Curvers over sprinttrein Jakobsen: “Ik herken de punten waar we tegenaanlopen, dat hadden we met Kittel ook”
Ride Team dsm-firmenich PostNL maakte afgelopen winter een enorme transitie door. Het Nederlandse WorldTeam wil terug naar haar wortels als sprintformatie, zoals ruim tien jaar geleden met Marcel Kittel. Nu is Fabio Jakobsen de sprintbom. “Dit project is er misschien wel een van jaren, in plaats van maanden”, zegt Jakobsens coach Roy Curvers in de nieuwe RIDE Magazine.
Curvers was ruim tien jaar geleden zelf onderdeel in de sprinttrein van Kittel. Hij was wat je tegenwoordig de positioner noemt, degene die – toen ter tijd Tom Veelers – de sprintaantrekker en afmaker afzet in de slotkilometer. Die rol vertolkt Timo Roosen nu.
Team dsm-firmenich PostNL zal ook met een sprintkern naar de Tour de France gaan. Romain Bardet en Warren Barguil moeten in de bergen voor successen zorgen, maar in de sprints is dat aan een trein bestaande uit waarschijnlijk Eekhoff, Roosen, Welten en Jakobsen. Dat had Curvers liever iets anders gezien.
“Idealiter bestaat een sprintgroep in een grote ronde uit zeven man en een afmaker”, zegt hij. “Je wilt iedereen gebruiken in functie van je sprinter. Hoe meer poppetjes je tot je beschikking hebt, hoe meer kaarten je kunt spelen in de finale. Maar dat hangt wel van de koers af.”
“In de Vuelta a España heb je vaak heel brede wegen en ga je op het laatste de stad in, dan is het kort hectisch. Dan kom je ermee weg dat je maar vijf man rond je hebt. In de Tour is het veel langer, veel hectischer. Dan heb je simpelweg meer mensen nodig om een finale te kunnen rijden.”
Klimmers kunnen in dat proces wel iets bijdragen, maar nooit zo veel als een sterke jongen uit een sprinttrein. Bovendien zijn de tijden veranderd, ziet Curvers. “Nu is de concurrentie ook veel slimmer dan tien jaar geleden. Ze komen veel beter beslagen ten ijs. En dus is het veel moeilijker om een strategie te bedenken die niemand anders tot dan toe gebruikt.”
“Maar ook toen hebben we stap voor stap gebouwd aan die trein rondom Marcel. Het is een utopie om vandaag een heel mooie sprinttrein te hebben, er morgen mee te beginnen en overmorgen te winnen. Dat moet echt groeien”, stipt de coach aan. Jakobsen zelf hoopte in de winter om zijn trein in de Giro d’Italia op punt te hebben, maar dat bleek nog iets te vroeg.
“Ik herken de punten waar we nu tegenaan lopen, dat we dat toen ook hadden. Destijds zijn we door vergelijkbare, moeilijke situaties gegaan. Maar wij willen de wielersport echt uitdragen als een teamsport. We profileren ons als een ploeg die alles samendoet. Sprinten is in mijn ogen de uitgelezen manier om te laten zien dat je het met z’n allen doet. Daarom is de explosie van euforie ook altijd zo groot bij winst.”
Dubbelinterview over de sprinttrein van Jakobsen en Kool
In de nieuwe RIDE Magazine (€9,95) gaan Fabio Jakobsen en Charlotte Kool in een dubbelinterview van 10 pagina’s dieper in op de sprintambities van Team dsm-firmenich PostNL. Ook hun coaches Albert Timmer (Kool) en Roy Curvers (Jakobsen) komen aan het woord. Zij vergelijken het verschil tussen de sprints bij mannen en vrouwen, maar zien ook parallellen met het sprintproject van Skil-Shimano tien jaar geleden, toen zij binnen een paar jaar uitermate succesvol waren met vooral Marcel Kittel. Lees het dubbelinterview in het 236 pagina’s tellende blad van RIDE. Bestel jouw exemplaar van het zomernummer 2024 van RIDE Magazine hier!



Reacties zijn gesloten.