Cian Uijtdebroeks op dag van presentatie Visma | Lease a Bike nog ingeschreven bij BORA-hansgrohe
Cian Uijtdebroeks staat bij wielerunie UCI ingeschreven bij BORA-hansgrohe voor 2024, terwijl hij vandaag (donderdag) waarschijnlijk al wel aanwezig gaat zijn bij de teampresentatie van Visma | Lease a Bike. De transfersoap rondom de Belgische wielrenner is nog altijd gaande.
Dat Uijtdebroeks op papier bij BORA-hansgrohe staat ingeschreven, is in lijn met het standpunt van de Duitse formatie. Die stelt dat Uijtdebroeks nog altijd een doorlopend contract heeft bij BORA-hansgrohe tot eind 2024 en heeft hem dus ook als renner aangemeld voor het komende wielerjaar. De uiting van de UCI is daarom puur een administratief teken, maar ook een signaal van BORA-hansgrohe dat het Uijtdebroeks nog altijd als renner ziet.
In het verleden is alleen vaker gebleken dat een overschrijving op een later moment altijd nog kan. Het kamp-Uijtdebroeks is namelijk van mening dat zijn contract bij BORA-hansgrohe per 1 december 2023 is verbroken en dat hij daarom vrij is om bij een andere ploeg te tekenen. Inmiddels is hij aangekondigd door Jumbo-Visma (vanaf 2024 heet de ploeg Visma | Lease a Bike), maar helemaal rond is de deal nog niet.
De UCI bekijkt de zaak ook nog altijd, werd op een eerder moment al bekend, en het management van Uijtdebroeks heeft aangekondigd dat er juridische stappen genomen worden. Ondanks de veelbesproken situatie lijkt de 20-jarige Vlaming donderdag wel aanwezig te zijn bij de teampresentatie van Visma | Lease a Bike voor 2024.
Bekijk hier de uiting op de website van de UCI:
UCI kan er naar kijken maar het nationaal arbeidsrecht waar dit contract onder valt gaat voor en anders toch zeker het EU recht. Sterker wanneer CU de juiste argumenten aan kan brengen moet ik nog zien dat de UCI eea kan weigeren en zelfs schorsen.
Daarmee immers zou men op die wijze de UCI in wet en regelgeving boven de EU wet stellen omdat uitgelegd kan worden dat men hiermee deze wet of dit hiaat zogezegd tracht "overpoweren".
En, een goede advocaat zal aan kunnen voeren dat wanneer er
1) een enorme vooruitgang in salaris is men wettelijk de werknemer niet deze verbetering mag onthouden, tenzij men ongeveer hetzelfde nieuwe salaris bied.
2) Men de boete van één jaarsalars zoals in UCI regelement vastgelegd heeft betaald voldaan is aan het regelement.
Sterker, 3) wanneer de overstap op wettelijke gronden plaatsvindt daar er een gegronde reden was om de overeenkomst te beëindigen dan moet ik nog zien met een goede advocaat of de UCI hem wel kan schorsen. Een maand wellicht, of twee maar niet echt lang omdat advocaat aan kan voeren dat schorsen dus onnodig zijn ontwikkeltraject en opbouwfase stilleggen de (jonge) renner in in zijn ontwikkeling zwaar kan schaden.
Waarbij ook nog eens volgens het arbeidsrecht de procedure, ontslag nemen, gegrond was en derhalve een mogelijk schadelijke maatregel buiten proportioneel is. Overmacht, valpartij of aanrijding daargelaten.
Geintje zoals Ollanders dat zeggen, uw woorden zijn zeker geen zever.
Als ze eventjes ietsje verder keken zagen ze dat die hele site überhaupt nog lang niet up-to-date is. Bij Visma staan er bijvoorbeeld, net zoals bij veel andere ploegen, nog 0 renners: https://www.uci.org/team-details/19549
Daarnaast, zoals hierboven ook al wordt genoemd, kan Cian gewoon ten alle tijden zijn contract eenzijdig opzeggen, dus dat hij voor 2024 nog onder contract zou staan bij Bora klopt per definitie niet..
In dergelijke zaak zou de advocaat van BORA nooit adviseren dat uit te voeren.
Wanneer een zzp'r een projectcontract heeft wat twee jaar loopt dan is deze verplicht deze termijn uit te dienen. Staan via de rechter forse boetes op. Sterker wanneer opdrachtgever een optie op verlenging met bepaalde tijd heeft opgenomen en hij licht de optie moet deze langer door.
Bij een sporter die ook een tijdelijke werknemer is tot einde contract geldt feitenlijk hetzelfde. Tenzij men eea ondervangt in clausules. Daar zijn veel voorbeelden, jurisprudentie van.
Alleen komen hier nog meer mogelijke factoren bij kijken welke allemaal een weging kunnen hebben in het oordeel van een rechtbank.