: hij herkent renners meteen vanop de kop (en niet enkel de voor de hand liggende namen).
De enige waardige opvolger zou wellicht Boonen zijn. Die is ook geestig, heeft geweldige verhalen en verstaat de kunst van het genieten van het leven. Misschien dat hij het binnen een paar jaar wel wil doen.
Vanmarcke is verder zeker oké, maar moet toch nog veel groeien om een topper te zijn in het commentaarhokje wat mij betreft. Ik vind Bakelants, binnenkort weer te horen tijdens MSR, op dat vlak toch verder staan.
Mond vol over veiligheid etc. Maar t einde van de sprint was zo breed als een fietspad. Met vlak ervoor een dikke versmalling.
Maar er valt niemand dus laten we t weet lopen
Lijkt op nog eens 2 botbreuken, kwestie van het gemiddelde van 1/1 niet te laten zakken…
Het is miss moeilijk om merlier te kloppen, maar hij kan altijd in verkeerde positie zitten (kijk kbk)
Zou toch maar heel zonde zijn dat je eindelijk eens de sprint wint. En dat dit voor plek 5 is omdat je ploegleider te koppig was om te achtervolgen
en 3e worden in een sprint voor plek 1 is beter dan 3e worden in een sprint voor plek 7
In het verleden was het overigens veel vaker zo dat het team of de paar teams met de beste sprinter ook echt het werk moesten doen. Dat zie ik toch echt liever. Ik wil tenminste zien dat zijn ploeg op kop moet rijden in de finale.
Misschien Tim op herhaling deze zomer.
Merlier kan ook wel goed genoeg klimmen dat hij niet in acuut tijdslimietgevaar zal komen.
Wat een cav en jakobsen wel meer hebben